Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen. 95 „NOOBD-BBABAND" Virginia's Keuze. AKKERTJES FEUILLETON Werk in Duitsctiland, 'n Barstende Hoofdpijn Dit nummer bestaat uit Drie Bladen EERSTE BLAD JAAR Oe ordeningsgedachte Mussert wilde niet achterblijven. NUMMER 21. ZATERDAG 12 MAART 1938. 61e JAARGANG. te at op ïze /in de Ier •en Dit blad verschijnt WOENSDAG en ZATERDAG Brieven, Ingezonden stukken, gelden, enz. franco te zenden aan den Uitgever Abonnementsprijs; per 3 maanden 1.25. Franco per post door 't geheele rijk 1.40. V UITGAVE: WAALWIJKSCHE STOOMDRUKKERIJ ANTOON TIELEN. Telefoon No. 38. Telegr.-adres: ECHO. Advertentiën moeten Woensdag efl Vrijdag des morgens om uiterlijk 9 uur in ons bezit zijn. Prijs der Advertentiën: 20 cent per regel; minimum 1.50. Reclames 40 cent per regel. Bij contract flink rabat. Evenals het vorige jaar is er in het komende seizoen weer voor vele dui zenden Nederlandsche werkloozen, in het bijzonder voor landarbeiders, ge legenheid om in Duitschland een eerlijk stuk brood te verdienen. Duitschland wil zich ook op het gebied van land en tuinbouw, v.an veeteelt en voor wat de zuivelvoorziening betreft, onafhan kelijk trachten te maken van het bui tenland en deswege is er zooveel grond in cultuur genomen, dat er in het sei zoen een groot tekort aan geschoolde arbeidskrachten is. Datzelfde verschijn sel deed zich trouwens ook in de voor- oorlogsche jaren voor, land- en tuinbouw, ook de veeteelt, stonden toen in Duitschland op een nog veel lager peil dan thans het geval is en daarom was de Nederlandsche arbei der er altijd een zeer gewaardeerde hulp. In elk geval er is werk in Duitsch land, wat jammer genoeg in ons land niet het geval is. Onze regeering heeft er bij de ge meentebesturen op aangedrongen, dat zij de werkloozen, die voor uitzending naar Duitschland in aanmerking ko men, zullen bewegen om inderdaad te gaan. En zij gaf den gemeentebesturen voor de vervulling van deze opdracht een stok in de hand, een stok, welke de burgemeesters voorloopig achter de deur van het stempellokaal kunnen plaatsen, maar die, zoo noodig, gehan teerd zal moeten worden. Bij weigering van geschikten ar beid in Duitschland zullen de be trokken werkloozen van eiken over heidssteun en van uitkeering uit de werkloozenkas worden uitgesloten. Als geschikte arbeid voor ongehuw de werkloozen, voor inwonende zoons en kostgangers, wordt door den minis ter genoemd: het werk van melkers en inwonende knechten voor allerlei ar beid. Als passend werk voor gehuwde en kostwinners noemt de minister: het werk, dat er in Duitschland is voor melkersgezinnen en den seizoenarbeid. In beginsel is er niets in te brengen tegen dezen door de overheid uitgeoe- fenden drang. Negentig procent der Nederlandsche werkloozen kan de ar beidsgelegenheid in Duitschland be schouwen als een zegen, welke voor ze is weggelegd. Een flinke kerel pakt zoo iets aan, ook zonder aandrang van de overheid. We zijn toch waarachtig geen lummels, die niet bij moeders pap pot weg kunnen! Dankbaar dient de ge legenheid te worden aanvaard om ein delijk aan het demoraliseerende niets doen te ontkomen, nieuwe ondervin ding in het vak op te doen door arbeid in vreemde omgeving en andere om standigheden, den geest te verrijken door het verkeer met menschen van een anderen landaard. En tóchEr zijn voor sommigen in dit speciale geval bezwaren denk baar. Het Duitschland van heden kan als vestigingsoord voor den Nederland- schen arbeider niet meer worden ver geleken met het Duitschland van vóór den oorlog, noch met andere landen, welker staatkundige structuur met de onze overeenkomt. Men zegge niet, dat de Nederland sche overheid er niets mee te maken heeft, of de Nederlandsche arbeider al- of niet vreemd staat tegenover de cul- tureele en maatschappelijke tendenzen, welke geldend zijn in het land, waar hem arbeid wordt aangeboden. Principieele bezwaren zijn denkbaar en soms zelfs begrijpelijk. Ook kunnen er bezwaren zijn van godsdienstigen en moreelen aard, waar verschil van streek, groot verschil van gewoonten en toestanden te zien geeft; ook daarover is in ons blad al meer ge schreven. Het gaat niet aan om te redeneeren: de Nederlandsche arbeider moet zich in Duitschland schikken naar de om standigheden, zwijgen over de politiek, als deze hem niet aanstaat, en in het algemeen zijn critiek voor zich houden. Dat is een houding, die den man van karakter onmogelijk is. Wie in Duitsch land gaan arbeiden, worden aangewe zen op het maatschappelijk verkeer met Duitschers. De Nederlanders mogen er al zwijgen en dulden, de Duitschers, met wie ze moeten omgaan, zullen spre ken en doen. Wat ze velen althans zullen zeggen en doen, daarvan vin den we dagelijks staaltjes vermeld in de Nederlandsche pers, staaltjes, welke ons dikwijls doen grimmen en prote steeren. In de circulaire van den minister missen we dezen keer de aanwijzing, dat de gemeentebesturen rekening zul len houden met reëele principieele be denkingen van hen, die overigens wat hun vakkennis en huiselijke om standigheden betreft voor uitzending in aanmerking zouden moeten komen. We weten, dat er practische bezwa ren tegen zulke aanwijzing bestaan, ze kan worden misbruikt door men schen, wier hoofdbeginsel luidt: liever lui dan moe. Daarom is het misschien wel beter, dat zulke aanwijzing niet nadrukkelijk is gegeven, maar het kan Levensverzekering 1843 1938 GEEFT ZEKERHEID. DOOR ERVARING STERK, niet anders, of het moet de intentie van deze regeering zijn, dat de gemeente besturen in de practijk rekening houden met principieele bedenkingen, welke sommigen tegen arbeid in Duitsche omgeving hebben. Gemeentebesturen beschikken ongetwijfeld over de infor maties, welke noodig zijn om te beoor- deelen, of de meerbedoelde principieele bezwaren werkelijk bestaand of slechts voorgewend zijn. We hopen en vertrouwen, dat de ge meentebesturen de aanwijzingen in de circulaire van den minister met oor deel en met beleid zullen opvolgen. Dag in, dag uit haast kan men in de liberale grootpers, speciaal de N. Rott. Crt. artikelen vinden waarin zij al haar minachting uitspuit over elke ordenen de maatregel die de twee katholieke ministers Steenberghe en Romme voor stellen. Als de heer Zaalberg verkondigt, dat winstbejag de eenige gezonde drijfveer in 't economisch leven is, als Fenteneer van Vlissingen het scheppen van orde noemt kwakzalverij met Tilburgsche olie, dan jubelt die pers. Met respect natuurlijk voor ieders overtuiging, gaat men toch eenigszins aan haar eerlijkheid twijfelen, als men daartegenover ziet ordening in super- of groot-kapitaal, bedrijven als kolen- conventie en de saamgetrokken markt van eenige groot-in'dustriën in ons land, welke ordening, die een ongecon troleerde bedrijfsvoering en onaantast bare prijzenpolitiek heeft, door deze zelfde pers absoluut niet is of wordt af gekeurd. Een feit is 't intusschen dat de actie der grootpers tegen de huidige orde ningsgedachte met alle kracht wordt gevoerd om daardoor deze idee in han del en industrie-bedrijven zooveel mo gelijk af te breken. En wat ons tegenover dit voortdu rend gestook zoo opvalt is, dat onze provinciale pers met kracht daartegen voortdurend optreedt, maar dat wij een krachtige bestrijding van onze groote dagbladpers daartegen missen. Van tweeën een: wij verwachten van haar een principieele voortdurende en krach tige bestijding van dit afbrekend werk, of zoo men het met deze „ordenings- voorstellen van 't bevriende ministerie niet eens is, dan kome men er rond vooruit! Zoo noemen we het geen leiding ge ven van daartoe aangewezen organen. die U kwelt en belet te werken? Neem een "AKKERTJE" en binnen een kwartier voelt Ge de hoofdpijn wegtrekken als mist voor de zon. Heb steeds AKKER-CACHETS in huis. Vannacht kunnen ze te pas komen bij Hoofdpijn. Kiespijn, Ze nuwpijn, Spierpijn ot gevatte koul N"p>rï!l1?Sch Smaakloos ouwel-omhulsel om u 't poeder. Ge proeft daardoor niets. Ze glijden naar binnen. Prijs: 12 stuks voor 12 stuiversI ■3^ AKKER.CACHETS Zooals men weet hebben de Staats, lieden de twee leiders Hrtller en •Schuschnigg in uitvoerige redevoe ringen, de aandacht van degtheele wereld wederom op den internati onalen toestand gevestigd en daarbij eveneens den loop dei binnenland, sche gebeurtenissen in het geding gebracht. IJK* van „De Echo van het Zuiden". Naar het Amerikaansch van TEMPLE BAILEY. (Nadruk verboden). 31) Zijn haar was verward en hij zag er vreeselijk moe uit; er lagen zwarte kringen onder zijn oogen. Zij aarzelde. Ik. kon niet slapen. Hij kwam op haar toe en sloeg zijn armen om haar heen. Is er iets dat je hindert? Er was zoovéél dat haar hinderde, maar zij kon het hem nu niet zeggen. Zij kon eenvoudig nietniet tegen deze zachte, teedere Rickey, die zelf zoo moe was. Daarom zeide zij: Kom binnen zitten en praat wat met me. Ik kan toch niet slapen. Zij gingen samen naar de huiskamer en hij gooide nog wat kolen op het vuur. De kleine hond en het gele poes je nestelden zich op het haardkleedje aan de voeten van hun geliefd meeste resje, en Rickey, ook op het haard kleedje, praatte van de dingen die hij van plan was te doen. Je zult zien, dat ik op Derekdale nieuwe inspiratie opdoe, zei hij. Ik ben er zeker van. Het zal als een sti mulans voor mij zijn, zoo'n omgeving, en menschen te ontmoeten, Jinny. Ik ben nu eenmaal van het soort dat op winding noodig heeft. Ik verdroog ge woonweg als de dingen zoo hun saaie, alledaagsche gangetje gaan. Opwinding.... Virginia dacht aan den losbandigen Richard Farquhar van de gouden lepels. Zij was bang. Rickey mocht niet rusteloos worden. Het zou verkeerd zijn hem nu teleur te stellen. Wat er dan ook van komen mocht, zij mocht Rickey niet teleur stellen in zijn Derekdale-illusie. XIII. EEN ZEER HOOGE BERG. Kerstmis viel dat jaar op een Za terdag. Het groote bal zou worden ge houden op Vrijdag en Virginia en haar broer zouden door Tony met de auto naar Derekdale worden gebracht. Mi chael zou pas voor het diner komen. Want Michael ging ook naar Derek dale. Mrs. Bleecker had hem geïnvi teerd op aandringen van Marty van D.uyne. Hij had de uitnoodiging aan genomen, niet om Marty, maar om Virginia. Het zal ons drie heele dagen sa men geven, had hij gezegd. Drie dagen! Met een jubelend hart werkte Virginia aan de voorbereidse len. Zij pakte haar nieuwe kleeren en die van Rickey in de keurige koffers, die zij zich hadden aangeschaft en verbande alle nare gedachten aan de groote uitgaven, die zij hadden ge maakt. Donderdagsmorgens kwam Mary Lee Logan aanzetten en vond Virgi nia alleen thuis. Waar is Rickey? was haar eerste vraag. Uit om nog een paar boodschap pen te doen. Hij zou op tijd voor de lunch zijn. Mag ik blijven? Ik wou hem goe dendag zeggen. Natuurlijk. Mary Lee zat moedeloos bij den haard en keek naar Virginia. Ik heb een voorgevoel dat na Kerstmis alles anders zal zijn, Virgi nia. Kom, we zijn Donderdag immers al weer thuis, troostte Virginia haar, een paar lichte zijden kousen in een zakje van haar reistasch stoppend. Maar dan zal het niet meer zijn zooals het nu is, hield Mary Lee vol. Het is die zilveren Tooverfee, waar ik bang voor ben, Jinny. Virginia stond op uit haar gebukte houding en keek haar aan. Zij is niet half zoo aardig als jij bent, Mary Lee, en Rickey is verstan dig genoeg om dat te weten. Rickey is niet verstandig. En ik weet dat hij verdriet zal krijgen. Mary Lee was den laatsten tijd heel erg veranderd. Zij was niet meer het dikke, vroolijke meisje, dat zij op de veiling was geweest. Zij was magerder geworden en stiller, vrouwelijker. Zij had nu inderdaad wel iets van het tragische Chineesche meisje uit het liedje. Het effect werd nog verhoogd, doordat zij heelemaal in het zwart was een smaakvol zwart mantelpak met een witte bloem in haar knoops gat, een klein zwart hoedje en een zil vervos. Toen Rickey binnenkwam en haar zag, gaf hij aan zijn bewondering lucht door een langgerekten fluittoon. Je ziet er prachtig uit, Mary Lee. Zij draaide rond op haar zwarte hooggehakte pumps. Als je eens wist, hoeveel het me heeft gekost om er geen zilveren ges pen op te nemen. Maar ik wist, dat ze je zoo beter zouden bevallen. Zij lunchten met hun drietjes en toen het haar tijd werd om te gaan, zei Mary Lee tegen Rickey: Je moet niet verliefd worden op Marty van Duyne. Hij werd rood. Wat 'n nonsens! Het is geen nonsens. Maar ik had het je misschien niet moeten zeggen. Het is net als wanneer je aan kleine kinderen zegt, dat ze geen boonen in hun neus mogen stoppen. Je brengt ze zelf op het idee, om het eens te pro- beeren. Marty van Duyne zal mij niet eens opmerken. Dat is juist de reden, waarom jij verliefd op haar zult worden. Zij is de verre ster, waar jullie dichters naar reiken. Ik ben maar de rijpe vrucht, die aan je voeten neervalt. Zij lachte alsof het maar een gek heid je was, maar Virginia wist dat haar lach haar pijn moest verbergen. Het deed haar leed voor Mary Lee, die ze in die maanden had liefgekregen. Vrijdags vóórdat Tony kwam, ver sierden Virginia en Roger de hall met hulst en dennengroen, opdat de bewo ners van het oude huis ook een beetje feeststemming zouden voelen. Wij zuilen den bronzen ridder een kroon van mistletoe geven, Ro ger. O, maar zullen de menschen hem dan niet kussen, als ze de trap op gaan? Ik hoop van niet. Ik denk, dal hij het niet erg pret tig zal vinden om gekust te worden. Zeker niet door zooveel men schen. De bronzen ridder kreeg zijn kroon van mistletoe en de trapleuning werd omwonden met dennengroen. Het was prachtig in de oogen van kleine Ro ger, en telkens als er iemand binnen kwam en bleef staan kijken naar de versiering, zei hij met een beleefd stemmetje U moet den bronzen ridder niet kussen want er komen er veel te veel. Toen Tony later met de auto voor kwam, kuste Virginia het kind goe dendag. Ik wist niet, dat u wegging, zei hij teleurgesteld. Zij tilde hem op en troostte hem. (Wordt vervolgd). De Echo van het Zuiden, Wa&lwykschc en Langstraatsche Coorant* nCOOQBOAHAnl) Volgens recept van Apotheker Dumont i

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1938 | | pagina 1