10 MEI
HiótoJUsc&& g.e,0LeuhJbwiCsse*i
vijk
WAALWIJKSCHE EN LANGSTRAATSCHE COURANT
a si
hg.
11 MEI 1945
Losse nummers 10 cent
68e JAARGANG No. 25
jelijk
Prof. Gerbrandy spreekt.
Minister-president prof.
Gerbrandy legde Vrijdag
avond voor Anep-Aneta de
volgende verklaring af:
Met steeds groeiende
spanning heb ik gedurende
de afgeloopen weken, het
verloop van den strijd en
den smart mijner landge-
nootenin N.W.-Nederland
gevolgd.
Ik koester groote bewon
dering voor de vastbera
denheid, waarmede de
Britsche autoriteiten en
vooral de minister-presi
dent van Engeland,in volle
overeenstemming met de
Nederlandsche regeering,
beslissingen hebben ge
nomen.
Wij zijn uiterst dankbaar
voor de manier, waarop
generaal Eisenhouwer en
zijn bevelhebbers, waar
van ik vooral zijn staf
overste, generaal Bedell
Smith aanhaal, hun moei
lijke taak van hulp aan
mijn hongerend volk, heb
ben vervuld, speciaal met
behulp van de RAF en van
de Amerikaansche lucht
macht.
Ik heb eerbied voor de
handigheid, waarmede de
gemeenschappelijkevijand
op de knieën is gedwon
gen. Mijn volk is thans
vrij, in woord en gebaar.
Vrij, om ongedeerd de
waarheid te verkondigen,
vrij om zijn instellingen te
herstellen, vrij, om zijn
taak in stillen arbeid te
vervullen. Bovenal dan
ken wij God, de Schepper
van hemel en aarde, die
allen, die aandeel in de
bevrijding van Nederland
hadden, de kracht daartoe
schonk.
RADIOTOESPRAAK VAN
H. M. KONINGIN WILHELMINA
steden hebben bezet, en
alles is ontwapend, wat
eiken dag vordert.
Maandagbegon de bezet
ting der provincie Utrecht
door de geallieerden, wat
tot zeer enthousiaste too-
neelen aanleiding gaf, voor
al in Utrecht het bolwerk
der N.S.B. was het over
weldigend, zoodat de En-
gelsche commandant er
kende zoo iets nog niet te
hebben meegemaak.; het
overtrof verre 't enthou
siasme van Parijs.
Capitulatie
geratificeerd.
Over de overgave der
troepenin WesbNederland
wordt gemeld
Generaal Foulkes sprak
bij de onderhandelingen
het eerst. De duitsche ge
neraal Reichelt slechts,
toen de voorwaarden der
overgave aan hem werden
voorgelegd. Hij deelde
mede dat er 120.000 solda
ten en mariniers in West-
Nederland waren en dat
Seys Inquart twee dagen
voor de overgave per mo
torboot was vertrokken,
maar terug verwacht werd.
Generaal Foulkes zeide
nog: Ik wensch dat er
niets wordt gedaan ten na-
deele van het zenden van
levensmiddelen naar Ne
derland, over zee, door de
lucht en over land en wel
dag en nacht. Ik wensch
dat de weg Ede-Wagenin-
gen voor dit doel wordt
opengesteld. Wanneer zal
dit worden gedaan Ge
neraal Reichelt zeide, dat
de weg binnen 2 dagen
zou worden geopend en
dat de vertragingen te wij
ten waren aan het verwij
deren van mijnen.
In de landbouw Hooge-
school te Wageningen
heeft generaal Blaskowitz
de overgave geratificeerd,
waarbij prins Bernhard en
de commandant van de
binnenlandsche strijd
krachten in West-Neder
land in civiel, tegenwoor
dig waren. De uitvoering
van de capitulatie werd
besproken, waarbij gene
raal Blaskowits zich be
zorgd toonde voor de 8000
voormalige Nederlanders
in de SS. Generaal Foulkes
stelde Blaskowits daar
voor persoonlijk verant
woordelijk en daarvoor
laat ik uw troepen in het
bezit van hun persoonlijke
wapens zei hij,
Voorschriften voor
de Duitschers.
Zondagmiddag zond Ra.
dio Oranje het volgende
uit
Reuter meldde geduren
de den nacht, dat veld
maarschalk Blaskowitz
zich en zijn troepen. Zater
dag formeel heeft overge
geven aan generaal Foul
kes, commandant van het
eerste Canadeesche leger.
Dit zou in de eerstvolgen
de 48 uur de vesting Hol
land bezetten. Zondag zou
de 49e Britsche divisie
Zuid-Holland binnentrek
ken. Maandag de lste Ca
nadeesche divisie Noord-
Holland.
De duitschers moeten
voor het oogenblik blijven
waar zij zijn. Zij kunnen
hun persoonlijke wapens
behouden en moeten zich
na het binnentrekken van
de geallieerden begeven
naar gebieden, waar zij
ontwapend zullen worden,
De regeering verzoekt,
in verband met dit alles,
de bevolking van Westelijk
Nederland, niet langer te
demonstreeren, totdat de
geallieerde troepen zijn
binnengetrokken. De re
geering verzoekt voorts de
leden der binnenlandsche
strijdkrachten, zich stipt
te houden aan de instruc
ties, welke zij ontvangen
van den bevelhebber, prins
Bernhard.
De toestand is pas ge
heel stabiel, als de geal
lieerden de verschillende
KORTE BERICHTEN.
De B.B.C. meldt.dat
koning Leopold in Zwit
serland is aangekomen,
waar hij zich met zijn
familie heeft vereenigd. Hij
treft voorbereidingen om
naar België terug te keeren.
In tegenstelling tot
de radio-berichten die on-
langs meldden dat Max
Blokzijl in Groningen zou
zijn gearresteerd, blijkt dit
heerschap nog op vrije
voeten te loopen.
In de laatste dagen sprak
hij voor de microfoon van
een zender op 245 Meter
golflengte, welke zender
zich aankondigde als ves.
ting Holland, Zondag voor
't laatste.
De lijken van Dr.
Goebbels en z'n familie en
talrijke nazi-bonzen zijn
thans in Berlijn gevonden
zij pleegden zelfmoord
door vergiftiging.
- De Duitsche zware
kruiser Prinz Eugen, de
lichte kiuiser Neurenberg
en een aantal handels
schepen met een totale
tonnage van 160.000 heb
ben zich aan de geallieer
den overgegeven. De beide
kruisers bevonden zich in
Kopenhagen.
Minister Eden heeft
vanuit San Fransisco een
radiotoespraak gehouden,
waarin hij zeide dat de
geallieerden vast besloten
zijn al hun krachten in te
spannen voor hun laatste
strijd tegen Japan. Voorts
merkte hij op dat er geen
enkele reden is om met
alle hulpmiddelen waar
over men beschikt niet
zoo spoedig mogelijk het
leven voor eenieder beter
te maken.
De voormalige Duit
sche Rijksminister zonder
portefeuille en vroegere
President van de Duitsche
Rijksbank H. Schacht,
werd door Amerikaansche
troepen in een Italiaan-
sche stad nabij de Oosten-
rijksche grens gevangen
genomen.
Ir. Mussert is in Utrecht
gearresteerd. Hij is hier
dus niet den heldendood
gestorven, zooals hij voor
gaf te zullen doen.
- In Utrecht heeft de
lijfwacht van Mussert
Maandag nog 7 personen
doodgeschoten* Op 5 Mei
werden aldaar nog 14 z.g.
politieke gevangenen uit
de gevangenis gesleept en
gefusileerd.
Ook in Amsterdam is
in den nacht van Zondag
op Maandag door de S. P.
geschoten en zijn verschil
lende slachtoffersgevallen.
De toestand in 't Land
van Heusden en Altena is
op 't oogenblik dat we dit
schrijven ook nog zeer
verward, er schijnt nog
wat S. S. te zitten, die zich
niet gaarne overgeeft.
's-Hertogenbosch heeft
Zaterdag een grootsche
hulde-belooging gehouden
voor het Nederlandsche
Episcopaat, op wiens hou
ding tijdens de bezetting
VREDE:
De wereld herademt.
Het einde van den
vreeselijkste aller oorlogen
is daarJaren hebben we
op dit tijdstip gewacht;
er is gebeden en gesmeekt
om verlossingin een tijd-
perkdat het verschrik-
kelijkste was aller tijden
Wij beleefden jaren, die
schier geen uitzicht op
redding meer boden.
Maar wij zijn blijven
vertrouwen, blijven hopen
op redding, ook in een
tijd dat de rechtvaardiging
van dit vertrouwen en
deze hoop verder af
waren dan ooit.
Millioenen jonge man
nen hebben gebloed op
de slagveldenduizenden
burgers vielen ten slacht
offer aan de moordende
hand van een verwaten
vijand of de vreeselijke
bombardementen, steden
en dorpen zijn vernield,
have en goed heeft men
verloren en eens bloeiende
akkers en velden werden
in kerkhoven veranderd.
Wij leven in een eeuw,
waarin de beschaving zgn.
ten top gevoerd was.
Maar nimmer was een
vernietiging zoo volko
men als in onze beschaaf
de wereld.
Thans is het einde van
al deze verschrikkingen
geproclameerd. Men kan
het nog niet begrijpen,
ondanks de jubelende
vreugde over de geheele
wereld, dringt het nog
nauwelijks tot de men
schen doordat het einde
gekomen is.
Een oorlog is voorbij.
Een barbarenrijk is ter
nedergeslagen, dat eens
de geheele wereld dacht
te kunnen beheerschen
De onverslaanbaar ge
achte legers, die eens
oppermachtig leken, vor
men thans niets meer dan
groepen van de grootste
ellende. De nederlaag
was volkomen.
Brengen wij hulde aan
de nagedachtenis van
president Roosevelt, die
de glorie van het oogen
blik niet meer beleven
kan. Hulde op de eerste
plaats ook aan Churchill,
voorts de Britsche, Ame
rikaansche en Russische
legers, die tesamen met
de zonen van alle vrije
volkeren, dit feit bevoch -
ten hebben. Zij hebben
de wereld verlost.
De eerste fase van den
oorlog is afgesloten.
In het Verre Oosten
wordt de laatste vijand
van de beschaving steeds
verder in zijn hol terug
gedreven. Met een geza
menlijke krachtsinspan
ning, zal het hem het
zelfde vergaan als zijn
westersche bondgenooten.
Ook die tijd zal niet
ver meer zijn.
i V
iedereen fier is, zoowel als
op die van andere kerk
genootschappen.
Radio Praag deelde
mede, dat de Duitschers
in Praag en in geheel
Bohemen de bepalingen
voor een onvoorwaarde
lijke overgave geaccep
teerd hebben.
De Fran sche regee
ring heeft opnieuw een in
scherpe bewoordingen ge
stelde protest-nota aan
Spanje gezonden, waarin
wordt gevraagd de vroe
gere Fransche minister
president Laval onmiddel
lijk uit Span je te verdrijven
naar Frankrijk.
n
n
e
3
4
e-
e-
n-
DE ECHO VAN HET ZUIDEN
PU); Hoofdredacteur Uitgever JAN TIELEN
j. Redacteur t J. A. A. VAN DEN DUNGEN
Abonnementsprijs 15 cent per weök f 1.95 per kwartaal
Drukker: Waalwljksche Stoomdrukkerij Antoen Tlelen
Kennummer 2483
Een nieuwe wereld is voor
s open gegaan. In het licht'
n den vrede verzwakken de
mbere indrukken van het ver-
ien en verbleekt herinnering
LEN ;n rampspoed en dood.
10 Mei 1945.
Vijf jaren zijn voorbij gegaan,
jas, daaaarin wij meer beleefd hebben
n geslachten voor ons in een
el menschen leven. En on-
nks de vreugdige verwachting
15 eet~ n de nieuwe dagen, moeten
scer fijn ze gedachten terug gaan naar
r weinig Mei 1940, toen een nationale
mp ons overkwam, zooals zelf
fcïoew. oudste generatie onder ons
t. et had meegemaakt en waar-
ar, werp.n de meesten onzer, in hun
r ia. o langdurige rust en zelfvol-
smaak .anheid, niet wilden of durfden
:looven, dat' ons zooiets zou
innen overkomen. Ook wij,
Inaf dit ,k ons kleine, maar 2eliefcfe
sderland werd meegesleurd in
:n wereldomvattenden wee-
>m, die een vernietiging en
lende van kosmischen omvang
u meebrengen en millioenen
snippels istbare menschenlevens zou
>an aan, ïrgen van mannen, vrouwen
dj us als i kinderen, jong en oud, rijk
net wat i arm, van alle deelen der we-
i tevens ld, en waarvan eerst nu het
le helft oosteloos chaotische einde in
cht komt, dat nauwelijks nog
kleeraar 1 schoone naam „vrede" waard
Het begon voor ons in al zijn
ssariaat lverwachtheid en verrassing
dien gedenkwaardigen en on-
irget'elijken, helderen Vrijdag-
orgen voor Pinksteren. Nog
>o versch staat in ons geheu-
jn het aangrijpende beeld ge-
:ekend van dien overrompe-
nden morgen met zijn smette-
ios-blauwe Meilucht. Bij de
srste zonnestralen, toen de
irde nog dampig was van den
eldoende lentedauw, werden
lad of e plotseling uit onzen slaap
Bschrikt door vreemde, voor
as onbekende geruchten: een
inhoudend en doordringend
iotorgeronk, somber en irri
terend in zijn eentonigheid,
nderbroken door de doffe ex-
losies van bommen, die op het'
abij gelegen vliegveld neer-
eukten, en door het scherpe
nallen en ratelen van het af-
reervuur. En één blik naar bo
en gaf ons het fantastische,
laar tegelijkertijd verpletteren-
e gezicht van stoeten vliegtui-
en, zilver-blinkend tegen de
rille ochtendlucht. En met één
loot sloeg het besef in ons los:
re zijn verraden, men heeft ons
r tóch in betrokken, tegen alle
eloften in, deze oorlog is thans
ok onze oorlog. En reeds in
ie eerste oogenblikken waren
aeds vrienden van ons, kenis-
an of familieleden, gesneuveld
n voor altijd uit die leven weg
enomen. Voor het laatst was
ien morgen de zon voor hen
pgegaan.
Die 10e Mei is in den waren
in des woords een „Dies Irae"
eworden, een dag van toorn
n van rouw. Waarom zouden
rij er dan nog aan t'erugden-
en, waarom die droefheid
reet ophalen Wat gebeurd is,
5 immers voorbij en kan toch
iet meer ongedaan gemaakt
rorden.
En toch heeft het zijn nut en
ijn groote beteekenis onze ge
lachten te laten teruggaan naar
lien dag. Want wel werden we
lijnlijk getroffen en de wond,
C 8 lie zoo plotseling geslagen
i C K yerd, was diep en schrijnend,
aaar tegelijkertijd werden we
Ir&kker geschud uit de gezapig-
ie'id en vanzelfsprekendheid
ran ons vaak al t'e verburger-
edsg I ijkt leven. En we werden ons
er bewust van waarden, die
vergeten waren, maar die in
bittere uur, nu al onze ge-
ande onaantastbaarheden als
arthuizen in elkaar werden
meten, zich weer in hun volle
teekenis en inhoud aan ons
erdeden en die achteraf, al
dden ze min of meer geslui-
rd, toch nog van zoo'n ge
ldige kracht bleken, dat ze
Is volk in al die moeilijke en
EchïingBpeizame jaren der bezetting
er weg) overeind hebben gehouden en
rijn fierheid hebben doen be-
ivoren. Want die 10e Mei 1940
bracht ons tot elkaar in een
eensgezindheid zooals wij nooit
'IEL, tevoren gekend hadden.
t aen[ |Het' is een droeve waarheid,
pèar het is nu eenmaal een
Pit, dat lijden loutert en dat
èën volk eerst geslagen en ge-
ffen moet worden, om zijn
ot'sche eigenschappen terug
kunnen vinden. Zoo is het
'k ons vergaan. Wij spraken
wijls van „Holland op zijn
alst", maar toen zagen we
eiland op zijn breedst". Wat'
de periode van rust nooit
:kund had, speelden nood en
uk t'hans plotseling klaar.
iKfóór 1940 vlogen we elkaar in
'et haar over God weet wat
AJ°or onbenulligheden en klein
igheden, t'erwille van het eigen-
ider-
lijks-
oopst
aan.
str. 794]
belang en het groepsbelang en
we vergaten daardoor maar al
te dikwijls de groote lijn. De
ramp van de 10e Mei moest
over ons komen om ons tót
elkaar te brengen en ons te
leeren, dat we, ondanks onze
verschillen, toch elkaar konden
waardeeren, hoogachten en lief
hebben als leden van één volks
gemeenschap en als kinderen
van één Vader. De 10e Mei
leerde ons groot en heldhaftig
te leven boven alle kleinighe
den en kleinheden uit, om ge-
zamelijk op den bres t'e staan
voor Nederland en voor het
Christendom. Is het eigenlijk
niet dieptreurig, dat er men-
schenbloed noodig was om ons
dit bij te brengen?
Daarom zal het goed zijn
thans en in de toekomst terug
te denken aan 10 Mei 1940 en
de offers, die toen door vele
onzer helden gebracht zijn ter-
wille van de gemeenschap, dus
ook terwille van ons. Wij heb
ben den duren plicht de geval
lenen te eeren, maar niet' met
woorden mogen we ons daarvan
afmaken. Hun offer en deze tijd
eischen daden van ons.
Wat zij deden en gaven wordt
van ons niet gevergd, maar
daarom hebben we des te meer
reden te doen wat we kunnen
om Nederland edel en groot,
schoon en luisterrijk te maken,
opdat het herrezen Nederland
een glorieus bouwwerk worde,
dat' hen tot een waardige eer en
hulde strekt. Wij kunnen hen
niet beter eeren dan door onze
beste krachten te wijden aan de
bereiking van het ideaal, waar
voor zij gestreden en geleden
hebben en gestorven zijn. Wij
kunnen geen schoonere lijkrede
houden boven hun graf en wij
kunnen ons den vrede, van
thans, niet beter waardig maken
dan door de belofte uit te spre
ken, dat wij hun ideaal getrouw
zullen blijven. Wij kunnen hen
met geen edeler krans behangen
dan met den krans der eens
gezindheid. Daarmede zullen we
hen eeren en ons Vaderland
dienen.
10 Mei 1940 is ons een harde
les geweest. Mogen wij er de
leering uittrekken, welke ze in
hield, dan behoeft de toekomst
voor een vrij Nederland geen
zorgen te baren.
MANNEN EN VROUWEN VAN NEDERLAND
Onze taal kent geen woorden voor hetgeen in ons aller hart
omgaat' in deze uren van bevrijding van geheel Nederland.
Eindelijk zijn we weer baas op eigen erf en aan eigen haard.
Verslagen is de vijand van Oost tot West, van Zuid tot Noord;
verdwenen het vuurpeleton, de gevangenis en het' martelkamp;
voorbij is de namelooze druk, de nimmer rustlatende gedachte
aan vervolging, welke 5 jaren lang u heeft' gekweld; voorbij
is de verschrikking van den hongersnood.
Warmen dank breng ik, mede namens U allen aan onze
bondgenooten en onze strijdmacht voor onze bevrijding en
voor onze redding uit den greep van den hongerdood. Hulde
aan onze Binnenlandsche Strijdkrachten, die hun uiterste
krachtsinspanning gaven en nog geven en voor wie geen offer
te zwaar was, waar het gebracht moest' worden voor de be
vrijding van ons volk.
Hulde ook aan hen, die buiten Nederland streden, hetzij te
land, ter zee of in de lucht'. En vanzelf reken ik hierbij onze
varende en strijdende koopvaarders en visschers en de velen,
wier strijd, ontbering en lijden nimmer bekend zullen worden,
omdat er geen getuigen of overlevenden daarvan zijn, die ons
hiervan konden berichten.
Hulde aan allen, die, waar en hoe ook, hetzij door het
offer van hun leven te brengen, hetzij door zich dagelijks in
het grootste gevaar te begeven ons dezen groot'en dag van
bevrijding thans doen beleven.
In zeer bijzondere mate gaan met' U mijn gedachten uit naar
allen, die dezen dag niet met ons mogen beleven. En ik deel
de smart der talloos velen, die treuren om hen die heen gingen.
Niet minder leven wij allen mede met degenen, die nog in
de onzekerheid verkeeren omtrent het lot van hen, die hen lief
zijn.
Vervuld met diepen eerbied en bewondering breng ik U
hulde voor Uw verzet', waarin gij al die lange bange jaren
zoo schitterend hebt volhard.
Uw verzet, dat U heeft' samengesmeed tot een eendrachtig,
ondeelbaar volk, dat zich zijne roeping is bewust.
Ons allen wacht een groote taak, waarmede wij, nu wij weer
gelukkig vereenigd en geheel ons zelf kunnen zijn, terstond
een aanvang moeten maken. Onder den druk van den overwel
diger hebben wij onszelf teruggevonden, is onze volkskracht
opnieuw ontwaakt'. Wij zullen hiervan het bewijs moeten
leveren. Ons evenwichtig karakter, onze eeuwenoude bescha
ving en onze stuwende volkskracht zullen ongetwijfeld daden
moeten stellen, waardoor wij de wereld kunnen toonen, het
geen wij vermogen.
Laten wij allen de handen thans ineen slaan, gedreven door
onze innerlijke kracht, onze plicht verstaan en niet achterblijven
op den weg, waarop zij, die wij in zoo hooge eere houden, ons
voorgingen, den weg, die zij met hun hartebloed ons hebben
gewezen.
Rijksgenoot'en in Oost' en West, ook voor U is Nederland s
bevrijdingsdag een historische feestdag. Het is ons allen een
groote voldoening te weten hoe innig gij met ons medeleeft'.
Meer dan ooit zijn wij in den geest vereenigd met onze
Rijksgenooten van Nederlandsch Indië, die nog zoo bitter onder
den zwaren druk van den vijand moeten lijden. Moge ook
voor hen, mede door onze krachtsinspanning spoedig het uur
der bevrijding aanbreken.
In de laatste maanden mogen wij ongetwijfeld een gunstig
voorteéken zien.
Landgenooten, wij houden thans onzen blik gericht op de
toekomst, waarin onder den zegen van den Allerhoogsten Ne
derland zal herrijzen en zijn hooge roeping in de wereld ver
vullen.
j-
"1S