Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen: De organitorische opbouw van ons economische leven. „NOORD-BRABAND" Dit nummer bestaat uit twee bladen. Eerste Blad. DE SOCIALE LEER VAN ROME. Hamsteraars krasser aangepakt. NUMMER 40. ZATERDAG 17 MEI 1941. 64c JAARGANG. DIT BLAD VERSCHIJNT WOENSDAG EN ZATERDAG. Brieven, Ingezonden stukken, gelden, enz. franco te zenden aan den Uitgever Abonnementsprijs Per 3 maanden 1.31. Franco per post door 't geheele rijk \A7Yi- UITGAVE WAALWIJKSCHE STOOMDRUKKERIJ ANTOON TIELEN. Telefoon No. 38. Giro No. 50798. Telegr.-Adres: ECHO. Advertentiën moeten Woensdag en Vrijdag des morgens om uiterlijk 9 uur in ons bezit zijn. Prijs der Advertentiën: 20 cent per regel. Minimum 1.50 Reclames 40 cent per regel. Bij contract flink rabat. Het was deze week 50 en 10 jaren geleden, dat de beroemde encyclieken Rerum Novarum door Paus Leo XIII en Quadragesimo Anno door Paus Pius XI werden uitgevaardigd. Het is wel merkwaardig, dat de herdenking dezer encyclieken, juist valt in een tijd, waar in voortdurend gesproken wordt over verbetering van de sociale positie der arbeiders. Maar is het niet veel merk waardiger, dat reeds 50 jaren geleden, toen niemand anders daar nog aan dacht, door Leo XIII de sociale recht vaardigheid bepleit werd, en dat op een wijze, die nog heden ten dage actueel genoemd mag worden. Beter zouden we misschien kunnen zeggen, dat dit juist heden ten dage actueel is, want R. N. was haar tijd zóóveel voor, dat eerst nu de geweldige en ware beteekenis van deze encycliek in haar vollen omvang tot ons kan doordringen^ Bijna 50 jaren moesten passeeren, eer men de roepstem van den Paus op de juiste waarde wist te schatten. Dit neemt niet weg, dat er thans nog velen zijn, die meenen, dat het mogelijk is eene voortdurende verbetering in de sociale positie van den arbeider te kun nen brengen, zonder zich te bekomme ren om de grondslagen, die de Paus daarvoor reeds een halve eeuw gele den gaf en die nader aangevuld en vol tooid werden in Quadragesimo Anno. Leo XIII gaf reeds heldere uiteen zettingen van het eigendomsrecht en van het sociale en individueele karak ter van den arbeid: van de juiste ver houdingen tusschen kapitaal en arbeid; van de Staat die het algemeen welzijn moet behartigen; van de onmisbare taak der Kerk bij de oplossing van het so ciale vraagstuk en van de leidende be ginselen, zoowel op sociaal als op eco nomisch en staatkundig gebied. Hij bepleitte reeds, dat de rijkdom van den Staat alleen berusten moet op den arbeid van een volk en dat dit volk dezen rijkdom, daarom als een persoon lijk eigendom moet bezitten. Waren de ze aanwijzingen tijdig opgevolgd, dan zou de thans zoozeer gesmade opeen- hooping van kapitaal nimmer hebben plaats gevonden en dan zouden vanzelf de economische ontwrichtingen van on ze dagen door de geweldige kapitaals- vluchten zijn uitgebleven. De rechtvaardiger eigendomsverdee- ling, door Leo XIII naar voren ge bracht, vond in de praktijk echter maar weinig toepassing. Pius XI kwam dus daarop nog eens nader terug en hij zei in Q. A., dat tenminste in de toekomst er met alle kracht en inspanning naar gestreefd moest worden, dat de voort gebrachte goederenovervloed, zich slechts in billijke verhouding ophope bij hen, die kapitaal bezitten, doch in vol doende mate toestrome aan hen. die arbeid presteeren. In verband hiermede gaf hij nog eens een uiteenzetting van hetgeen moet worden verstaan onder „rechtvaardig loon". Dit moet in de eerste plaats toe reikend zijn voor het onderhoud van een gezin. Verder moet rekening ge houden worden met de toestand der onderneming en met de eischen van het algemeen belang. Slecht rendeeren van een onderneming door gebrek aan ini tiatief of activiteit is geen reden tot loonsverlaging en druk van onrecht vaardige lasten of onhoudbare concur rentie moet door een verstandige poli tiek van de staat worden voorkomen of opgeheven. Zoowel te lage als te hoo- ge loonen kunnen werkloosheid ver oorzaken. Bij de loonbepaling moet ge rekend worden met het algemeen eco nomisch welzijn. Van de winst vloeie een deel naar de arbeiders, terwijl ge waakt moet worden voor een juiste verhouding tusschen de loonen onder ling, ook opdat de harmonie tusschen de verschillende bedrijfstakken van in dustrie, handel en landbouw niet wor de verstoord. Verder veroordeelde hij streng den klassenstrijd. De menschen moeten niet worden ingedeeld, volgens de plaats die zij innemen op de arbeidsmarkt, maar volgens de functie die ieder in neemt in de maatschappij. Vóór alles is echter een vernieuwing van den Christelijken geest noodig. An ders zullen alle pogingen om de sociale positie van den arbeider te verbeteren vergeefs zijn. Dit is duidelijk. Ook de beste economische en staatkundige or ganisatie moet mislukken, wanneer zij niet gedragen wordt door den geest van het Christendom, dat immers den grondslag van onze beschaving is en zal moeten blijven. Taak, samenstelling en bevoegdheid van de bedrijfsgroepen geregeld. In de Nederlandsche Staatscourant is verschenen een derde uitvoeringsbe sluit van den secretaris-generaal van 't departement van Handel, Nijverheid en Scheepvaart, betreffende den opbouw van een zelfstandige organisatie ter ontwikkeling van het bedrijfsleven. Dit derde uitvoeringsbesluit regelt 't raam van rechten en verplichtingen voor de bedrijfsorganisaties. Het geeft de hoofdlijnen van de inwendige struc tuur, de taak en de bevoegdheden de zer organisaties aan. In de eerste plaats wordt vastgesteld, dat de verschillende groepen rechtsper soonlijkheid bezitten. Gezien het pu bliekrechtelijk karakter dezer organisa ties, is deze rechtspersoonlijkheid van zelfsprekend. Zij ontstaat op het tijd stip, waarop de beschikking, die de be treffende organisatie instelt, in wer king treedt. Wat de leiding van de bedrijfsorga nisaties betreft, brengt het derde uit voeringsbesluit een voor ons land ta melijk nieuwe regeling. De leiding der verschillende groepen berust n.l. in han den van een voorzitter, bij de uitoefe ning van zijn bevoegdheden terzijde gestaan door in den regel twee plaats vervangende voorzitters, met wien hij tezamen het dagelijksch bestuur vormt. Het is de bedoeling, dat de voorzitter en zijn plaatsvervangers zullen worden aangewezen uit de ondernemers in de betiokken branche, zoodat de deskun digheid van de leiding in ieder geval zal zijn gewaarborgd. In 't vervolg wordt eenvoudigheids- halve van voorzitter gesproken. Hiërarchisch systeem. Zoonis reeds werd gemeld, zal de organisatie van het bedrijfsleven be staan uit een hiërarchisch systeem van groepen. Zoo is de voorzitter niet al leen tegenover zijn eigen groep, ver antwoordelijk, maar tegenover den voorzitter van de naasthoogere groep, aan wien hij desgewenscht inlichtingen moet verstrekken. Bij tegengestelde be langen beslist ook de voorzitter van de naasthoogere groep. Deze hiërarchie blijkt verder even eens uit de wijze, waarop de voorzit ters der groepen worden benoemd. Be noemt de O. G. op grond van het eer ste uitvoeringsbesluit de eerste maal al le bestuurderen, leden van den raad van bijstand en secretarissen, na het ophouden harer werkzaamheden ge schiedt de benoeming van de voorzit ters echter telkens door den voorzitter der naast-hoogere groep, met dien ver stande, dat de voorzitters van bedrijfs groepen en hoofdgroepen door den secretaris-generaal zullen worden aan gewezen. De Raad van bijstand, waar op in het vervolg van deze toelichting wordt teruggekomen, dient echter voor de benoeming der voorzitters een voor dracht in, waarop telkens twee namen voor elke te .bezetten plaats voorko men. Deze voordracht is evenwel niet bindend. Bij vakgroepen, ondervak groepen, gewestelijke en plaatselijke af- deelingen moeten de leden worden ge hoord met dien verstande, dat de voor zitter van de bedrijfsgroep kan bepalen dat in verband met het groote aantal leden het hooren op practische bezwa ren stuit, hetgeen in den regel bij 200 of meer leden het geval zal zijn. LEVENSVERZEKERING 1843 WAALWIJK 1843 Secretaris-bureauhoofd. De voorzitter en zijn plaatsvervan gers worden voor den dagelijkschen gang van zaken ter zijde gestaan door een secretaris.. Het behoeft wel geen betoog, dat het werk der bedrijfsorga nisaties in vele gevallen de inrichting van een meer of minder omvangrijk bureau zal vereischen, waarvan de se cretaris de leiding heeft. De benoe ming van den secretaris geschiedt door den voorzitter (bij hoofdgroepen door den secretaris-generaal) na een weder om niet-bindende voordracht van den raad van bijstand. Aangezien de secre taris en het bureau over tal van gege vens van de leden zullen moeten be schikken, is den secretaris, evenals trouwens den voorzitters, geheimhou ding opgelegd. Raad van Bijstand. Reeds eenige malen werd gesproken over den Raad van Bijstand. Deze wordt in beginsel in elke groep ge vormd. Hij bestaat in den regel uit de voorzitters van de naast-lagere groe pen, tezamen met de leden van het da gelijksch bestuur. In de onderste groe pen wordt de Raad van Bijstand onder goedkeuring van de naast-hoogere groep door den voorzitter van de groep benoemd, nadat hierover de leden van de groep zijn gehoord. Reeds werd vermeld, dat de Raad van Bijstand bij de benoeming van de voorzitters en secretarissen moet wor den gehoord. Maar ook bij andere ge wichtige maatregelen is zulks het ge val, waarvan het derde uitvoeringsbe sluit onder meer als voorbeelden noemt, de vaststelling en verandering der sta tuten, de vaststelling der begrooting, de vaststelling van de financieele bijdra gen der leden en de verkrijging, ver vreemding en bezwaring van onroeren de goederen. Het statuut van de groep kan boven dien bepalen, dat de Raad van Bijstand nog in andere gevallen moet worden gehoord. De beteekenis van den raad van bijstand blijkt voorts nog uit de be paling, dat de voorzitter, indien hij een beslissing wil nemen, welke afwijkt van de meening van de meerderheid van den raad van bijstand, daarvoor de toe stemming noodig heeft van den voor zitter der naasthoogere groep. Ledenvergadering. Behalve een Raad van Bijstand ken nen de vak- en lagere groepen, alsmede de gewestelijke en plaatselijke afdee- lingen ook nog het instituut der jaarlijk- sche ledenvergadering. De voorzitter van de bedrijfsgroep kan echter bepa len, dat op grond van overwegingen van practischen aard, wanneer n.l. het aantal leden hiervoor te groot is, een ledenvergadering niet plaats vindt. In den regel zal zulks het geval zijn bij groepen van meer dan 200 leden. De voorzitters der bedrijfsgroepen zijn ge houden met deze richtlijnen rekening te houden. In deze vergaderingen nu wordt de arbeid en finantieele situatie der groepen besproken en vindt tevens een uitspraak van vertrouwen in den voorzitter en zijn plaatsvervanger plaats, van welke uitspraak de voorzit ter van de naasthoogere groep in ken nis wordt gesteld. Taken der bedrijfs-organisaties. Wat de taak der bedrijfsorganisaties betreft, bepaalt het derde uitvoerings besluit zich tot de algemeene omschrij ving, dat de groepen hun leden advies moeten geven en moeten bijstaan. In het algemeen komt zulks dus neer op het in den ruimsten zin des woords be hartigen van de belangen der leden. Overigens zal de taak der organisaties zich voornamelijk in de practijk moeten ontwikkelen. Vast staat echter wel, dat zij behalve een adviseerende taak stel lig ook een taak zullen krijgen bij de u;tvoering van allerlei overheidsmaat regelen. Een bewijs van nog een be langrijker arbeidsveld, hetwelk den be- drijlsorganisaties is toebedacht, vindt men in een aanvulling, welke zal wor den aangebracht in het eerste of basis besluit. Volgens deze aanvulling n.l. zullen de bedrijfsorganisaties moeten worden beschouwd als organisaties in den zin van artikel 152 en volgende van de Grondwet, zoodat aan hen ver ordende bevoegdheid kan worden toe gekend. Dit uitermate belangrijk begin sel zal nog nader worden uitgewerkt. Uit het voorafgaande blijkt dus wel de groote beteekenis van de zelfstan dige bedrijfsorganisaties voor het ge heele Nederlandsche bedrijfsleven. In het bijzonder nu aan deze instellingen verregaande bevoegdheden worden verleend, ligt het in de lijn der ontwik keling hetgeen ook zonder twijfel de bedoeling is dat verschillende ta ken, die thans bij meerdere overheids instanties berusten, door de bedrijfsor ganisaties zullen worden overgenomen. Zoo zullen de taken van de rijksbu- reaux en de centrales voor zoover mo gelijk door de organisaties van het be drijfsleven ter hand worden genomen. Rheumatische pijnen. Uitbreiding van het recht van huiszoeking. Met ingang van heden is de strijd tegen ontduiking van de distributie- maatregelen en tegen andere strafba re feiten op het gebied van de voed selvoorziening door de autoriteiten met groote kracht ingezet. De nieuwe regelingen bevatten tweeërlei 1. Instelling van een eigen econo- mischen rechter, optredend op het ge bied van de voedselvoorziening, van de prijsbeheersching, het deviezen- recht en een aantal regelingen van so cialen aard. 2. Uitbreiding van de mogelijkheid tot preventieve hechtenis en van het recht huiszoeking te doen. Dr. Hirschfeld en mr. Hooykaas hebben op een persconferentie eenige toelichting op deze aangelegenheid ge geven, waaraan wij 't volgende ont- leenen: Dr. Hirschfeld zeide tot zijn leed wezen te hebben moeten constateeren, dat in het bijzonder op het gebied van de distributie van levensmiddelen en andere verbruiksartikelen veelal to taal verkeerde denkbeelden heerschen, waardoor velen zich laten verleiden tot daden, die in feite het Nederland sche volksbelang schaden, terwijl de overtreders in hun naïveteit, die vaak geen grenzen kent, meenen, dat zij een heldendaad hebben verricht. Het zou stellig mogelijk geweest zijn enkele distributiemaatregelen, hetzij achter wege te laten, hetzij op bevredigender wijze te nemen, indien deze afkeu renswaardige mentaliteit niet bestaan zou hebben. Ook tallooze vaak hin derlijke administratieve maatregelen moesten getroffen worden om ontdui kingen, die in het welbegrepen volks belang niet toelaatbaar waren, te kee- ren. Hij wees er nog eens met allen na druk op, dat voor scherpe maatregelen niet teruggedeinsd zal worden en dat deze maatregelen zoo zullen worden toegepast, dat degene, die de belangen van het volk niet in het oog houdt, daar onverbiddelijk het slachtoffer van zal worden. Mr. Hooykaas onderstreepte in dit verband in het bijzonder nog eens de vleeschpositie. Deze maakt het nood zakelijk dat met alle kracht tegen het euvel van de frauduleuze slachtingen moet worden opgetreden. Spr. weet, dat dit voor de met de opsporing be laste ambtenaren geen gemakkelijke taak is, doch de nieuwe bevoegdheden zullen ook in het bijzonder op dit ge bied met de meest mogelijke kracht gehanteerd worden. De nieuwe regelingen bevatten twee erlei: 1. Instelling van een eigen econo- mischen rechter, optredend op het ge heele bovenvermelde gebied; 2. Uitbreiding van de mogelijkheid van preventieve hechtenis en van het recht, huiszoeking te doen in straf zaken, rakende de voedselvoorziening. Om met het laatste te beginnen: Bij de voedselvoorzicningsdelicten zal de verdachte in den vervolge steeds, dus ook buiten het geval van ontdekking op heeterdaad, door iederen opspo ringsambtenaar kunnen worden aan gehouden. De opsporingsambtenaar voert hem ten spoedigste voor een hulpofficier van justitie, die in daar voor in aanmerking komende gevallen den verdachte voor tweemaal vier da gen in verzekering kan stellen. In aan sluiting aan de inverzekeringstelling is preventieve hechtenis mogelijk, te bevelen door den economischen rech ter. Het recht óm huiszoeking te doen is voorts aldus aangevuld, dat de moge lijkheid is geopend bepaalde ambtena ren te machtigen in het belang van de opsporing van deze delicten overal on derzoek in te stellen, dus niet alleen in openbare gelegenheden, op de openba re straat, op erven, doch ook in de woningen van particulieren. Met name zal den officieren van Jus titie worden verzocht aan een groot aantal, voorloopig 500, opsporings ambtenaren algemeene bevoegdheid tot huiszoeking voor delicten op het gebied voor de voedselvoorziening te verleenen. Deze ambtenaren zullen hun volledige taak vinden in het opsporen van de overtredingen op dit gebied en Laigxlriatsrht Hoofdredacteur: Jan Tielen, Waalwijk. Doorhunpijnuitdrijvende werkinghelpen hierbij altijd veilig en vlug als geen ander een poeder of cachet van Mijnhardt te Zeist. Mijnhardt's Poeders per stuk 8 ct. Doos 45 ct. Cachets, genaamd „Mijnhardtjas" Doos 10 en 50 ct.

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1941 | | pagina 1