GEMENGD NIEUWS
FEUILLETON
DE DUBBELGANGSTER
HET LYBISCHE
OORLOGSTERREIN.
V.
Bengasi is de moderne bena
ming voor Benerice. Iets
uit de oude geschiedenis.
De beteekenis van de haven
van Tobrouck. Als de
Ghibli waait... Hoe de
Britten loon naar (Italiaan-
sche) werken ontvingen.
Belangrijker dan de haven is al
thans uit strategisch oogpunt het
vliegveld van Bengasi, ten Zuiden van
de stad gelegen. Het is zeer uitgestrekt,
van een kostbare outillage voorzien en
krachtig verdedigd. Deze verdediging
is overigens ook ai een zeer dure ge
schiedenis, want het vliegveld is van
alle kanten gemakkelijk te zien en te
treffen door zijn geheel open ligging in
een door niets anders dan de bijbehoo-
rende gebouwen gemarkeerde woestijn
vlakte. Bengasi is als stad zeer strak
begrensd. Ze „verloopt" niet als an
dere steden in buitenwijken; buiten den
aaneengesloten bouw treft men er niets
meer aan dan het gloeiende zand. Van
zelfsprekend behoort bij het vliegveld
dus ook een groote kazerne, waarin het
garnizoen is gelegerd, dat met de ver
dediging is belast.
Even ten N.O. van de stad treft men
voorts wat puinhopen aan van het uit
de oude geschiedenis bekende Hesperi-
des„ later herdoopt in Berenice, den
naam, welke men nog in de oudere at
lassen aantreft voor het hedendaagsche
Bengasi. De naam Benerice is ontleend
aan dien van een dochter van Magas,
koning van Kyrene (Cirene, gelegen
tusschen Bengasi en Derna). Toen zij
uitgehuwelijkt werd aan Ptolemeus, ko
ning van Egypte, behield zij den titel
van koningin van Kyrene, maar dat ge
bied en het daartoe behoorende Be
nerice (Bengasi) kwam nu feitelijk
onder Egyptisch bestuur. Dat geschied
de in de 3e eeuw vóór Christus. Het
land is herhaaldelijk in handen van
vreemde overheerschers. Egyptenaren,
Grieken, Romeinen en Turken, over
gegaan. De Turken hebben er het
langst souvereine rechten uitgeoefend.
Sporen van het Turksche bestuur vindt
men dan ook nog terug in oude kastee-
len (o.m. te Tobrouck) en geheele om
muringen van sommige nederzettingen
aan de kust. De ommuring van Apollo-
nia in de buurt van Tobrouck is nog-
geheel intact; ze is natuurlijk van geen
enkele militaire beteekenis meer en ziet
er niet geweldiger uit dan de muurtjes,
waarmee bezitters ten onzent hun ap
pelboomgaard beschermen.
Ik ben nog altijd een enkel woord
over Tobrouck verschuldigd. Deze
plaats bezit een der beste havens van
Lybië en over den staat van haar ver
dediging had ik een geweldigen indruk
bekomen. Tobrouck ligt aan het einde
van een natuurlijken inham van 4 km.
lengte en een basisbreedte van 1 x/2 km.
De Westzijde is door vrij hooge, steile,
kalkachtige heuvels tegen de ongunsti
ge weersinvloeden beschermd. Op deze
hoogten en haar hellingen hebben de
Italianen radio-stations gebouwd en
een ingewikkeld stelsel van kazematten,
posten voor afweergeschut en prikkel
draadversperringen. Aan het einde van
den inham zijn steigerwerken ingericht,
waaraan kleinere zeeschepen, torpedo
booten en kleine kruisers kunnen wor
den gemeerd. Maar Tobrouck is of
juister: was bovenal basis voor on
derzeebooten. De onderzeeërs lagen er
in twee lange rijen naast elkaar ge
meerd, toen ik de haven bezocht.
De Italianen hebben zich van To
brouck als basis voor onderzeeërs heel
veel voorgesteld. Ze spraken zeer open
hartig over hun verwachtingen en ble
ken er van overtuigd, dat vanuit To
brouck de Britsche zeeweg naar en van
het Suezkanaal zóó doelmatig kon wor
den bestookt. Tobrouck werd een
pistool op het hart van John Buil ge-
heeten! -, dat deze in oorlogstijd ge
heel onbruikbaar zou blijken. De „stad"
ligt even buiten de haven; ze is geheel
modern van opzet, heeft mooie breede
straten en pleinen en groote bouwwer
ken. In enkele jaren tijds groeide de
bevolking er van ongeveer 500 tot bij
na 3000, waarvan ongeveer een vijfde
deel uit Italianen bestaat. Zeer onaan
genaam zijn de woestijnwinden, welke
er veelvuldig waaien; herhaaldelijk
voert de beruchte sirocco of ghibli mèt
heete lucht de verstikkende wolken fijn
rood zand uit de omliggende woestijn-
vlakten aan. Deze zandwolken ver
duisteren den hemel en benemen
mensch en dier den adem. Overal
dringt dat fijne spul doorheen; door je
kleeren tot op de huid; het zet zich vast
in mond en neusgaten; het knerst je
onder de oogleden.
De ghibli behoort tot de ergste pla
gen van het land, naast de droogte.
De zorg voor drinkwater is overal een
nijpende. Uit het rapport van maar
schalk Graziani aaneen Duce (over de
nederlaag aan de Lybisch-Egyptische
grens) blijkt b.v., dat deze Italiaansche
opperbevelhebber het noodig vond om
zijn opmarsch van het vorige najaar in
Egypte als eerste étappe tot Sidi-el-
Berani te beperken, teneinde eerst met
man en macht een 300 km. lange wa
terleiding te bouwen vanuit Bardia, al
vorens Sidi-el-Berani tot uitgangspunt
voor een nieuw offensief te durven ge
bruiken. Hij was precies klaar met dit
ontzaglijke werk, toen de Britten hem
met een militair initiatief verrasten en
zich het loon veroverden van de Ita
liaansche inspanning.
(Wordt vervolgd)
De onregelmatigheden
te Abcoude.
Inzake de fraude bij de coöperatie
te Abcoude, verneemt het A. N. F.
nog het volgende
Eenigen tijd geleden kreeg een
veehouder in de Haarlemmermeer-
po der bezoek van eenigs ambtena
ren van den centralen crisis-con-
tiöledienst. Deze ontdekten, dat een
partij sojaboonen ver boven den
officieel vastgestelden prijs was in
gekocht en dat dit veevoeder buiten
de distributitdienst geleverd was
door de coöperatie te Abcoude.
Bij een onderzoek op tiet bureau
van den provinciale voedselcommis
saris in de provincie Utrecht, kwam
aan het licnt.dat bet r.k kerkbestuur
te Abcoude indertijd een bescbrij-
vingsbiljet had ingediend, onder
teekend door den beer B., den ge
arresteerden directeur van de coöpe
ratie. Het r. k. kerkbestuur te Ab
coude bleek echter nimmer over vee
te hebben beschikt, zoodat B. niet
alleen het beschrijvingsbiljet doch
ook de registratiekaart vervalschte.
Toen B in December vernam, dat
een verplichte veeleverantie ten be
hoeve van de voedselvoorziening in
het leven werd geroepen, voorzag
bij dat alies zou vastloopen Dezellde
stal zou dan een dubbel aantal run
deren verplicht moeten leveren.Eind
November stelde hij den voedsel-
commtssaris er van in kennis, dat
hij onidekt had dat hij zijn veestapel
in Noord Holland had behooren op
te geven.
Engelsche bom op woningen.
In den nacht van Dinsdag op
VVoensoag zijn eenige Engelsche
bommen op Nederlandsch grond
gebied geworpen, welkegrootendeels
op open veld terecht kwamen. In een
plaats werd een scheepvaartbedrijf
aangevallen,doch de bommen misten
doel. Ook overigens is de schade
onbelangrijk, op één punt na, waar
een diietal woonhuizen door een
brisantbom is vernield. Hier is een
burger gedood, drie anderen zijn
onder het puin bedolven, zes per
sonen zijn zwaar gewond. Elders
ging een graanschuur in vlammen
op.
De „dolfijnen'' in de Maas.
Wij heboen gemeld dat men in
de Maas onder Lith drie groote
visschen (men sprak van dolfijnen)
had gesignaleeru, die naar schatting
zes meter lang zouden zijn en on
geveer 1500 pond wogen. In de
omgeving van Lith hadden degebr.
v. d. Zanden met een motorboot en
een roeiboot gezamenlijk bemand
met 20 koppen tevergeefs met de
zegen jacht op deze dieren gemaakt.
Twee van deze visschen zijn thans
gevangen en gekocht door de visch-
conservenfabriek Hollandia te Go-
rinchem.
De eene visch was gevangen door
een zekere Visser in den Biesbosch
bii de Kop van het land met een
boolshaak, welke hij dus waarschijn
lijk bij wijze van harpoen heeft ge
bruikt. Dit exemplaar was een onge
veer 3 m. lange visch met een ge
wicht van 300 kg. en een diameter
van ongeveer 60 cm. Het dier had
een groote rugvin en staartvin en
kleinere zijvinnen voorts een geheel
gladde huid zonder schubben en
boven op de spitse kop een opening.
De tweede was bij Woudrichem
gevangen.
BONNEN.
Thans zijn geldig:
Brood: (wit, bruin, luxe, krenten
brood: de met 05 genummerde
dubbele bonnen, rechtgevende op
2500 gram roggebrood of 2000 gram
.ander brood of 20 rantsoenen ge
bak, geldig t.e.m. 2 Maart (even
tueel t.e.m. Zondag 9 Maart).
Broodbon 04 kan vernietigd worden.
Op de bloemkaart: Bon No. 5, recht
gevende op 50 gram brood of V>
rantsoen gebak of 35 gram tarwe
meel, tarwebloem, roggemeel, rog
gebloem, zelfrijzend bakmeel of
boekweitmeel.
Geldig t.e.m. Zondag 23 Maart.
Koffie en thee: Bon No. 02 van de
nieuw uitgereikte „bonkaart alge
meen" geeft recht op het koopen
van 125 gram koffie of 50 gr. thee.
Geldig gedurende het tijdvak van
3 Februari tot en met 1(5 Maart a.s.
Boter, margarine en vet: Bon 05 van
de laatst uitgereikte boter- en vet-
kaart geeft recht op het koopen
of 200 gram vet.
Geldig t.e.m. 2 Maart, (eventueel
van 250 gram boter of margarine,
t.e.m. Zondag 9 Maart).
Bon 02 nog geldig t.e.m. 2 Maart.
Bon 04 van de boter- en vetkaart
kan vervallen.
Slaolie: Bon 21 van de boter- en vet
kaart geeft recht op het koopen van
Vz flesch slaolie.
Geldig t.e.m. 28 Februari.
Eieren: Bon 12, rechtgevende op een
ei, geldig t.e.m. 2 Maart (eventueel
t.e.m. Zondag 9 Maart).
Bon 05 nog geldig t.e.m. Zondag 2
Maart.
Kaas: Bonnen 13 en 14 geven elk
recht op het koopen van 100 gram
kaas, geldig t.e.m. 9 Maart.
Niet gebruikte bonnen zijn geldig
t.e.m. 23 Maart.
Vleesch: Bon 05 van de vlecsch-
kaart geeft recht op het koopen
van 100 gram vleesch, been inbe
grepen, of een rantsoen vleesch-
waren.
Op bon „05 worst, vleeschwaren", uit
sluitend een rantsoen vleeschwaren.
Geldig t.e.m. Zondag 9 Maart (even
tueel t.e.m. Woensdag 12 Maart).
De met „03" en „04" genummerde
bonnen kunnen vernietigd worden.
Suiker: Bon 06 van het algemeen
distributiebonboekje geeft recht op
het koopen van 1 K.G. suiker.
Geldig t.e.m. 16 Maart.
Rijst: Bon 11 van het algemeen dis
tributiebonboekje geeft recht op 't
koopen van 250 gram rijst of rijste-
ineel of rijstgrics of rijstebloem of
gruttenmeel (gemengd meel).
Geldig t.e.m. 20 April.
Havermout of Havervlokken of Haver-
bloem of aardappelmeelvlokken:
Bon 07, rechtgevende op 2oo gram.
Geldig t.e.m. 2U April.
Gort: Bon 08, rechtgevende op 250
gram gort, gortmout of grutien.
Geldig t.e.m. 20 April.
Vermicelli of macaroni of spaghetti:
Bon 09, rechtgevende op 100 gram.
Geldig t.e.m. 20 April.
Maizena, griesmeel- of puddingpoeder,
aardappelmeel, sago, rijststyfsel,
kookstijlsel of gebruiksstyfsel:
Bon 10, rechtgevende op 100 gram.
Geldig t.e.m. 20 April.
Peulvruchten: Bon 15 van het al
gemeen distributiebonboekje geeft
recht op het koopen van y2 K.G.
erwten of bruine- en witte boonen
of capucijners.
Geldig t.e.m. 30 Maart.
Zeep: Bon 01 (nieuw alg. distr. boek
je) 150 gr. toiletzeep (nieuwe sa
menstelling), 120 gr. huishoudzeep,
150 gr. zachte zeep, 250 gr. zeeppoe
der, (125 gr. zeepvlokken, 250 gr.
zelfwerkende waschmiddelen of 200
gram vloeibare zeep, oude voorraden
mogen worden uitverkocht), 20 kg.
dr. waschgoed.
300 gr. zachte zeeppasta, (600 gram
waschpoeder, alleen voor wassche-
rijen).
Geldig t.e.m. 28 Februari.
Bon 117: (extra bon, die afzonderlijk
aan personen boven dé 15 jaar is
uitgereikt) geeft recht op 't koopen
van 50 gram scheerzeep of één tube
scheercrêine, of één pot scheerzeep,
geldig t.e.m. 30 April.
Petroleum: op zegel gemerkt: „Pe
riode „E", rechtgevende op 2 liter,
geldig t.e.m. 31 Maart a.s.
Peroleumzegel „periode 9" geeft
recht op het koopen van twee liter
petroleum, geldig t.e.m. 31 Maart
a.s.
Honden en kattenbrood: Bon 15 van
de voederkaart voor honden en kat
ten.
Geldig t.e.m. 28 Februari.
Kinderschoenen: alle soorten tot en
met maat 23 zonder bon. Schoenen
en pantoffels blijven onveranderd.
BRANDSTOFFEN.
Bonnen 11, 12, 13 kaart haarden, ka
chels: één eenheid vaste brandstof.
Bonnen 25 t.e.m. 32 kaart centrale
verwarming één eenheid vaste
brandstof.
Geldig t.e.m. 28 Februari.
Bonnen „brandstoffen één eenheid,
4e periode", alsmede bonnen „cokes
één eenheid, 4c periode":
Geldig t.e.m. 28 Februari.
Generator-anthraciet: Bon „generator-
anthraciet eerste periode" lhl. (max.
75 kg) anthracietnootjes V.
Bon „generator-turf eerste periode"
50 stuks baggerturf.
Geldig t.e.m. 28 Februari.
•.DE ECHO VAN HET ZUIDEN".
27)
O, die heb ik haar teruggegeven,
zei Irene luchtig. En ik zou het niet
prettig vinden er haar nog eens om
te moeten vragen. Ik zal haar zeggen
dat ze meteen kan komen. Ze kan weer
die kamer krijgen vlak naast de .mijne,
net als Foster. Die is in orde, niet
waar?
Ja, mylady, antwoordde Prosper
met een zucht; en Irene pakte haar,
schudde haar door elkaar en gaf haar
een dankbaren kus, precies zooals ze
in haar kinderjaren had gedaan, wan
neer ze de kinderjuffrouw, die haar
verafgoodde, iets had afgedwongen,
wat ze eigenlijk niet verdiend had.
Terwijl Irene weg was, had Madge
de kamer eens goed opgenomen; en de
luxe en goede smaak van de inrichting
deden haar hart sneller kloppen. Was
het werkelijk mogelijk, dat ze in het
huis van een graaf zou wonen, als ka
menier van Lady Irene Merisa of
liever als haar gezelschapsdame en
vriendin, want die positie zou zij zich
immers spoedig weten te verwerven?
Haar donkere oogen glinsterden bij
die gedachte; maar zoodra Irene de
kamer binnenkwam, sloeg zij ze weer
bescheiden neer.
Het is in orde, zei Irene opge
wekt. Ik zal u engageeren.
O, mylady! fluisterde Madge, als
of ze overweldigd was door dat goede
nieuws; en werkelijk, haar ontroering
was niet geheel comediespel.
U kunt dan morgen komen, als
u dat schikt, ging Irene voort. En ik
hoop, dat u zich hier op uw plaats
zult voelen.
Hnar lieve stem en de zachte vrien
delijkheid in haar oogen zouden een
steen vermurwd hebben. Madge voel-
ue eciuer voistekt geen wroeging.
O, vvacni, we iieuoen nog mets af
gesproken over liet saians, zei irene,
iuci, iuauge naar ue ueur ging. ik weet
mei precies noeveel Uat zal zijn, maar
junrouw Brosper zal üat met u rege
len.
Ik weet zeker dat ik er heel te
vreden mee zal zijn, mylady, zei Mad
ge dankbaar, terwijl ze aiscneid nam.
Nog dienzeliden dag besteedde ze
bijna alles wat er van haar geld was
overgebleven aan wat stemmige don
kere kleeren en pakte die in haar
kleinen handkoffer. Den volgenden
morgen betaalde ze haar hospita en
begaf zich naar Carlton House Ter
race, waar ze door juffrouw Prosper
ontvangen werd.
De huishoudster bracht Madge naar
een kleine, maar behagel ijk gemeubel
de kamer en Madge keek opgetogen
om zich heen.
Deze deur komt uit in de kleed
kamer van mylady. Ze heeft haar ka
menier graag dicht bij zich, legde
Prosper uit. De kamers van zijn lord
schap zijn op de verdieping hierboven.
Zijn lordschap is op het oogenblik in
in Balmoral voor een bezoek aan
den koning, voegde ze er met waardig
heid bij. Als u klaar bent met uitpak
ken, dan zal ik u het huis eens laten
zien, wanneer u lust hebt.
Madge legde haastig haar hoed en
mantel op een stoel. O, ik kan nu
meteen wel met u meegaan. Ik vind
het erg vriendelijk van u.
Ze volgde Prosper door de gangen
en over de breede trappen, luisterde
met ingehouden adem naar haar uit
leg en keek met de levendigste be
langstelling om zich heen, terwijl
Prosper haar van kamer tot kamer
leidde.
Wat is het hier prachtig! Ik had
nooit gedacht dat er zóó iets moois
kon bestaan! fluisterde ze, zóó enthou
siast, dat Prosper's hart warm werd.
Nu zullen we weer naar boven
gaan, zei ze tenslotte, dan zal ik Lady
Irene's garderobe met u doorzien.
Haar ladyschap brengt den dag door
bij de hertogin van St. Ormonde en
komt niet terug vóór het-tijd is om
zich te verkleeden voor het diner.
Om zeven uur kwam Irene naar
huis en vond haar nieuwe kamenier
bezig in haar kleedkamer.
Ah, bent u daar, zei ze. Ik ben
den geheelen dag uit geweest. Ik hoop
dat Prosper u in mijn naam welkom
heeft geheeten. Ik ga me nu verklee
den en zal bellen als ik u noodig heb.
Ik ben bang dat u zich hier nog een
beetje vreemd en eenzaam voelt is
'l niet? Maar u zult wel gauw wennen.
Wat hebt u die kast met mijn jurken
keurig ingeruimd.
Dank u, mylady, zei Madge. Neen
ik voel me al heel goed thuis. Juf
frouw Prosper is erg vriendelijk voor
ine geweest.
Na een kwartiertje drukte Irene op
de bel en Madge ging naar de slaap
kamer. Onmiddellijk viel haar oog op
een foto, die op de toilettafel lag. Het
was een portret van Terence, dat de
hertogin juist aan Irene had gegeven
en Madge herkende hem dadelijk.
Irene zat in haar geborduurde kimo
no vóór den spiegel en Madge begon
haar korte krullen te borstelen en met
lotion te bevochtigen.
Wat kunt u handig die watergol
ven op hun plaats drukken, prees
Irene bemoedigend. Wat ik voor een
jurk aan zal doen weet ik nog niet.
Het doet er ook niet toe, want ik di
neer alleen. Kies maar iets voor me
uit.
Er is er een van zwarte kantstof
met een groote roode strik, stelde
Madge voor.
Hé, dat is mijn lieveling, zei
Irene glimlachend.
Madge zegende haar goed gesternte
en haalde ze; juist wilde zij ze over
Irene's hoofd laten glijden, toen deze
de hand opstak en zich luisterend
voorover boog.
Ik geloof, dat ik de stem van
mijn vader hoor, zei ze. Hij moet on
verwacht zijn thuisgekomen. Wilt u
zoo goed zijn beneden eens te gaan
kijken? Madge ging de trap af. In de
hall was eenige beweging, alsof er
juist iemand was aangekomen; een
auto reed weg en bedienden liepen
heen en weer.
Madge zag ook Prosper onder hen
en terwijl ze halverwege de'trap bleef
staan, zei ze:
Lady Irene stuurt me om te vra
gen of haar vader is thuisgekomen,
juffrouw Prosper.
Prosper wilde juist antwoorden,
toen de deur van de bibliotheek open
ging en een stem vroeg:
Ben jij dat, Irene?
Een lange gestalte in een pelsjas
stak dwars de hall door en kwam op
haar toe. Het was de graaf. Hij had
een brief in de hand en zijn oogen
bleven daarop gericht, terwijl hij naar
de trap liep.
Ik ben teruggekomen, zei hij,
maar ik ben bang dat ik meteen weer
weg moet. Hij zweeg en keek op, als
of hij verbaasd was dat hij geen ant
woord kreeg en zijn donkere oogen
ontmoetten die van Madge, die strak
op hem gericht waren. Een oogenblik
bleven ze elkaar zwijgend aankijken;
toen keerde Mersia zich met een ruk
om naar Prosper, die dicht bij hem
stond.
Wie is dat? vroeg hij scherp.
Lady Irene's kamenier, mylord,
antwoordde Prosper en gaf Madge
daarbij een wenk om zich terug te
trekken.
O, zoo, zei hij, en terwijl hij zich
opnieuw in zijn brief verdiepte, keer
de hij terug naar de bibliotheek. Daar
zakte hij neer in een stoel en streek
met de hand over het voorhoofd.
Mijn zenuwen spelen me weer
eens de baas, mompelde hij. Ik kan de
stem van mijn dochter niet meer on
derscheiden van die van haar kame
nier. Ik moet me weer eens laten na
kijken door Jamieson.
HOOFDSTUK XV.
Madge keerde naar Irene terug.
Het is zijn lordschap, de graaf,
mylady, zei ze.
Irene sprong op met een uitroep
van vreugde.
O, maak me dan alsjeblieft zoo
gauw mogelijk klaar, zei ze. Ik heb
mijn vader in geen dagen gezien
het lijkt wel een eeuw, en
Ze zweeg, want plotseling moest ze
denken aan Terence en zijn aandrin
gen op een geheim huwelijk en die
herinnering viel als een schaduw over
haar vreugde om haar vaders terug
komst. Want zij kon hem dat immers
niet vertellen. Voor het eerst in haar
leven zou ze iets voor hem moeten
verbergen.
Ze was zoo in gedachten verdiept,
dat ze haar nieuwe kamenier bijna
vergat en Madge vroeg zich af, wat
de oorzaak kon zijn, dat het mooie
gezichtje zoo plotseling betrok.
Ben je klaar? O, dank je dank
je wel! zei Irene, opgeschrikt uit haar
gemijmer, toen Madge een paar pas
sen achterwaarts deed om te kennen
te geven dat haar taak ten einde was.
Dat heb je heel vlug gedaan en mijn
haar zit werkelijk keurig in de golven.
Ik weet zeker, dat we denzelfden
smaak zullen blijken te hebben; je
koos immers dadelijk mijn lievelings
jurk, uit. Ik denk, dat ik je bij je voor
naam zal noemen; de achternaam is
zoo zoo hard en vormelijk.
Dat is heel vriendelijk van uw
ladyschap, zei Madge. Ik heet Marga
ret.
Een lieve naam, zei Irene. Toen
ze bij de deur was, bleef ze nog een
oogenblik staan. Ik zal je nu niet
meer noodig hebben vóór ik naar bed
ga om een uur of elf. Als je geen
lust hebt om uit te gaan, neem dan
gerust één van mijn boeken.
(Wordt vervolgd)^