Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen. 95 J00K0-BSABM' abdijsiroop FEUILLETON Dit nummer bestaat uit Drie Bladen ELRS1E BLAD DE BEDRIEGLIJKE GELIJKENIS. JAAR Croquetten en Bitterbollen, Automatiek PULLES-HEESBEEN. NUMMER 100. ZATERDAG 17 DECEMBER 1938. 61c JAARGANG. V Dit blad verschijnt WOENSDAG en ZATERDAG. Brieven, Ingezonden stukken, gelden, enz. franco te zenden aan den Uitgever. Abonnementsprijsper 3 maanden 1.25. Franco per post door 't geheele rijk 1.40. UITGAVE: WAALWIJKSCHE STOOMDRUKKERIJ ANTOON TIELEN. Telefoon No. 38. Telegr.-adres: ECHO. Advertentiën moeten Woensdag en Vrijdag des morgens om uiterlijk 9 uur in ons bezit zijn. Prijs der Advertentiën: 20 cent per regel; minimum 1.50. Reclames 40 cent per regel. Bij contract flink rabat. KWESTIES VAN HART ÈN VERSTAND. Ons hart: ik bedoel het hart van den gemiddelden Nederlander is zóó bewogen door het leed der Joodsche vluchtelingen, dat we om hunnentwille de eer en den goeden naam van de eigen regeering en van den persoon van een aantal ministers tot mest op den akker der naastenliefde vermalen. En daarmede schieten we 't goede doel voorbij! We zullen een paar zinnetjes citee- ren, zooals men er eiken dag kan vin den in de bladen der A.P. Wij bedoe len er géén critiek mee op de A.P., want velen, van onderscheidene rich ting of overtuiging, uiten zich in deze dagen op gelijke wijze. Het gaat over het terugzenden van een aantal Duitsche Joden of kinderen die geen geldige papieren hadden. ,,Een Hollander had twee zusjes uit een bevriend gezin gehaald, om ze in zijn gezin te verzorgen. Onverant woordelijk nietwaar? Het is niet te rijmen met „het goede Hollandsche verstand" om een kind van twee en een van vijf bij je in huis te willen nemen en ze als je eigen kinderen op te voeden. Den Haag vindt zulk een sentimentaliteit niet in overeenstem ming met onze befaamde nuchtere nationale levenshouding." „Twee dribbelende beentjes onder een rood manteltje uit, zwarte krul letjes om een bleek, treurig smoel tje Als we nu niet oppassen, laten we waarachtig weer ons hart spreken en dat vindt het ministerie van Justi tie niet wenschelijk en niet mensche- lijk." Zulke beschrijving is natuurlijk ver- van „De Echo van het Zuiden". 4) O, hem gaat 't heel goed, zooals trouwens met ons allemaal. Net als met uw hooioogst, oorzoover ik oor- deelen kan naar wat ik er in het voor- hijgaan van gezien heb. Ja, we hebben dit jaar niet te klagen. Maar we moeten dan ook de oogst van verleden jaar maar heele- maal vergeten. Tusschen twee haak jes, juffrouw, ik moest u zeggen, dat meneer Ingatrew wel niet voor het avondeten naar huis zou komen; hij is op de fiets uitgegaan. Paul en ik storen ons niet veel aan regels, meneer Halfont, zei het meisje, nadat de hospita de kamer ver laten had. We gaan allebei onzen ei gen weg en zien ellAar vaak niet an ders dan aan tafel. Maar het gaat heel goed. Dat is dan maar gelukkig, was 't antwoord. Gewoonlijk willen andere menschen je altijd laten doen wat zij willen. Het gesprek ging als het ware van zelf en ongedwongen verder en onbe wust vormde hij zich langzamerhand een oordeel over haar. Neemt u mij niet kwalijk, juf frouw Ingatrew, maar ik heb heele- maal vergeten op den tijd te letten en ik had gehoopt dat uw broer nog thuis zou komen, zoodat ik ook met hem kennis zou kunnen maken. schrikkelijk mooi. Het maakt een ge weldige indruk op de lezers. En je balt je vuisten. Tegen „Den Haag en tegen den minister van justitie. Maar zijn we op die manier wel rechtvaardig en is het wel échte naas tenliefde, welke zich aldus uit? Gelooft ge in waarheid, lezer, dat onze ministers er eenig persoonlijk be- fang bij hebben om Duitsche vluchte lingen uit ons land te weren? Gelooft ge niet, dat onze ministers het beseften, dat ze zich op 1 et oogenblik een gewel dige populariteit, niet enkel in ons land, maar in heel de wereld, zouden kunnen verwerven door zich op de borst te bonzen en uit te roepen: „Vooruit! Open die grensdeuren voor al die arme drommels!"? Wanneer zij de verguizing van een groot deel des volks trotseeren en den jubel rond hun persoon ontgaan, dan moeten zij daartoe toch wel zeer zwaar wichtige redenen hebben, ontleend aan het algemeen belang. Hebben we zulke ministerieele over wegingen niet te respecteeren? Dit staat vast: geen enkel ander land laat eenig beteekenend aantal vluchte lingen over zijn grenzen komen. Wij doen het wel. Indien wij onze grens deuren geheel open zouden stellen, dan waren ze na een week allen uit Duitschland. En een ieder zal het er toch over eens zijn, dat wij geen 600.000 tot 800.000 vluchtelingen kun nen herbergen en een plaats in het eco nomisch bestel van ons land aanwijzen! Het is de bittere plicht van regeer ders dat ze in bepaalde omstandigheden de stem van het eigen hart het zwijgen moeten opleggen en slechts de aanwij zingen van het verstand mogen volgen. Zóóver behoeft het volk niet te gaan, maar wel eischt de rechtvaardigheid, dat het volk op de ingeving van het hart tenminste de overweging van het verstand inschakelt. Talloozen, die thans de Duitsche Jo den bij honderdduizenden zouden willen binnenhalen, zouden vast en zeker over een half jaar op deze ongelukkigen sma len; ze zouden 't anti-semitisme ten on zent helpen versterken en wellicht een beweging helpen verbreiden, welke er op uit is om de Joden die uit Duitsch land zijn gegooid, nog een eind verder op te gooien en hun Nederlandsche ras- genooten er bovenop, dat leert de on dervinding. En nu hebben wij nog niet eens gespro ken van de politieke gevaren voor ons onafhankelijk volksbestaan, wanneer ons land een centrum zou worden van vreemde anti-Duitschers. Tsjecho-Slo- wakije heeft er zijn ondergang mee ver haast. Wij bedoelen geenszins een domper te zetten op den ijver om véél te doen voor de Joodsche vluchtelingen. Laten we vooral intensiever een afdoende op lossing nastreven, welke enkel kan worden gevonden in internationaal verband. Het schijnt, dat men in die Levensverzekering 1843 GEEFT ZEKERHEID. DOOR ERVARING STERK. richting thans te Londen, wat de voor bereiding betreft, een heel eind gevor derd is. Laten we voortdurend onze liefde en hulp voor de vluchtelingen blijven betoonen. Maar, laten we deze liefde niet onthouden aan onze landgenooten, al zijn die dan ook maar ministers, door hun eed gebonden aan hun taak om in alle omstandigheden het belang van het volk van Nederland te beschermen en te verdedigen. GEESTELIJKE MALAISE IN DUITSCHLAND. Betrouwbare inlichtingen, die de di plomatieke correspondent van de Man chester Guardian heeft ontvangen, wij zen op den groei van een geestelijke malaise in Duitschland, naast de reeds bestaande stoffelijke. Hitiers triomf in midden-Europa (aldus genoemd blad voor wiens rekening we deze interes sante doch gedeeltelijk onwaarschijnlij ke verhandeling geheel laten), heeft weinig indruk gemaakt op het Duitsche volk en heeft zijn gezag niet merkbaar verhoogd. De pogroms hebben diep in de ziel van 't volk gevreten en hebben de moreele basis van het regime ern stig, misschien onherstelbaar aangetast. De genoemde correspondent geeft drie motieven voor de pogroms, het eerste was: uidrukking te geven aan de ware gevoelens van de nazileiders, Hit- Ier in de eerste plaats, tegenover de Joden; het tweede was de onteigening van Joodsch eigendom ten behoeve van de bewapening; het derde was een in drukwekkende waarschuwing te rich ten tot alle opposities in het land, de katholieken, de confessioneele kerk, de ontevreden aristocraten, die allen te zamen nu worden gekenschetst als „witte Joden". Als een waarschuwing voor de ka tholieken zijn de pogroms zeer afschrik wekkend, omdat alle voorbereidingen voor een nazi-aanval op de katholieken en hun eigendommen, die van de kerk ook, gereed zijn en in Oostenrijk reeds een begin van uitvoering schijnen te KOMT EvEN SMULLEN. uitsluitend van 1e kwaliteit k a I f s v I e e s c h. vinden. Het aanvalsignaal kan elk oogenblik worden verwacht. De katho lieken behoeven individueel niet de zelfde ongenadige behandeling te ver wachten, die de Joden hebben gekre gen. Het doel is onteigening van de ka tholieke kerk in Duitschland en de vernietiging van haar organisatie. Het regime verlangt, dat deze kerk zich Al in oude tijden gebruikten de geleerden de „Geneescruy- den", die nog heden bij de bereiding van Abdijsiroop ge bruikt worden. Reeds toen en nu nog steeds zijn deze kruiden gebruikt ter bestrijding van hoest, bronchitis en asthma. Een/ge der 20 geneeskr. kruiden AKKER' v&Lstenfcbe Maar dal zult u toch nog wel eens doen? kwam het antwoord. Als u hier in de buurt komt, zullen we u met genoegen ontvangen.... als we thuis zijn. En bij zulk weer gebeurt dat niet vaker dan noodzakelijk is. Tot ziens! En wat ernstiger voegde ze er aan toe: En nog hartelijk bedankt! Halfont mompelde iets, waarvan hij wel wist, dat het absoluut niets met de zaak te maken had en dat waar schijnlijk een idiotigheid was. Toen zei hij: Als u het goedvindt, zal ik mijn zusters vragen u eens op te zoeken. Natuurlijk vind ik dat goed, ik zou het zelfs heel aardig en vriendelijk van ze vinden. Op weg naar huis vroeg Halfont zich af, of hij niet meer beloofd had dan hij kon bewerken. De verhouding met zijn familie was niet zoo bijster vrienschappelijk en het viel dan ook zeer te betwijfelen, of de vrouwelijke leden bereid zouden zijn kennis te ma ken met een vreemd meisje, zonder dat iemand anders dan hij voor haar instond. En als zij er niet toe te be wegen waren, zou dat zijn eigen ver houding zeer bemoeilijken; hij dacht er n.l. niet over deze nieuwe kennis uit het oog te verliezen. Ja, hij wilde wel dat hij die belofte niet gedaan had! HOOFDSTUK III. De bewoners van Halfont. Het was een vroolijke kamer zonder iets van het sombere, dat onmiddellijk bij den bezoeker de gedachte aan boe kenwormen doet opkomen. De kamer was in licht notenhout uitgevoerd eu alles wees er op, dat de 'eigenaar van Halfont van lichte kleuren en vroolijk- heid hield, want zelfs de oude boeken waren op planken achteraf geplaatst en op het eerste gezicht zag men niets anders dan kleurige banuen. De ka mer werd nog vroolijker gemaakt door het groote venster dat openstond, en dat uitzicht gaf op een schitterend pa norama van golvende velden, terwijl de horizon door enkele hooge duinen afgesloten werd. In deze kamer bracht de eigenaar van Halfont het grootste gedeelte van den tijd door, dien hij binnenshuis sleet. Op de tafel vóór hem lagen papieren, die er allemaal erg zakelijk uitzagen. Doch hiernaar keek de landheer niet. Hij zat in zijn stoel achterover geleund en keek droo- merig naar het schoone panorama. Tusschen zijn tanden had hij een zwartgerookt pijpje en op tafel lag binnen het bereik van zijn handen een groot aantal andere pijpen. Hij dacht aan zijn zoon de pa pieren die voor hem lagen hadden grootendeels betrekking op zijnz oon en zijn gedachten waren niet zeer opgewekt. Halfont zou hem opvolgen, zijn plaats innemen en dat zou niet zoo lang meer duren; dit was geen erg geruststellende gedachte voor hem. En als hij aan zijn beide doch ters dacht, had hij al niet veel meer reden om opgewekt te zijn. En zooals zoo vaak, als hij alleen was, dacht hij aan zichzelf en hiermede was hij mis schien nog het allerminst tevreden, want zijn leven was bedorven. Hij was niet in zijn tegenwoordige positie geboren ofschoon men moei lijk iemand zou kunnen vinden, die er beter gesehikt voor was maar hij had deze positie te laat verworven. Hij voelde dat zijn leven een mis lukking was en dat helemaal buiten zijn schuld. Door de een of andere on naspeurlijke oorzaak, was hij er niet in geslaagd „er te komen", terwijl an deren, die niet een tiende van zijn ver stand hadden, daar wel in geslaagd waren. Hij was met hooggespannen verwachtingen en idealen begonnen en, had ze de een na de ander als een kaars in den wind zien uitgaan. En toen hij den middelbaren leeftijd be reikt had, had hij geen enkel ideaal meer en vertrouwen in niemand. Zoo kwam het dat, toen een aantal won derbaarlijke omstandigheden hem in zijn tegenwoordige positie geplaatst had, het eerste wat hij deed, was, een specialist te gaan consulteerer.; uit gaande van het principe, dat iemand, die het grootste deel van zijn leven in den harden strijd om het bestaan had doorgebracht, moest oppassen als hij opeens temidden van weelderige le vensomstandigheden geplaatst werd. Maar de dokter stelde hem volkomen gerust; er scheelde hem niets en er was geen reden, waarom hij niet ééns zoo oud zou worden. Hoewel hij op dit punt nu gerustgesteld was, had hij geglimlacht, want hij wist, dat het noodlot iemand, die zoolang een van zijn slachtoffers was geweest, niet zoo vlug loslaat. Zijn huiselijk leven scheen wel het punt, waarop het lot hem, ook nu nog, achtervolgde. Reeds jaren lang was 't één voortdurende twist geweest. En toen de voornaamste reden van al dat getwist weggenomen was stond hem 'n groote teleurstelling te wachten, want zijn kinderen, die volwassen waren ge worden, wendden zich hoe langer hoe meer van hem af en met geen van hen kon hij het eigenlijk goed vinden. Ze waren allemaal erg egoïstisch; zoolang ze hun zin maar kregen ging het wel, maar zoodra dit niet het geval was, had Richard Halfont reden, zich bit ter gestemd te voelen. Alles bij elkaar genomen, was Squi re Halfont's geluk te laat gekomen om ervan te genieten. Hij had geen idealen meer; en het verleden had niets aangenaams om op terug te zien. Als hij aan de toekomst dacht, zag hij één zwarte massa. Halfont, zijn zoon, was naar de ko loniën gegaan, en was daar verder ge komen dan tal van anderen; hij was er in geslaagd zichzelf te bedruipen. Maar tot groote teleurstelling van zijn vader was hij onverwacht teruggeko men zonder eenig plan voor de toe komst. Van zijn beide dochters was de eene vol van der echten van de vrouw en de gelijkheid van de beide seksen en de ander vol medelijden met arme menschen. Geen van deze beide dingen trok den squire erg aan. Het laatste misschien nog het minst, want het had een inmenging in de regels van het huishouden tengevolge gehad, die hem erg lastig was. (Wordt vervolgd). De Echo van het Zuiden, Waalwyksche en Langstraatscbe Courant* MCCOOBPAfWlL) Meer nog, de tegenwoordige weten schap keert zelfs weer terug naar de genezing door middel van plan ten en kruiden. Behalve kruiden extracten bevat Abdijsiroop thans bovendien ..codeïne", de krachtig ste hoeststillende stof. Deze aldus versterkte Abdijsiroop verdrijft nu nog sneller en beter benauwdheid bij het ademhalen, beklemming op de borst, hoest en bronchitis SERevii tegen hoest, griep, bronchitis, asthma Flacon 90 ct.. f 1.50. f 2.40. f 1.20. Alom verkrijgbaar

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1938 | | pagina 1