1Haredag AKKS/ftjeS Tweede Blad Zaterdag 26 Augustus 1939 No. 67 De Echo van het Zuiden Straatverbetering en aanleg Afscheid wethouder v. Lier en raadslid Markus. De raad dezer gemeente kwam Woensdagavond 7 uur in openbare zitting bijeen onder voorzitterschap van den edelachtb. heer J. A. Fr. Mal- lens. Afwezig de heeren v. Valderen en Sinits. Agenda: 1. Vaststelling notulen vorige ver gadering. Deze worden zonder opmerkingen goedgekeurd. De voorzitter zegt naar aan aanlei ding van een vraag in de vorige ver gadering omtrent de vuilnis-stort plaats, dat 13. en W. willen voorstellen deze voorloopig te verplaatsen naar de drainagevelden. De daarvoor benoo- digde vergunning zal worden aange vraagd. De thans bestaande stort plaats komt dan te vervallen. 2. Ingekomen stukken. Ingekomen zijn o.m. een dankbetui ging van het Prinselijk echtpaar voor de gelukwenschen van het gemeente bestuur bij de geboorte hunner doch ter Irene, en de goedkeuring der be grooting 1939. Worden voor kennisgeving aange nomen. 3. Verzoek van de besturen der plaatselijke burgerwachten te Kaatsheuvel en te Loonopzand en van de leiders van den Bij zonderen Vrijwil ligen Land storm te Kaatsheuvel, Loonop zand en Berkdijk om beschik baarstelling van een wisselprijs voor een jaarlijks terugkeeren den ondcrlingen schietwedstrijd. In 1934 heeft de gemeente een wis selbeker beschikbaar gesteld die 3 maal achtereen of 5 maal in totaal gewonnen moest worden. Waar de af- deeling Loonopzand van den B.V.L. dezen wisselbeker heeft gewonnen, is deze definitief in eigendom aan deze afdeeling overgegaan en stellen B. en W. thans voor opnieuw 25.dispo nibel te stellen voor aankoop van een nieuwen .wisselbeker. Wordt z.h.st. goedgekeurd. 4. Voorstel om de verbindings straat loopende van de Kerk straat naar de Gasthuisstraat, gelegen vóór de R.K. Kerk te Loonopzand, te verbeteren en te besluiten tot aanleg van den bij het uitbreidingsplan voorzie- nen weg, gelegen ten zuiden van het plein dal vóór de St. Jozefs- kerk te Kaatsheuvel mettertijd zal worden gevormd. In hun prae-advies zeggen B. en W. o.m.: Door den aanleg van dezen laatsten weg, die overigens niet verder zal worden bestraat dan 't eigendom der gemeente loopt, komt, zij het dan slechts over een klein gebied, het uit breidingsplan tot uitvoering. Daardoor worden de perceelen ontsloten die de gemeente nog ter plaatse heeft liggen, waarvan aldus bebouwing mogelijk wordt gemaakt. Voor de eene helft kunnen de kosten daarvan worden ge vonden door den prijs der te ontslui ten aan de gemeente toebehoorende bouwterreinen bij verkoop met een evenredig bedrag te verhoogen, terwijl de andere helft ten laste van de ge meente komt, nu de straat aan de an dere zijde door het te vormen open baar plein begrensd wordt. Tegelijk met dezen aanleg loopt het voorstel over de verbetering van de in het voorstel aangegeven straat lig gende vóór de R.K. Kerk te Loonop zand, die van een passend plaveisel zal word envoorzien en verder zoo danig zal worden geconstrueerd, dat daaraan een meer behoorlijk straat beeld zal worden gegeven. Het ligt verder in de bedoeling deze straat door het plaatsen van palen voor het groot verkeer af te sluiten en om het verkeer van de Gasthuis straat naar de Kerkstraat door de Schoolstraat te leiden. Doordat de Vaartstraat, met welke vernieuwing aanvankelijk rekening was gehouden, uit het crediet van het Werkfonds wordt verbeterd, komen de daarvoor geraamde gelden vrij, zoodat daarover ten behoeve van de voorgestelde werken kan worden be schikt. De heer Snoeren acht het niet ge- wenscht om na verbetering van den weg vóór de R.K. Kerk te Loonopzand paaltjes aan (Ten ingang te plaatsen ter afsluiting voor het verkeer. Als het verkeer vanuit Tilburg door de Schoolstraat geleid wordt vreest hij ongelukken. Hij zou de situatie liever gelaten hebben zooals deze was. De heer v. d. Heuvel meent, dat de straat vóór de R.K. Kerk te Loonop zand niet in zoodanig onhoudbaren toestand verkeert dat verbetering dringend noodig is. Al heeft men het geld ervoor beschikbaar dan zijn er mogelijk nog wel andere doeleinden, waaraan het beter besteed kan wor den. Men moet niet vergeten dat door deze uitgaven de gewone dienst jaar lijks weer extra belast wordt. Het zou in de bedoeling van B. en W. liggen de straat langs de R.K. Kerk een behoorlijk straatbeeld te geven, doch spreker vraagt zich af hoe zulks kan samengaan met het plaatsen van paaltjes voor den ingang, waardoor de straat niet als straat te gebruiken is? Wat moet er gebeuren als begra fenis- of bruiloftstoeten tot bij de kerk willen rijden? Dan moeten de paaltjes wegenomen worden of ze moeten heel ver van elkaar worden geplaatst. Spreker meent dat aan de bedoeling van B. en W. beter voldaan kan wor den door het bord dat thans aan de Noordzijde der Gastuhisstraat staat te verplaatsen naar de. Noordzijde der straat langs de R.K. Kerk. Wat den nieuwen weg betreft nabij de St. Jozefskerk te Kaatsheuvel is 't spreker niet recht duidelijq welke weg hier in het geding komt. Het zal toch wel de bedoeling zijn de eerste weg van het uitbreidingsplan voor de volla 100% aan te leggen, want een stuk weg kan men niet exploiteeren. Spr. vreest dat het later onmogelijk zou kunnen blijken de 50% der aanleg- kosten op de koopers der terreinen te verhalen. Hij zou gaarne, desnoods in besloten vergadering, vernemen welke prijs B. en W. zich voor die terreinen hadden voorgesteld. De voorzitter constateert dat beide sprekers bezwaar maken tegen het plaatsen van paaltjes voor den ingang der straat langs de R.K. Kerk te Loon opzand. B. en W. hadden gemeend dit te moeten voorstellen om te voldoen aan het verzoek van verschillende zij den om geen verkeer langs den kerk ingang toe te laten. Door paaltjes te plaatsen is dit beter te voorkomen dan door het plaatsen van een ver keersbord. Ook elders kan men dit aantreffen. De paaltjes worden zoo danig geplaatst dat ze voor een be grafenis- of bruiloftstoet gemakkelijk even verwijderd kunnen worden. Het is de bedoeling in de School straat slechts één richting-verkeer toe te staan, zoodat het gevaar voor on gelukken dat de heer Snoeren ziet, niet grooter wordt. Het straatgedeelte vóór de kerk was inderdaad nog niet in een onhoudba ren toestand, doch vergeleken bij het geen aan andere wegen tot verbetering is gedaan en waar de gelden thans ter beschikking waren, meenden B. en W. ook dit stuk te kunnen verbeteren. Wat de door den heer v. d. Heuvel geuite vrees betreft, dat B. en W. die 50% van de kosten van den weg na bij de St. Jozefskerk niet op de daar aan gelegen terreinen zouden kunnen verhalen, deze acht spreker onge grond. 'Die kosten moeten en zullen ook voor de helft op den verkoopprijs komen te drukken, daar zullen B. en W. wel degelijk voor waken. De heer Snoeren blijft de meening toegedaan dat paaltjes vóór de straat langs de R.K. Kerk misplaatst zullen zijn. Met de plaatsing van een vre- keersbord zal men hetzelfde kunnen berieken. De heer v. d. Heuvel vindt zijn vraag inzake het verhalen van 50% der kosten op de koopers van bouw terrein heel logisch. Men dient zich thans toch af te vragen wat die ter reinen waard zijn. Hij heeft van den voorzitter ook geen antwoord ontvan gen op zijn vraag of er bij de St. Jo zefskerk een complete straat komt of een doodloopend stuk. De voorzitter zegt dat het de bedoe ling is den straataanleg te beperken tot zoover de gemeente de aangrenzende terreinen in eigendom heeft, dan kun nen die terreinen door de gemeente als bouwterrein verkocht worden. De waardeering kan op verschillende ma nieren gebeuren, waarbij B. en W. zich door deskundige taxateurs zullen la ten bijstaan. Men kan eerst de waarde van het oogenblik vaststellen.en daar later het aandeel in de kosten van straataanleg bijtellen. In elk geval zullen B. en W. zorgen dat dit aandeel op de bouwterreinen wordt verhaald. Wethouder v. Lier vindt die paaltjes in den weg langs de R.K. Kerk te Loonopzand om verschillende rede nen niet gewenscht en zou deze in het voorstel willen laten vervallen. De voorzitter had die paaltjes een betere oplossing gevonden dan het plaatsen van een verkeersbord. Hij hecht daaraan echter niet zooveel waarde en zal dus, indien de raad zulks beter vindt, een inrijverbod door middel van een verkeersbord aangeven. Bij begrafenissen en brui loften zal men dit verbod dan moeten opheffen door iets over het bord heen te hangen. De raad gaat hierop met het voor stel van B. en W. accoord. 5. Voorstel tot het aangaan van een geldleening groot 42.000 a 3%% met de Rijkspostspaar bank. In hun prae-advies zeggen B. en W. o.m. dat deze 42.000 dienen voor de navolgende doeleinden: 15.959.50 tot dekking van de over de jaren 1937 en 1938 in de gemeen terekening voorkomende nadeelige saldi, waarvoor geen dekking aanwe zig is; 4.102.50 tot dekking van uitga ven, uitgegeven overeenkomstig arti kel 72 der Lager Onderwijswet 1920; 21.938.— kapitaalsverstrekking aan het gasbedrijf. De heer v. d. Heuvel kan zich met het voorstel wel vereenigen. Het heeft hem echtre verwonderd te zien, dat men een leening mag sluiten tot dek king van een tekort op de gemeente- „verloren dagen", heette het vroeger. Nu niet meer - nu zijn er "AKKERTJES" I Een paar per dag. wèg pijn en narigheid I rekening. Hij had altijd gehoord dat de uitgaven uit de gewone ontvang sten moest enworden bestreden, doch. er schijnt dat de hoogere machten tot een ander inzicht zijn gekomen. Aan die geldleening voor de gas fabriek zit z.i. een eigenaardigen kant. De gemeente heeft dankbaar het dou ceurtje geaccepteerd van 7000. winst van de gasfabriek en nu de gas fabriek geld noodig heeft, moet zij 3%% rente aan de gemeente betalen. Hij zou hier een beetje clementie be trachten. Ook de heer Markus zegt dit laat ste als onjuist te hebben aangevoeld. De voorziter zegt dat men tegen woordig inderdaad voor tekorten op de rekening schijnt te mogen leenen. Hij zou een lange lijst van gemeenten kunnen laten lezen die dit eveneens gedaan hebben. Dat de gasfabriek haar winst aan de gemeente afdraagt vindt spreker op verschillende gron den heel gewoon, evenals de gemeente zou moeten bijpassen als er verlies geleden werd. Het blijft lood om oud ijzer wie de rente der leening betaalt. Als de gasfabriek de rente betaalt, beeft dat vanzelf invloed op de winst j die aan de gemeente wordt afgedra gen. Betaalt de gemeente de rente, dan zou de winstuitkeering grooter zijn. Het meest logische is de lasten door het betrokken bedrijf te laten betalen. Het voorstel wordt hierna z.h.st. aangenomen. 6. Voorstel om het bedrag voor loopig vast te stellen dat in 1938 voor het openbaar lager onder wijs werkelijk is uitgegeven. Over 1938 hebben de kosten der Openbare School bedragen 715.38. Bij een gemiddeld aantal leerlingen van 882/s wordt dit 8.07 per leerling. De heer v. d. Heuvel verheugt er zich over dat deze kosten zoo laag zijn. Hij vraagt hoe het mogelijk is dat deze soms zooveel hooger zijn, zelfs 12.per leerling. De voorzitter zegt dat het de kwes tie is of er veel of weinig onderhouds kosten in een jaar geweest zijn. Dat loopt soms veel uit elkaar. Wordt goedgekeurd. DE KEIZER DIE TERUGKWAM. EEN KLEERMAKER DIE VOOR KEIZER WILDE SPELEN. De meesten van jullie zullen wel eens gehoord hehben van Keizer Bar- barossa of „Roodbaard". Dit is de naam voor keizer Frederik I, een heel dapper man, onder wien het Rooms- Duitse rijk tot grote bloei is gekomen. Deze keizer verdronk in 1190 in de ri vier de Salef, toen hij op zijn derde kruistocht was. Maar zijn roem bleef voortbestaan en de mensen geloofden lange tijd, dat hij nog steeds in Kyff hauser, een gebergte in Thüringen, de wacht hield, om weer te hulp te ko men, zodra zijn hulp nodig was. Het is dan ook geen wonder, dat er allerlei sprookjes en sagen de ronde deden over dezen keizer. Maar wel is het vreemd, dat men lange tijd eigen lijk den kleinzoon van Frederik I be doelde, den in 1215 in Aken gekroon de Frederik II. Pas in de 16de eeuw ontdekte men, dat de beide keizers verwisseld werden in de verhalen. Deze Frederik II stierf plotseling in 1250 op 56-jarige leeftijd op het slot Fiorentino in Apulië. Zijn dood kwam zo onverwacht, dat de mensen het niet wilden geloven en vertelden, dat hij niet gestorven was, maar dat hij zich ergens verborgen hield. En sindsdien verschenen er telkens mensen, die zich voor dezen keizer uit gaven. De eerste „namaakkeizer" verscheen in 1262, dus 12 jaar na de dood van den keizer op het toneel. Van hem weten we niets bijzonders. Waarschijnlijk hechtte men geen geloof aan zijn woorden. Een brutale avonturier. Maar met den volgenden kwamen grote moeilijkheden, 't Was toen 1282. In Keulen beweerde plotseling een ou de man, dat hij de keizer was, van wie men beweerde, dat hij 32 jaar geleden in Italië was gestorven. Deze man leek niet alleen in uiter lijk, maar ook in zijn bewegingen en manier van spreken zo precies op den keizer, dat het hem niet veel moeite kostte, om een paar mensen van zijn „echtheid" te overtuigen. Maar het me rendeel geloofde hem niet. Pas toen hij op een handige manier van een paar vorsten geld had weten los te krijgen, kreeg hij steeds meer aanhangers en toen verhuisde hij met zijn „hofhou ding" naar Wetzlar. De pseudo-keizer en Floris V. Nu ging men meer en meer op hem letten. De Friezen, die een aanklacht tegen graaf Floris V van Holland had den, wendden zich tot het hof in Wetz lar en toen riep de zogenaamde keizer den graaf voor zijn „keizerlijke rech- tersstoel"! Maar Floris V, van wien elke Hollandse jongen en elk Hollands meisje heel veel weet te vertellen, voel de er niets voor om aan de oproep ge hoor te geven en stuurde een heel in- teressante brief aan de keizer. Hij schreef daarin dat hij er niet zeker van was of hij wel met den keizer te doen had, want het stond onomstotelijk vast dat de echte keizer aan een gevaarlijke ziekte was overleden. Hij vermoedde dus dat hij met een leugenaar te doen had. Verder schreef hij nog vrij beleefd in de brief. Maar de pseudo-Frederik werd boos. Hij schreef een brief aan koning Ru dolf van Duitsland en verzocht hem de kroon neer te leggen en hem aan hém over te geven. Rudolf, die tot nu toe steeds om den leugenaar gelachen had werd hierop ook heel vertoornd en trok met een leger naar Wetzlar, waar hij na lange onderhandelingen en veel dreigementen de burgers er toe kon brengen den „keizer" over te geven. De man werd in boeien geslagen en werd gedwongen alles te bekennen. Het bleek dat hij Dietrich Holztisch heette en dat hij lange jaren kamer heer was geweest bij den echte keizer. Daarom had hij zijn manieren gemak kelijk over kunnen nemen. De man moest zwaar voor zijn leu genachtigheid boeten, want hij werd op de brandstapel gezet en verbrand. Wie zich nog meer voor Frederik uitgaven. Van de overigen, die zich voor Fre derik uitgaven, is over den derde niets te zeggen. Misschien is zijn geschiede nis maar verzonnen. Maar nog later in 1295 stond de vierde valse Frederik op, die al heel gauw ter dood werd ver oordeeld voor dit avontuur. Lange tijd scheen men toen niets meer voor deze gedaanteverwisseling te voelen. Eindelijk kwam weer een man, die zich voor den keizer uitgaf, maar deze man was waarschijnlijk niet helemaal goed bij zijn verstand. Toch is hij het vermoedelijk geweest, die voor het eerst keizer Barbarossa met zijn kleinzoon heeft verward, want hij droeg een lange rode baard en vanaf die tijd werden de verhalen over de beide keizers verwisseld en door el kaar verteld. Rook boven de Kyffhauser. In het jaar 1546 deden een paar boe ren een wonderlijke ontdekking. Ze zagen, dat er rook opsteeg boven het geweldige bergmassief van de Kyff hauser. Uit nieuwsgierigheid gingen ze kijken, wat die rook te betekenen had en tot hun verwondering zagen ze toen een ouden man zitten met een lange rode baard en .met een lange witte jas aan en een leren broek, die aan een open vuurtje zijn eten zat te koken. Meteen dachten de boeren aan het verhaal van keizer Roodbaard, die op de Kyffhauser wachtte, tot zijn hulp nodig was. Vooral toen ze ontdekten, dat de man een paar oude wapenen bij zich had, twijfelden ze er niet meer aan of ze hadden den keizer gevonden. De boeren vroeg hem iets, maar hij gaf daarop zo'n verward antwoord dat ze hem niet begrepen. Nu waren de boeren helemaal overtuigd, dat ze met den keizer te doen hadden en ze ren den meteen naar den geestelijke uit Sittendorf. Deze ging met hen mee en vroeg den man met de baard, wie en wat hij was. Hü wilde hen bevrijden. De man antwoordde daarop: „Ik ben keizer Frederik. Ik heb hier lang gewoond, maar nu ben ik geroepen om jullie van de tyrannie van karei V te bevrijden." De boeren en burgers waren in die tijd juist erg ontevreden en ze namen alles meteen aan, wat de wonderlijke oude man zei. Niemand dacht eraan, hoe de keizer erin geslaagd was om 300 jaar lang te blijven leven. Het praatje ging door het hele land en enige vorsten waren bereid om den „keizer" te dienen inplaats van Karei V. Maar deze had iets van de geruch ten opgevangen en midden in de nacht werden er mannen naar de Kyffhau ser gestuurd, die den zonderlingen man gevangen namen en hem opslo ten. Later bleek, dat de man een kleer maker was uit Langensalza, die schijnbaar een erg avontuurlijke aanleg had. Hij is in zijn gevange nis gestorven. Zo liep het af met de avonturiers, die graag een grote rol wilden spelen in de geschiedenis. Wie weet of er op een dag niet wéér iemand komt, die zich voor den kei zer met de rode baard uitgeeft! Maar dan zal toch niemand het meer gelo ven. NIEUWE RAADSELS. 1. Ik ken een gieter, die heel goed praat, Die met twee benen uit wand'len gaat. Is hij van ijzer of blik? Wel neen! Hij is een gieter van vlees en been. Toe, zeg my nu eens alleman Waar men dien gieter vinden kan. 2. Wie volgt by zon- of maneschijn, U, waar gij loopt of ook moogt zyn, Van voor, van achter of op zij, En altijd ook van heel dichtbij? 3. Je bent heel knap, dat weet ik, maar Maak dan eens gauw 't antwoord klaar Op deze vraag: „Wie gaat eerst spelen En daarna aan het klappen delen?" 4. Een redenaar stond eens te preken, Bleef zo maar in zijn woorden steken. Wat deed hij toen? Wie 't antwoord [weet Verdient, dat hij een vluggert heet. 5. Welk een pot is niet van steen, Niet van koper, niet van ijzer? Is er een die mij dat zegt, 'k Ben dan weer een beetje wijzer. Maar, zo gij het zijt, ja, dan Kijk ik liever u niet an! Gemeenteraad Loonopzand. NOVISili K

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1939 | | pagina 5