Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen.
Economische vraagstukken
van dezen tijd.
FEUILLETON
ANNE.
m
ROQRD BRABAnD"
Dit nummer bestaat uit Drie Bladen
EERSTE BLAD.
NUMMER 36.
ZATERDAG 1 MEI 1937.
Dit blad verschijnt
WOENSDAG en ZATERDAG
Brieven, Ingezonden stukken, gelden,
enz. franco te zenden aan den Uitgever
Abonnementsprijs, per 3 maanden
1.25. Franco per post door 't geheele
rijk 1.40.
UITGAVE:
WAALWIJKSCHE STOOMDRUKKERIJ ANTOON TIELEN.
Telefoon No. 38. Telegr.-adres: ECHO.
Advertentiën moeten Woensdag et
Vrijdag des morgens om uiterlijk 9 uur
in ons bezit zijn.
Prijs der Advertentiën:
20 cent per regel; minimum 1.50.
Reclames 40 cent per regel.
Bij contract flink rabat.
Er worden in deze dagen heei
wat verkiezingsredevoeringen ge
houden, de eene al meer belangrijk
dan de andere.
Tot een der beste mag zeker ge
rekend worden die welke Mr. M.
Steenberghe,oud ministèrenkamer-
candidaat voor den kieskring Til
burg, daar ter plaatse gisteravond
heeft gehouden. Ze is zoo belang
rijk omdat daaruit helder blijkt zijn
visie en die der R.K. Staatspartij op
de economische vraagstukken van
dezen tijd voor ons land.
Om 't belang der zaak laten wij
hier de rede over «Economische
vraagstukken van dezen tijd» uit
voerig volgen
Mr. Steenberghe begon zijn rede
met er op te wijzen, dat de econo
mische vraagstukken in de komende
politieke periode aandacht zullen
vergen. Ook de geestelijke stroo.
mingen in ons volk worden sterk
door de materieele omstandigheden
beïnvloed. Bij een zoo groot moge
lijke welvaart zullen de extremisti
sche stroomingen minder sterk op
treden. De R.K. Staatspartij heeft
het grootste belang van een goede
economische politiek steeds ingezien;
ook in het Program van 1937 is aan
deze politiek een ruime plaats in
geruimd. De groote punten «Arbeid
voor ons volk» en «Ordening» be-
heerschen een groot gedeelte van
het Program.
Spreker wees er op, dat het besef
voorop moet staan, dat de oude
omstandigheden niet terugkeeren.
Degenen, die op hel gebied van het
van „De Echo van het Zuiden".
Naar het Engelsch bewerkt door
J. VAN DER SLUYS.
(Nadruk verboden).
14)
Dat is heel edelmoedig van u, Sir
John en ik weet zoo direct niet wat
ik daarop zeggen moet. Ik zou namens
,u het aanbod kunnen doen, maar het
lijkt mij niet waarschijnlijk, dat het
zou worden geaccepteerd, misschien
wilt u zoo goed zijn mij op kantoor
te komen opzoeken als ik terug ben.
John klemde zijn kaken op elkaar.
Een maand uitstel!
Waarom kan ik mijn nichtje
niet te spreken krijgen? protesteerde
hij. Waar is zij?
Hij hoorde, dat mijnheer Carru-
thers kuchte.
Ik ben bang weer een kuch
ik ben bang, dat dat onmogelijk is.
Maar ik hoor van mijn neef, dat er
een andere dame is, die erg graag
kennis met ,u wil maken mevrouw
Courtney. Ze heeft een flat in Queen's
Gat het nummer weet ik niet uit
mijn hoofd. Lewis heeft haar van
middag gesproken en ze zei buiten
bedrijfsleven, de handelspolitiek,
kortom op het geheele terrein van
economie en sociologie meenen, dat
de vrije verhoudingen weer terug
zullen keereu, spelen een verloren
spel.
De nieuwe regeering zal zich
zich hebben in te stellen op de
nieuwe omstandighedenzij zal
moeten vooruit kijken en het ver
leden slechts gebruiken, om hieruit
lessen te trekken.
Monetairs politiek.
Ten aanzien van de monetaire
politiek merkte spreker op, dat de
R K. Staatspartij tot 1935 loyaal aan
de aanpassingspolitiek van dit ka
binet heeft meegewerkt. In 1935bleek
echter duidelijk, dat de aanpassing
verder niet kon vorderen. Het kosten
peil kon door deflatie niet langer
naar beneden gebracht worden en
de druk op de groote massa van
ons volk werd te zwaar.Desniet
tegenstaande stond het kostenpeil
van ons bedrijfsleven nog minstens
20 procent boven dat van de rest
van de wereld. Persoonlijk was
spreker van meening, dat de verdere
noodzakelijke aanpassing slechts
door devaluatie zou kunnen plaats
hebben. Wie in het verleden gelijk
gehad heeft, zou de moeite van
bespreken niet waard zijn, ware het
niet, dat ook voor de toekomst hier
uit lessen te trekken zijn. Men kan
thans gemakkelijk zeggen, dat de
feiten de aanpassingspol.tiek in het
gelijk hebben gesteld, doch wanneer
men de feiten inderdaad beschcuwt
is dit moeilijk vol te houden. Ver.
gewoon verlangend te zijn oin u te
ontmoeten. Ze heeft hem zelfs gezegd
u te vragen haar een bezoek te komen
brengen. Ze is nog al heerschzucht.g,
•naar overigens een bijzonder char
mante vrouw en een relatie van de
familie.
lioed, ik zal haar opzoeken. Neen
juffrouw, breekt u het gesprek niet
af. Bent u daar nog, mijnheer Carru-
thers? Ja? Kunt u mij misschien zeg
gen of mijn nichtje ziek is?
Ik kan het ,u werkelijk niet
zeggen.
Weet u waar zij is?
Een lange pauze. Toen zei mijnheer
Carrutthers langzaam: Ja ik weet het.
U wéét het
Ja.
En opeens was de verbinding ver
broken.
John bleef een oogenblik verbij
sterd met den hoorn aan 't oor staan.
Maar weldra kwam hij tot 't besef
van de werkelijkheid terug, hing hem
op en verliet de cel.
In zijn zitkamer te Horsham draai
de Mr. Carruthers zich in zijn gemak
kelijke stoel om en wendde zich met
een lichtelijk verstoord gezicht tot
zijn neef.
Een tamelijk lastig jongmensch,
die Sir John Waveney, merkte hij op.
Lewis keek op van zijn courant.
In welk opzicht was hij lastig?
Hij wil het adres van Anne Wa
veney hebben.
Ja, dat heb ik u gezegd. Is er
gelijkingen ten bate van de aanpas
singspolitiek kunnen slechtsgemaakt
werden ten opzichte van den toe
stand vóór September 1936. Feit is,
dat wanneer men het werkloozen
cijfer van Augustus 1933 met Aug.
1936 vergelijkt het aantal werk
loozen met 110.000 is toegenomen.
Kijkt men na de devaluatie en ver.
gelijkt men de werkloozencijfers van
Februari 1933 met die van Februari
1937 dan is het aantal werkloozen
slechts 55.O00 grooter. De laatste
maanden vóór de devaluatie nam
het aantal werkloozen in verhouding
tot het jaar tevoren nog geregeld
met 30.000 toe. De laatste maanden
verminderde de werkloosheid met
circa 25.000 eveneens in verhouding
tot het jaar tevoren. Merkwaardig
is ook, dat de groote stijging van
onzen uitvoer (het eerste kwartaal
van dit jaar tegenover het eerste
kwartaal van het vorige jaar een
stijging met 58 procent) eerst na de
devaluatie plaats had.
De verbetering van de financieele
positie van het Rijk, de opleving in
n
een onoverkomenlijk bezwaar om het
hem te geven?
Ja, Lewis.
Lewis Smith tuitte de lippen en liet
een langgerekt gefluit hooren.
Hij is zoo vasthoudend als een
terrier, m'n vriend John! Als hij zijn
zinnen op iets heeft gezet, is hij, met
al zijn beminnelijke wellevendheid,
de koppigste kerel, dien ik ooit ont
moet heb. Zoo ver ik hem ken, zal hij,
als hij dat adres persé wil gewaar
worden, niet rusten voor hij het weet.
Mr. Carruthers kuchte ontstemd.
Ik heb er met de meeste klem
op aangedrongen, dat hij de heele
zaak zou laten rusten. Dat heb je ge
hoord. Hij schijnt met een of ander
idee rond te loopen 0111 haar een toe
lage uit de middelen van het landgoed
Loe te kennen en er zal voor mij niets
anders opzitten dan dat aanbod over
te brengen. Dat is alles goed en wel,
maar wat persoonlijke toenadering be
treft, heb ik de sterkst mogelijke re
denen om hem van plannen in die
richting af te brengen. En ik reken
erop,, Lewis, dat jij hetzelfde zult
doen.
K,unt u mij niet vertellen, waar
om?
Tot mijn spijt niet. Je zult ge
noegen moeten nemen met mijn uit
drukkelijke verklaring, dat die jonge
man verstandig doet, de gedachte om
zijn nichtje te spreken te laten varen.
Als hij die gedachte heeft en
alles wijst erop, dat dit het geval is
de scheepvaart, de bezetting van de
scheepswerven zonilei Rijkssunsiüie,
de opleving in de lexuel uielaai
industrie en andere, de iierleviug
van net hypothecair crediet hennen
alie eerst na September iyob d.w.z.
na ue devaluatie plaats genad.
De devaluatie neelt ons de ge
legenheid gegeven aan de wereid-
oplevmg deel te nemen.
Sprekers vaste overtuiging isdan
ook, dat door het uitnlijven van de
devaluatie in 1935 011s land ander-
halt jaar langer de inisCre van de
depressie heeli gekend en, wat erger
is anderhalf jaar vlugger in de
nieuwe depiessie zal komen dan
noodig was geweest.
Handelspolitiek in do toekomst.
Spreker wees vervolgens op de
groote beteekenis van de handels
politiek, ook voor de naaste toe
komst. Men kan zeer goed de
onderlinge gebondenheid der vo.ken
aanvoelen en toch de handelspoli
tiek in de eerste plaats nationaal
bezien. Spreker ging uitvoerig na
wat de geschiedenis op dit terrein
de laatste tien jaren heelt geleerd,
bleeds werden verbeteringen van
onze handelspolitiek tegen geuouden
door optimistische verklaringen ten
opzichie van internationale vrij
handel, die in aantocht zou zijn.
Ook thans vernemen wij weer der
gelijke klanken, De Oslo couferentie
waarvan men tevoren kon zeggen,
dat ze slechts zeer geringe resultaten
zou kunnen hebben en waarvan nu
reeds van ollicieele zijde wordt
medegedeeld, dat de resultaten in
derdaad buitengewoon geiiug zijn,
werd ook reeds tot het wekken van
dergelijke verwachtingen misbruikt.
De feiten bewijzen echter voor
degenen, die eenigermate regelmatig
de dagbladen lezen, dal de nieuwe
handelsbelemmeringen nog steeds
niet van de lucht zijn. De Vereenigde
Staten, die men als voorbeeld aan
haalt voor het baanbreken van de
vrijheidsgedachte, hebben nog steeds
'n invoerrecht, dat gemiddeld bijna
zullen we niet veel succes bij hem
hebben, met ons advies.
Maar hij zal toch wel een duide
lijke wenk verstaan, meende de oude
heer geprikkeld.
Dat zullen we dienen af te
wachten, verklaarde Lewis Smith op
een toon van berusting, maar voor-
loopig geef ik nog geen stuiver voor
die kans. Ik heb u gezegd, hoe hij is.
VII.
DE KLEINE SLANGEN
BEZWEERDER.
John had een invitatie voor een
diner dien avond. Zijn gastheer was
de uitgever, die de publicatie bezorgd
bad van het boek van Peterson, wiens
tochtgenoot en trouwe hulp de jonge
Waveney was geweest. Het gezelschap
bestond uitsluitend .uit heeren en John
had geen van hen ooit tevoren ont
moet. Het tafelgesprek liep over Peter
son over wetenschappelijke onder
werpen en over verre, wilde streken,
waar zelden een ontdekkingsreiziger
den voet had gezet.
Na het diner kwam een kleine man
met een baard en een glimmenden,
kalen schedel op John af.
Mijn naam is Fossick-Yaters,
deelde hij mede. Frederik Fossick-
Yaters. Zegt die naam u iets?
John gaf niet direct antwoord; hij
moest tijd winnen. Ongetwijfeld had
de naam een bekenden klank, maar
al was zijn leven ermee gemoeid ge
weest, dan had hij op dit moment niet
kunnen zeggen waar en in welk ver-
HEERLIJK DIE LENTEGEURENl'
„fAAÏR KINDLIEFJE RUIKT DE
RUPE TABAK f
40 pet. bedraagt. Alleen al de de-
fensiebelangen van verschillende
landen brengen mee, dat men in de
eerste jaren zeker niet op vrijhandel
behoeft te rekenen. Nederland zal
hieruit de lessen moeten trekken en
zorgen, evengoed voor de econo
mische als voor de militaire be
wapening. Noodig zal zijn naast
bescherming van de binnenlandsche
markt door invoerrechten, een ver
dediging van onzen export door
contingenteering en licentie* ring.
Spreker wees er op, dat in de eerste
plaats voor het economisch b lang
van Indië en van onzen export een
goede handelspolitieke bewapening
noodig is.
Da landbouwpolitiek.
Wat de landbouwpolitiek aangaat,
bewijzen ook de huidige omstandig
heden, dat een landbouwsteun ab
soluut noodzakelijk is. De regee
ring heeft op dit terrein ongetwijfeld
den landbouw en daardoor een
groot gedeelte van ons volk van den
ondergang gered. Dat daaraan min
der aangename zijden, zooals een
ver doorgevoerde vrijheidshelem-
band' hij hem gehoord had.
De kleine man hield het hoofd
opzij en keek hem vol verwachting
aan; zijn ronde, heldere, eenigszins
uitpuilende oogen deden denken aan
de oogen van een vogel, die een worm
beloert. En vóór John's aarzeling pijn
lijk werd, maakte de heer Fossick-
Yater er een einde aan.
Ik schreef Peterson herhaalde
lijk. Verscheidene brieven heb ik hem
geschreven.... dat zal nu een jaar
of drie geleden zijn.
In John's geest begon dë heugenis
tc schemeren aan een zeer hardnekkig
briefschrijver, die zijn weldoener en
metgezel had bestookt met brief na
brief, volgepropt met pieterpe.uterige
bijzonderheden over variaties in de
typen Europeesche slangen.
Ja zeker, ik herinner het mij,
antwoordde de jongeman.
Aha! Mag ik dan misschien vra
gen of Peterson iets aan mijn opmer
kingen heeft gehad?
Van eenige heeft hij gebruik ge
maaktin het zesde hoofdstuk,
meen ik. En verderop nog in een noot.
De heer Fossick-Yaters straalde en
glom van voldoening. Hij trok een
van zijn manchetten te voorschijn en
maakte er met zijn gouden potlood
in kriebelschrift een snelle notitie op.
Aha! Het zesde hoofdstuk, zegt
u? En een noot? Ik ben u buitenge
woon dankbaar, Sir John. U herinnert
,u waarschijnlijk niet welke van mijn
gegevens
(Wordt vervolgd).
60p TA APO WO.
Ge Echo van het Zni
Waahvyksdie en Langstraatsche Cooraot,
Zich varzok«r«n bij een
goad* maatschappij is aan
wljza voorzorgsmaatregel
WIST U DAT EEN HALF MILLIOEN
PERSONEN BIJ DE
VERZEKERD ZIJN
Da ,,NOORD-BRABAND" bataalda In 1936
circa f 1.500 000 uit aan hara varzakardan
NIEMEUERs STER TABAK VAN 5TOT 15 Ct R HAIF 0MS