Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen. i Het voorste! inzake bebouwing Raadhuisplein door de firma De Gruijter, aangehouden. VIERDE BLAD. NUMMER 44. ZATERDAG 30 MEI 1936. 59e JAARGANG. !acj Dit blad verschijnt WOENSDAG en ZATERDAG Brieven, Ingezonden stukken, gelden, enz. franco te zenden aan den Uitgever Abonnementsprijs: per 3 maanden 1.25. Franco per post door 't geheele rijk 1.40. UITGAVE: WAALWIJKSCHE STOOMDRUKKERIJ ANTOON TIELEN. Telefoon No. 38. Telegr.-adres: ECHO. Advertentiën moeten Woensdag en Vrijdag des morgens om uiterlijk 9 uur in ons bezit zijn. Prijs der Advertentiën: 20 cent per regel: minimum 1.50. Reclames 40 cent per regel. Bij contract flink rabat. Vrijdagavond om 7 uur kwam de raad der gemeente Waalwijk in open bare vergadering bijeen, onder voor zitterschap van burgemeester E. Moo- nen.. Secretaris de heer J. van Mierlo. Alle leden zijn aanwezig. De publieke tribune is geheel met belangstellenden bezet. 1. Ingekomen stukken. a. Van de Gedeputeerde Staten. 1Koninklijk goedgekeurde ver ordening op de heffing van opcenten op de hoofdsom der gemeentefondsbelasting voor het belastingjaar 1936-1937, vastgesteld bij raadsbesluit van 28 Februari 1936. 2. Goedgekeurde gemeenschap pelijke regeling met de ge meenten Drunen, Loonopzand en Sprang-Capelle inzake den Vleeschkeuringsdienst. 3. Goedgekeurde raadsbesluiten van 24 April 1936 tot wijzi ging der begrootingen 1935 en 1936. b. Van den Gemeentearchivaris. Verslag over het gemeente-ar chief over 1935. Alle ingekomen stukken worden voor kennisgeving aangenomen. 2. Voorstel tot beschikbaarstelling van een crediet voor het uitvoeren van onderhoudswerkzaamheden aan de teekenschool. (Zie het praeadvies in ons nummer van verleden Zaterdag). Wordt z. h. stemming goedgekeurd. 3. Voorstel tot beschikbaarstelling van een crediet voor het oprichten van een waterplaats aan de Mi nister Loeffstraat. Zie praeadvies in het nummer van Zaterdag j.l.) De heer Strijk geeft in dit verband in overweging om de waterplaats aan het hoekeinde, welke z.i. onhygiënisch is en op een gevaarlijk punt staat, te verwijderen en de vrijkomende mate rialen aan te wenden bij den bouw van het nieuwe urinoir bij de Baardwijk- sche kerk. De Voorzitter meent, dat het urinoir aan het Hoekeinde ter plaatse niet te missen is. Wel zal hij opdracht geven \oor betere reiniging zorg te dragen. Het voorstel van B. en W. wordt hierna goedgekeurd. 4. Voorstel tot ruiling van grond aan de Grootestraat en de Wagen straat met I. C. Mortier. (Voor het praeadvies verwijzen wij naar he nummer van Zaterdag j De heer Strijk heeft geen bezwaar tegen deze ruiling, waardoor de Wa genstraat verbeterd kan worden, maar zou het billijk vinden, als de heer Mor tier, die er ook belang bij heeft, de helft in de kosten van overschrijving >o- taalde. De Voorzitter zegt dat deze kosten slechts enkele guldens bedragen en de heer Mortier de gemeente toch reeds zeer tegemoet is gekomen. Het voorstel wordt daarop mee al gemeene stemmen goedgekeurd. De bebouwing raad huisplein. 5. Voorstel tot uitgifte van grond aan het raadhuisplein in erfpacht aan de Naamlooze Vennootschap P. de Gruyter Zoon te 's-Hertogen- Losch. (Zie het praeadvies in ons nummer van j.l. Zaterdag). Der Voorzitter zegt, dat na het uit brengen van dit praeadvies nog enkele stukken zijn binnengekomen: op de eerste plaats een schrijven van den heer André van Hilst te Waalwijk, waarin deze voor hetzelfde terrein een jaar- hjksche erfpachtcanon van 600 aan biedt en waarin hij de hoop uitspreekt, dat hij als ingezetene evengoed in aan merking zal kunnen komen. Voorts is er binnengekomen een schrijven van de R.K. Middenstands- vereeniging te Waalwijk, vergezeld van de motie, aangenomen op de Dins dag gehouden vergadering dezer ver- eeniging. (Zie hiervoor ons verslag in het nummer van j.l. Woensdag). Verder is een schrijven ontvangen van Waalwijks Belang, meldende, dat in de Donderdag gehouden vergade ring, bijeengeroepen op verzoek van 15 leden der vereeniging, besloten is den raad te verzoeken het Raadhuisplein niet te bebouwen en om, als daartoe eventueel toch besloten zou worden, ingezetenen voorkeur te geven voor vestiging van een winkel of bedrijf. Tenslotte is dezen middag nog een aanbod ingekomen, waarop de Voor zitter eerst een korte inleiding wenscht te geven. Spr. zegt dat er aanvanke lijk twee voorstellen aan de fa. de Gruyter zijn gedaan: het eerste om te gen een jaarlijksche erfpachtcanon van 500 het terrein voor een winkel af te staan en het tweede om de firma de Gruyter niet alleen de winkel, maar ook de daarachter geprojecteerde gale rij enz. voor haar rekening te laten bouwen en daarenboven een bedrag van 5000 aan de gemeente te betalen voor het terrein, waarop de winkel wordt gebouwd. Daarbij was bedongen, dat de gale rij aan de gemeente in eigendom zou worden overgedragen en dat een ser vitude zou worden gelegd op den doorgang die door Kropholler in het winkelpand was geprojecteerd. Aan vankelijk heeft de fa. de Gruyter het eerste voorstel aangenomen, doch van middag heeft zij zich bereid verklaard ook het tweede aanbod te accepteeren. In verband met de moeilijkheden v/elke Waalwijks Belang met haar kiosk zou kunnen krijgen bij de bebou wing ter plaatse, leek het B. en W. verstandig daarvoor een oplossing te vinden, door in den galerij-aanbouw een muzieknis te projecteeren, zoodat W. B. haar kiosk desgewenscht kan verkoopen. De fa. de Gruyter heeft zich bereid verklaard ook den bouw van deze mu zieknis in het plan op te nemen en mede te bekostigen. Een teekening van de situatie, zooals die zal zijn bij aan neming van dit tweede plan en welke door arch. Kropholler is gemaakt, wordt den raadsleden ter inzage ge legd. Hierop verzoekt de Voorzitter den raad zijn meening over deze aangele genheid uit te spreken. Betoog van den heer Passier. De heer Passier zegt, dat men uit de bespreking in de geheime vergadering reeds zijn meening kent. Zijn standpunt is sindsdien nog niet gewijzigd. Alle pogingen zijn in het werk gesteld om een prachtig gemeentehuis en een dito plein te krijgen, terwijl men onlangs een monumentale lantaarn heeft doen plaatsen. Spr. is van oordeel, dat, nu dit alles eenmaal tot stand is gekomen, men het moet laten zooals het is. Groo- te linancieele offers heeft men zich ge troost om het terrein vrij te krijgen en al toont men nu nog zoo'n fraaie tee kening voor een nieuwe bebouwing, spr. kan er zich niet mee vereenigen en zal tegenstemmen. De heer Pullens spreekt. De heer Pullens zegt, dat hem by de vraag, welk standpunt zou moeten wor den ïngenqmen, twee gedachten na,ar voren kwamen, op grond waarvan hij zijn houding zou bepalen. Ten eerste. Mag üe plaastelijke over heid haar medewerking verlecnen tot 't vestigen van zaken, in welks branche de concurrentiestrijd in onze gemeente reeds het felste gevoerd wordt? De taak der gemeentelijke overheid, zegt spr., is allereerst en uitsluitend, de algemeene belangen der Gemeente, dus van hare inwoners, te dienen. Wanneer nu een zeer groot deel harer inwoners ernstig benadeeld wordt door vestiging van een dergelijke zaak, terwijl het an dere groote deel door vestiging van ge noemde zaak geen voordeelen heeft of althans geen voordeelen, die evenredig zijn aan het groote nadeel, dat aan de Gemeente wordt berokkend en van de gemeentelijke overheid wordt gevraagd een daad te stellen, waardoor een der gelijke toestand geschapen wordt, dan is het mijns inziens een gebiedende eisch van dit bestuur, dat zij hieraan hare medewerking niet verleent. Heeft de Middenstand, die in nood verkeert, recht op bescherming? Naar mijne meening zeer zeker, en het is in dit geval de overheid, die voor de Mid denstand ordenend werk kan verrichten. Reeds verscheidene jaren worden in alle middenstandsgelederen noodkreten ge uit en zoowel bij de Regeering, de Pro vincie als de Gemeente laat men deze noodkreten met kracht doordringen. Het behoud van den Middenstand is voorzeker een zeer groot maatschappe lijk belang, en dat een vestigingswet in het leven is geroepen, zal voorzeker wel voor een groot gedeelte geschied zijn tot het dienen van het Middenstandsbclang. Wel heeft de Regeering in deze Wet niet opgenomen het „behoefte-element", doch mij komt het voor, dat zulks niet ge beurd is, omdat Zij hiervan de noodza kelijkheid niet inziet, doch vooral om dat Zij de draagwijdte van een dergelijk verbod niet ten volle kan overzien, en zij dus, vanwege de moeilijkheden hier aan verbonden, totnogtoe hiertoe niet is overgegaan. Dat echter een gemeente als Amsterdam hierop met klem aandringt, is niet van belang ontbloot, en het zou dus voor een gemeente als Waalwijk een zeer ie waardeeren daad zijn van het Gemeentebestuur, indien zij, waar hier toe de gelegenheid geboden wordt, van hare medewerking in deze blijk gaf. Ten tweede. Is het gewenscht, dat het Gemeentebestuur afstaat een deel van 't raadhuisplein met het doel hierop een zaak te vestigen als bovenbedoeld? De strijd die eens gevoerd is moeten worden tot het verkrijgen van hetgeen wij thans in Waalwijk bezitten, namelijk een raadhuis met een plein, dat alom in den lande en zelfs daarbuiten geroemd wordt als een buowwerk en waarin het representatieve en schoonheidselement zoo heerlijk naar buiten treedt, dat voor plaatsen als Waalwijk als een unicum in den lande wordt beschouwd, mag niet tevergeefs zijn gevoerd. Ik wil hiermede niet zeggen, Mijnheer de Voorzitter, dat het gebouw, dat door vestiging dezer zaak hier op dit raad huisplein zou moeten verrijzen, niet vol komen in de stijl zal worden opgetrok ken van het Raadhuis. Hiervoor zal ons Kropholler als groot bouwmeester wel geruststellen. Doch waar nog voor en kele maanden geleden in dezen Raad het besluit is genomen om met spoed tot afbraak van de oude „Korenbeurs" te kunnen overgaan, om eindelijk, na jaren wachtens, het mooie raadhuisplein te kunnen afbouwen, waarna nog voor kor ten tijd de Raad het besluit nam om midden op dit plein een monumentale lantaarn te plaatsen, die als het ware het sluitstuk zou vormen van dit prach tig geheel, mag thans niet door den Raad het besluit genomen worden, dat voor de grondwerkers het sein zal zijn om een deel van dit mooie plein op te gra ven en plaats te maken voor het leggen der fundamenten van een winkelpand, dat ayji Waalwijk geen voordeelen bie den kan Ziehier de uitwerking der gedachten, waarover ik in den aanvang van dit be toog sprak. Jarenlang heeft de burgerij van Waal wijk uitgezien naar het oogenblik, dat zy door vrijkoming en afbouw een beeld zou krijgen, van wat zij zich had voor gesteld en elk rechtgeaard Waalwijker zal met trots verklaren, dat het plein, zooals het thans voor ons ligt, behouden moet blijven en niet hiervan 120 M2 af te nemen voor het doel als hier wordt voorgesteld. Tof besluit wil ik dan hier verklaren, dat ik mijn stem aan het door Uw Col lege gedane voorstel niet kan geven, om dat dit mijns inziens een voorstel is, waarmede de belangen dezer Gemeente niet worden gediend. Mijn voorstel in deze is, dat het raad huisplein intact moet blijven en voor dit doel niet beschikbaar gesteld mag worden, noch aan een aanvrager buiten de plaats, noch aan een aanvrager in onze gemeente, wie deze dan.oo'f wezen moge. Op de publieke tribune geven velen hun instemming door applaus te ken nen, hetgeen de Voorzitter doet op merken, dat het voor het publiek ver boden is teekenen van goed- of afkeu ring met het gesprokene te geven. De heer v. Bijnen aan 't woord. Van Beijnen. Mijn meening over de ze zaak is U bekend: bij gelegenheid van de algemeene beschouwingen over de begrooting, heb ik het winkelbedrijf hier ter plaatse reeds ter sprake ge bracht en gewezen op de mogelijkheid van een teveel in zaken van dezelfde branche. Mijn voornaamste bezwaar tegen be doeld voorstel is, dat de gemeente als overheidsorgaan het teveel aan bedrij ven in eenzelfde branche niet moet be vorderen. Omdat de behoefte aan uitbreiding van het aantal zaken in deze branche, naar mijn meening niet aanwezig is, kan ik er ook geen algemeen belang in zien. Integendeel, de belangen van een zekere groep inwoners worden er m.i. door geschaad. Als middenstander heb ik er in prin cipe bezwaar tegen, dat de gemeente lijke overheid het teveel aan winkels in dezefde branche in de hand werkt. Het betoog van den heer Roxs. De heer Roxs begint zijn betoog met reeds bij voorbaat, excuus te vragen omdat hij wel enkele malen van het on derhavige onderwerp zal afwijken. Spr. acht het algemeen bekend, dat de Mid denstand een zware dobber heeft, maar is hij zichzelf wel bewust in hoe verre hij zelf er de schuld van draagt, dat de zaken niet marcheeren, omdat het met de organisatie daarvan niet in orde is. Spr. heeft zich afgevraagd of de vestiging van een zaak als de Gruy ter gewenscht is of niet en vindt het eigenaardig, dat bij vestiging van za ken als Kofa, Albert Heijn, de Unie, enz. geenenkele stem werd gehoord om die te weren. Beweerd wordt dat er kapitalen voor Waalwijk verloren gaan voor loonen en winsten, maar spr. is bekend, dat er wekelijks ook veel geld uit Waalwijk elders wordt besteed, wat ook beter hier kon wor den uitgegeven. Op dit terrein zou z.i. Waalwijks Belang veel meer kunnen doen: als die vereeniging er zich voor wilde zetten, zou Waalwijk niet met 400 werkeloozen zitten, maar zouden er gemakkelijk eenige op de fabrieken een plaats kunnen vinden, waardoor de gemeente heel wat aan steun kon be sparen. Het is niet alleen omdat de Middenstand zijn zaken verwaarloost, dat er zooveel naar buiten vloeit, maar ook de inwoners helpen daaraan z.i. mede. Men moet maar eens zien, waar men de wagens van de Gruyter, het Serviezenhuis, het Meubelhuis enz. ziet stilstaan. „Koopt niet in den vreemde", zoo staat er in de Echo, maar velen en ook vooraanstaande personen doen steeds druk mede aan het afbreken van den Middenstand en de zaken in eigen gemeente. Wat sprekers eigen zaak betreft, moet hij constateeren dat er dagelijks een wagen uit Kaatsheu vel komt met brood en andere waren, maar niets wordt hiertegen door de Bakkersorganisatie gedaan. Een an dere organisatie adviseert juist de le den om zooveel mogelijk van die Kaatsheuvelsche waren te koopen, waarbij niet gevraagd wordt of ze eerst bij hun plaatselijken bakker zuiver baan gemaakt hebben. Ten aanzien van het raadhuisplein is sprekers standpunt, dat, waar het geld ontbroken heeft om het plein be hoorlijk af te werken thans een mooie gelegenheid wordt geboden om een af sluiting te krijgen, geheel aansluitend bij den stijl van het monumentale raad huis. Bij architect Kropholler acht hij deze oplossing in vertrouwde handen. Spr. is er wel van overtuigd, dat ves tiging van een winkel door de fa. de Gruyter nadeelen voor den Midden stand zal meebrengen, maar dat dit de genadestoot voor dezen stand zou beteekenen, gelooft spr. niet. Evenals Albert Hein en de Unie, verwacht spr. dat de Gruyter zijn afzet meer in de omgeving zal moeten zoeken. Spr. zal dus zijn stem geven voor het plaatsen van een winkelpand, maar nu er ook een verzoek van andere zijde is ingekomen, waarbij een hooger bod is gedaan, zou spr. het wenschelijker vin den, dat deze zaak wordt uitgesteld tot een volgende vergadering om den heer van Hilst alsnog gelegenheid te geven zijn belangen naar voren te brengen. De heer van Gent. De heer van Gent meent, dat deze zaak veel meer stof heeft doen op waaien dan noodig was. Men schijnt vooral ertegen te ageeren, dat door B. en W. aan de fa. de Gr. de voorkeur is gegeven en dat anderen geen kans gekregen hebben. Spr. heeft deze week de vergadering van Waalwijks Belang bezocht om op de hoogte te komen van de motieven, die de tegenstanders aanvoeren, doch tot zijn spijt heeft h\j geen werkelijk steekhoudende argu menten tegen de bebouwing van het Raadhuisplein gehoord. Hoewel des tijds geen lid van den raad, meende spr. toch, dat het de bedoeling geweest is aan de Westzijde een soortgelijke afsluiting te maken als thans gepro jecteerd is, hetgeen misschien om fi- nancieele redenen achterwege is moe ten blijven. Was er destijds een derge lijk voorstel gekomen als thans dooi de fa. de Gr. is gedaan, dan zou men het zeker gaarne geaccepteerd hebben. Vooral na het laatste voorstel van de Gruyter waardoor de geheele af werking van het raadhuisplein aan die zijde haar beslag kan krijgen, meent spr. zonder eenige restrictie voor te moeten stemmen. Met den bouw van uitsluitend een winkelpand zonder verdere afwerking of verbou wing van het huis van den heer Wies- man zou spr. nog geen genoegen kun nen nemen. Spr. wil hierbij in het midden laten of hierbij aan een inge zetene alsnog de kans moet worden gegeven. De Echo van het Zuiden, Waalwpsclie en Langstraatsche Courant, Gemeenteraad Waalwqk.

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1936 | | pagina 13