Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen. 95 „NOORD BBABAND" KLGDSTERBALSEM mil UUHIMUIM UILENSPIEGEL INI*. i FEUILLETON Dit nummer bestaat uit Drie Bladen. EtRSlE BLAD Kan dat langer zoo 1 Weeskinderen* Croquetten en Bitterbollen, Automatiek PULLES-HEESBEEN. De hulp aan de ver volgden voor geloof en ras* JAAR AKKER'S KOOPT DE Prijs 15 cent. DE BEDRIEGLIJKE GELIJKENIS. NUMMER 98. ZATERDAG 10 DECEMBER 1938. 61c JAARGANG. Dit blad verschijnt WOENSDAG en ZATERDAG. Brieven, Ingezonden stukken, gelden, enz. franco te zenden aan den Uitgever. Abonnementsprijs per 3 maanden 1.25. Franco per post door 't geheele rijk 1.40. UITGAVE WAALWIJKSCHE STOOMDRUKKERIJ ANTOON TIELEN. Telefoon No. 38. Telegr.'adres: ECHO. Advertentiën moeten Woensdag en Vrijdag des morgens om uiterlijk 9 uur in ons bezit zijn. Prijs der Advertentiën: 20 cent per regel; minimum 1.50. Reclames 40 cent per regel. Bij contract flink rabat. De „Nationaal Socialist", het strijd blad van de Nat. Socialistische Neder- landsche Arb. Partij (N.S.N.A.P.), lei der dr. E. H. van Rappard, bevatte een artikel waarin o.m. de volgende zin sneden: „Nederland, dat wij Duitschneder- land noemen, zooals men van Duitsch- oostenrijk spreekt of dat wij ook de Duitsche Westmark noemen, is Duitsch. Zijn volk, zijn taal, zijn cul tuur, zijn economische verbondenheid, zijn filitaire wetenschap, industrie, landbouw, volkskarakter, geschiedenis, aardrijkskundige ligging, toekomst, al les, alles is Duitsch; uitgezonderd al leen zijn staat en het heerschende re giem. Maar daarvoor dient dan ook onze strijd: het weer Duitsch en dus leefbaar maken van den Nederland- schen staat! Dat er nog weinig menschen van die waarheid overtuigd zijn, doet niets aan die waarheid af: de waarheid is nooit afhankelijk van het aantal men schen, dat er zich van bewust is." Enzoovoort. De argumenten bespa ren wij den lezer. Wij zijn als Nederlanders voor een groote mate van vrijheid, maar dit gaat toch alle perken te buiten! We laten toch ook niet aan huisgenooten de vrijheid om den boel kapot te slaan of het huisraad aan den buurman te ver- koopen? Het citaat hierboven wijst op land verraad en dat is een groote en erger lijke misdaad. Wie in Duitschland zoo durfde schrijven, zou onmiddellijk z'n hoofd verliezen onder de valbijl. Zoo wreed zijn we ten onzent niet, maar voorloopig 10 jaar-Veenhuizen komt Nederlandschen landverraders van het kaliber-Ridder van Rappard volledig toe. Het schijnt, dat er een „lacune" in onze wetgeving is, welke den justieelen autoriteiten belet om tegen geschrijf als hierboven gesignaleerd, op te tre den, maar waarom moet het zoo lang duren, eer zulke mazen in het net wor den gestopt? De Nederlandsche „Natio naal Socialist" bevatte al veel eerder dergelijke lectuur. Toen van de week de Hooge Raad de exploitanten van wilde Busdiensten in het gelijk had gesteld in hun partij tegen de regeering, klonk nog denzelf den avond een mededeeling van den regeeringspersdienst door de radio, dat „met spoed" een „noodwetje" aan de Kamer zou worden voorgelegd, waarbij in de lacune van het Reglement Auto vervoer Personen zal worden voorzien. Kan dat alleen maar, als het 't wel zijn van de Spoorwegen betreft? Dat de heeren van de N.S.N.A.P. zelfs niet tegen terreur-methoden opzien, blijke uit het volgende krantenbericht: „In de Bijenkorf te Amsterdam heb ben Donderdag 9 a 10 jongemannen, vermoedelijk leden der N.S.N.A.P., voor de Joden beleedigende biljetten onder het publiek rondgedeeld. De helden gingen ook een controleur te lijf, doch de te hulp geroepen politie slaagde er spoedig in, hen te over meesteren. Vijf der voornaamste rad draaiers werden naar het politiebureau gebracht. Het bleken te zijn een 20- jarige colporteur, een 20-jarige stu dent, een 18-jarige typograaf en twee scholieren van 16 en 17 jaar. Een van hen was in het bezit van een boksbeu- geL" Nogmaals: wordt het geen tijd voor een noodwetje? lijn heeft duidelijk gemaakt dat wij doen wat wij kunnen en veel meer dan andere landen. Ook Dr. Deckers heeft dat toegejuicht en eveneens sprekers van andere partijen, zoodat in onze Kamer eenparigheid heerschte oven den wensch tot krachtige hulp. Wij verheugen ons, zoo zegt de N. K. o.m., dat in ons land thans niet wordt gehoord, dat het deftigste liberale blad van dien tijd, De Nieuwe Courant, schreef, toen verscheidene jaren gele den eenige tientallen Portugeesche priesters hier een onderdak zochten: dat het menschen waren van verdacht allooi. Wij constateeren thans geluk kig een veel mildere stemming. Man nen van een partij, die zich vroeger weinig om het lot van zulke bannelin gen en vluchtelingen om hun geloof be kommerden, vragen nu interpellaties aan. Mogen zij in die goede stemming volharden, opdat Nederland tegenover elkeen ook in de toekomst zijn naam handhave, dat het doet, wat in zijn vermogen is, om vervolgden bij te staan De kneveling van de Joden in Duitschland gaat voort. Ze moeten hun effectenbezit, juweelen enz. de- poneeren op Duitsche banken; ze moe ten zich in Ghetto's terugtrekken; ze mogen zich zelfs niet meer vertoonen in andere sladsdeelen; ze mogen niet chauffeeren. Zóó althans is het voor loopig geregeld in enkele groote ste den. Die dingen maken een ontzettenden indruk op je, maar toch hoe ellen dig ook, men went aan het booze. Maar waar toch wel geen mensch, die dezen naam waardig is, ooit aan zal wennen, is de begane wandaad je gens Joodsche kinderen. Er zijn in Duitschland weeshuizen verwoest KOMT EVEN SMULLEN. uitsluitend van Ie kwaliteit k a I f s v I e e s c h. In de Tweede Kamer werd de hulp aan de uitgewekenen besproken. De socialisten en eenige andere partijen achtten deze niet groot genoeg. Dr. Co- Levensverzekering 1843 1938 GEEFT ZEKERHEID. DOOR ERVARING STERK. BRAMÖ'wonden vereischen onmiddellijk goede verzorging! Vaak vormt zich een pijnlyke brandblaar. Zorg er voor, dat deze niet stuk gaat. Bedek de brandwond direct met een flinke laag AKKER'S Kloosterbalsem en... wègis de pijn! Dat is geen gruwelverhaal, maar het staat historisch vast. We werden er dezer dagen nog weer eens aan her innerd, toen het A.N.P. onder zijn ra dio-persbericht de mededeeling ver spreidde, dat in ons land een trein met Duitsche Jodenkinderen was aange komen. Deze kinderen hadden toela ting bekomen in Engeland. Zakelijk werd aan het bericht toegevoegd: „De kinderen zijn afkomstig uit verwoeste weeshuizen." Wij willen deze medeeeling niet com- mentarieeren, maar den lezer vragen om het zich goed in te denken, wat het heteekent: verwoeste weeshuizen! Een volk, dat zich tegoed noemt om op één hank te zitten met menschen van een ander ras, verwoeste wees huizen! Haalt het dak weg boven het hoofd van kleine stumperds, die geen vader en moeder meer hebben. In edele en spontane reactie over de misdaad van een gemartelde en ver doolde. bevattende kalender, markten, watergetijden, tuiniers- en vele an dere nuttige gegevens, tal van aar dige annecdoten, verhalen enz. met een inhoud van 96 bladzijden. Verkrijgbaar Bureau van dit blad. van „De Echo van het Zuiden". 2) Tot zijn verbazing barstte de ander in lachen uit en zijn lach was zóó vroolijk, en zóó ongekunsteld, dat Hal font er geheel door ontwapend werd. Ik denk er niet over zei de on bekende. Ik zal u zeggen wat het is: ik heb me daarnet even driftig ge maakt, maar nu spijt me dat oprecht. Nu ben ik weer kalm, en zie ik geen reden waarom wij elkaar zouden gaan bewerken. Ik geloof wel, dat we aan elkaar gewaagd zijn, hoewel ik een paar amateur-kampioenschappen ge wonnen heb. Dat zeg ik maar om te laten zien, dat het geen lafheid van mij is. Halfont keek nog verbaasder. De ander had hem door zijn manieren en door wat hij zei, volkomen overtuigd. Het ging alles zoo gewoon en oprecht, dat hij zich ontwapend voelde. Al zijn woede was verdwenen. Wel, als ,u het zoo wilt beschou wen, heb ik er niets op tegen, zei hij en ging naar de auto terug. U wilt zeker wel mijn verontschul digingen aan de dame overbrengen, zei de ander, terwijl hij zijn jas aan trok. Dat kan ik niet. Kunt u dat niet? Waarom niet? Omdat ik niet weet, waar of wie ze is. Wat? Wel, ik zag haar voor het eerst in mijn leven, nog geen twee minuten voor u haar zag, zei Halfont. De ander keek hem verbaasd aan en barstte in lachen uit. Halfont volg de dit voorbeeld. Nu, dat is me ook een idiote toe stand Ja, dat is het stemde Halfont toe en weer stonden ze elkaar aan te sta ren. De chauffeur keek recht voor zich uit en scheen niets of niemand te zien. Ik hoor hier wel niet in de buurt thuis, vervolgde de auto-eigenaar, maar als onze wegen zich ooit weer eens kruisen, dan is hier mijn kaartje, en het zou me een genoegen doen, een e. zoo vreemd begonnen kennisma king voort te zetten. Dank u. Tot mijn spijt heb il< geen kaartje bij mij, zei Halfont, toen hij het kaartje aanpakte. Mijn naam is Halfont en ik woon op de plaats van dien naam. U zult er waarschijnlijk langs gekomen zijn. Een half verval len huis, een kilometer of vijf hier vandaan. Ja, ik geloof wel, dat ik het huis gezien heb. Maar staat u mij toe u naar huis te brengen, daar het mijn schuld is dat u opgehouden bent. Halfont wees de aanbieding van de hand. Hij zei, dat de avondwandeling hem goed zou doen, en dat hij een weg door de akkers wist, die veel korter was. Nu, u is in elk geval een spor tief man en ik zal de les, die ik van daag gekregen heb over het rijden op smalle wegen, niet vergeten. Goeden dag! Ze gaven elkaar de hand en Halfont was zich bewust, dat hij wel eens min der voor zijn vrienden voelde, als hij hun hand drukte. De chauffeur had den motor aange slagen en de auto rolde in een stofwolk den weg af, een tijdlang door Halfont nagestaard. Hij draaide zich eindelijk om en mompelde: Dit is toch een gekke wereld, en een verbazend gekke ook. En hetzelfde oogenblik trachtte hij de geheele gebeurtenis te vergeten. Het was voorbij, en de spelers waren voor goed uit zijn gezichtskring ver dwenen. Ze waren gekomen en gegaan als de stofwolk, die door de auto op geworpen werd. Hij verliet den weg en sloeg een smal pad in, dat steil naar boven liep. Na eenigen tijd lag er een schitterend panorama voor hem. Bosschen, wei den, struikgewas en waterplassen. De horizon werd gevormd door een rij zandheuvels, die op dezen zomeravond een buitengewone kleurenpracht ver toonden. Hier en daar wees een witte streep een weg aan en in de verte zag men tusschen de boomen Halfont lig gen. Halfont haastte zich niet, maar ge noot van het schouwspel om zich heen. Van zulke dingen hield hij, want of schoon zijn leven niet steeds langs ef fen paden was gegaan, een droomer was hij gebleven en dat zou hij wel altijd blijven ook. Gevolgd door een paar nieuwsgierige kalveren liep hij door de landerijen. Hij bleef af en toe stilstaan om de schichtige dieren, die hem niet heele- maal vertrouwden over hun kop ot nek te aaien. Al voortloopende werd hij er zich van bewust, dat er een toeschouwster aanwezig was, die op de wegkruising, die hij zoo dadelijk over moest, zat te wachten. Het was het meisje, dat hij van een wissen dood gered had en 't drong tot hem door, dat zij hem aan dachtig en belangstellend had gade geslagen. HOOFDSTUK II. De onbekende. Halfont schrok, niet zoozeer van 't feit dat hij niet alleen was, als wel van de ontdekking, wie degene was, die het geval mede had bijgewoond. Hij moest iets zeggen en terwijl hij den korten afstand, die hen nog scheidde, aflegde, bedacht hij, dat deze plicht verre van onaangenaam was. En zoo dra hij zich hiervan bewust werd, voel de hij een oprechte dankbaarheid, dat de vijandelijkheden met den vreemde ling waren geëindigd waar ze waren begonnen, want hij wist maar al te goed, dat een gevecht tusschen hen beiden geen kinderspel zou geweest zijn. En nu was hij hier zonder een dichtgeslagen oog of een bloedende neus om kennis met haar te maken. Het meisje was opgestaan en Hal font merkte onmiddellijk op, dat zij dit met groote gratie deed. Zij was vrij groot en goed gebouwd, wat hem in dat ééne kritieke oogenblik was opge vallen. Ze had welig goudbruin haar, 'n buitengewoon aantrekkelijk gezicht met enkele sproeten, die niet de min ste afbreuk aan den totaalindruk de den, blauwe oogen en lange, witte tan den, die energie verrieden. Zij droeg een groene japon, die goed kleurde bij den goudachtigen glans van het haar. Halfont nam zijn hoed af. Ik hoop, dat u niet erg geschrok ken is door de roekeloosheid van dien egoïstischen idioot, zei hijzijn gevoel van vriendschap voor den auto-eige naar was onder den invloed van deze ontmoeting weer tijdelijk verdwenen. Neen, niaar als u mij niet zoo goed en vlug geholpen had, zou ik nu al in een andere wereld zijn, zei ze met een glimlach, die een rij witte, als uit ivoor gebeitelde tanden liet zien. Ik denk in elk geval in een betere wereld, vulde hij lachend aan, maar het is toch eigenlijk verschrikkelijk hoe roekeloos sommigen van die lui omspringen met het leven van hun medemenschen. Ik rijd zelf ook, dus heb ik recht van spreken, maar ze moesten zulke menschen ophangen, wat ik hem trouwens ook gezegd heb. Heeft u hem dat gezegd? Het was duidelijk dat het geval haar zeer ver maakte. En wat zei hij wel? Wat hij zei? Hij wilde vechten. Vechten? (Wordt vervolgd). De Echo van het Zuiden, Waalwjjkselie en Langstraatsche Coorant, r nCDUU BJMMN' Akker's Kloosterbalsem vervangt tijdelijk de vernielde huid. zuivert en geneest en is door zijn weefsel-herstellende werking een ware balsem voor brandwonden en brand blaren. Zij genezen dan zonder litteekens. Onovertroffen als huldgenezend middel bij schaafwonden, ontvellingen, open huid. schrale huid. gesprongen handen, kloven, winterhanden, wintervoeten, winterooren. Per pot van 25 Gram f 62i/2. pot van 50 Gram f 1.04

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1938 | | pagina 1