Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen.
VIRGINIA'S KEUZE.
95
„NGOfiD-BRABAND"
Buitenlandsch Nieuws.
FEUILLETON
Dit nummer bestaat uit Twee Bladen
EERSTE BLAD
JAAR
NUMMER 30.
WOENSDAG 13 APRIL 1938.
61e JAARGANG.
Dit blad verschijnt
WOENSDAG en ZATERDAG
Brieven, Ingezonden stukken, gelden,
enz. franco te zenden aan den Uitgever
Abonnementsprijs, per 3 maanden
1.25. Franco per post door 't geheele
rijk 1.40.
UITGAVE:
WAALWIJKSCHE STOOMDRUKKERIJ ANTOON TIELEN.
Telefoon No. 38. Telegr.-adres: ECHO.
Advertentiën moeten Woensdag e|
Vrijdag des morgens om uiterlijk 9 uur
in ons bezit zijn.
Prijs der Advertentiën:
20 cent per regel; minimum 1.50.
Reclames 40 cent per regel.
Bij contract flink rabat.
1
HITLER BESCHOUWT ZICH ALS
I)E VAN GOD GEZONDENE.
Met alle middelen dringt de nazi-
propaganda den Fuhrer als een half
god naar voren en Hitier gelooft in
zijn rol als zoodanig. Hiervoor spra
ken we van de Hitler-medaille. Deze,
welke de beeltenis des Führer's be
vat en een randschrift, dat naar hem
als stichter van het Groot-Duitsche
rijk verwijst, is Zondag aan eiken
Duitscher uitgereikt, die zijn stem
plicht was komen vervullen.
Dat Hitier meer en meer aan zijn
eigen vergodelijking begint te geloo-
ven, bewees de inhoud van de rede,
waarmee hij Zaterdag te Weenen zijn
verkiezingspropaganda besloot. Hij
noemde vijf redenen, waarmee hij de
annexatie van Oostenrijk motiveerde.
Zij komen hierop neer: Oostenrijk is
Duitsch; het kan zonder het Reich
niet leven; het wilde dit ook niet;
„het is mijn (Hitler's) geboorteland";
„ik kan méér dan Schuschnigg".
„Ik heb aldus Hitier door
mijn leven bewezen, dat ik meer kan
dan de dwergen, die hier een land
naar den afgrond regeerden. Of over
100 jaar nog iemand zich de namen
van mijn voorgangers hier zal herin
neren, weet ik niet, maar mijn naam
zal blijven beslaan als die van den
grooten zoon van dit land.
„Ik geloof, dat het ook Gods wil
geweest is, uit dit land een knaap naar
het rijk te zenden, hem groot te laten
worden en tot leider der natie te ver
heffen, om het hem mogelijk te ma
ken, zijn vaderland aan het rijk toe
te voegen."
„Toen op 9 Maart Schuschnigg zijn
overeenkomst schond, voelde ik, dat
de roep der Voorzienigheid tot mij
was gekomen. En wat zich toen af
speelde in drie dagen, was ook slechts
denkbaar als voltrekking van den wil
van „De Echo van het Zuiden'
Naar het Amerikaansch van
TEMPLE BAILEY.
(Nadruk verboden).
40)
Laat hem. Ik ben niet van plan
met hem te trouwen. Hij weet hel, en
ik zeg het jou nu ook voor het laatst.
Rickey.
Je hoeft niet zoo theatraal te
doen. Het zou heel goed voor je zijn.
Het zou niet goed voor me zijn.
Haar zelfbedwang liet haar opeens in
den steek. Ik kan geen man trouwen
om zijn geld, en ik ben hel ook niet
van plan, en daarmee uit. Jij doet je
eigen zin door met Marty naar Flo
rida te gaan, nu, ik doe hierin mijn
eigen zin. Ik ben óók mijn eigen baas,
Rickey, net zoo goed als jij.
Haar heftigheid maakte indruk op
hem.
Je hoeft het zóó toch niet op te
nemen?
Hoe kan ik het anders opnemen?
Plotseling begon zij te snikken en
Rickey boog zich over haar heen en
smeekte:
Niet doen, Jinny.
Ik ben een bruut, zei hij even
dezer Voorzienigheid. In drie dagen
heeft de Heer hen geslagen en ik ver
wierf de genade, op den dag van het
verraad mijn vaderland bij hel rijk te
kunnen inlijven."
Bij zijn aankomst te Weenen, voor
het houden van zijn rede, had Hitier,
zijn dank brengende voor de begroe
ting, reeds betoond:
„Het ecnige, dat is en zal blijven, is
hel Duitsche volk."
DE DUITSCHE STEMMING.
De Zondag in het Duitsche Rijk
plaats gehad hebbende stemming in
Duitschland heeft wat den uitslag be
treft de stoutste verwachtingen over-
roffen, al zal men wat de cijfers be
treft natuurlijk de noodige reserve in
acht hebben te nemen.
Reeds vroeg in den ochtend werd
overal druk gestemd. In vele plaatsen
trokken de stemgerechtigden in ge
sloten kolonnes achter muziekcorpsen
naar hun stembureau, waar hun een
insigne als herinnering aan den door
hen vervulden stemplicht werd uit
gereikt.
In het buitenland wonende Duit-
schers hebben zich met extra treinen
naar de grens begeven om er hun stem
uit te brengen of begaven zich aan
boord van in buitenlandsche havens
liggende schepen, welke opstoomden
tot buiten de territoriale zones, waar
dan gestemd kon worden.
De uitslag van de volksstemming
in Duitschland is:
Totaal aantal uitgebrachte stemmen
43.90fi.000.
Ja-stemmen 43.453.000.
Neen-stemmen 42G.000.
Percentage ja-stemmen 99.03.
In Oostenrijk perc. ja-stemmen 99.75.
DALADIER VORMT NIEUW
KABINET.
Daladier, minister van defensie en
onder-voorzitter van den minister
raad in het afgetreden kabinet-Blum,
die door den president van de Fran-
sche republiek was belast met de vor
ming van een nieuwe regeering, is in
zijn opdracht geslaagd. Zijn kabinet
bestaat voornamelijk uit gematigde
radicalen. Voorts zijn er drie leden
van de socialistische en republikein-
sche unie in opgenomen en ecnige
politici uit het centrum, namelijk
Reynaud, De Chappedelaine, Mandel
en Chamipetier de Ribes.
De nationale raad van de socialis
tische partij heeft vergaderd en na een
langdurig debat besloten geen deel uit
te maken van de nieuwe regeering. Of
het kabinet-Daladier in de Kamer ze
ker is van den steun der socialisten,
is nog niet te zeggen. De nationale
raad van de S.F.I.O. heeft over deze
vraag geen uitspraak gedaan, doch de
Kamerfractie vrijgelaten bij de vast
stelling van haar houding.
Paul Boncour is niet aan de Quay
d'Orsay teruggekeerd, Georges Bon
net volgt hem op aan buitenlandsche
zaken. Dat ten slotte Bonnet aange
wezen is, beteekent naar alle waar
schijnlijkheid:
Levensverzekering
1843
1938
GEEFT ZEKERHEID.
DOOR ERVARING STERK.
1. Dat de non-interventie in Span
je strikt gehandhaafd zal blijven.
2. Dat de Fransche diplomatie
nauwer dan op ieder ander oogen-
blik sedert het aftreden van Eden met
het Foreign Office zal gaan samen
werken.
3. Dat ten spoedigste een herstel
van normale betrekkingen met Italië
en dus de benoeming van 'n Fran-
schen ambassadeur te Rome overwo
gen zal worden.
DE SPAANSCHE BURGEROORLOG.
Terwijl aan het Ebro-front de re
publikeinen nog met den moed der
wanhoop standhouden, heeft de link-
sche legerleiding niet kunnen verhin
deren, dat in het Pyreneeën-gebied
heele legerafdeelingen afgesneden zijn
en door het dal van de Garonne en de
enkele andere, diep onder de sneeuw
liggende passen over de Fransche
grens gedrongen worden.
Door de bezetting van de Sierra Bo-
camorta aan den linkeroever van de
Esera zijn de troepen van generaal
Franco de grens reeds tot op 40 K.M.
genaderd. Een andere nationalistische
strijdmacht heeft na een marsch van
10 K.M. langs den linkeroever van de
Noguera Palaresa gemaakt te hebben
den Montsech omsingeld. Zij bevindt
zich zoodoende in de onmiddellijke
nabijheid van den weg, die Tremp
verbindt met Artesa de Segre en van
laatstgenoemde plaats naar de her
dersrepubliek Andorra leidt.
Het gevolg van deze operaties is,
dat vrijwel alle republikeinsche af-
deelingen, die zich nog in Opper-
Aragon bevinden, geen enkelen uil-
weg meer hebben, behalve dien over
de Fransche grens.
In totaal zijn Zondagmiddag 2000
vluchtelingen de Koningsbrug, die
Spanje en Frankrijk met elkaar ver
bindt, overgestoken. Nog 5000 vluch
telingen trachten hier en bij Luchon
een goed heenkomen te zoeken.
NOG STEEDS CHINEESCHE
SUCCESSEN.
Uit betrouwbare bron wordt verno
men, dat de voorhoede der Chineesche
strijdkrachten en de guerrillabenden,
die drie weken geleden zeer bedrijvig
zijn geweest ten Zuid-Westen van
Shanghai, binnen 40 K.M. afstand van
deze stad zijn gekomen.
Alle pogingen van de normale Ja-
pansche garnizoenen te Shanghai en
Hangtsjau, den Chineeschen op-
marsch te stuiten, zijn vruchteloos ge
bleven.
Voorts wordt bevestigd, dat op 9
April 10.000 man nieuwe Japansche
troepen te Poetoeng geland zijn en
naar het bedreigde gebied zijn ver
trokken.
Chineesche bewoners, die naar de
internationale nederzetting en de
Fransche concessie vluchten, vertel
len, dat de Japanners de burgers
dwingen tot het inderhaast aanleggen
van versterkingen.
Uit Hankau wordt gemeld, dat de
Chineesche troepen Tsjoe Nih Wang
en Tsjang Sjan aan het front van den
Tientsin-Poekau-spoorweg hebben be
zet.
Volgens berichten van Chineesche
zijde hebben Japansche vliegers
Tsjang Tsja, de hoofdstad der provin
cie Hoenan gebombardeerd. Zij heb
ben meer dan dertig brandbommen
en veertig zware bommen geworpen
S&c&ts Sds.pj&i fTXZfr
HET LAAGST IN PRIJS EN
BOVENAAN IN KWALITEIT!
later, ik weet het wel, Jinny, maar ik'
kan niet anders, ik moet gaan.
Toen hij weg was, deed Virginia
avondjurk uit en sloeg een eenvoudig,
blauw peignoirtje om, dat zij zelf ge
maakt had. Zij wist wat haar te doen
stond. Uit het secretarie-tje in den
hoek nam zij pen en papier prach-
lig dik geschept papier, met het Bleec-
ker-wapen in den hoek. Haar briefje
aan Michael schreef zij zonder aarze
len, verzegelde het daarna en legde 't
opzij. Morgenochtend zou zij het hem
laten brengen.
In bed dacht zij nog eens over alles
na. Het kon niet anders Michael
kon niet langer voor haar zijn. Zij had
haar besluit genomen, haar trots had
haar daartoe gedreven. Haar keuze
was tusschen Rickey en Michael, want
hen beiden vereenigen ging niet lan
ger. En zij kon Rickey niet in den
steek laten, hij had haar noodig, en
zeker als hij uit Florida terugkwam.
Want dat de heele geschiedenis met
Marty op veel verdriet voor hem
zou uitdraaien, daar was Virginia ze
ker van.
Tenslotte viel zij in slaap en toen
zij wakker werd, aanschouwde zij een
grauwen Kerstmorgen. Zij kleedde
zich haastig aan, schreef het briefje
aan Tony en vroeg toen den weg naar
de naaste kerk.
Veel kalmer en zeker van den weg,
dien zij gaan moest, was zij op Derek-
dale teruggekomen. Zij vroeg of zij
mrs. Bleecker kon spreken en haar
gastvrouw had haar op bed ontvan-
gen.
Jane zag er jonger dan ooit uit in
een roze ochtendjasje en de haren in
een breede, rose bandeau. Zij had thee
en toast voor ontbijt. Het liefste zou
zij met chocolade en versche brood
jes ontbeten hebben, maar zij moest
om haar figuur denken.
Maar lieve kind, hoe kom je zoo
vroeg op? riep zij uit, toen Virginia
binnentrad.
Ik ben naar de kerk geweest.
Heusch?
A Ja, en ik kom u goedendag zeg
gen, want ik ga vanmorgen weg, mrs.
Bleecker.
Er was een lichtje in Jane's oogen
gekomen.
Waarom ga je weg?
Er hebben zich onverwachte om
standigheden voorgedaan, die mij
noodzaken het te doen.
Gaat je broer met je mee?
Neen.
Wat zegt Tony ervan?
Ik heb het hem niet verteld.
Het bleek duidelijk, dat Jane voor
een raadsel stond.
Dus je loopt van hem weg?
vroeg zij koel.
O neen, ik heb hem een briefje
geschreven.
Toen had Jane een plotseling be
sluit genomen.
Ga zitten zei ze, en laat ons eer
lijk over de dingen spreken. Ik weet,
dat Tony met je wil trouwen en ik zou
graag willen weten boe jij erover
denkt.
Ik denk er heelemaal niet over.
Ik houd niet van hem.
En je bent niet van plan met
hem te trouwen, wanneer je niet van
hem houdt?
Neen.
Andere vrouwen zouden om de
voordeelen denken.
Minachting brandde als een vlam
in haar oogen toen Virginia de oudere
vrouw aanzag.
U bedoelt zijn geld? Voor mij zou
het huwelijk nooit een contract kun-
nèn zijn, mrs. Bleecker. U hoeft niet
bang te zijn. Tony is absoluut veilig.
Toen was Jane grof geworden.
Natuurlijk is er een ander, zei ze.
Je zoudt geen millioenen weggooien,
als je niet van een ander hield. Dat is
de ware reden.
Plotseling drong de humor van de
situatie tot Virginia door en zij glim
lachte, toen zij antwoordde:
U wilt niet, dat ik met Tony
trouw. Wat kan het u dan schelen of
ik van een ander houd?
Waarop Jane een beetje beduusd
had geantwoord:
Het kan mij ook niets schelen.
Maar de waarheid was, dat zij Vir
ginia had willen zien lijden, niet Tony.
Wat verbeeldde dat kind zich, dat ze
met een hooghartig gebaar het Blee-
cker-fortuin durfde verwerpen?
Virginia stak haar de hand toe:
Ik moet nu gaan. En ik heb u
nog geen gelukkig Kerstfeest ge-
wenscht.
Veel kans op een gelukkig Kerst
feest zal ik niet hebben met Tony in
zóó'n stemming, had Jane geant
woord. Maar zij had Virginia's hand
toch gedrukt en er, een beetje be
schaamd over zichzelf, aan toege
voegd
Ik had je dat alles misschien niet
zoo in je gezicht moeten zeggen....
O, het geeft niets.
Virginia lachte tegen 't rose vrouw
tje in de kussens. Waarom zou zij Ja
ne een kwaad hart toedragen? Zij was
immers niet de moeite waard, dat zij
zich over haar woorden ergerde
Toen zij ontbeten had en klaar stond
om te vertrekken overhandigde Wells,
de butler, haar een klein pakje.
Mr. McMillan vroeg mij u dit te
geven, toen hij wegging.
Virginia nam het aan en stak het
in haar taschje.
Dank je, Wells, zei ze kalm.
Maar onder haar uiterlijke kalmte
bonsde haar hart, als of het zou bre
ken.
XVII.
HET ZOLDERKAMERTJE.
Toen zij eindelijk goed en wel in
den trein zat, opende Virginia het klei
ne pakje, dat Wells haar had gegeven.
De oude Anthony had haar naar het
station gereden en bij het afscheid
met een eenigszins ontroerde stem
gezegd
Als je ooit behoefte voelt aan
een vriend, mijn lieve kind, weet dan,
dat ik altijd voor je klaar sta.
Wordt vervolgd).
uugeveu.
Waalwyksche en Langstraatsebe ('tirail.