Binnenlandsch Nieuws.
Gemeenteraad Waalwijk.
land in vijftien „gewesten" verdeeld:
de elf provincies, de drie groote steden
(Amsterdam, Rotterdam en Den Haag)
en de Zuid-Hollandsche eilanden. Aan
het hoofd van elk gewest staat een
secretaris, die een gewestelijken raad
naast zich krijgt.
Onlangs is deze raad reeds voor Am
sterdam geïnstalleerd en thans is dit
instituut ook in Limburg gereed ge
komen. Dat de mijnbouw op de sa
menstelling van dezen gewestelijken
raad zijn stempel drukt, spreekt wel
vanzelf. De navolgende personen, na-
.men er zitting in:
F. Receveur, koopman, Venlo.
Ir. W. J. Dewez, Rijkslandbouwcon-
sulent. Roermond;
J. de Wever, mijnwerker, Heerlen;
Ir. A. Faulen, mijningenieur, Hoens-
broek;
Mej. M. Berden, arbeidsinspectrice,
Maastricht en
Jan Maenen, bestuurder Werklie-
denbond, Heerlen.
Leider van het gewest Limburg is
de heer Ir. F. Wijffels, mijningenieur
te Rumpen.
REORGANISATIE VAN POLITIE IN
GROOTE STEDEN.
Voorloopig geen bevorderingen.
Het departement van binnenlandsche
zaken heeft aan de besturen van ge
meenten met ineer dan 50.000 inwoners
een aanschrijving gezonden, blijkens
welke bevorderingen bij de gemeente
lijke politie worden verboden.
Naar men meldt, staat deze maat
regel in verband met voorgenomen
reorganisatieynaatregelen hij de poli
tie in deze gemeenten.
„ARBEITSBEREICH DER N.S.D.A.P.
IN DEN NIEDERLANDEN".
Tet uitvoering van een beschikking
van den plaatsvervanger van den Füh-
rer is Zondag" in het Gebouw voor
Kunsten en Wetenschappen in Utrecht
de plechtige overdracht voltrokken
van de „Landesgruppe Niederlandè der
Auslandsorganisation der N.S.D.A.P."
aan den rijkscommissaris voor de be
zette Nederlandsche gebieden, rijks
minister Seyss-Inquart.
De partij-organisatie draagt van nu
af den naam „Arbeitsbereich der N.S.
D.A.P. in den Niederlanden".
De rijkscommissaris wekte in zijn
toespraak de Duitschers op als voor
heen werkzaam te blijven en zich
energiek toe te leggen op de nieuwe
taak, voortvloeiend uit de reorganisa
tie.
f De nieuwe taak.
De nieuwe politieke opdracht schil
derde hij als volgt:
„Te leven als een voorbeeld voor de
nat ionaal-socialistische gemeenschap
in het gebied van de Groot-germaan-
sche gemeenschap, dit beteekent voor
onszelf de verwezenlijking van ons na-
tionaal-socialistisch beginsel van de
eer van den arbeid en de eer van het
bloed, waarbij deze verwezenlijking
gedragen wordt door de uiterste op
offeringsgezindheid, maar ook door
volmaakte zelftucht. Dit beteekent
voorts, dat wij ook allen, die aan deze
nationaal-socialistische eischen ver
mogen te voldoen, in deze gemeen
scha]) opnemen en in het bewustzijn
van onze verantwoordelijkheid helpen,
indien zij met denzclfden wil als wij
streven naar de nieuwe levensvor
ming der Germaansche volken".
CENTRALE KEUKENS.
Naar wij van bevoegde zijde ver
nemen, zullen in vijftig gemeenten in
ons land waaronder alle groote ste
den centrale keukens worden opge
richt. De eerste centrale proefkeuken
zal in de eerste week van November
le Rotterdam worden geopend.
IR. J. E. F. DE KOK t
Maandagmorgen is in het Roode
Kruisziekenhuis, in den ouderdom van
58 jaar, overleden ir. J. E. F. de Kok,
directeur-generaal van de Nederland
sche Petroleum Maatschappij. De heer
De Kok was sinds geruimen tijd lijden
de aan een hartkwaal, die de laatste
maanden zoodanig verergerd was, dat
zijn opneming in het Roode Kruis
ziekenhuis noodzakelijk was géwor
den. Daar is hij Maandagmorgen vroeg
overleden:
Naar wij vernemen, zal het stoffelijk
overschot van ir. De Kok Donderdag
of Vrijdag op Westerveld worden ver-
ascht.
Happart van de Commissie tot nazien
der vegrooung lv'fl.
Waalwijk, 21 October 1941).
Aan het College van Burgemeester
en Nvetnouueis der gemeente
Vv aaiwijk.
De Commissie, door de Raad dezer ge
meente gcitOiten loi net nazien der ne-
grouug neen naar werKzaamneüen
neeuiuigu en neen ue eer lw e-onege
vers>ia|g tut ie brengen van de resultaten
beiienenue uit ouuerZOeK.
zij neen zien toi iuuk gesteld, deze be
groting aan een ininuuetis onuerzoeK ie
onuei werpen, temeer waar zij overtuigd
is van ue ijioeinjKe omsiandigneden, wel
ke ook op onze gemeente nun stempel
ziuiicn tin uk Ken, aisnieue van uie veie on-
zeKemeuen, waarvoor Uw College zich
ook in ue komende tijd nog gepiaatst zal
zien.
net is voorzeker voor Uw College een
moeilijke en zware taak geweest, deze
begroting zodanig samen te stellen, uat
een siunenue begroting is verkregen kun
nen women, zonder uat sterk ingrijpen
de maatregelen op net terrein der direc
te of indirecte hellingen nodig blijken,
al heelt de commissie trouwens moeten
constateren, dat U voor de Gemeente-
Fondsbelasting 10 opcenten hogere hef
ting voorstelt dan over 1940 zijn vastge
steld.
Dank zij hel batige saldo op de Dienst
1939, dat ten volle ten gunste van de Ge
wone Dienst 1941 is gebracht, is Uw Col
lege ervoor behoed geworden drastische
heffing te doen en grotere besnoeiingen
in de uitgaven toe te passen.
De commissie getuigt Uw College dan
ook gaarne dank voor de omvangrijke
en betekenisvolle arbeid, welke is ver
richt en heeft waardering voer de wijze,
waarop deze begroting onder moeilijke
omstandigheden is samengesteld.
Toch heeft zij gemeend op enkele pun
ten de aandacht te moeten vestigen, al
ligt het niet in hare bedoeling met voor
stellen te komen, die ingrijpende wijzi
gingen noodzakelijk maken.
Hoofdstuk II. Algemeen Beheer.
Door het feit, dat aan het bekomen van
een legitimatiebewijs te hoge legeskostcn
verbonden waren, hebben vele ingezete
nen op hun distributiestamkaart zooda
nige aantekeningen doen aanbrengen, dat
deze kaart tevens daartoe dienst kan
doen. Waar echter gebleken is, dat dit
voor vele stamkaarthouders meermalen
grote practische moeilijkheden veroor
zaakt, zou de commissie gaarne zien, dat
zo mogelijk deze bezwaren uit de weg
worden geruimd. Zij is voornemens, deze
aangelegenheid bij het behandelen der
begroting nader te bespreken.
Hoofdstuk IV. Gewone Dienst. Post 125.
Waar reeds bij het behandelen der be
groting 1939 door rle Raad is geïnfor
meerd naar de instructie's voor den
plaatselijkcn schoolarts en hij de behan
deling der begroting 1940 naar de rappor
ten, die regelmatig over deze dienst zou
den worden uitgebracht, had de commis
sie verwacht, dat thans een verslag aan
wezig zou zijn geweest, teneind|e haar in
sicaai te stenen een benooriyk inzicnt te
krijgen omtrent cue verricnte controle en
ue ervaringen nierbij opgedaan.
Hoofdstuk VI. Post 163. Onderhoud vqn
stralen en pleinen.
Het is de commissie gebleken, dat tel-
kenjare een bc'MUiUenu hoger bedrag
woiut uitgeirokKen, uan 111 werkelijKiieiu
besteed wordt zoals ook onderstaande
cyiers le zien geven:
in 1937 begroot 1875,—, uitgegeven
1U/7.77;
in ïyj» begroot 1812,50, uitgegeven
722,02; z
in ib39 begroot 1437,50, uitgegeven
1225.—.
Zij heeft niet kunnen nagaan, of toe
vallige omstandigheden oorzaak zijn van
deze beduidende afwijkingen. In t alge
meen huldigt de commissie het stand
punt, duit by het vaststellen van dergelij
ke begrotingscijfers rekening wordt ge
houden met de omvang der voorgenomen
werkzaamheden.
Hoofdstuk VII. Post 306.
Het heeft die aandacht der commissie
getrokken, dat telkenjare door Uw Colle
ge eenzelfde bedrag aan subsidie, zijnde
hoogstens 844,— op de begroting wondt
uitgetrokken voor kosten van het Han
delsonderwijs. Ook voor 1941 wordt weer
ditzelfde bedrag voorgesteld, niettegen
staande de uitgaven voor dit onderwijs
beduidend Jioger zijn geraamd. De post
„Salarissen geeft n.l. f 1177,— hogere
uitgaven aan dan de begroting 1940. Het
komt de commissie dan ook voor, dat
bij het vaststellen niet voldoende reke
ning wordt gehouden met dergelijke ho
gere uitgaven en met de telkenjare over
gelegde inkomsten en uitgaven van deze
dienst.
Hoofdstuk XII. Belastingen.
Dit hoofdstuk heeft ock de bijzondere
aandacht van de commissie gehad en al
kan zij zich thans verenigen met de nu,
door U voorgestelde heffingen, toch
wenst zij de aandacht te vestigen op die
post 438 „Gemeente Fondsbelasting" als
mede op de post 450 „Winstbelasting",
welke beide posten naar het oordeel der
commissie aan de lage kant zijn geraamd
en de ontvangsten die der ramingen be
duidend zullen overtreffen. Waar de
commissie echter niet uit het oog wenst
te verliezen, dat de gekweekte reserves
mogelijk voor de toekomst nog belangrij
ke diensten zullen hebben te verrichten,
wenst zy tihans niet met voorstellen te
komen, die de begrote cijfers ongunstig
zouden beïnvloeden. I)e commissie zal
er echter prijs op stellen, dat Uw College,
alvorens in Maart 1941 tot definitieve
vaststelling der opcenten voor dieze pos
ten wordt overgegaan, de Raad inlicht
omtrent de alsdan nader bekend zijnde
cijfers.
Hoofdstuk XIII. Bedrijven.
Naar aanleiding van de voorgestelde
verlaging der watertarieven op de grond
slag der reeds vroeger ingevoerde gezins
tarieven voor gas en electriciteit. is in
de commissie de wenselijkheid bepleit
een algemene verlaging, berustende op
gezinssierkte, te koppeien aan een wei-
siandsgrens met uitschakeling van een
bepaaiue leeltyd der kinaeren. De moge-
ïyKiieid, is niet uitgesloten dat hierupor
net sociale karakter sterker tot uiting
komt. De meerderheid der commissie kan
echter geen aanieiuing vinden in deze
voorstellen le doen zonder een vooraf
gaande bestudering van dit onderwerp.
Mogelyk dat de commissie der Bediry-
ven nienn aanleiding kan vinden, dit
punt nader te bestuderen.
Antwoord van B. en VV. op hel rapport
der begrootingscommissie.
In verband met het rapport van de
Commissie, belast met het onderzoek der
begrooting 1940, hebben wij de eer Uwen
Raad het volgen/de mede te deelen.
De Commissie deelt mede deze begroo
ting aan een minitieus onderzoek te heb
ben onderworpen, vooral met het oog op
de moeilijke omstandigheden, welke op
het oogenblik ook op onze gemeente haar
stempel loJrukken. Wij zijn de Commissie
erkentelijke voor hare woorden van dank,
welke zij na becindigng van haar onder
zoek aan ons College betuigt voor den
omvangrijken en beteekenisvollen arbeid,
welke is verricht. Wederkeerig betuigen
wij de Commissie onzen dank voor de ve
le moeite, welke zij zich heeft willen ge
troosten door het omvangrijke werk van
haar nawgezette bestudeering van de ont
werp-, gemeente- en bedrijfsbegrootingen
met bijlagen.
Ten aanzien van de punten, waarop
de Commissie heeft gemeend de aandacht
te moeten vestigen, brengen wij het vol
gende te Uwer kennis.
Hoofdstuk II. Algemeen beheer.
De verordening betreffende de identi
teitsbewijzen wctiigt duidelijk de veron
derstelling, dat ons binnen afzienbaren
tijd een nadere regeling te dezer zake
wacht. De thans getroffene is slechts een
voorloopige regeling. Met het oog daarop
werd aangeraden in het algemeen die dis
tributie-stamkaart als identiteitsbewijs te
laten inrichten. In verband met de in de
toekomst te verwachten nieuwe maatre
gelen op dit gebied stellen wij voor in de
leges-verordening een bepaling in te las-
schen, krachtens welke de leges voor al
gemeen verplicht gestelde legitimatie
bewijzen wordt bepaald op 10 cent per
bewijs. Dit geldt dus niet voor de krach
tens het vigeerende voorschrift af te ge
ven bewijzen, aangezien deze niet alge
meen verplichtend zijn; men kan immers
met de stamkaart volstaan. Volgens de
thans geldende bepalingen (hier verorde
ning moet 50 cent geheven worden. Een
verordening tot wijziging der leges-ver
ordening ligt ter inzage.
Hoofdstuk IV. Gewone dienst, post 125.
Wij hebben den schoolarts verzocht ten
spoedigste het verslag over het tijdvak
1 October 1939—1 Ocober 1940 in te zen
den.
Hoofdstuk VI. Past 163.
De uitgetrokkbTi bedragen worden, na
bespreking met den gemeente-architect,
telken jare als waarschijnlijk noodig uit
getrokken, evenals zulks met iederen post
geschiedt. Dat de post gedurende eenige
jaren is meegevallen pleit eenerzijds voor
een zoo zuinig mogelijk beheer, terwijl
er anderzijds uit blijkt, dat het plaveisel
dezer straten, dat nog slechts betrekkelijk
korten tijd heeft dienst gedaan, in het al
gemeen niet tegen valt.
Hoofdstuk VIII. Post 306.
Het is ons bekend» dat de desbetreffen
de vereeniging eveniueeie teKorien over
een dienstjaar aanvuii met een surpius,
uaieerenu van vorige jaren. Wij vuiuen
geen vryneid vernooguig van subsujie
voor te si&enen zooiang niet btijKt, uai
uit surpius opgeteerd is.
Hoofdstuk XII. Belastingen.
De ramingen van tie beide door de
Commissie aangehaalde posten stemmen
overeen met die van den inspecteur uer
Directe belastingen. Het ligt voorzeker
in onze beujoeiing in Maart 1941, bij de
definitieve vaststelling van het aantal op
centen op de gemeentefondsbelasting
voor het belastingjaar 1941/1942 den
Raad opnieuw uitvoerig in te lichten om
trent eten alsdan heerschendcn financi-
eelen toestand der gemeente, opdat daar
mede bij de vaststelling van net aantal
dier opcenten rekening zal kunnen wor
den gehouden. Wij verwijzen U overigens
naar hetgeen nog volgt over de nader
noodzakelijk gebleken wijzigingen in de
aangebqden ontwerp-begrooting.
Hoofdstuk XIII. Bedrijven.
Wij verklaren ons bereid het door de
Commissie naar voren gebrachte denk
beeld betreffende een algemeene tariefs
verlaging nattier om advies in handen te
stellen van de Bedrijfscommissie, doch
zijn van meening, dat in het stadium,
waarin de begrootingsarbeid zich reeicfs
bevind, het thans niet meer mogelijk is
dienaangaande rijpelijk overwogen voor
stellen te doen.
Na de aanbieding der ontwerp-begroo-
ting hebben zich voor de gemeente on
gunstige factoren voorgedaan, welke ons
nopen voorloopig weder verhooging van
een tweetal belastingen voor te stellen.
Op de eerste plaats ontvingen wij he-
dcymorgen van Gedeputeerde Staten een
circulaire, gedateerd 22/23 October 1940,
waarin verschillende begrootingsaange-
legenheden worden medegedeeld en be
sproken. Medegedeeld wordt op de eer
ste plaats dat de voorloopige uitkeering
uit het gemeentefonds voor het tijdvak
1941/1942 is te stellen op 74,74% van de
definitieve uitkeering over 1938/1939,
welke laatste 53.275,34 bedraagt.
74,74% Daarvan is 39.817,99. De garan-
tie-uitkeering over het tijdvak 1941/1942
blijft gehandhaafd op 12.329,04 (zie
blz. 2 der Memorie van Toelichting hij
de begrooling onder „a-post"). De uitkee
ring over 1941/1942 bedraagt dus in to
taal: 39.817,99 plus 12.329,04 is
52.147,03, waarvan of ƒ39.110,27 ten
bate van dien dienst 1941 komt. Dit be
drag is op de ontwcrp-cgrooting echter
geraamd op 48.884,56, zoodat het ver
laagd moet worden met 9.774,29.
Door Gedeputeerde Staten woro't voorts
medegedeeld, dat de op Hoofdstuk XIV
van oen gewonen dienst pro memorie
uitgetrokken posten wegens R-verrichtin-
gen voor de Duitsche weermacht 'op
Hoofdstuk XV van dien dienst moeten
worden uitgetrokken. In een vorige cir
culaire was door hen aangegeven, dat ze
op Hoofdstuk XIV moesten worden ge
raamd. Deze verjdaatsing van posten
brengt slechts een kleine wijziging in de
nummering der posten.
Onafhankelijk van bedoelde circulaire
van Gedeputeerde Staten is nog de vol
gende wijziging in den gewonen dienst
aan te brengen:
De bijdrage van Hoofdstuk VII van den
gewonen dienst aan het gelijknamige
Hoofdstuk van den kapitaaldienst moet
worden verhoogd met 775,wegens af
schrijving in 40 jaren, begonnen in 1940
(zie besluit nr. 10 tot wijziging der be
grooting 1940) op de kosten van aan
koop van het pand van den heer P. T.
Bierlaagh, geraamd op 31000,in to
taal.
De begrooting wordt rids nadeelig be-
invloed voor 9.774,29 plus 775,is
10.549,29.
Tot dekking van dit nadeel stellen wij
voor:
le. Het aantal opcenten op de Per-
soneele Belasting vanaf 1 Januari 1941
te verhoogen met 15, zoodat de schaal
alsdan wordt 95178 opcenten. 15. Op
centen op de hoofdsom der Personeele
belasting, bedragende 30.200,— vol
gens dfe tarieven der gem. verordening
(zie het begin der toelichting hij post
43(5 in de Memorie van Toelichting) bren
gen op 4.560,naar beneden af te
ronden op 4.400,volgens de voor
schriften. De verordening is dienover
eenkomstig te wijzigen.
2e. Voorloopig het aantal opcenten
on de gemeentefondsbelasting voor 1941/
1942 uit le trekken op een aantal van 65,
Volgnr. Omschrijving.
Gewone Dienst.
welke bij een hoofdsom van 80.000,
opbrengen: 52.UUU,waarvan 2/a of
J d4.üo/,ten bate van (len dienst 1941
Konu oi 5..1.14,meer uan op ue ont-
werp-begrooung is uiigetrokKen
O 2a..iöa,ue desbetreffenue veror
dening is echter vasi te stenen in Maart
1941.
Door deze belastingverhoogingen wordt
voor den dienst 1941 een voordeel ver
kregen van 4.400,-=— pius 5.334,is
9./.14,zoodat nog te dekken blijft:
10.o49,29 minus 9.734,'is 815,29.
Wij stenen voor dit bedrag af te nemen
van den post voor onvoorziene uitgaven,
welke alsdan nog bedraagt 6.618,90, dit
is nog ruim 1% der uitgaven op den ge
wonen dienst.
In verbandi met den aankoop van het
pand Bierlaagh is thans op Hoofdstuk
Vil van den kapitaaldienst (en op Hoofd,-
stuk I van dien dienst) alsnog te ramen
als nadeelig saldo een bedrag van
31.000,minus 775,(afschrijving
in 1940) is ƒ.30.225,en op Hoofdstuk
VII bovendien in ontvangst 775,we
gens bijdrage van den gewonen dienst
1941. Als gevolg daarvan zijn ook de pos
ten „geldleening" op Hoofstuk VII en
XVI van den kapitaaldienst te wijzigen.
In het hierna volgende overzicht zijn
alle te wijzigen posten aangegeven.
In verband met een voorschrift van
Gedeputeerde Staten deelen wij nog me
de, dat 95178 opcenten op de ^Perso
neele Belasting zullen opbrengen
47.400,of 158% van de door den
Inspecteur der Directe Belastingen ge
raamde hoofdsom dier belasting, gehe
ven volgens de wettelijke tarieven. Deze
hoofdsom bedraagt volgens die tarieven
n.l. (zie de toelichting bij post 436 in de
Memorie van Toelichting) 29.950,
Een bedrag van 47.400,maakt uit
ruim 158% van 29.950,zijnde alzoo
meer dan 150% daarvan. Dit minimum
wordtt vereisc.ht om meer dan 55 opcen
ten op de gemeentefondsbelasting te mo-,
gen heffen.
Voordeel.
Nadeel.
222
436
438
528
Uitkeering uit het Gemeentefonds ingevolge art. 3
der wet onder c enz.
a. betreffende het in het dienstjaar aanvangende
tijdvak van uitkeering, de uitkeeringen op 1 Mei,
1 Augustus en 1 November
Bydrage aan Hoofdstuk VII van den kapitaaldienst
95178 opcenten op de Personeele Belasting:
a. betreffende het op het .dienstjaar betrekking
hebbende belastingjaar 4400,
65 opcenten op de hoofdsom de gemeentefondsbelasting:
a. betreffende het in hel dienstjaar aanvangende be-
9774,29
775,—
lastingjaar
Vervolgens zijn de post 518, 519, 523 en 524 naar
Hoofdstuk XV over te brengen, waardoor een klei
ne verdere venummering moet plaats hebben.
Onvooziene uitgaven
5334,
815,29,
Totaal: 10549,29 10549,29
Kapitaaldienst.
529 Overbrenging van de vermoedelijke nad'eelige slo
ten van den kapitaaldienst 1940 (verzamelpost)
546 Geldleening overgebracht van Hoofdstuk XVI
547 Bijdrage van Hoofdstuk VII van den gewonen dienst
549 Nadeelig slot overgebracht van Hoofdstuk I
I 568 Geldleening: plus 29450,— (verzamelpost)
29450,—
775,—
30225,-
Totaal30225,— 30225,—
Burgemeester en Wethouders
van Waalwijk,
De Secretaris,
Uitgifte Perceel Erfpacht
(prae-advies punt 5).
Waalwijk, 25 October 1940.
Aan den Raad der gemeente
Waalwijk.
De heer R. Th. van Mil alhier, heeft
verzoent, hem in ertpaent te geven een
icrremije aan de Oosier-havenKaue ter
oreeuie van 6,5 Meter en ter uiepie van
n Meier, teneinde uit terrein te gebrui-
Ken voor het oprichten van een kuiperij
met ketelhuis.
Wij sienen U voor, dit verzoek in te
willigen en een erfpachtscanon te bere
kenen van 0,195 per M- zijnde dit de
zelfde prijs, welke ook door andere erf
pachters aan de Ooster-havenkade wordt
oetaakl.
Verkoop grond Burg. Smeetelaan
prae-advies put. 6).
Door G. van der Zanden alhier wordt
verzocht, hem 16 strekkende Meter van
het land aan de Oostzijde uer Burgemees
ter Smeelelaan te verkoopen, aansluiten
de aan het laatstelijk bij raadsbesluit van
30 October 1935 aan juffrouw J. Visser
verkochte gedeelte.
Door Uw College werd aan dit land de
bestemming gegeven om het bij gedeel
ten aan particulieren te verkoopen als
bouwterrein, zulks ter bevordering van
het bouwen van eigen woningen en ter
voorkoming van onredelijke opdrijving
van den grondprijs.
Bij Uw besluit van 30 October 1930
werd de verkoopprijs vastgesteld op
40,per strekkenden Meter.
Aanvrager heeft het terrein noodig
voor het bouwen van een enkel woon
huis.
Wij stellen U voor, hem het gevraagde
terrein te verkoopen onder d!e gewone
voorwaarden, opgenomen in het ter in
zage liggende ontwerp-besluit.
Trottoirs Eerste Zeine.
(Prae-advies put. 7).
Door de N.V. Fabriek van eiken en ge
stoffeerde meubelen v/h Dirks van Oers
zijn enkele verfraaiingen aangebracht
aan de voorzijde van haar fabrieksge
bouw aan de Eerste Zeine.
In aansluiting aan deze werkzaamhe
den zou de N.V. gaarne zien, dat de voor
zijde van haar pand van een trottoir en
een bestrating werd voorzien. Als tegen-
verrichting is de N.V. genegen, den grond
vóór haar pand, voor zoover deze haar
eegenodm is, kosteloos aan de* gemeente
af te staan.
Wij zijn van oordeel, dat het uiterlijk
aanzien van het betreffende straatgedeel
te met de voorgestelde oplossing zou zijn
gebaat en stellen U mitsdien voor, de be
treffende strook grond ter lengte van on
geveer 47 Meter, onder de genoemde
voorwaarde, in eigendom te aanvaarden.
Een daartoe strekkend ontwerp-raadis-
besluit ligt ter inzage.
Vastrechttarief en verduistering.
l'rae-auvies pm. 6).
De in verbandi met ue bijzondere tijds-
onisiauuigneuen voorgeschreven veruius-
teriiigauiuuuegeien ïieuoen ton gevoig, uat
uoor versenmenue ai nemers geen noV-
maai gein uiK van gas en/of eiecincueit
Kan woruen gemaaia voor veriiciumgs-
uoeieinajen.
Een en ander kan ertoe leiden, dat voor
versenmenue van die afnemers liet oor-
sprodiKeiyK voor hen vasigesieide yast-
recïltiariei, in vernouding tot liet tiians
bereikbare verbruik, te noog moet wor
den geacnt en uernalve toi onbillijkhe
den aanleiding kan geven.
Om dit taaiste le ondervangen stellen
wij U voor, ue verordening, regelende de
financieele verhouding tusschen de gas-,
eiectriciieits- en waterbedrijven en hun
ne afnemers aan te vullen met een bepa
ling, als in bijgaand ontwerpbesluit is
opgenomen en welke in het kort hierop
neerkomt, dat aan verbruikers van gas
en/of electriciteit in geen enkel gevat
meer in rekening zal worden gebracht
dan in ecnig kalenderjaar verschuldigd
zou zijn geweest bij afname volgens het
enkeltarief. Voor het loopende dienstjaar
ware deze bepaling zóó toe te passen, dat
de in het ontworpen artikel voorgeschre
ven verrekening slechts plaats vindt over
de na de meteropname over Mei afgeno
men hoeveelheid gas en/of electriciteit.
De commissie van bijstand voor de
licht- en waterbedrijven kan zich met een
en andier volkomen vereenigen.
Wordt door een dusdanige regeling
een voor de afnemers dreigende onbillijk
heid weggenomen, anderzijds dienen er
maatregelen te worden genomen om te
trachten, den' ongunstigen invloed van
de prijsstijging der steenkolen op de fi
nancieele uitkomsten van het gasbedrijf
zooveel mogelijk te bestrijden.
De prijzen der steenkolen zijn de laat
ste maanden aanmerkelijk gestegen en
het is niet uitgesloten, dat ze nog verder
zullen stijgen.
De prijsstijging der nevenproducten
heft het nadeel slechts voor een gering
gedeelte op.
Teneinde nu te voorkomen, dat de fi
nancieele uitkomsten van het bedrijf door
dezen slechts voor een gering gedeelte
gedekten verhoogden stecnkolenprijs
niet al te ongunstig worden beïnvloed,
dient o.i. de mogelijkheid geopend te
worden om, zoo noodig, alle gastarieven
te verhoogen.
Bij c'Je schommelingen, welke zich zoov
wel op de steenkolenmarkt als op die
der bijproducten voordoen, achten wij
een star aanpassingssysteem van de be-
drijfsinkomsten aan de verhoogde uitga-
