Buitenlandsch Nieuws.
Met Ivorol een super reiniging van mond en tanden,
Gestraite nieuwsgierigheid.
Zaterdag 22 October 1938 No. 84,
De Echo van het Zuiden
Tweede Blad.
Aan
onze jeugdige lezers
Conversie geldleeningen.
De raad dezer gemeente kwam
Woensdagavond in openbare ver
gadering bijeen onder voorzitter
schap van burgemeester Smit. Waar
nemend secretaris, de heer Verhoe
ven. De heer Versteeg is afwezig.
Vaststelling notulen der vorige
vergadering werd verdaagd.
Ingekomen is een dankbetuiging
van H. M. de Koningin voor de
Haar aangeboden gelukwenschen
bij gelegenheid van Haar Begee-
ringsjubileum.
Als eenigst punt stond op de
agenda conversie van geldleeningen,
dat vervolgens in behandeling kwam.
De voorzitter zegt dat er nog een
leening liep bij de Maatschappij
voor Gemaente-crediet te Amster
dam. Deze was groot f 150.000,
tegen 33/< pet. Nu achten B. en W.
den tijd gekomen om te trachten
deze leening te converteeren.
B. en W. hebben zich daartoe
eerst in verbinding gesteld met
bovengenoemde maatschappij, ter
wijl spreker persoonlijk naar Amster
dam geweest is om deze zaak te
bespreken. De heeren voelden er
echter niets voor om de rente nog
meer te verlagen. Toen hebben B.
en W. zich tot een anderen geld
gever gewend en bij hem zijn zij
er in geslaagd een leening te plaat
sen van f 101,000,tegen 3 pCt.
en een van f 46,200,met een
looptijd van 20 jaar tegen 3'/a pEt.
Aan de maatschappij voor gemeente-
crediet moet nu wel de boete be
taald worden wegens te vroege
opzegging, maar dit neemt toch
niet weg dat het tweede jaar een
aanmerkelijke winst zal verkregen
worden van niet minder dan
f750,
De raad gaat daarmede accoord.
Werkverschaffing.
De voorzitter deelt dan ten aan
zien van de werkverschaffing mede,
dat deze gemeente daarbij steeds
een nadeelige positie heeft inge
nomen in vergelijking met andere,
doordat daar de werkloozen
meer plaatsingsdagen werden ge
geven. Spreker kan zich indenken
dat dat voor de menschen van
Sprang, die meermalen in de werk
verschaffing slechts enkele guldens
boven hun steunbedrag kunnen
komen, een doorn in het oog is
B. en W. hebben deze zaak dan
ook eens bekeken en stellen voor
ook voor Sprang Capelle ruimere
plaatsingsdagen te geven.
De heer J. Vos juicht dit voorstel
loe. Er waren vele klachten van
menschen, die het moesten aanzien
dat in de naburige gemeenten meer
verdiend werd. Zoo werd er in
Dongen vastgesteld dat 17 weken
gewerkt kon worden zonder het
rouleersysteem toe te passen.
De voorzitter zegt dat dat ook
hier de bedoeling is.
De heer Kraak vraagt waarom
menschen met drie kinderen even
veel dagen moeten werken als
anderen zonder kinderen.
De voorzitter zegt dat dit punt
zich niet zoo goed leent voor be
spreking in de raadsvergadering.
Spreker raadt den heer Kraak aan
zich tot de gemeentesecretarie te
wenden, waar alle gewenschte ge
gevens zullen worden verstrekt.
De heer Michael heeft vele klach
ten over de werkverschaffing, daar
personen die uitgesloten zijn, zich
nergens om beroep kunnen wen
den. Zoo is er ook een persoon
bij spreker geweest die door den
inspecteur voor 5 weken ontslagen
was en de schuld daarvan gaf aan
den burgemeester. Spreker wilde
dit niet hebben (bilarieteit), maar
hij wist toch ook geen middel om
den man tegemoet te komen. Spr.
zegt dat er destijds wel een com
missie van onderzoek voor derge
lijke aangelegenheden gekozen is,
waarin hijzelf ook zitting heeft Hij
heeft er evenwel nooit meer iets
van gehoord.
De voorzitter zegt dat wat betreft
die commissie, deze zaak voor den
raad heelt afgedaan. De commissie
is er en moet zelf nu in samen
werking met de vakvereenigingen
handelend optreden.
De heer Kraak vraagt hoe het
zit met de halve ziekenfondspremie
waarop een werklooze recht heeft
bij ziekte of ongeval. Daar weid
spreker door een persoon naar ge
vraagd, die daarin geen tegemoet
koming ontvangen had, terwijl voor
een ander, die even met van Willi-
genburg had gesproken, de zaak
zoo in orde was.
Wethouder van Willigenburg
licht in deze toe dat bedoelde
persoon, zich tot B. en W. had
moeten wenden, evenals die persoon
welke de heer Kraak aanhaalde,
gedaan had
De heer Michael, waarom
De voorzitter. De laatste woorden
van Johan van Oldenbarnevelt
waren; »Maak het kort«.
De heer Michael. Waarom is er
nog geen oproeping geplaatst voor
een gemeentesecretaris? Is het kort
of lang?
De voorzitter zegt dat hij in be
sloten vergadering daarover nadere
mededeelingen zal doen Het lang.
durige uitstel is te wijten geweest
aan de ziekte van wethouder van
Willigenburg waardoor de vergade
ringen van het college van B. en W.
niet voltallig waren en spreker niet
den schijn op zich wilde laden van
op eigen houtje te handelen.
De heer Michael wil geen be
handeling in gesloten vergadering
en dreigt dan de raadzaal te ver
laten.
De voorzitter blijft bij zijn stand
punt en sluit de openbare vergade
ring.
De heer Michael verlaat de zaal 1
Een accoord Londen Rome?
De Homeinsche correspondent van
de »Völkischer Beobachter« meldt
uit HomeNaar alhier in kringen,
die in nauw contact staan met de
Britsche ambassade, wordt verze
kerd, zou een overeenkomst bereikt
zijn tusschen Italië en Engeland in
de kwesties, die gedurende de laatste
gesprekken tusschen den Italiaan-
schen minister van Buitenlandsche
Zaken, graaf Ciano, en den Engel-
schen ambassadeur lord Perth, te
berde zijn gebracht. Deze overeen^
komst zou in de eerste dagen van
November aan het Lagerhuis ter
goedkeuring worden voorgelegd.
Bij de besprekingen te Rome ging
het
lo. om het Spaansche vraagstuk,
2o. het in werkingtreden van het
Britsch.Italiaansch accoord van 16
April 1938,
3o. om de erkenning van het Ita-
liaansche keizerrijk door Engeland.
Deze erkenning zou op 15 November
door Engeland worden uitgesproken.
Tot zoover de Romeinsche cor
respondent van de »Völkischer
Beobachter«, welk officieel blad niet
tot publicatie zou overgaan, indien
voor deze berichten geen goede
gronden aanwezig waren.
Verder zal waarschijnlijk worden
getracht een conferentie met Hitier
te beleggen, waar geen enkel onder
werp uitgesloten zal zijn. Chamber
lain wenscht precies te weten, wat
de doeleinden en grieven van Hitler
zijn, en hoe daaraan naar zijn
meening kan worden tegemoetge
komen. Dit wordt beschouwd als
een onontbeerlijke eerste stap voor
een allesomvattende regeling met
Duitschland, welke, naar men in
Britsche olficieele kringen meent,
geenszins onmogelijk is. Beperking
der bewapeningen, veiligheidspacten
voor Duilschlands naburen, econo
mische regelingen en de toekomst
der voormalige Duitsche koloniën
zullen tot de punten behooren, die
daarbij ter sprake zullen worden
gebracht.
Verder gelooft men in Londen,
dat Japan bereid zal zijn, bemidde
ling in het conllict met China te
aanvaarden, zoodra het Hankauen
Canton zal hebben ingenomen. De
Britscheregeering onderhoudt nauw
contact met de Chineesche zoowel
als met de Japansche regeering, ten
einde te bemiddelen, zoodra zich
daartoe de gelegenheid voordoet.
De kabinetsraad te Londen.
Groote vraagstukken aan de orde.
De te Londen gehouden kabinets
raad de eerste na de Europee-
sche crisis heeft twee en een half
uur geduurd. Naar Havas meldt is
het rapport van MacDonald, waar
in verklaard wordt dat het verdee-
lingsplan voor Palestina moet wor
den opgegeven, goedgekeurd. In
Whitehall is men van oordeel, dat
het herstel van de orde moet voor.
afgaan aan de verwezenlijking van
iedere oplossing. Over een zooda
nige oplossing moeten de Arabische
en Joodsche leiders onderhandelin
gen aangaan met Londen.
De Engelsche regeering zou een
regeling overwegen op den volgen
den grondslag: Een wetgevend li
chaam, waarin Joden en Arabieren
in gelijke mate zijn vertegenwoor
digd, zal in Palestina worden inge
steld en zal te handelen krijgen
over het meerendeel van de wetten
en administratieve maatregelen. De
verhouding, die op het oogenblik
bestaat tusschen het Arabische en
het Joodsche bevolkingscijfer zal
voor detoekomst worden beschouwd
als een constante verhouding, dat
wil zeggen, dat de Arabieren zich
zouden verplichten den status quo
te handhaven, maar dat aan den
anderen kant geen vrije imigratie van
Joden meer zal zijn toegestaan.
De opmarsch der Japanners.
De Chineezen zijn er niet in ge
slaagd de met spoed opgeworpen
verdedigingslinie op den üostelijken
oever van de Sjaho rivier, een zij
stroompje van de Ooslrivier, tegen
de Japanners te houden. De aan
vallers zijn de rivier bij Pakhom
overgestoken en hebben den rech
tervleugel van de Chineezen ver
nietigd. De aanvallers zijn nu
Sjekloeng, waar de Engelsch-Chi-
neescbe spoorweg, die Kanton met
Hongkong verbindt, de Oostrivier
kruist, binnengetrekken. De door
Britsche ingenieurs gebouwde brug
gen zijn opgeblazen Sjekloeng is
ongeveer 60 K.M. van Kanton af
gelegen en bet land er omheen is
zeer vl k en de Japanners kunnen
hier zeer goed hun tanks en geme
chaniseerde eenheden gebruiken.
Een opmarsch naar Kanton langs
den spoorweg zou de moeilijkheden,
die in een opmarsch langs anderen
weg in de talrijke watertjes en moe
rassen te vinden zouden zijn. weg
nemen. Om deze nieuwe Japansche
bedreiging te voorkomen, zenden de
Chineezen thans in allerijl verster
kingen, met inbegrip van zware
artillerie, langs den spoorweg. Voor
het overige schijnen de Chineesche
verdedigers bij Tsjengtsjeng nog met
eenig resultaat tegenstand te bieden,
hoewel de laatste berichten ook hier
van Japansche successen melding
maken.
De Japanners hebben een nieuwe
beweging gemaakt naar Tsjoeng-
moektao door het land in de richting
van de Boeca Tigris-forten in den
mond van de Parelrivier en zij
zouden de forten reeds tot op een
30 K M. genaderd zijn. Zij moeten
hier door een gebied van rijstvelden
trekken, zoodat hun gemechaniseer
de eenheden weinig kans op succes
hebben, doch naar het schijnt,
want het actieve zelfreinigend schuim dringt door tot in de meest verborgen schuilhoekjes waar gewone tandpasta niet komt. Tube 60-40-25 ct
Het najaar is aangebroken en daar
mee genieten we weer meer van de
gezellige avonden bij vader en moeder
thuis; en ook het jeugdhoekje in ons
blad krijgt weer grootere waarde; men
heeft meer tijd tot lezen, men leeft
meer mee, kortom de wintertijd is ook
de glorie-tijd voor ons jeugdhoekje.
Of we groote plannen hebben, ja
zeker, we hopen de rubriek eenigszins
te reorganiseeren, zoo interessant mo
gelijk te maken voor de jeugd, talrijke
prijsvragen uit te schrijven, met mooie
boekenprijzen, kortom we zullen van
onzen kant alles doen om deze rubriek
zoo prettig en onderhoudend mogelijk
te maken, maar we verwachten ook
van onze lezertjes medewerking in den
vorm van een verhaaltje, een versje,
een puzzle of i.d.
Men kan z'n medewerking ook ver-
leenen door zooveel mogelijk nieuwe
belangstellenden voor dit jeugdhoekje
te werven, nieuwe lezertjes. Brengt een
onzer vriendjes of vriendinnetjes een
nieuw abonné voor ons blad aan, en
men heeft daardoor zeker nieuwe le
den voor deze jeugdrubriek aangewon
nen, dan krijgt hij of zij een prachtig
jongens- of meisjesboek cadeau: con
ditie is dat men zich minstens voor 3
maanden abonneert, betaling natuurlijk
naar verkiezing, per week of per
kwartaal.
Wie dingt mee naar 't eerste dozijn
mooie kinderboeken. Aan 't werk dus
voor onze rubriek.
De Jeugd-redactie.
Jan en Keesje waren twee broers, die
op de vierde en derde klas der lagere
school zaten. Jan, die in de vierde zat,
was een jaar ouder dan Keesje, maar
dat scheen van geen invloed te zijn op
de gevoelens van vriendschap voor zijn
jongere broer, want steeds kon men
die twee bij elkaar vinden. Samen gin
gen zij naar school en samen kwamen
zij ook weer thuis, terwijl men hen ook
op de vrije dagen steeds in eikaars na
bijheid vinden kon, al dan niet in ge
zelschap van andere speelkameraadjes.
Deze hechte - vriendschap was wel
zeer verwonderlijk wanneer men weet
dat zij beiden geheel van karakter ver
schilden. Jan was meer een stille jon
gen, terwijl Keesje juist het tegenover
gestelde daarvan was. Overal had
Keesje het hoogste woord, was bekend
om* zijn fijne plannetjes voor een of
ander kattekwaad, zodat zelfs de jon
gens uit de hogere klassen respect voor
hem hadden.
Dit was in hoofdzaak ook een ge
volg van Keesjes geduchte vuisten,
die hij van tijd tot tijd nodig scheen te
hebben om zijn beweringen kracht bij
te zetten, wanneer de jongens een of
andere heldendaad van hem niet wil
den geloven.
Keesje was overal een echte haantje-
pik-de-voorste. Op een gebied was hij
echter de mindere van vele anderen.
Leeren wilde, of kon Keesje schijn
baar niet. Gewoonlijk was hij het die
zijn les niet kon opzeggen, niet meer
wist hoe een som gemaakt moest wor
den of bij een leesbeurt op het onver
wachte commando van de meester
niet wist waar men gebleven was. Het
gevolg daarvan was regelmatig nablij
ven en strafwerk maken, om van de
slechte puntenlijstjes nog maar niet te
spreken. Wel wist Keesje als de beste
krijt te smeren op meester z"h stoel,
zodat deze een witte broek kreeg als
hij opstond, of ongemerkt meikevers
los te laten in de klas, zodat ze daar
heel de middag rond vlogen, zonder
dat iemand ze te pakken kon krijgen.
Ja, dat waren weer echte streken van
Keesje.
De meester kon zich daarover soms
vreeselijk boos maken en hij dacht de
ergste plannen uit om Keesje te kun
nen straffen. Met hardheid viel er
evenwel bij hem niets te bereiken
evenmin als trouwens met zachtheid.
Keesje lapte immers alles aan zijn
laars.
Het meeste invloed had zijn broer
Jan nog op hem. Wanneer deze weer
van een of andere streek, die Keesje
in de klas had uitgehaald, buiten ge
beurde zoiets niet gemakkelijk, daar
Jan er dan gewoonlijk bij was, gehoord
had, dan wees hij hem op het slechte
daarvan.
Voor Jan had zijn broer een grote
bewondering, omdat hij zo knap was
en wanneer Jan daarom iets ten beste
van Keesje zei nam Keesje dat direct
aan. De gemaakte voornemens waren
evenwel weer spoedig verdwenen.
Eens echter was Keesje vast beslo
ten om goed op te passen. Dat was op
een Woensdag en men had hem thuis
beloofd dat hij 's middags naar het cir-
sus mocht, dat de dag te voren was
aangekomen, wanneer hij tenminste
goed had opgepast. Met de beste voor
nemens bezield stapte Keesje op de
bewuste morgen dan ook welgemoed
naar school. Hij had zijn lessen goed
geleerd en bovendien had Jan hem,
voor zij beiden hun klas binnengingen,
nog eens terdege op het hart gedrukt
om toch vooral geen gekke dingen uit
te halen.
Tot ieders verwondering en niet het
minst tot verbazing van de meester,
was Keesje dan ook een toonbeeld van
oplettendheid en ijver. Alles ging uit
muntend en zonder een enkele stoor
nis kwam om half twaalf de verlossen
de bel. Vergenoegd in het vooruitzicht
van een vrije middag stormden de
jongens naar buiten. De meeste bega
ven zich regelrecht naar het Circus-
terrein, waar de laatste toebereidselen
werden gemaakt, alvorens over enkele
uren de poorten geopend zouden wor
den.
Ook Jan en Keesje begaven zich er
heen. De eerste met de stille voldoe
ning dat Keesje de morgen zo rustig
had doorgebracht. Hij besloot hem
echtei nog goed in het oog te houden,
v/ant Keesje was er een die op het
laatste moment alles nog voor hem zelf
en een ander bederven kon. Gelukkig
scheen dit thans niet het geval te zul
len zijn. In diepe aandacht en bewon
dering bezagen de jongens rustig de
drukke bedrijvigheid. Voor Keesje was
het een heele toer om kalm te blijven
staan kijken. Het liefst was hij, juist als
de andere jongens, onder het zeil door
gekropen, om daardoor een voorproef
je te krijgen van wat hem 's middags
te wachten zou staan. Hij zag eens
naar Jan op, die half met zijn rug naar
hem toestond en een beetje angstig de
wagens met de wilde dieren bekeek.
Toe hij zag dat Jan blijkbaar in het ge
heel niet meer op hem lette, kon hij
zich niet meer houden en voordat
iemand er erg in had, was Keesje al
half onder het circuszeil door, waar
zijn aandacht door telkens weer nieuwe
tonelen getrokken werd.
Hij was zo verdiept in dat vele
moois, dat hij pas op het laatste mo
ment bemerkte dat er een man aan
kwam om de nieuwsgierige jongens
weg te jagen. Snel wilde Keesje nog
weglopen, maar door zijn haast had hij
geen erg in een touw, waarover hij met
een hevige smak struikelde. Een af
schuwelijke pijn voelde hij nog in zijn
been, hetgeen het laatste was wat hij
zich nog wist te herinneren.
Na enkele uren ontwaakte Keesje
in het ziekenhuis uit zijn bewusteloos
heid als uit een benauwde droom. Hij
vrfllde zich oprichten, maar een zuster,
die helemaal in het wit was, zei hem
met een vriendelijke stem dat hij heel,
heel rustig moest zijn want dat hij zijn
been gebroken had.
Keesje schrok hevig toen hij dit
hoorde, maar hij begreep dat dit de
straf was voor zijn nieuwsgierigheid en
dat heeft hij nooit vergeten. Hij nam
zich voor, voortaan goed op te zullen
passen en tot zijn eer mag gezegd
worden dat hij daarin goed geslaagd
is, zodat hij zelfs een der beste leer
lingen werd van de klas. Dat na deze
gebeurtenis de vriendschap met Jan
nog toenam kunnen jullie wel begrij
pen natuurlijk.
D.
KRUISWOORDRAADSEL.
Dit kruiswoordraadsel is een beetje
anders, dan de meeste raadsels. Jullie
zien ook hier een paar vakjes, die
zwart gemaakt zijn, maar de vakjes,
die je in moet v.ullen zijn niet hori
zontaal en verticaal, maar liggen in
een kringetje. Elk cijfer staat in een
zwart vakje en daarom heen zijn vier
witte getekend. In één van die witte
staat een pijltje. In dat vakje begint
het woord, dat je zoeken moet. Het
gaat van dat vakje uit rechtsom, dus
volgens de wijzers van de klok. Er ko
men een paar moeilijke woorden in
dit raadsel voor en daarom is het niet
geschikt voor de kleintjes. Alleen de
groteren onder jullie zullen het op
kunnen lossen. Misschien zullen zelfs
die de moeilijke woorden niet kunnen
vinden, maar dan willen vader of moe
der wel even helpen.
6.
7.
8.
9.
10.
11.
12.
13.
14.
15.
16.
een boom.
een deel van het lichaam,
een deel van een boom.
ligt op de weg, als het in lang
niet geregend heeft,
een ander woord voor mogelijk
heid.
een dakbedekking in Indië.
zit in een bijenkorf,
een ander woord voor: kap.
zit in een kiektoestel.
gebruikt men om mee te wande
len.
gepehle gerst,
een Indische groet,
niet echt.
een Indisch wapen.
het Latijnsche woord voor: dus.
een rivier in Spanje.
——■—i imrrnrnnmrnrrmrr —n imif i i ib iih bi ■■■■hiu—jji imi
Gemeenteraad Sprang-Capelle.