>h!sL
Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen.
95
„NOBRB-BBABAr
PRESTO WAST ZUIVER
FEUILLETON
M
VOOR SLECHTS ÉÉN STUIVER
Dit nummer bestaat uit Drie Bladen
EERSTE BLAD
JAAR
Croquetten
en Bitterbollen,
Automatiek PULLES-HEESBEEN.
'PRESTO ZEEPPOEDER OOK VOOR UW WASGOED
DE BEDRIEGLIJKE GELIJKENIS.
HOE DUITSCHLAND
VOORGELICHT WORDT.
f
0,
HET DONKERE ZUIDEN
GEDRAAGT ZICH KEURIG.
Levensverzekering
GEEFT ZEKERHEID.
KOMT EVEN SMULLEN.
NUMMER 6.
ZATERDAG 21 JANUARI 1939.
62c JAARGANG.
n dei
had
ouple
irel.ei
;erei|
oud ei
Kaatï
1
oollo.
>ij det
lering
ig slo
e, ont
ii heei
tor d(
alken
Schal
en M
e heei
d. Be
i.s. d(
en Of
ven.
n.
Jat
in (let
en al
ml on
iezinj
eestei
eerens
te uit
idaat-
iiit dt
;1 oni
:r det
voor
tien.
m ge
in dt
i heer
ichter
aarhij
voor
over.
l voor
n, dat
'orden
inning
in een
zijn
zende
Irukte
tur en
le zol-
roken
aagcle^,
Waalwpscbe en Langstraatsebe Courant^
Dit blad verschijnt
WOENSDAG en ZATERDAG.
Brieven, Ingezonden stukken, gelden,
enz. franco te zenden aan den Uitgever.
Abonnementsprijsper 3 maanden
1.25. Franco per post door 't geheele
rijk 1.40.
UITGAVE
WAALWIJKSCHE STOOMDRUKKERIJ ANTOON TIELEN.
Telefoon No. 38. Telegr.-adres: ECHO.
Advertentiën moeten Woensdag en
Vrijdag des morgens om uiterlijk 9 uur
in ons bezit zijn.
Prijs der Advertentiën:
20 cent per regel; minimum 1.50.
Reclames 40 cent per regel.
Bij contract flink rabat.
in een
V. H.
eld is,
ED.
LUK
Dut er
t Am-
j naai
r Ha-
tegen
fietsei
in de
lit een
lat hij
t ovei
De Duitschers moeten van de Neder-
landsche volksgezindheid wel een zeer
onvolledige, ja valschc voorstelling
hebhen. Hun voorlichting is daarop
gericht. Herhaaldelijk, wanneer men
naar Duitsche persberichten of propa-
gandatoespraken luister wordt men
vergast op de mededeeling der ziens
wijze in bepaalde aangelegenheden
van „den Hollandschen politicus Mus-
sert". Als ze er nu nog maar hij zeiden,
dat deze politicus een Hollandsche
N.S.B.'er is, dan wisten de onbevoor
oordeelde Duitscherè waaraan ze toe
zijn. Maar nóóit, of zoo goed als nooit,
hooren dezen via hun radio van een
anderen Nederlandschen politicus dan
„Musserf*" en ze moeten dus wel den
indruk opdoen, dat deze het is, die bij
ons in de melk heeft te brokkelen.
De Nederlandsche politicus Mus-
sertDe leider van een troepje
politieke desperada's, die 4 pet. van de
bevolking uitmaken. Een leider, die
door 96 pet. van het volk wordt afge
wezen en misschien door meer dan
helft van zijn, aan de beweging trouwe
aanhangers wordt miskend.
Maar voor de Duitschers (loet hij als
„de Nederlandsche politiecus" gedu
rig opgeld. Zijn uitspraken tegen de
landspolitiek, tegen den steun aan
Joodsche vluchtelingen en over de anti-
Duitsche houding de zoogenaamde!
der regeering, worden stelselmatig
door de Duitsche radio verbreid.
We vragen nogmaals: is tegen zulke
demagogie niets te doen? Over vreem
de zenders Duitsche en Russische
wordt herhaaldelijk vaak ook in
het Nederlandsch extremistische po
litieke propaganda gevoerd, gericht te
gen onze democratische staatsinstel
lingen. Daartegenover moeten «onze po
litieke partijen zich via de eigen zen
ders van elke politieke propaganda,
óók voor zoover ze op afweer is ge
richt, onthouden!
xio.w
r
;e
>r
el.
Redevoeringen e.d. moeten hier éérst
aan de goedkeuring van de radio-
contröle-commissie worden onderwor
pen, vóór ze mogen worden uitgespro
ken, maar vreemde uitzendingen, on
gecontroleerd dus, mag iedereen vrij
beluisteren, ook als ze tot doel hebben
om het maatschappelijke leven ten on
zent politiek te beïnvloeden.
We zouden onze zenders niet gaarne
voor politieke doeleinden misbruikt
zien en hebben in het algemeen geen
bezwaar legen de werkwijze der radio-
omroep-contróle-connnissie. Maar als
de buitenlandsche bemoeiing met onze
staatshuishouding dóórgaat, zooals
thans geschiedt, dan diende aan de
Nederlandsche democratie, om het
practisch aan te duiden: aan de Ne
derlandsche radio-omroepvereenigin-
gen, die de belangrijke stroomingen in
ons maatschappelijk leven vertegen
woordigen, de gelegenheid te worden
gegeven om door ter zake bekwame
Nederlanders van erkend gezag, de
buitenlandsche bemoeienis te laten
neutraliseeren door een weerlegging
van eventueele onjuiste of tenden
tieuze mededeelingen, ons land betref
fende, die dagelijks daar verbreid
worden.
En dan niet enkel in de Nederland
sche taal, maar daarnevens óók in de
taal, welke voor het verspreiden der
aangevochten mededeelingen of poli
tieke beschouwingen, werd gebezigd.
Zulks wordt hoog tijd, voor het erger
wordt.
Het donkere Zuiden heeft volgens
de statistiek gelukkig afgedaan. Wij
hebben de staatjes van het laatste
kwartaal voor ons liggen.
Het land is verdeeld in vijf gebieden
met een Gerechtshof. De zetels dezer
gerechtshoven zijn: Den Bosch (Bra
bant en Limburg), Arnhem (Gelder
land en Overijssel), Den Haag (Zuid-
Holland en Zeeland), Amsterdam
(Noord-Holland en Utrecht) en Leeu
warden (Groningen, Friesland en
Drenthe). Welnu, in het genoemde
kwartaal hadden de volgende straf
rechterlijke veroordeelingen plaats,
alle mogelijke soorten van misdrijven
omvattendef
Het rijksgemiddelde bedroeg 342,
maar in
Arnhem was het cijfer 436
Amsterdam 369
Den Haag 355
Den Bosch 288
Leeuwarden 264
Letwel: dit zijn verhoudingscijfers.
Terwijl het rijksgemiddelde voor
de afdeeling der criminaliteit een cij
fer van 158 geeft, is dat voor Arnhem
niet minder dan 518 (vijf honderd en
achttien), terwijl het vroegere donkere
Zuiden een cijfer van slechts 92 heeft.
Het rijksgemiddelde van misdrijven
tegen de zeden is 852, voor Arnhem is
het cijfer 1086 (voor Den Bosch 832).
Het rijksgemiddelde voor misdrijven
tegen het Gezag was 113, maar voor
Arnhem gold het cijfer 188 en voor
Den Bosch 110.
Voor misdrijven tegen het leven ge
richt: rijksgemiddelde 280, Arnhem
314, Den Bosch 262.
Ruwheidsdelictenrijksgemiddelde
259, Arnhem 340, Den Bosch 223.
Economische delicten: rijksgemid
delde 259, Arnhem 340, Den Bosch 223.
Op grond van dergelijke cijferma
teriaal zijn de Brabanders en Limbur
gers toch maar vele jaren lang voor
de bewoners van het donkere Zuiden
uitgemaakt. Daar werden de menschen
dom gehouden, zoo heette het. En
daarom had de misdaad vat op hen.
Deze cijfers geven nu eens een zeer
gunstig verloop te zien voor onze Zui
derbroeders, een zeer ongunstig ver
loop voor de Noord-Hollanders en
vooral de Gelderlanders en Overijs
selaars.
Al kan men nu niet alle waarde
hechten aan cijfers, omdat de wel eens
een ietwat verwrongen beeld kunnen
geven, speciaal doordat de opvattingen
van politioneele en justitioneele auto
riteiten dikwijls zeer verschillend zijn,
toch spreken ze een taal, die van het
„donkere Zuiden" vroeger steeds met
heel veel genoegen werd aangenomen.
1843
1938
DOOR ERVARING STERK.
CHAMBERLAIN
EN POLAK.
Onder dit hoofdje schrijft de Neder
lander (c.-h.):
„Bij de jaarwisseling hebben velen
dankbaar herdacht wat Chamberlain in
1938 voor den vrede heeft gedaan.
Niet aldus dr. Henri Polak.
Deze noemt hem in een dagblad
artikel zwak en onbekwaam: zegt dat
hij een vrede gered heeft die niet be
dreigd werd en de kans op oorlog heeft
uitsluitend van Ie kwaliteit
k a I f s v I e e s c h.
bevorderd: en was benieuwd wat hij
nu weer te Rome „zou gaan redden
Dit alles berust dan op de roekeloo-
ze speculatie, dat Hitier wel zou inge
bonden hebben als Chamberlain rustig
thuis was gebleven.
Tegen 2 uur in den namiddag van
28 September was de Duitsche mobili
satie afgekondigd: de Duitsche mobili
satie, waarvan men reeds in 1914 zeide,
dat die „met oorlog gelijk stond wat
toen prompt uitkwam en wat thans in
nog veel sterker mate geldt. Heel Eu
ropa voelde zich aan den rand van den
afgrond en meende, dat nog slechts een
„wonder" het onheil kon afwenden.
Maar dr. Polak geeft op een briefje,
dat de vrede „niet bedreigd werd" en
smaadt den man, die in het donkerste
uur van de geschiedenis sinds 1918 aan
zijn volk en de wereld een zeer grooten
dienst heeft bewezen.
De „Avondpost", deze uitlating van
dr. Polak besprekend, stelt daartegen
over het woord uit de Bergrede: „Zalig
zijn de vreedzamen, want zij zullen
Gods kinderen genaamd worden".
Men zou ook, bedenkende, dat dr.
Polak niet alleen staat, kunnen herin
neren aan het woord: „Zalig zijt gij, als
u de menschen smaden en vervolgen,
1 -
van „De Echo van het Zuiden".
14)
Niettegenstaande dezen grooten hon
ger, bleek Paul nog zeer spaarzaam.
Hiervoor was Halfont, die juist hel
tegendeel was, hem zeer dankbaar.
Paul's succes was het voornaamste
onderwerp van het gesprek.
Agnes luisterde zwijgend. Halfont
maakte van de gelegenheid, die de wel
sprekendheid van Paul hem bood, een
dankbaar gebruik om naar haar te kij
ken. Wat zag ze er lief uit bij 't licht
van 'de lamp, dacht hij, en meer dan
eens meende zij een teederen en aan-
dachtigen blik in zijn oogen te zien als
ze zijn kant uitkeek. Hij was volkomen
onder de bekoring van haar tegen
woordigheid en hij bedacht, wat zij op
weg naar huis besproken hadden. Hoe
vaak had hij hier al in deze gezellige
ouderwetsche kamer bij haar gezeten
en hoe vaak zou hij 'daar nog zitten
En geen enkele gedachte aan fantas
tische mogelijkheden, aan buitenissige
en onheilspellende gebeurtenissen,
i£ verontrustte hem. Alles zo,u goed wor
den; hij wilde (le natuurlijke ontwik
kelingen der dingen niet verhaasten.
Hij zou den tijd die voor hem lag, zoo
goed mogelijk gebruiken hij zou
geen minuut ervan verloren laten
gaan. En toen hij eindelijk naar huis
ginggeen minuut eerder dan ab
soluut noodzakelijk was. was er in
zijn hart vrede en blijdschap. Van
angst of twijfel wist hij niet. Het was
al tevredenheid en rozengeur!
HOOFDSTUK IX.
Een onderhoud in de bibliotheek.
Ja? Binnen! O, Halfont, ben jij
het? vervolgde de oude squire, nadat
de deur geopend was en Halfont bin
nen was gekomen. Wat is er van je
dienst?
Niemand kwam zonder bepaald doel
ooit het heilige der heiligen van Hal
font sr. binnen en daarom stelde hij
deze vraag, toen zijn zoon de biblio
theek binnentrad.
Ik wou eens met u praten
over verschillende dingen.
Uit Hal font's manier van doen en
spreken bleek duidelijk, dat hij met
zijn figuur verlegen was en dat over
kwam hem anders nooit. Zijn vader
nam een van de vele pijpen, die op zijn
tafel lagen, stopte deze, stak ze aan en
schoof den tabakspot naar zijn bezoe
ker toe. Dit was zóó'n gewoonte van
hem geworden, dat hij het zelfs wel
deed als er een dame kwam om hein
te spreken.
Heb je soms gespeculeerd?
Neen, en met het beetje, waarmee
ik gespeculeerd heb, ben ik nog ge
lukkig geweest.
Dat is meer-dan ik ooit heb kun
nen zeggen. Mijn eenige geluknu,
je weet er alles van. En het kwam.
te laatvoegde hij er meer tegen zich
zelf, dan tegen zijn zoon aan toe.
Dat moet u niet zeggen, vader. U
ziet er nog zoo flink en jong uit.
Des te beter, zei de oude heer,
maar een scherp oor zou een bitter
heid in zijn stem opgemerkt hebben,
die bewees, dat hij het niet oprecht
meende.
Enfin, vertel maar eens wat er
aan de hand is! Heb je het met de
politie aan den stok?
Neen, dat heb ik niet, antwoord
de Halfont op een toon, die zeggen
wou dat hij het een kinderachtige op
merking vond. Maar hoe staat het ei
genlijk met mijn verhouding ten op
zichte van het landgoed hier?
Dat weet je zelf ook wel. Krijg
je niet genoeg uitgekeerd om te leven?
Alleen wel; maar als ik nu eens
trouwplannen had?
Zoo, heb je die?
Misschien, was het korte ant
woord.
Ernstig?
Natuurlijk, anders zou ik er niet
over srreken.
Naam?
Agnes Ingatrew.
O, zei de vader met een vergeven-
den glimlach. Zomer-idylle. flii-
sterende hoornen.... samen in den
schemer naar huissamen fiets
tochtjes gemaakt enzoovoort. En noem
jij dat ernstig?
Halfont werd kwaad en kleurde he
vig. Doch zijn vader ging voort.
Je weet hoe ik de dingen opvat en
beoordeel, je moest het tenminste ein
delijk wel weten. En mag ik vragen,
heb je al met haar gesproken?
Ja, maar ik heb nog geen bepaald
antwoord gekregen. En ik wilde eerst
precies weten hoe het met mijn voor
uitzichten hier stond.
Zijn va'der knikte en zei
Dat zie je goed in. Maar je weet
het toch? Wacht evenen met een
bevelend gebaar van zijn hand belette
hij Halfont hem in de rede te vallen.
We kunnen er nog wel eens over pra
ten. Maar je moet weten, dat 't land
goed alles noodig heeft wat het op
levert. Je weet ook, dat de successie
rechten enorm hoog zijn en we zijn
eigenlijk nog maar pas begonnen ze te
betalen. En dan is er nog het geld, dat
op Ethel en Sybil vastgezet is. Maar
wat weet je eigenlijk van die jonge
dame af?
U hebt haar gezien, zei hij toen.
Ja, zoo nu en dan eens, maar
nooit langer dan een kwartiertje.
Maar hoewel ik eiken dag heel veel
menschen zie, weet ik'niets van ze. Je
hebt mijn vraag wel heel onvoldoende
beantwoord
Iedereen kan zien, dat er op haar
niets valt aan te merken.
Zeker, dien indruk kreeg ik ook.
Ze maakte een aardigen, verstandigen,
vroolijken indruk. En ook wel knap....
ja, ja, tamelijk knap. Maar schildert
zij om aan de kost te komen, of hel)
ik dat verkeerd begrepen?
Gedeeltelijk; ze heeft ook wat
vermogen. Maar haar werk is werke
lijk heel goefl en binnen niet al te lan
gen tijd zal ze een beroemdheid zijn.
Let er maar op!
Laten we dat dan als zeker aan
nemen. Maar wat ga jij dan doen? Ben
je van plan jarenlang in Kensington
rond te hangen, terwijl je leeft van
wat jullie samen bij elkaar kunt bren
gen en ondertusschen moet wachten
tot zij beroemd is geworden of tot
Ik wil je wel zeggen, dat ik er niets
voor voel om vóór mijn tijd dood te
gaan, zelfs niet als ik er jou een dienst
mee doe!
Iets in den toon en het spottend
knipperen met de oogen, ontwapende
Halfont. Hij barstte in een lach uit.
Net of ik dat zou willen, riep hij
met ongeveinsde hartelijkheid ,uit. Ik
heb alleen maar zoo gedacht, dat met
uw hulp alles zooveel gemakkelijker
kon zijn. Ik heb al eenige jaren in de
tropen gewerkt en als ik nu wat geld
had om er weer te beginnen.
Dan bestond er de mogelijkheid
van een middelmatig succes, vulde z'n
vader aan. Goed, aangenomen; maar
hoe denk je die kunstenares, die van
daag of morgen beroemd wordt, er toe
te bewegen, 'de kunst vaarwel te zeg
gen om zich met jou ergens in de rim
boe te begraven?
Hieraan had Halfont nog heelemaal
niet gedacht; de droomer in hem had
den practischen mensch op den achter
grond gedrongen. En hij had. dan ook
geen antwoord gereed. Zijn vader had
een licht op de zaak geworpen, dat wel
niet heel aangenaam was, maar wel
van buitengewoon practisch en ver
standig inzicht getuigde.
(Wordt vervolgd).