II!
Blankenberg
A,s. Zondag 5 Juli
Per persoon f 3.50.
GEMEENTERAAD GEERTRUI DEN BERG
Laatste Berichten.
Advertentiën.
naar
Veiling Langstraat Drunen.
Veilingbericht van 29 Juni 1936.
Roode bessen 1328; Aardbeien 6—IX;
Madams 6—16; Ober Selecië 10—IX; Je-
etinda v. h. vat 16—16.5; Duits Evern 14-
15; Kersen 2030; Frambozen 16—46;
Tomaten 8—16; Dubb. boonen 24—30,
Snijboonen 19—25; Wagenaars 18- 23,
Slamboonen 16—22; Stamsnijbc.oncn IJ
lt;; Eolerboon 1416; Tuinboon 6»
Ktombekken 9—13; Erwten .>—16;
Gn entjes 1-8; Peulen 3-10; Spinazie
9_6; Postelijn 2—5; Sjalotte 4— Aard
appelen 4—5; Aardappelen drielingen
2.5 -4 ct., alles per Kg.
Bloemkool I 3—7; Bloemkool II 2.o—
3.5; Savoie kool 3/4—2.5; Spitskool 1—
2.5; Roode kool 6—9; Komkommers 1—
3.5; Sla 0.51.5; Andijvie 0.5—2 ct., alles
per stuk.
Selderij 0.5—11/4; Peterselie 3/4—
11/4; Kroten 1.53; Peen I o.o 7.5;
Peen II 2.5—4 ct., alles per bos.
gezagsondermijning
het bijzonder dat
De raadsleden, uitgezonderd
de heer Akkerse, verklaren
zich tegen de voorgestelde
samenvoeging vjMI G'berg en
Raamsdonksveer.
De raad der gemeente Geerlruiden-
berg kwam Dinsdagavond in openbare
vergadering bijeen onder voorzitter
schap van loco-burgemeester N. G. E.
Meyers.
Alle leden waren aanwezig.
I)e notulen der vorige vergadering
werden na voorlezing goedgekeurd.
1. Behandeling van het voorstel
van Ged. Staten tot vereeniging van
de gemeente Waspik met Raamsdonk
en van de gemeente Geertruidenberg
met Raamsdonk.
De Voorzitter meent, dat de kwes
tie voldoende hekeken is in de voiige
raadsvergadering. De raadsleden
wenschten toen nadere gegevens, waar
over spr. thans beschikt en in geslo
ten vergadering wenscht mede te
deelen.
De heer Jansen vraagt, of de reke
ning en verantwoording over 1935 van
Raamsdonk ook in het bezit van den
Voorzitter zijn.
De Voorzitter zegt, alles te zullen
mededeelen in gesloten vergadering en
de verdere bespreking in openbare
zitting te zullen voortzetten.
De vergadering wordt dan geschorst.
Na de heropening dankt de heer
van der Loo den Voorzitter voor de
moeite, welke deze zich gaf om de ge
gevens te verzamelen.
Wethouder Sassen wil terugkomen
op de vergadering van de commissie
uit ingezetenen, bedoeld in art. la<3
der gemeentewet, welke op Vrijdag
19 Juni vergaderde. Spr. ziet zich ge
dwongen even terug te komen op het
geen in de vergadering dezer Commis
sie is naar voren gebracht door het
prilste lid dezer commissie, den jonge
heer AHard.
Dit minder, aldus spr., omdat deze
over het vraagstuk waarover hij
mocht spreken, zulk een onverwach
te vondsten zou hebben geëtaleerd,
dan wel om de vrijheden, om niet te
zeggen de onbeschaainheden, die dit
jnogmensch zich heeft veroorloofd
mijwaarts te richten.
Het heeft n.l. den durf gehad op in
sinueerenden toon mij een zedepreek
toe te sturen.
Ware ik er van overtuigd, dat het
bewuste lid der commissie product
van eigen brein naar voren heeft ge
bracht en ook inderdaad de draag
wijdte van zijn insinuaties overzag, ik
zou mij te hoog achten, om verder er
op in te gaan.
Maar, wijl nog „grün gewaehsen
zijn er voldoende antecedenten, die
tot de conclusie mogen leiden, dat het
jongmensch slechts de spreektrompet
is geweest van anderen en in zijn ar-
gelooze naieviteit zich heeft laten op
draaien.
De twee punten, waarop ik dan
nu even wil terugkomen zijp de vol
gende: de insinuatie, dat herhaalde
lijk en laatstelijk in den gemeenteraad
het gezag afbreuk zou gedaan zijn, en
voorts de insinuatie, dat ik omwille
van eigen verlangens ol verwachtin
gen de belangen der gemeente niet zou
behartigen.
Het geheurt meer dat men, wanneer
men den een of anderen overheidsper
soon in het nauw gedreven heeft, als
laatste verweer de opmerking krijgt,
dat men het gezag aanrandt.
Zoo is het ook in onzen Raad ge
gaan.
Door zulk een dom verwijt staat men
bij een klein deel van ingezetenen dan
te boek als gezags-aanrander.
Het is uit ergernis daarover dat ik in
de laatste vergadering van den Raad
dezer gemeente het belachelijke van
een dergelijk feit heb willen aantoo-
nen in vergelijking met feiten van
werkelijke gezagsaanranding, die op
dit oogenblik in de groote landspoli-
tieke verhoudingen plaats vinden.
Maar goed, zoo zeiden sommigen,
dergelijke aangelegenheden behooren
in onzen Raad niet thuis.
Men kryge zijn zin.
Tegenover het domme verwijt, dat
het gezag zou ondermijnd worden, een
verwijt dat de jongeheer nog eens ex
tra gemeend heeft te moeten onder
lijnen, wil ik een Geertruidenbergsch
voorbeeld van
aanhalen, dat in
jongmensch zich maar eens goed in
de ooren moet knoopen.
Van de hand van Dr. Sehaepman
hei) ik over gezagsondermijning gele
zen, dat het gezag zich alleen dan kan
handhaven, wanneer de sociaal-econo
mische toestanden rechtvaardig zijn,
hetzij door als werkgever een behoor
lijk loon te geven, door als pachtheer
slechts een rechtvaardige pacht te
vergen, door steeds het algemeen wel
zijn te dienen.
Wien deze schoen past, trekke hem
maar aan.
Genoeg hierover.
Maar wel zou men onderhand be
ginnen te twijfelen of we hier ir« een
democratisch land wonen waarin men
zijn meening kan zeggen als men
denkt in het algemeen helang te han
delen en op een ploertige wijze zijn
tegenstander meent te moeten treltcn.
Mijnheer de Voorzitter het is hier
mee uit en ik duld het niet meer om
mij en daarmee mijn gezin steeds te
treffen. Zoolang ik afgevaardigde ben
zal ik hier mijne meening zeggen. Is
deze verkeerd, men zegge het, maar
dan behoorlijk, en zooals het past.
De Voorzitter onderbreekt het be
toog van Weth. Sassen en wijst dezen
erop, dat thans het voorstel van Ged.
Staten in behandeling is en dat Weth,
Sassen misbruik maakt van het geduld
der heeren raadsleden.
Weth. Sassen zegt, dat hij het recht
heeft zich te verdedigen legen aanval
len tegen zijn persoon.
De Voorzitter antwoordt, dat men
in de raadsvergadering op de eerste
plaats de belangen der gemeente be
hoort te behartigen.
Na nog eenige discussie tusschen
den Voorzitter en Weth. Sassen, zegt
deze laatste in tweede instantie nog
het woord te zullen voeren.
De heer Jansen zegt, dat ook hij
even wil terugkomen op ife vergade
ring van den dubbelen raad, waai in
verwijten zijn gedaan aan den heelen
raad. Het lid van deze commissie, de
heer Allard, zou volgens krantenver
slagen verklaard hebben, dat de olti-
cieele raad met inlichtingen bad die
nen te komen bij den nev.enraad, hoe
zou de heer Allard dat klaar hebben
gestoomd, wanneer hij, zooals de otti-
cieele raad geen gegevens had en hoe
zou hij dan de regeering willen in
lichten. De inlichtingen die wij den
heer Allard kunnen geven wat onze
gemeente betreft, zijn de volgende:
Toen ik voor het eerst in den ge
meenteraad verscheen, had onze ge
meente ca. 300.000 schuld, deze
schulden zijn gemaakt onder het be
leid van den vorigen burgemeester en
zijn ja-knikkende kornuiten, o..a de
10.000 voor het slechten der wal
len; circa 100.000 strop aan wonin
gen op het Wilhelminaplein en Julia-
nastraat; ƒ20.000 voor den schande
lijk hoogen prijs betreffende hel huis
van de familie Allard aan de gemeen
te verkocht en zoo kan men doorgaan
lot in het oneindige.
M. de V., het is U bekend, dat de
laatste 13 jaren sinds er verschillende
andere heeren het bestuur onzer ge
meente in handen hebben, aan ver
betering der straten, versiering dei-
pleinen, zeer veel is verbeterd en dat
er trots wij slecht in de centen zaten,
veel is gedaan wat voorheen werd ver
waarloosd. Toen had men geld en er
werd niets gedaan, toch werden er op
den koop toe groote schulden ge
maakt, nu heeft men met weinig kos
ten veel gedaan.
Trots dit alles komt de heer Allard
verklaren dat er één zeer goed raads
lid is, misschien bedoeld de heer Al
lard dat de andere heeren van nul en
geen waarde zijn en had hij liever dat
men hun met aan een touwtje ja, ja,
ja, ja, ja, zou kunnen laten knikken
zooals voor 13 jaren terug en trach
ten dan de gemeente nog eens met een
cadeautje van 390.000 op te knappen.
Zoolang wij met een meerderheid in
dezen raad blijven, zullen wij waken
dat geen gelden worden uitgegeven die
door ons niet kunnen worden verant
woord. Deze raad neemt de zaken nau
wer, zakelijker, serieuzer op dan 13
jaar geleden en is niet door het volk
gekozen om voor het welzijn van een
"enkeling op te komen, maar voor de
gemeenschap van Geertruidenberg.
Mocht echter die enkele goede in de
toekomst uit den raad moeten verdwij
nen, dan kan de gemeenschap er op
rekenen dat de overige raadsleden hun
belangen zullen blijven behartigen en
zullen zij het schip, genaamd „Geer
truidenberg" niet op de rotsen aan
sturen om het te doen verpletteren,
zooals het beleid van voor 13 jaar te
rug trachtte te doen.
De heer Sassen zegt kennis genomen
te hebben van een artikel in de Donge-
bode, getiteld ,,Rond de kwestie der
samenvoeging van Raamsdonksveer bij
Geertruidenberg". Daarin wordt be
toogd, dat samenvoeging ambtenaren-
besparing. zal opleveren.
Mag ik op de allereerste plaats er op
wijzen, dat ik in principe tegen centra
lisatie ben. vooral in dezen tijd. waar
duizenden slachtoffers, mede ten ge
volge der centralisaitemethodes, wer
keloos en doelloos rondloopen.
Wij kennen honderden afgestudeer
de docters. advocaten en onderwijzers
Is 't nu wel verantwoord, om zoo maar
losweg te spreken over minder ambte
naren, want wanneer drie gemeenten
verdwijnen, dan zijn er minder ambte
naren noodig, maar de werkgelegen
heid wordt minder, doordat er minder
gemeenten zijn waar ambtenaren gey
plaatst kunnen worden.
Deze besparing is dus sociaal en eco
nomisch bezien niet te verdedigen. Hoe
meer gemeentes, hoe meer ambtenaren
geplaatst kunnen worden.
Bij mij weegt dus niet als voornaam
ste, dat enkele ambtenaren een hoog
salaris zullen hebben, als ze thans al
fatsoenlijk kunnen rondkomen.
De finantieele kwestie der gemeente
speelt ook geen rol van primair belang,
omdat ik voorzie, dat het rijk, ten aan
zien van de gemeente-financiën in de
zen tijd toch wel maatregelen zal moe
ten treffen.
Ik weet, deze meening is juridisch
aan te vechten.
Tenslotte stel ik me op het stand
punt van den staatsrechtelijken prof.
Oppenheimer, dat iedere grenswijziging
van gemeenten een aanslag is op de
autonomie en ik zie in de omstandig
heden waarin we thans leven een groot
bezwaar om genoegen te nemen met
een methode die men thans volgt. In
ons democratisch land moest het niet
mogelijk zijn, dat de vrijheid van het
volk in zijn geheel beknot wordt. Er
moest, zooals ik reeds eerder heb ge
toond een volksstemming gehouden
kunnen worden om aan iedere kiezer
en kiezeres de gelegenheid te geven
zich vóór of tegen samenvoeging te
kunnen uitspreken, dan zou naar mijne
meening de democratie hier ten volle
recht geschonken zijn.
Om een en ander zal spr. niet voor
samenvoeging stemmen.
De heer Okkerse protesteert even
eens tegen de uitlatingen van den jon
geheer Allard. Spr. verklaart voor sa
menvoeging van G.'berg en R'veer te
zijn, niet voor vereeniging met Was
pik, Drimmelen enz. Spr. gaat accoord
met het voorstel van Ged. Staten.
De heer de Kroon protesteert tegen
de uitlatingen van den heer Jansen
over den ouden raad van 13 jaren ge
leden. Er zullen toentertijd wel zaken
gebeurd zijn, die beter anders hadden
kunnen geschieden, doch men zal dit
over 15 jaar over de beslissingen van
den huidigen raad ook wel zeggen. Spr.
verklaart zich tegen vereeniging van
G'bèrg en R'veer, omdat hij er geen
voordeel in ziet, noch voor de gemeen
te, noch voor de ingezetenen.
Momenteel is de positie van het zelf
standige Geertruidenberg zooals in an
dere gemeenten. Spr. is tegen annexa
tie.
Weth. Voermans heeft in geen enke
le statistiek kunnen vinden, dat door
samenvoeging van gemeenten bezuini
ging werd verkregen. Spr. is tegen
vereeniging van G'berg en R'veer.
De heer v. d. Loo zegt eveneens te
gen te zijn.
De heer Jansen neemt hetzelfde
standpunt in en zegt geheel accoord te
gaan met het betoog van Weth. Sas
sen, om een volksstemming te laten
houden. Spr. voelt eveneens niets voor
het systeem om zooveel mogelijk men-
schen aan den dijk te zetten.
Ook de heer Boon kan geen punten
vinden, welke vóór samenvoeging plei
ten. Spr. zal dus eveneens tegenstem
men.
Daar alle leden zich hebben uitge
sproken, gaat de Voorzitter tot het vol
gende agendapunt over.
2. Ingekomen stukken.
De Voorzitter deelt mede dat er geen
ingekomen stukken zijn, maar dat nog
het adres moet behandeld worden van
de vijf werklieden contra den heer Jan
sen. Op verzoek van den raad zijn de
arbeiders thans door B. en W. ge
hoord. Gebleken is, dat v. d. Kieboom
en Snijders het plan gemaakt hadden
om het request aan den raad te zenden,
nadat zij van den heer Kemmers had
den gehoord, dat de heer Jansen hun
ontslag bewerkt had. Het was niet hun
bedoeling om den heer Jansen onaan-
aenaam te zijn. Wanneer de heer Jan
sen zich tot hen had gewend, zou het
request niet verzonden zijn.
De heer Jansen wil over deze kwes
tie niet veel woorden meer vuii maken.
De werklieden zouden dus gewild heb
ben, dat spr., nadat het adres reeds in
het bezit van B. en W. was, met han
gende pootjes naar hen zou zijn toege
komen om excuus te maken of smoes
jes op te hangen! Het ware beter ge
weest wanneer zij voor het verzenden
het adres naar spr. waren geko-
van
men.
De Voorzitter zegt, dat men reke
ning dient te houden met den moeilij
ken toestand, waarin de werklieden
verkeerden.
De heer Jansen antwoordt medelijden
te hebben met de arbeiders, maar deze
hadden toch niet voetstoots een re
quest moeten sturen zonder nader te
informeeren. Spr. vertrouwt, dat de
heer Kommers zich op de wijze zooals
beschreven is, heeft uitgelaten, want
spr. kan zich niet indenken, dat de ar
beiders iets onwaars zouden beweren.
Spr. had nog een telefonisch gesprek
gehad met den heer Kommers, die ech
ter zeide, zich niets van de zaak aan te
trekken.
Weth. Voermans zegt, dat de heer
Kommers inderdaad gezegd heeft, dat
de heer Jansen de schuld zou zijn. Hij
heeft dit bevestigt aan den Burgemees
ter en ontkent tegenover de heer Jan
sen. Misschien is hij wel dronken ge
weest, toen hij dat zeide.
De heer Jansen zegt, dat de arbei
ders geen voordeel met het request heb
ben gehad, doch eerder nadeel, daar
overal gepubliceerd werd, dat zij ont
slagen werden, omdat men ontevreden
over hen was.
De heer Okkerse vraagt zich af,
waarom de arbeidsbemiddeling is
voorbijgeloopen. Spr. kan zich de on
tevredenheid der werklieden, die vaak
hard voor een klein loon moeten wer
ken, indenken.
De Voorzitter wijst er op, dat uit
dit geval is geleerd, dat de betrokke
nen zich steeds tot de arbeidsbemidde
ling moeten wenden. Ook de werkne
mers kunnen daar een lijstje bekomen,
waarop vele goede arbeiders, die G'
berg ongetwijfeld heeft voorkomen.
B. en W. zullen bovendien bereid
zijn om alle verdere inlichtingen te ver
schaffen.
De heer Jansen zegt, dat de loonen
niet door den heer van Dijk, maar door
den heer Kommers werden verlaagd.
Spr. betoogt nogmaals dat men in den
vervolge verstandiger zal doen de za
ken van weerskanten te bezien en zich
niet eenzijdig te laten voorlichten. Zoo
als steeds zal spr. blijven pleiten voor
tewerkstelling van G'bergsche arbei
ders.
Weth. Sassen komt nog eens terug
op het eerste agenda-punt en vraagt of
het rapport aan Ged. Staten vergezeld
gaat van goede documentatie.
De Voorzitter zegt, dat de hoofd
argumenten bij den uitslag der stem
ming zullen worden gevoegd.
De heer de Kroon ziet er iets scheefs
in, dat, terwijl anders de notulen door
den raad moeten worden goedgekeurd,
thans 't verslag aan Ged. Staten wordt
gezonden zonder goedkeuring.
De Voorzitter antwoordt, dat niet de
notulen, doch de korte zakelijke samen
vatting van hetgeen aangaande de ver
eeniging werd betoogd, zal worden op
gezonden.
De heer Jansen stelt voor het rapport
te doen circuleeren.
Na eenige discussie wordt besloten
het rapport ter inzage voor de raadsle
den te leggen.
Rondvraag.
De heer v. d. Loo vraagt de heer
Jansen, wat deze bedoelde met zijn
woorden: zoolang wij de meerderheid
hebben, zijn de belangen der gemeente
goed gediend.
De heer Jansen: Dat zijn ten slotte
alle 7 raadsleden. Spr.'s grieven gingen
alleen tegen den heer Allard, die ver
wijten deed aan den heelen raad.
De heer Okkerse pleit voor een goe
de bad- en zwemgelegenheid en vraagt
voorts of er geen gemeentelijke stand
plaats kan komen voor de woonwagen
bewoners, die thans op de vuilnisbelt
huizen.
De Voorzitter wijst op het gevaar
lijke voor zwemmen in de rivier, vooral
voor kinderen. Op het tweede nadeel,
dat nu gelukkig is opgeheven, wil spr.
niet nader ingaan. De kwestie der
woonwagens is reeds in overweging.
De heer Jansen zegt, dat het een
prachtig werkobject zou zijn, het be
staande zwembad te vergrooten.
De heer Okkerse wil een commissie
tot onderzoek van deze kwestie in het
leven roepen.
De heer de Kroon is eveneens voor
het voorstel van den heer Jansen.
De Voorzitter zal een en ander in
de vergadering van B. en W. bespre
ken.
De heer Okkerse geeft in overwe
ging een maximum snelheid te bepalen
voor de Brandestraat, waar men „van
de sokken" gereden wordt, als men
niet oppast.
De heer Jansen steunt dit voorstel en
wijst er voorts op, dat de schepen veel
hinder hebben van het zand dat gelost
wordt en op den loswal wordt gegooid
tot hooge hoopen.
De Voorzitter neemt van een en an
der goede nota.
De heer Jansen vraagt, hoe het met
den nieuwen weg staat.
De Voorzitter heeft deze vraag ver
wacht en zal in gesloten zitting worden
behandeld.
De raad gaat dan over tot de ge
heime zitting.
TUMULT IN DEN VOLKEN
BONDSRAAD TE GENEVE.
Een schandaal zonder precedent
in de annalen van den Volkenbond
heeft de eerste bijeenkomst der
Assemblée gekenmerkt.
Terwijl de keizer van Abessinië
voor de plenaire vergadering het
woord wilde nemen, verhieven de
Italiaansche journalisten zich op
een fluitsignaal van hun banken,
bliezen op fluiten en trompetten,
schreeuwden »Eviva el duce« en
uitten niet te herhalen scheldwoor
den aan het adres van den negus.
Eenige minuten lang hield dit gejoel
aan, tot een groote politiemacht
het gebouw binnenstormde en de
Italianen, die hevig verzet boden,
arresteerde.
Een niet te beschrijven veront
waardiging maakte zich van de
stampvolle zaal meester, die den
negus een langdurige en daverende
ovatie bracht.
Gendarmes hebben de Italiaan
sche journalisten, wier perskaarten
direct werden ingetrokken op straat
gezet.
De negus ging met z'n rede voort.
Treffend waren de laatste zinnen
van den keizer: «Vertegenwoordi
gers van de wereld Ik ben naar
Genève gekomen om ten overstaan
van u de meest penibele taak van
een staatshoofd te vervullen. Welk
antwoord zal ik aan mijn volk
brengen
De Assemblée heeft zich hierna
tot morgen verdaagd, dan zullen
o.a. Eden en Leon Blum groote
redevoeringen houden.
Z H. de Raus is naar zijn
buitenverblijf te Casta Gandolio
vertrokken.
GROOTE BRAND
TE RAAMSDONK.
Hedenmorgen omstreeks 11 uur ont
dekten voorbijgangers brand in de
dubbele landbouwerswoning bewoond
door den heer A. van Dongen-Brou-
wers en het gezin P. van Drunen, gele
gen aan de Kerkstraat te Raamsdonks-
dorp naast het v.m. gemeentehuis.
De brandweer van Waspik en
Raamsdonksveer werden direct ge
waarschuwd en verschenen spoedig ter
plaatse.
De beide woningen stonden toen
echter reeds in lichte laaie, terwijl de
vlammen ook oversloegen op de Oos
telijk gelegen woningen van de fami
lies Verschuren-Boons en Damen.
Even later hadden ook de aan de
Noordzijde der straat gelegen huizen
van M. van Zuilekom en de landbou
werswoning van Blom vlam gevat, zoo
dat in korten tijd zes gezinnen dakloos
werden.
De brand woedt op het oogenblik
nog voort, maar men hoopt de tus
schen de brandende perceelen gelegen
woonhuizen van de Roon, bakker van
der Westen, P. van Zuilekom e.a. te
kunnen behouden.
Omtrent de oorzaak tast men nog in
het duister.
Verzekering dekt gedeeltelijk de
schade.
De parel der Belgische
badplaatsen.
A. MULDERS-SARS
Telefoon 141. Stationsstraat
WAALWIJK.
A 4423 Lulleby of Broadway. Ambrose.
The words are, ip my heart. icL
A 3409 Flirtation Walk. Dick Powell.
Mr. and Mrs. is the name. id.
A 4422 Mucliacha. Orkest.
To call you my own. id*
A 3C97 Negerpuppen Parade. id.
Mein kleiner Liebling aus Toledo. Ork.
8.20 Droltwich.
9.50 Regional programma.
10.20 DDroitwich.