m
Tweede blad
Koop eerst een andere tandpasta
Zaterdag 15 October 1938 No. 82
De £cho van het Zuiden
T-
EEN DIERENPARADIJS IN
ZUID-AFRIKA.
Sluiting der kapperszaken op
Dinsdagmiddag.
Het verzoek van de Gebr. de
Kort thans definitief afgewe
zen.
Vaststelling gemeente- en
bedrijfsbegrootingen.
De raad dezer gemeente kwam
Woensdagavond in voltallige open
bare vergadering bijeen onder voor
zitterschap van den Edelachtb. heer
burgemeester J. A. F. Mallens.
Secretaris de heer v. d. Wee.
Aan de orde:
1. Vaststelling notulen der 3 vorige
vergaderingen.
De notulen dezer vergaderingen
werden ongewijzigd vastgesteld.
2. Ingekomen stukken.
a. Dankbetuiging van H.M. de
Koningin voor de Haar aangeboden
gelukwenschen bij gelegenheid van
Haar verjaardag.
b. Bericht van Ged. Staten dat de
gemeenterekening over 1937 is vast
gesteld.
De voorzitter meent in deze woor
den van hulde te moeten brengen aan
den gemeenteraad, door wiens toe
doen men er in mocht slagen deze re
kening reeds voor 1 November vast
gesteld te kunnen krijgen.
c. Goedkeuring van Ged. Staten
van enkele raadsbesluiten tot wijziging
der gemeentebegrooting.
d. Proces-verbaal van kasopname
bij den gemeenteontvanger, waaruit
bleek dat in kas was een bedrag van
55094,90, welk bedrag zich volgens
de boeken en bescheiden ook in kas
bevinden moest.
Al deze ingekomen stukken worden
voor kennisgeving aangenomen.
3. Voorstel tot vaststelling van een
.nieuwe gemeenschappelijke rege
ling met aangrenzende gemeenten
in zake vergoeding van de kosten,
verbonden aan hel verleenen van
hulp en het vervoer van slachtof
fers en verkeers-ongevallen dooi
den gemeentelijken-, geneeskun
digen- en gezondheidsdienst te
Tilburg.
Dit voorstel sluit aan op een reeds
eerder genomen raadsbesluit en is
enkel en alleen een formaliteit daar het
gaat over de kwestie welk gemeente
bestuur zal zorg dragen voor de be
kendmaking in de Nederlandsche
Staatscourant. De gemeente Tilburg
heeft zich daar reeds mee belast.
Wordt z.h.st. goedgekeurd.
4. Verzoek van in deze gemeente ge
vestigde kappers en kapsters om
een bepaling in het leven te roe
pen waarbij de verplichting wordt
opgelegd dat deze ondernemingen
gedurende de Dinsdagen van hel
jaar vanaf 1 uur namiddag voor
het publiek gesloten te houden.
Dit verzoek dat is ingediend door
niet minder dan 16 kapperszaken.
Wordt z.h.st. goedgekeurd.
5. Voorstel tot wijziging van de ver
ordening, regelende de eischen
van benoembaarheid, en de bezol
diging van de veldwachters dei-
gemeente Loonopzand.
Goedgekeurd wordt z.h.st. dat deze
verordening in dien zin geweizigd
wordt, dat daaruit duidelijk blijkt dat
bij aanstelling van een capitulant of
oud-capitulant de jaren als capitulant
doorgebracht niet meetellen voor het
toekennen van periodieke verhooging.
6. Adressen van J. B. van Mossel
veld te Kaatsheuvel en A. A. M.
Didden te Loonopzand,, verzoe
kende hun een bijdrage te willen
verleenen in de kosten van het
bezoeken van bun kinderen van
de school voor buitengewoon la-
ger onderwijs te Waalwijk.
Het voorstel van B. en W. wordt
z.h.st. goedgekeurd.
De voorzitter dankt de heeren
raadsleden voor het vertrouwen in
deze aan B. en W. gesteld en hij geeft
de verzekering dat deze aangelegen
heid met de meeste kieschheid door
B. en W. behandeld zal worden.
7. Adres van M. J. en P. J. de Kort
te Kaatsheuvel, verzoekende de
Julianastraat te willen verharden
cn van trottoirs te willen voorzien,
met mededeeling dat zij bereid
zijn trottoir-aanleg voor zijn ge
heel te bekostigen en een bijdrage
van 50% te verleenen in de ver
harding van het wegdek.
Dc voorzitter zegt dat sinds de vori
ge raadsvergadering nog een onder
houd met adressanten heeft plaats ge
had. Bij dat onderhoud hebben B. en
W. hen aan het verstand gebracht dat
het niet doenlijk is dit verzoek in te
willigen, waarmee niet gezegd is dat
het de bedoeling van het gemeentebe
stuur is om iemand onnoodig op kos
ten te jagen. De gemeente heeft hen
wel zoo veel mogelijk tegemoet willen
komen door medewerking in de aanbe
steding, het maken van een bestek en
het tegen kostprijs beschikbaar stellen
van materialen die de gemeente nog
heeft en missen kan. De gemeente was
ook bereid haar hulp te verleenen in
zake het mogelijk maken om den
straataanleg in werkverschaffing te
doen uitvoeren, ondanks al deze tege
moetkomingen is het gemeenschappe
lijk overleg echter op niets uitgeloopen.
De heeren de Kort zijn weer gegaan
zonder verder nog eenige afspraak of
iets dergelijks gemaakt te hebben.
De heer Markus zou dit verzoek
thans gaarne in gesloten vergadering
behandeld zien.
De voorzitter kan daarop niet in
gaan omdat z.i. iedereen recht heeft te
weten hoe er met de gemeentefinan-
ciën omgesprongen wordt.
De heer v. d. Heuvel zegt, dat de
raad indertijd heeft gesanctionneerd
dat in bedoelde straat rioleeringen,
electriciteit, waterleiding enz. werden
aangelgd, welke werken ondertus-
schen ook zijn uitgevoerd. Nu was er
ook een acte waarin werd gewag ge
maakt van een ,,te zijner tijd" verhar
den van deze straat. Deze acte kan dus
buiten beschouwing gelaten worden.
Nu komt de gemeenteraad, wat de Ju
lianastraat betreft, in de moeilijkheid,
dat wanneer hij het uitbreidingsplan
beschouwt, waaronder ook genoemde
straat valt, voor het feit komt te staan,
dat deze niet geheel bebouwd is. Bij
bestrating zouden dus alleen degenen
die reeds gebouwd hebben in de kos
ten moeten bijdragen. Daar deze straat
evenwel in het centrum van Kaatsheu
vel gelegen is kan de toestand daar
niet zoo tot in een lengte van dagen
blijven voortduren. Nu is het wel de
bedoeling van de Gebr. de Kort ge
weest dat door het afstaan van deze
straat er wel een hard wegdek zou
komen. Spreker voelt echter als raads
lid wel dat de raad geen gelden mag
voteeren voor straataanleg, wanneer
hij daartoe niet verplicht is, om zoo
doende ten nadeele van de gemeente
kas, de Gebr. de Kort een financieel
voordeel te bezorgen. Spreker wil
daarom, om deze puzzle op te lossen.
de volgende vraag stellen: wanneer de
Gebr. de Kort aanbieden, wat door de
gemeente gevraagd is, wat gebeurt er
dan met de bewoners van die straat?
Zijn ook zij bereid in den straataanleg
bij te dragen of niet? Het gemeentebe
lang is ermee gemoeid en ook het be
lang van de bewoners. Het is daarom
voor beide partijen van belang dat er
een doeltreffende regeling gevonden
wordt.
De heer Roestenberg, heeft zich,
om zich goed rekenschap te geven hoe
de familie de Kort er voor staat, tot
het kadaster gewend. Spreker heeft
daarbij vernomen dat de straat 295
meter lang is. Wanneer men nu dit
verdeelt in bouwterrein, waarbij ieder
deel op 7 meter breedte genomen
wordt dan heeft men 84 bouwterrei
nen, waarvan er 72 onbebouwd blij
ven. Wanneer men nu den prijs van
ieder perceel op 500.— stelt, dan
komt men op een bedrag van 36.000
aanleg toch geen sprake kan zijn, wan
neer zij niet aansluit aan een reeds
verharde straat. De gemeente blijft in
deze overal buiten. De eenige belang
hebbenden zijn requestranten zelf. Zij
hebben er voordeel bij en de gemeente
niet. Wanneer zij een straat zouden
doen aanleggen dan heeft tenslotte de
gemeente de lasten nog, daar men dan
voor de kosten van onderhoud enz.
komt te staan. De gemeente zit daar
in geenen deele naar te snakken, zij
hoopt zelfs dat requestranten daartoe
niet zullen overgaan. De gemeente
heeft wel steeds de grootste mogelijke
coulance betracht, maar zij begeeft
zich daarbij op een pad, dat hoogst
gevaarlijk is, daar een mogelijk inwil
ligend besluit waarschijnlijk gezien den
financieelen toestand, van de gemeen
te, bij de hoogere instanties niet zou
worden goedgekeurd. B. en W. blijven
daarom bij hun voorstel op het ver
zoek van requestranten niet in te gaan.
dat de familie de Kort er voor zou
kunnen maken. Dit is een kwestie van
koopmanschap, maar spreker is toch
van meening dat het niet in strijd is
met de billijkheid, wanneer naar aan
leiding daarvan de Gebr. de Kort zich
ook verschillende uitgaven moeten ge
troosten. Het is daarom ook juist ge
zien dat de gemeente op haar stand
punt blijft staan om verder geen con
cessies meer te doen. Spreker meent
als raadslid niet gerechtigd te zijn om
bepaalde personen in de gemeente bo
ven anderen te bevoordeelen.
De Voorzitter zegt, dat de gemeente
de straat feitelijk in een ondoordacht
oogenblik aanvaard heeft en ook de
bouwvergunningen verstrekte. Daar
mee deed zij echter niets waartoe zij
niet gerechtigd was. Het is echter niet
juist dat daardoor nu revenuen zouden
worden afgeworpen in den schoot van
hen die door een klein cadeau aan de
gemeente meenden daarop recht te
hebben. Wat betreft de vraag van den
heer v. d. Heuvel of de bewoners wen-
schen bij te dragen, zegt spreker, dat
dit een zaak is die zij zelf moeten re
gelen. Men mag toch wel verwachten,
dat zij in goede harmonie het elkaar
niet moeilijk zullen maken. Men staat
evenwel voor het feit dat van straat-
Dit voorstel werd tenslotte z.h.st.
aangenomen.
8. Voorstel tot vaststelling van de
begrooting van het gasbedrijf en
van de exploitatie der drainage-
velden, evenals van de begrooting
der gemeente, allen geldende voor
het dienstjaar 1939.
Dienaangaande moge naar het
Centraal rapport van de commis
sies tot onderzoek dezer begroo
tingen en naar het antwoordrap-
port van burgemeester en wethou
ders worden verwêzen.
In verband hiermede wordt tevens
voorgesteld
a. goedkeuring te verleenen aan
de begrooting van het Burgerlijk
Armbestuur dezer gemeente voor
het dienstjaar 1939, sluitende in
eindcijfers op 26.450,25, met
een gemeentelijke subsidie van
25.000,—;
tot het aangaan voor 1939 van
een rekening-courant-overeen
komst met de N.V. Bank voor Ne
derlandsche Gemeenten tot een
bedrag van maximum 85.000,
Deze overeenkomst wordt aange
gaan met 't doel de gemeente over
de noodige gelden de beschik
king te geven, waarbij mag wor-
Een terrein, dat bijna vijf achtste
van ons land beslaat.
We brachten een bezoek aan het
Kriiger-Nationaalpark van de Unie
van Zuid-Afrika. Dat is een gebied
met een oppervlakte van 20.000 vier
kante kilometer, dus ongeveer zo groot
als de provincies Groningen, Fries
land, Drente, Overijsel, Gelderland,
Utrecht en Zuid-Holland bij elkaar.
Het is een prachtig terrein en de
dieren hebben er een heerlijk leven.
Niemand mag hen kwaad doen, ze mo
gen niet geschoten worden en ze zijn
zo vrij, alsof ze in de wildernis leven.
Eigenlijk is het ook een wildernis, dit
park. Alles is precies gebleven, zoals
was en het maakt een onvergetelijke
indruk om de dieren daar zo kalm en
ongestoord te kunnen bekijken. Mijn
vriend Hans, de fotograaf, en ikzelf
genoten elke dag opnieuw van alles
wat we zagen.
Waar we sliepen.
Je kunt voor weinig geld in een hut
overnachten, waar je helemaal veilig
bent voor de wilde dieren. Er is geen
enkel raam in die hutten, de frisse
lucht komt tussen de spleten van de
muren van leem en het strodak door.
En weet je waarom er geen ramen in
deze hutten zijn? De leeuwen, luipaar
den en andere wilde dieren denken,
dat je heel kalm door een "raam heen
kunt springen en het spreekt vanzelf,
dat niemand er erg op gesteld is, om
midden in de nacht een grote leeuw op
zijn hoofd te krijgen. Verder is om de
hutten hqen een hoog hek gemaakt,
waar de leeuwen zeker niet door kun
nen en-als het donker wordt, mag nie
mand meer buiten dat hek komen.
Toch moeten jullie niet denken, dat
leeuwen zulke vreselijke dieren zijn,
en mensen aanvallen, want dat is hele
maal niet waar. Ze vallen een mens
niet gauw aan. Ze houden veel meer
van een dikke zebra dan van zo n ma
gere man of vrouw. Alleen als ze erg
uitgehongerd zijn, kan het wel gebeu
ren, dat ze mensen aanvallen en dan
zijn ze ook erg gevaarlijk, maar over
het algemeen lopen ze weg, als ze
mensen zien.
De opzichters van het geweldig
grote park waren allemaal erg vrien
delijk tegen ons. Aan één van hen had
den we het ook te danken, hoewel we
eerlijk gezegd nogal bang waren, dat
we op nog geen 75 meter afstand een
grote olifantenkudde zagen. Een an
dere opzichter bracht ons naar een
plaats, waar we konden zien, hoe een
leeuw zijn prooi bemachtigde. We
moesten lang wachten, maar dat von
den we helemaal niet erg, want er was
veel te zien.
We wachten op den leeuw.
,,Ik weet niet, of u geluk zult heb
ben", zei de opzichter, „maar u mag
zich in geen geval bewegen, dat is ge
vaarlijk". Toen ging hij weg en liet
ons zonder één wapen achter. We
voelden ons toch niet helemaal op ons
gemak, want we zagen overal om ons
heen de sporen van leeuwen. We wa
ren dicht bij een klein meertje en in de
loop van de middag kwamen allerlei
verschillende dieren, herten en antilo
pen naar het meertje om te drinken.
Ze waren prachtig om te zien met hun
mooie huid en hun sierlijke bewegin
gen.
Tegen zonsondergang kwam er een
grote kudde zebra's en gnoes aan. Als
je ergens zebra's ziet, kan je bijna ze
ker zijn, dat er ook wel een gnoe, dat
is-^een soort antilope in de buurt is,
want deze dieren zijn onafscheidelijk
van elkaar. Ze gingen direct naar het
water en begonnen te drinken. Som
mige baadden zich helemaal en alleen
het bovenste randje van hun ruggen
en hun kop stak nog uit het water.
„Kijk daar eens", zei Hans plotse
ling zachtjes.
„Waar?" vroeg ik.
„Daarginds zei Hans, „links.
Ik volgde zijn blik en zag een zebra,
die met haar jong helemaal links van
de kudde stond. Ze dronk gulzig en
maar staart zwaaide heen en weer.
Toen zag ik ook, dat het hoge riet, dat
om het meer stond, zachtjes bewoog.
Ik schatte de afstand op ongeveer 70
meter.
De zebra's speuren onraad.
Plotseling scheen het, dat de dieren
iets bemerkten, want ze werden alle
maal onrustig en één van de gnoes
richtte zijn lelijke kop op en keek naar
het riet. Een ogenblik later stoven alle
dieren, die vlak daarvoor zo rustig en
vredig gedronken hadden uit elkaar.
Ze holden naar alle richtingen. Mijn
vriend filmde alles, maar hij wist bijna
niet. naar welke kant hij zijn toestel
het eerst zou wenden.
De gnoes renden weg met hun
staart omhoog en ook de zebramoeder
hield op met drinken en liep wat ze lo
pen kon. Maar het jong kon nog niet
zo vlug mee op zijn wankele poten. Een
paar seconden later sprong een prach
tige grote leeuw uit het riet en wierp
zich op de jonge zebra.. Hij sprong wel
10 meter ver en wierp het jonge dier
op de grond. Toen kwam de leeuwin
er ook bij.
De beide dieren konden ons heel
goed zien, de leeuwin keek ons zelfs
even verwonderd aan, maar ze sche
nen niet van plan te zijn, zich iets van
ons aan te trekken.
Dat was één van onze vele avontu
ren. We hebben wekenlang door het
grote gebied gezworven en mijn vriend
heeft prachtige filmopnamen gemaakt.
Ik zal nooit de grote nijlpaarden ver
geten, die vriendelijk grommend uit
het water kwamen en ook niet de
grote koedoes, die zo tam waren, dat
ze niet eens uit de weg wilden gaan,
toen wij met de auto aankwamen.
Overal stonden waarschu
wingsborden.
We zagen overal grote borden
staan, die den bezoekers aanmaanden
om vooral voorzichtig te zijn, want
zelfs dit dierenparadijs was niet vrij
van gevaren. Er stond dan bijvoor
beeld op:
Het is streng verboden uit de auto's
te gaan, als het mogelijk is, dat daar
door dieren, die in de buurt van de
weg zijn, opgeschrikt worden. Dit be
derft het plezier voor de mensen, die
na u komen en geen dieren meer zul
len zien op die plaatsen en verder is
het ook gevaarlijk voor de mensen
zelf. Wanneer dit gebod overschreden
wordt, zult u beboet worden."
Op een ander bord stond: „Pas op
vir olifante in die pad Dat is Zuid-
Afrikaans en jullie zullen misschien
zelf wel zien wat het betekent. „Pas
op voor olifanten op de weg."
TOEN DE AARDAPPELEN
NOG GEEN GEWOON
VOEDSEL WAREN.
We vinden het allemaal heel ge
woon, dat we elke dag aardappelen
eten en we denken er eigenlijk nooit
over na, wat er allemaal met die aard
appelen gebeurd is, voor ze het ge
wone voedsel werden, dat wij kennen.
Ze komen van Chili en werden al in
1565 door Francis Drake naar Ierland
gebracht. Maar de Spanjaarden had
den ze nog eerder naar hun land ge
bracht van waaruit ze ze verder ver
spreidden over Italië, Bourgondië en
de Nederlanden.
In 1588 zond de gouverneur van
Bergen ze naar den directeur van de
keizerlijke tuinen in Wenen en zo
kwamen ze voor het eerst in Duits
land.
En vooral in Duitsland liepen de
meningen over de aardappelen erg uit
een. In Wenen en Frankfort werden
de aardappelen als zeldzame planten
gepoot .Enige tijd later verschenen de
eerste aardappelen in Wiesbaden. Pro
fessor Johannes Matheus plantte ze in
een bloempot en zette ze voor zijn ven
ster. Al gauw begon de aardappel te
bloeien en iedereen bleef staan om
naar die prachtige nieuwe plant te kij
ken. De professor genoot zelf ook erg
van de sierlijke planten, maar hij hield
ze niet lang, want al gauw kwam de
dochter van zijn vriend bij hem op be
zoek. Ze zou over een week trouwen
en ze vroeg hem nu of hij het goed
vond, dat ze de prachtige bloemen
meenam, omdat ze ze zo graag op haar
bruidsjapon en in haar haar wilde
doen op haar trouwdag
In 1651 bloeiden de aardappelplan
ten voor het eerst in Berlijn. De vrouw
van den groten Keurvorst, de Hol
landse prinses Louise Henriëtte, liet bij
het kasteel een prachtige Hollandse
tuin aanleggen. Tussen schitterende
bloembedden, klimplanten en laantjes,
die uit hele hogen van bloemen beston
den, liet ze een „keukentuintje" aan
leggen. Een plantkundige, Johan Elsz-
holtz, hielp daarbij. Hij had al veel ge
zien en veel gereisd en hij raadde de
keurvorstin aan om tussen alle andere
kruiden en planten ook een paar aard
appelplanten te zetten, omdat ze zo
zeldzaam waren.
Toen de hele tuin klaar was, schreef
hij er een klein boekje over omdat hij
ook precies wilde aantekenen, wat er
instond en bij de aardappelen schreef
hij:
„Het zijn planten met wortels, die
op een knol lijken, ze worden ook wel
aardappelen genoemd. Men kan ze
eten. Ze worden met schil en al ge
kookt, dan geschild, vervolgens giet
men er wijn over, doet er een beetje
boter en zout bij en kookt ze daarna
opnieuw of snijdt ze in ronde schijven,
die gebakken worden en dan als na
gerecht opgediend. Ze smaken bijzon
der goed, zelfs beter dan alle andere
vruchten
Na de dertigjarige oorlog begrepen
de bewoners van Hessen, dat die aard
appelen wel eens een belangrijk deel
van hun voedsel zouden kunnen wor
den en ze plantten er veel van in hun
velden. Maar de Pruisen vonden het
nog steeds een beetje gek en vertrouw
den het niet helemaal.
In 1738 liet koning Frederik Wil
lem I de aardappelen in de koninklijke
modeltuinen aanplanten en vanaf dat
ogenblik geloofden ook de Pruisen in
het nut van de aardappelen, hoewel ze
er zelfs toen nog niet toe over wilden
gaan om het zelf te verbouwen.
Pas na de zeventigjarige oorlog van
1756—1763 gaven de Pruisische boe
ren toe. Er heerste toen grote nood en
er was niet meer voldoende voedsel.
Toen nam de koning strenge maatre-
Gemeenteraad Loonopzand.
en liefst de duurste die er is en probeer daarna Ivorol (volgens Nieuw recept). Dan neemt U
waar hoe Ivorol in reinigend-, witmakend- en schuimend vermogen alle andere verre overtu ft