Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen. Begin nieuwe cursussen Q SeuieuiDer. BINNENLAND „NOORD- BRABAND 1843 Dit nummer bestaat uit Vier Bladen EERSTE BLAD Onze Neutraliteit. Uns HandeismkeBr. Dantzig pansert zich. Nederlanders e.a. betalen de kosten. Examentijd. Croquetten en Bitterbollen Automatiek PULLES-HEESBEEN. Rijksschool voor Leerlooiers en Schoenmakers NUMMER 54. ZATERDAG 8 JULI 1939. 62e JAARGANG. T Dit blad verschijnt UITGAVE; Advertentiën moeten Woensdag en WOENSDAG en ZATERDAG. Vrijdag des morgens om uiterlijk 9 uur V Brieven, Ingezonden stukken, gelden, ►nz, franco te zenden aan den Uitgever. WAALWIJKSCHE STOOMDRUKKERIJ ANTOON TIELEN. in ons bezit zijn. Prijs der Advertentiën: Abonnementsprijsper 3 maanden Telefoon No. 38. Telegr.-adres: ECHO. 20 cent per regel; minimum 1.50. f 1.25. Franco per post door 't geheele GIRO'No. 50798. Reclames 40 cent per regel. ^-ijk 1.40. Bij contract flink rabat. De neutraliteit van de kleine landen is iets, waar den laatsten tijd nogal eens over wordt gesproken en terecht zouden wij zeggen, want was het in 1914 heel moeilijk om een zuiver neutrale houding aan te nemen, nog moeilijker is het thans. In groote trekken bekeken zijn de volkeren verdeeld in 2 groote idiolo- gische groepen. Weliswaar zijn er in de groepen verschillende schakeerin gen, maar dat neemt niet weg, dat deze broeders elkaar wel weten te vinden. Tusschen deze twee groote groepen in staan de neutrale staten: Nederland, België, Scandinavië, Zwitserland en de randstaten aan de Oostzee, die alles floen om hun neutrale positie ten koste van alles te handhaven Onder deze landen behoort dus ook ons vaderland. In 1914 zijn wij er in geslaagd om buiten den wereldbrand te blijven; liefdevol namen wij vluchtelingen zoowel van de geallieerden als van de eentralen op, waardoor wij ons ver zekerden van de sympathie van beide kanten. Er wordt weer gepraat over oorlog. „The man in the street" is er zelfs van overtuigd, dat het niet lang meer duurt ook. Er zit spanning in de lucht; onte genzeggelijk. Ieder woord van Duitsch- Jand en ieder antwoord van de demo cratieën wordt uitgebuit om de ge poneerde stelling van: „er komt oor log in Europa" te bewijzen. Men schouwt naar Dantzig, het Balkan schiereiland, het verre Oosten, Pa lestina, de Iersehe kwestie. Door de veelheid der verontrustende ver schijnselen raakt men de kluts kwijt en zoodra de doorsnee mensch het politieke spel niet meer kan volgen, is hij er van overtuigd, dat er oorlog komt. Helaas ofgelukkig, hoe zul len wij het zeggen, weet hij nog niet precies wanneer. Door de hoornen ziet men ook hier het bosch niet. Inderdaad er zit spanning in de lucht, hoogspanning zelfs en niemand zal hieraan durven twijfelen. Maar ook in September was de poli tieke hemel zwaar bewolkt en scheen een onweer ieder oogenblik te zullen losbarsten en ook tijdens de Paasch- dagen ging het op het kantje af. De vrede is aan ernstige schokken gewend geraakt en al is dan nu de toestand in zekeren zin ingewikkelder geworden door de stichting van het anti-agressiefront, een matig optimis me omtrent den gang van zaken is toch nog steeds gerechtvaardigd. Het is begrijpelijk, dat in een derge- lijken toestand het voor de neutrale landen zeer moeilijk is om strikt neutraal te blijven. Door de groote mogendheden wor den garantie-verdragen opgedrongen, tegen den uitdrukkelijken wil in van de landen zelf en toch zouden we 4 daardoor in moeilijkheden ikunnen h komen. k Zelfs met geen fronsen der wenk brauwen mogen wij onze verstoor- haarheid verraden. Ook al gruwt het Nederlandsche volk voor de machtswellust en de methoden om deze te verwezenlijken, wij mogen dit niet laten merken, wij zouden anders gevaar loopen in het andere kamp terecht te komen. Gelukkig begrijpt men elders onze positie en heeft men waardeering voor onze houding, die thans weer duidelijk is gedemonstreerd zoowel te Londen als te Parijs. We hebben alle vertrouwen, dat men ook daarmee rekening zal blijven houden. In de algemeene vergadering van de Nederlandsche Kamer van Koophan del voor Duitschland heeft mr. A. E. 1). von Saher, lid van het dagelijksch bestuur van genoemde Kamer, uit Amsterdam een rede gehouden over het Nederlandsche belang bij den han del met Duitschland. Het verloop van het Nederlandsch- Duilsche handelsverkeer is in zijn ont wikkeling gedurende de jaren 1930 tot en met 1938 zeer onbevredigend ge weest. In 1930 verkocht Nederland voor 500 millioen mark aan Duitsch land, in 1938 voor 197 millioen mark. In 1930 kocht Nederland in Duitsch land voor 1,2 milliard, in 1938 voor 448 millioen. indien wij het handelsverkeer tus schen het rijk in Europa en Duitsch land bezien, aldus spreker, dan moe ten wij vaststellen, dat de zwaarste klappen gevallen zijn op liet gebied van de agrarische producten. De Ne derlandsche invoer in Duitschland daalde met 302 millioen mark. Daar van kwam len laste van de zuivel, vis- scherij, land-, tuin- en boschbouw in lotaal niet minder dan 300 millioen mark. Indien het volume van onzen handel op Duitschland door welke oorzaken dan ook niet op peil gehouden kan worden, dan is daarvan de noodza kelijke consequentie, dat deze uitvoer zich naar andere landen moet richten en dat derhalve ook het Nederland sche belang bij den import uit andere landen sterker naar voren moet ko men. Duitschland heeft zijn plaats van belangrijksten afnemer van Neder landsche producten moeten afstaan aan Engeland, met welk feit Neder land uit zuiver commercieele redenen bij de bepaling van zijn economische politiek zal hebben rekening te hou den. vervolgens langs de Elbing, den Weichsel en den „doode" Weichesel. De plaats waar de wapens gelost wor den, varieert. Meermalen b.v. werden wapens gelost op het eiland Holin, de vroegere Duitsche duikbootbasis. Met vrachtwagens worden de wapens dan naar verschillende punten in de Vrije Stad gebracht. En wie moeten dat alles betalen? Want ook het onderhoud der duizen den gemobiliseerde „politie-agenten" kost schatten gelds. Dantzig is net zoo berooid als Duitschland is. En daar om wordt er betaald met het geld, dat anderen, den vreemdelingen n.l., toe behoort, althans toekomt. Havas meldt daaromtrent uit War schau: De Bank van Dantzig heeft een ver ordening gepubliceerd, waarin wordt medegedeeld, dat tot nader order de betaling op den dienst der buitenland- sche leeningen wordt stopgezet. Het betreft met name de leening van de Stad Dantzig van 1925 op het ta baksmonopolie, de leening van 1927 der havencommissie, de tramleening van 1927 de leening van het lucifers monopolie van 1928 en de pondsterling leening voor de haven en tramspoor wegen. Het kapitaal dezer verschillende lee ningen is grootendeels van Engel- schen, Nederlandschen en Amerikaan- schen oorsprong. Voor het overige voorziet hetzelfde decreet in een slui ting der aan vreemdelingen toebe- Dantzig gaat voort met zich degelijk in staal en beton te pantseren, dage lijks worden kanonnen, munitie, tanks, afweergeschut en wat dies meer zij, in de Vrije Stad aangevoerd. Duitsch land levert deze zaken prompt, even als de manschappen die in Dantzig be- noodigd zijn voor de bediening van het aangevoerde oorlogsmateriaal. Er is thans ontdekt, dat de wapens uit Koningsbergen komen door het Fri- sches Haff, de binnenzee tusschen Ko ningsbergen en de grenzen van de Vrije Stad. De wapens worden vervoerd in lichters, die in staat zijn te varen door den arm van ondiep water, die naar de grens van de Vrije Stad voert en LEVENSVERZEKERING ff WAALWIJK hoorende rekeningen bij de bank, die voortaan slechts over hun geblok keerde deposito's kunnen beschikken met machtiging van de Bank van Dantzig. Deze maatregelen hebben echter geen betrekking op de Poolsch-Dantziger financieele betrekkingen. Duitsche kringen te Dantzig moti- veeren dezen maatregel met de ver mindering der havenontvangsten ten gevolge van de „handelspolitiek van Polen, welke Gdynia ten kófcte van Dantzig begunstigt". In werkelijkheid schijnen deze maat regelen te zijn genomen om de Bank van Dantzig in staat te stellen bij te dragen aan de toegenomen financieele behoeften der vrije stad tengevolge van de genomen militaire maatrege len. Let wel: de militaire maatregelen zijn tegen Polen gericht, maar de Poolsch-Dantziger financieele betrek kingen blijven ongewijzigd voortbe staan. Anders zou de oorlog te gauw uitbreken! En daarom moeten Neder landers maar dokken, en Engelschen en Amerikanen. Hun wordt rente en aflossing van geleend geld onthouden; de gegeven waarborgen (o.m. tabaks en lucifersmonopolie) worden een voudig ingetrokken. Zelfs op de bij de bank belegde privé-bezittingen der bui tenlanders is beslag gelegd! Dat ook het toeristenverkeer thans volkomen vernietigd is, spreekt van zelf. Als het examentijd is, dan denken wij wel eens aan een ouden studie vriend. Op het internaat, waar wij zes jeugdjaren sleeten zat-ie met ons in dezelfde klas; we kwamen uit dezelfde stad. We herinneren nog goed: in 't twee de jaar waren we toegekomen aan de vertaling van „Caesar De bello Gallico". Het tweede hoofdstuk begint zóó: „Cajus Julius Caesar cuin dili- gentia in Galliam projectus est." La tijn is heelemaal niet moeilijk, als je het kent. Elke lezer kan dezen zin reeds vertalen, als hij weet, dat C. J. Caesar „C. J. Caesar" beteekent, cum met, diligentia spoed, in Galliam naar Gallië (Frankrijk) en projectus est is vertrokken (vertrok). De vertaling moet dus luiden: Caesar vertrok met spoed naar Gallië. Onze vriend en stadgenoot wist er alles van, enkel wist hij niet precies, wat „diligentia" beteekende. Maar hij was een practische jongen; hij had niet noodig om het woord op te zoe ken in z'n woordenboek; hij voelde de heteekenis als 't ware, zoo noodig met klompen aan de voeten. En hij vertaal de: Caesar vertrok met de diligence naar Gallië. Het tweede jaar was nog niet om, toen ons vriendje met spoed naar huis werd gezonden. Maar wij konden vier jaar later geen fout maken in ons werk, of wij kregen te hooren: Nou ja, je bent 'n stadgenoot van het jongemensch, dat Caesar met de diligence naar Gallië liet reizen! Alles goed en wel, maar onze stu- KOMT EVEN SMULLEN. uitsluitend van Ie kwaliteit kalfsvleesch. dievriend is ondertusschen een flinke zakenman geworden, een kerel die heel wat in de pap te brokken heeft en wiens gewichtigheid zich mede de monstreert in het bezit van een paar fijne wagens, terwijl wij, als prima geslaagden ons nog altijd voortbewe gen op een tweewieler met voeten- gangmaking. Waarmee wij maar willen zeggen, dat het degenen* die op studie niet vooruangingen, of zelfs niet meegaan, toch in het leven nog heel goed kunnen slagen; zelfs heel ver kunnen brengen. Een ding staat echter vast: wie niet mee kan, omdat wil, ijver en energie ontbreekt, die faalt schier- onherroe pelijk in zijn ondernemingen, als hij zich tenminste later niet bekeert. De natuur verdeelt zijn gaven ge woonlijk nog al rechtvaardig en het komt slechts weinig voor, dat inen- schen, die den aanleg hebben om zich door studie parate kennis te verwer ven ook tegelijkertijd het practische doorzicht in zaken hebben, dat tot succes in het leven voert. Vaak kan men het even ver brengen met de geschiktheid om onder alle om standigheden de mogelijkheden, die zich voordoen, uit te buiten, dan met veel vergaarde kennis, die geen op lossing biedt in een niet voorziene en dus minder bestudeerende situatie. Waarmee wij maar zeggen willen, dat voor beiden een plaats in het le ven mogelijk is, als ijver en energie en goeden wil maar niet ontbreken. Dit ten troost van de mindergeluk- kigen in dezen examentijd. te Waalwijk. Inlichtingen en aangifte bij den directeur. (Zie toelichting in dit blad.) MINISTER FUNK IN ONS LAND. Ter beantwoording van het bezoek dat minister Steenberghe in Maart j.l. aan zijn Duitschen ambtgenoot in Ber lijn heeft gebracht, is dr. Funk Woens dag met den nachttrein uit Berlijn te Den Haag aangekomen. De Duitsche minister was vergezeld van mevr. Funk en van eenige hoofdambtenaren aan zijn departement verbonden. In den loop van den ochtend heeft minister Funk een bezoek gebracht aan minister mr. M. P. L. Steenberghe en den minister-president dr. H. Colijn. Tijdens het noenmaal dat de Duit sche gezant, graaf Von Zech Burkers- roda ter eere van het bezoek van den Duitschen minister van Economische Zaken gaf, heeft minister Funk in naam van den Duitschen Rijkskanselier aan dr. H. M. Hirschfeld, directeur van Handel en Nijverheid, het Kruis van Verdienste van de Orde van den Duit schen Adelaar met de ster uitgereikt. De minister van Economische Za ken, mr; M. P. L. Steenberghe, heeft zijn Duitschen collega minister W. Funk, in kasteel OudWassenaar een diner aangeboden en hem in een tafelrede toegesproken. Minister Funk heeft den Nederland schen minister van Economische Zaken voor de vriendelijke woorden van wel kom dank geheeten en gaf uitdrukking van zijn oprechte vreugde over de zoo hartelijke ontvangst. Donderdag werden de Zuiderzee werken bezocht. ADVERTEERT IN „DE ECHO VAN HET ZUIDEN". HET BLAD VOOR WAALWIJK EN OMGE VING. Waal^yksclie en Langstraatsehe Courant*

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1939 | | pagina 1