Op ce gr eis van
€uö en Nieuw
$g,zste£yk
Waalwijkse enLangs Courant
ONZE COURANT
04 &a£on van een belangrijk gedeelte d
Een leuke
NIEUWJAARS
SURPRISE
die niet ai te pessimistisch is.
Dr, Van Royen in
de Veiligheidsraad
er
Waalwijks Culturele Leven
in 1948
DONDERDAGo DECEMBER 1948
Uitgever
Waalwijkse St o mdrukkerij
AN'OON TIELEN
Hoofdredactex
JANxiELEN
Redacteur-Vfslaggevr
W. v. 1 MEE Jr.
DE ECHO'UUHET ZUIDEN
72e JAARGANG No. 1
Abonnement
15 cent per week
1.95 per kwartaal
2.35 franco p. p.
Advertentie-prijs
9 cent per m.M.
Contract-advertenties
speciaal tarief.
OPGERICHf 1878.
Bureaux GROTE STRAAT 205 WAALWIJK TEL. 38.
SCHOOLSTRAAT 11 KAATSHEUVEL TEL. 66.
TEL.-ADRES „ECHO"
Op zich 5 een jaanvisselin hard zijn wij de mening toegedaan
geen heel bzonder feit wat be-j dat de volkeren en de wereldde-
tekent een jaar immers in de len ondanks de ogenschijnlijk
grote tijd, hechts een heel klein steeds groter wordende kloven,
onderdeel, Joiets als 'n minuut in toch meer naar elkaar groeien.
een week,Maar een mens heeft
nu eenmal behoefte aan een
ogenblik an rust, om (we zullen
niet tracten oorspronkelijk te
zijn) metéén oog in het verle
den, met iet ander in de toekomst
\.fe kijken
Van td tot tijd moet de balans
djpgemakt worden en de begro
ting, gajk in een goed beheerde
iï.aak, odat de verschillen tussen
Voornelens en uitvoering niet te
ver uitenlopen. Zo is het ook bij
c ons, d voornemens die wij maak
ten, loeten geconfronteerd wor-
o ien i?t de resultaten van het af-
gt dopa jaar.
Zc het ooit zijn voorgekomen
da t e werkelijkheid groter en
rncPo'r was dan de verwachtin-
geiw
Over enkele dagen gaan wij het
voorbije 1948 vergelijken met wat
wij ons bij het begin er van voor
stelden. Wij gaan hetgeen wij in
ons persoonlijk leven deden en
lieten, vergelijken met wat wij
dachtea te zullen doen en te zul
len laten. En de uitkomst zal zijn
dat wij te weinig gedaan en te
veel gelaten hebben, dat 1948
ons niet alles bracht wat wij op
1 J?zuari hoopten dat het zou
breagen.
Wij hebben heel veel gewenst,
wij hebben gehoopt dat we een
hi'yj zouden krijgen, opslag, be-
l&tingverlaging, voorspoed in za
ken, dat alles goedkoper zou wor
den, wij hebben ook om vrede
aagd, omdat de angst die ons
bevangen houden, ons er toe
Wij hebben een gelukkig
jaar gevraagd, wij zijn zeer
ialistisch geweest.
en we nu ook om een Zalig
jaar vragen, want er zijn
Ij lingen die veel noodzake-
n dan de dingen der aarde.
afgelopen jaar heeft veel
.ellingen gebracht en op t
gezicht zou men zeggen dat
het (oei dat iedereen, ieder land
en ieler volk zegt na te streven
een ietere wereld met vrede en
welvart voor allen, nog niets na
der i gekomen dan vorig jaar.
W: zullen geen sombere be-
liecplingen gaan houden over
toestinden die het algelopen jaar
gesclapen of verslechterd zijn
over conflicten, grote en kleine,
die «r op wijzen dat het doel nog
bij lange niet verwezenlijkt is
over perverse ideologieën, die de
samenleving langzaamaan trach
ten te vergiftigen over mislukte
conferenties en vergaderingen, die
soms doen denken dat men het
goede eenvoudig niet meer wil.
Wij zullen trachten achter dit
aijses het goede te zien, dat toch
tog in het afgelopen jaar is be
reikt.
Het klinkt misschien para
doxaal, maar met Kardinaal Su-
De op 1 januari 1949 ingaande
accijnsverhoging voor tabakspro
ducten ener-, de gestegen prijzen
voor ruwe tabak anderzijds, heb
ben geleid tot de vaststelling van
maximumprijzen voor tabakspro
ducten óp iets hoger peil.
De verhoging luidt als volgt
Prijsklassen, waarin verkocht
wordt
Sigaren per stuk: in 1948 11
tot 27 ct., in 1949 12 tot 30 ct.
Senoritas per 10 stuksin 1948
88 tot 132 ct., in 1949 100 tot
130 ct.
Sigaretten per 20 stuks in 1948
42 tot 96 ct., in '49 45 tot 100 ct.
Pijp-, shag- en pruimtabak per
50 gramin 1948 39J4 tot 67]^
ct., in 1949 40 tot 80 ct.
Door een verlaging van de ac
cijns op zwaar gesausde pruim-
rollen kunnen deze over enkele
weken in prijs verlaagd worden
van 37tot 25 ct. per stuk.
leer op elkaar zijn aangewezen
is een geregeld verkeer, de he
ngen van landen en werelddelen
c alle gebiei zijn nauw met el-
k<r verbondei en naast de mo-
9ekheid tot conflicten schuilt
hict ook een nogelijkheid tot 't
vorin van een grote eenheid.
Er\s weinig aan deze moge-
lijkhe. gedacht ei waar men ze
tracht» verwezenlijken met name
in de NO, daar heeft men cri-
tiek en'S men geieigd aan het
verwezejjken te ttijfelen. Maar
is het fe dat de INO bestaat,
op zichzé niet reels een grote
winst.
Men mot niet denkn dat deze
mogelijkheic eensklaps verwezen
lijkt kan wojen. Dit zi 'n kwes
tie worden \n jaren ei het doel
zal men nie dan na onficten,
misschien, i\ar God erhoede
het, grote coijicten, betken.
Niet cynisci en pessiistisoi
moet men ten inzien hierin ge
stemd zijn. Uit et negatie» cy
nisme is nog noit iets goet ge.
boren. Slechts ii een optijsti-
sche houding ligt ie mogelijleid
de brede visie vanie Franse ir-
dinaal tot werkelijkeid te mak.
Dit optimisme A niet ri
grondslag moeten v^den in V
vertrouwen op de Tens en zi.
hulpmiddelen, dit zot. al te ve.
metel zijn. Onze hoo, moet ge
grondvest zijn op Got Die ons
de kracht zal geven irons ern
stig streven naar een btere we
reld te volharden en zorjer Wie
ieder streven op een mtlukking
moet uitlopen. We hehen al
meermalen geschreven ovr het
Godsvertrouwen als enige ndmid-
del voor een wereld die lelijt aan
het afschuiven schijnt te zijr.
maar die ook in zich groti en
schone mogelijkheden draagt.
Wanneer wij bij het begin fan
het nieuwe jaar God vragen wn
dit vertrouwen voor ons zelf in
voor de gehele wereld wannetr
wij in 1949 naar dit vertrouwd
en gesterkt door dit vertrouwen
leven dan zal het nieuwe jaar
Zalig en Gelukkig zijn.
Na onze vrijwillige verdwijning in September 1941,
zijn wij in November 1944, direct bij de bevrijding
van plaats en streek, weer verschenen, zij het in
kleiner formaat dan vroeger, welke omvang door
latere voorschriften nog moest worden verkleind.
Nu, na ruim 4 jaar, de armslag wat ruimer geworden
is en wij. naar eigen goeddunken over 't dubbele
formaat mogen beschikken, als wij maar Diet boven
het toegestane quotum komen, nu hebben wij ge
meend direct tot groter formaat te moeten overgaan,
't Kleine formaat heeft ontegenzeggelijk zijn bekoring,
maar voor een blad als zodanig, maakt 't toch niet
die indruk, die een courant, ook een nieuwsblad, be
hoort te geven. Daarenboven geeft ons dit groter for
maat (iets groter dan vóór 1941) met z'n langere en
meerdere kolommen de gelegenheid de koppen en
artikelen wat flinker te doen uitkomen en daarom
prettiger leesbaar te maken en daarenboven ook onze
lezers bij tal van gelegenheden meer te bieden.
Wij hopen verschillende rubrieken aan te snijden of
uit te breiden en ons speciaal te wijden aan de.be
langen der Langstraatse gemeenten op godsdienstig,
cultureel, sociaal, maatschappelijk en economisch ter
rein.
Wij zullen ons verder niet begeven op het terrein van
„beloften", maar zeggen: „wacht onze daden af".
Wij vertrouwen dat onze lezers, het nieuwe kleed,
waarin ons blad werd gestoken, zullen waarderen en
dat zij ons, ieder op z'n wijze, zullen blijven steunen
opdat „De ECHO" zij en blijve
HET BLAD van de Langstraat en Omgeving.
Laten wij onze gedachten eens
een ogenblik gaan over dat ge
deelte van onze provincie dat we
Langstraat noemen, de streek op
de grens van klei- en zandgrond,
het meest bekend om zijn schoe
nen. De streek ook die zeker niet
tot de minst getroffen gebieden
van Brabant behoort.
Maar evenals in geheel Neder-
and is ook in onze contreien het
fgelopen jaar hard gewerkt om
sporen van de oorlog zoveel
.gelijk te doen verdwijnen, over-
verrijzen de huizen in de frisse
bwe woonwijken. We weten
men zou er met het grootste
9bk nog eens zoveel kunnen
h0ken en men is ook bereid er
noteer te bouwen, maar de re-
ger zegt stop en dan mag de
9emiteraad protesteren en vuur
en I-spuwen, het baat hen niet
veel.-, aldus is het woningpro-
bleenipk in de Langstraat nog
niet o»iost en vooral de indus
trie or.vindt hier begrijpelijker
wijze J nadeel van, zoals we
direct zullen zien.
Op babied van handel, in
dustrie, en tuinbouw is 1948
geen ongtjg jaar geweest, maar
dan moeten we er weer direct bij
voegen het kan nog zo heel veel
beter. De handel kent grote moei
lijkheden, de industrie heeft ge
brek aan grondstoffen en perso
neel; met het gevolg dat verschil
lende fabrikanten in plaats van
het personeel naar de fabriek te
halen, de fabriek naar het perso
neel brengen en elders een deel
van hun bedrijf onder gaan bren
gen. Dit houdt een ernstig gevaar
in voor de schoenindustrie die
onze streek welvarend heeft ge
maakt. En daarom moeten de ge
meentebesturen er alles voor over
hebben de industrie hier te hou
den, want op vele plaatsen in
Brabant doet men moeite industrie
te trekken, men stelt aanlokkelijke
faciliteiten en heel gunstige voor.
waarden.
Daarom moet de Langstraat
op haar qui vive blijven en het
niet zover laten komen dat ze zich
verschillende zaken ziet ontgaan.
Een ander doel dat door ver
schillende Langstraatse gemeenten
het afgelopen jaar met succes is
nagestreefd is juist het trekken
van industrie en liefst een zo veel-
.zijdig mogelijke industrie. Brabant
moet nu eenmaal gaan industria
liseren, maar laat men het dan zo
verstandig mogelijk doen, door
voor een verdedigingsmiddel te
zorgen tegen de gevaren aan de
industrialisatie verbonden.
Laat men de boerenstand niet
vergeten, een gezond boerenbedrijf
is nog steeds een bron van grote
welvaart, in een gezond boeren-
millieu is nog plaats voor goede
ideeën, wij zien in deze stand
graag een tegenhanger voor de
industrialisatie. Maar ook dit be
drijf kent zijn moeilijkheden, mis
schien wel beter dan enige an
dere stand. Er is het gebrek aan
grond, dat honderden jonge boe
ren de fabrieken injaagt, dat an
deren doet besluiten te emigreren.
Nog is het het mogelijk dat in dit
grondgebrek door de uitvoering
van de Biesboschplannen enige
verandering komt, maar afdoende
zal deze verandering ook niet zijn.
Laten de gemeentebesturen zo
veel mogelijk medehelpen om het
boerenbedrijf nog te doen functio
neren, door het ausnützen van
ieder stukje grond, door het voor
al aan plaatselijke boeren te ver
pachten, want de grond hoort zo
dicht mogelijk bij de boerderij te
liggen. En laat de besturen van
de boerenstandsorganisaties ook
al het mogelijke doen, om de "rech
ten van hun stand te verdedigen
en hun belangen te behartigen,
want het is nodig.
Een verheugend verschijnsel zo
wel bij jonge boeren als jonge ar
beiders is de wil zich meer en
meer te bekwamen in nijverheids-
en landbouwonderwijs. Dit zal
een factor blijken van grote be
tekenis in de ontwikkeling van de
industrie en de landbouw.
De Langstraat kan een grootse
toekomst tegemoet gaan, vooral
nu in verschillende plaatsen van
ons rayon, krachtige, voortvaren
de burgemeesters zijn benoemd,
die alles doen om de vooruitgang
op elk terrein hunner gemeenten
te stimuleren en te bevorderen.
Voor Waalwijk zelf was de
„Tentoonstelling Waalwijk 1948"
de grote gebeurtenis van het af
gelopen jaar, die haar invloed niet
mits op het industriële en handel
drijvende leven en hopelijk de
stoot is geweest naar een groeps-
beurs voor dë schoen- en leder
industrie c.a.
Tot slot hopen wij dat het on
ze Langstraatse gemeenten op elk
gebied in 1949 goed moge gaan
en dat de diepgewortelde chris
telijke overtuiging en levenswijze
het richtsnoer moge blijven ook
in de toekomst.
„De ondernomen actie heeft
over het algemeen niet geleid tot
vijandelijkheden op grote schaal
verklaarde dr. van Royen in de
Veiligheidsraad namens de Ne
derlandse regering, nadat daar om
kwart voor vier de bespreking
over de gebeurtenissen in Indo
nesië was heropend. Hij vervolg
de „De operationele fase van de
actie in Java is thans vrijwel ten
einde. Of en in hoeverre botsin
gen met ongeregelde benden ver
meden kunnen worden, kan niet
met zekerheid worden voorspeld."
Na de rede van dr. v. Royen
volgde een lange discussie, waar
in de afgevaardigden van Rus
land, de Oekraïne, India en Aus
tralië Nederland van ongehoor
zaamheid aan de bevelen van de
Veiligheidsraad beschuldigden.
Met 5 tegen 6 en 4 tegen 7
stemmen werden tenslotte de
voorstellen van de Sovjet-Unie en
de Oekraïne, waarin staking der
vijandelijkheden binnen 24 uur en
onmiddellijke terugtrekking der
Nederlandse troepen geëist wer
den, verworpen.
Een niet te onderschatten brok geestelijke opvoeding schuilt er in de actieve
kunstbeoefening en in het kennis nemen van de uitingen zowel van dilettanten
als beroepskunstenaars op dit gebied.
Waalwijk heet het culturele centrum van de Langstraat, wij twijfelen geenszins
aan het recht van Waalwijk deze naam te dragen; wij willen wel wijzen op de
verplichtingen die deze naam met zich brengt, verplichtingen, die, mits zij wor
den nagekomen, van grote betekenis zijn voor plaats en streek.
De Kunstkring.
Wanneer men het jaar 1948
gaat waarderen, kan men er nog
niet zo ontevreden over zijn. Het
is geen rustig, vreedzaam jaar ge
weest, zoals men die in de 19e
eeuw gekend heeft, maar naar
zulke jaren zal men nog lang te
vergeefs uitkijken. Onze eeuw is
nu eenmaal anders dan de vorige
was en elk jaar er van heeft z n
eigen karakter. Van 1948 zou
men dan kunnen zeggen dat het
dat jaar was, waarin de derde
wereldoorlog nog juist niet ont-
tond. Daarom ook kan men er
>g niet zo ontevreden over zijn,
omdat er nog juist geen oorlog
ontstond, maar daarom ook was
het niet zo erg rustig en vreed
zaam. We behoeven maar te her
inneren aan de spannende maan
den Juli en Augustus en aan de
Berlijnse kwestie. Neen, rustig en
vreedzaam was het niet
Onze eeuw is er een van on
rust en spanning, waarin de me
ningen botsen, de botsing met
wapens wordt uitgevochten en de
mensen teren op slagzinnen van
„Nooit meer oorlog" en „Recht
op vrede" tot „baardwekend re-
cinit" toe. Maar de slagzinnen ko
men niet altijd nit na „Nooit
meer oorlog" vragen we ons af,
wanneer de volgende komt het
„recht op vrede" wordt het
„recht op onze vrede", zoals de
grote mogendheden die zien en
men vraagt zich soms af of het
retinit, behalf baard, ook de
hesens week ,kt. Kan men dan
niet meer inzi dat slechts één
vrece mogelijk, de vrede met,
in et door Chrs j
Héaas is in g 00k in ons
grote Nederland;^ de vrecje
verstard geword Buiten onze
schuld zijn wij getogen met de
wapens de rust enie in 'n deej
van ons Rijksgebiet, gaan her
stellen. Een week \jat we de
hernieuwde komst v»je Vrede
vorst op aarde vierd<j,eeft on.
ze Regeriig opdracht ,eten ge_
ven het republikeinse,roejnest
van onrust op te ruin j}aai--
door is dete jaaroverc, voor
ons wel zeei belangrijk iorcien.
t we
vrede en vooruitgang tegemoet
gaat ofwel een periode van lang
durige, grote oorlogen, die 'n ont
zettende vernieling en verarming
zullen brengen.
Wij, kleine mensen, die geen
invloed kunnen uitoefenen op de
grote wereldpolitiek, wij kunnen
slechts bidden, dat de H. Geest
de makers van de wereldpolitiek
moge verlichten en bijstaan en dat
Hij hen moge leiden tot de Enig
Ware Vredestichter,
Het komende jaar zal voor ons
een jaar moeten worden van bid
den en van werken. In die zin
wensen wij al onze lezers van
harte een Zalig Nieuwjaar. Spe
ciaal denken we bij het uitspreken
van deze wens aan onze lezers
in Indië. Waalwijkse, Langstraat
se, Hollandse jongens, jullie voor
al wensen wij een Nieuwjaar van
rust en vrede. Gij doet Uw plicht,
ginds ver van ons wij zullen de
onze doen, hier in Nederland
wij zullen werken voor U, wij
zullen ook bidden voor U. Door
ons werk zullen we U steunen,
door ons gebed zullen we voor
Van 1948 weten we
gehad hebben maar wat 4949
brengen Zal het de gnste
ontspanning gtven in IndiZaj
het 't jaar zijn, waarin de Na
werking ontstaat met geheel
nesië Zal het een jaar zijn^
grote internatiaiaal-politieke,
economische moeilijkheden t
Nederland 7 Het zijn allemaal
vragen, waarop we misschi.
spoedig een antwoord krijge, |j Leiding vragen, zullen we vra-
MenselijkerWijze gesproken kalgen dat de Grote Leider U ge-
men wel zeggen, dat 1949 zwaar, ond en wel teruggeleidt in onze
zal worden. Voor Nederland en emeenschap.
de Nederlanders, maar niet alleen JongeQS jn Indië) in Qost maar
voor hen, mogelijk voor de gehele West_ vgn ZaIig
wereld. Het komende jaar zal ant- uwjaar [949
woord moeten geven op de vrang
of de wereld een periode van ru*t
Wanneer wij de activiteit op
cultureel gebied, die gedurende
1948 in Waalwijk aan de dag is
gelegd 'ns overzien, wanneer wij
de balans op willen maken, van
wat er dit onderwerp betreffende
in Waalwijk is gepresteerd, dan
moeten wij enkele onderscheidin
gen maken.
We kennen op de eerste plaats
de Kunstkring, de vereniging die
zich ten doel stelt het culturele
leven in Waalwijk en omgeving
te bevorderen en dit doel tracht
te bereiken door het laten optre
den van goede kunstenaars en ge
zelschappen van buiten Waalwijk.
We kennen onze plaatselijke
toneel-, muziek- en zanggezel
schappen, die de beoefening van
een dezer kunstuitingen bij hun
leden willen bevorderen en ver
edelen en de resultaten hiervan
den volke willen tonen.
En dan zouden we tenslotte de
belangstelling na moeten gaan die
er voor het werk van de Kunst
kring en de andere Waalwijkse
gezelschappen bij het EVaalwijkse
publiek bestaat.
De belangstelling is niet groot.
Wanneer wij het laatste eerst
overzien, wanneer wij onze me
ning moeten uitspreken over de in
teresse, die de Waalwijker toont
voor alle uitingen van kunst, dan
kunnen wij verwijzen naar dc ve
le verslagen die wij in de loop
van dit jaar schreven en waarin
wij meestal tot de conclusie moes
ten komen, dat de belangstelling
niet bijster groot was.
Het is moeilijk hiervan een of
meerdere oorzaken aan te wijzen,
maar de voornaamste is, dunkt
ons, wel deze, dat het volk niet
opgevoed wordt tot kunstgenie
ting, met het gevolg dat de acti
viteit van de plaatselijke vereni
gingen meestal slechts waardering
en belangstelling geniet in een
kleine kring van bewonderaars en
dat het werk van de kunstkring
de stimulerende belangstelling
moet krijgen van de hogere stan
den, terwijl het bezoek van deze
aan de kunstkringavonden vaak
nog als een mode gezien mag
worden.
Een andere oorzaak voor de
geringe belangstelling is het feit
dat er de laatste tijd zoveel te
doen is. We hebben de uitvoe
ringen van de plaatselijke vereni
gingen, van de kunstkring, de uit
voeringen die gearrangeerd wor
den door de zaal-beheerders en
dit alles vormt een overladen
programma voor welks onderdelen
onmogelijk voldoende belangstel
ling kan bestaan.
Maar de eerste van de oorza
ken die wij noemden, en die
hoofdzakelijk bij de verenigingen
zelf liggen, lijkt ons toch de voor
naamste. De doorsnee-mens heeft
geen (belangstelling voor de kunst,
omdat die boven hem staat en hij
noch de kunst doen enige noe
menswaardige poging tot toena
dering.
(Wanbegrip speelt hierbij na
tuurlijk ook een rol; van de ene
kant denkt het gewone publiek
dat de dure kunstkringuitvoeringen
te hoog grijpen voor hen, gewo
ne mensen, terwijl het kunstkring-
publiek van de andere kant de
mening is toegedaan dat er op de
uitvoeringen van Waalwijkse di
lettantenverenigingen weinig bij
zonders en weinig moois te ge
nieten valt.)
Men heeft he* volk niet bet ver
mogen bijgebracht, dat het ware
van het valse en het schone van
het minder mooie weet te onder
scheiden. Sedert de vervreemding
van volk en cultuur (we zullen
de schuldvraag hier niet oplossen)
is de laatste niet meer dan na
enige ontwikkeling, na enige op
voeding te begrijpen en te genie
ten.
De plaatselijke verenigingen
De plaatselijke toneel-, muziek-
en zangverenigingen hebben een
bevredigend jaar achter de rug.
We hebben kunnen genieten
van een schitterend geslaagd to
neelconcours van D.V.S.V., wij
hebben genoten van een buiten
gewoon goed jubileumstuk van
Ü.O.G.; Baardwijks R.K. Ge
mengd Toneel hebben we bij de
laatste opvoering kunnen prijzen
om een gelukkige kentering die
we mochten waarnemen. Zodat
we wat het toneel betreft tot een
gunstige conclusie komen.
Zo is het ook met de vocale
muziek. De verschillende liederta
fels hebben op matinée's, concer
ten en uitvoeringen blijken gege
ven van goede vorderingen. Zal
na „Tot Bloei der Toonkunst" ook
„Oefening en Vermaak" een ge
mengd koor gaan vormen? Dan
zou Waalwijk reeds vier flinke
gemengde koren rijk zijn. Mis
schien een al te grote luxe voor
een plaats met 13000 zielen, in eik
geval een bewijs voor het feit dat
de zang de nodige actieve belang
stelling heeft. Als we dan nog
herinneren aan de Oratoriumuit
voering en de concerten van Stu
dio van Boort, dan moeten we
tenslotte concluderen dat de vo
cale muziek verreweg de meeste
beoefenaars heeft van alle kunst
vormen.
Minder groot is de beoefening
van de instrumentale muziek.
Waalwijk heeft twee harmonieën,
die nog steeds niet hun gedwon
gen rustperiode tijdens de bezet
ting te boven blijken te zijn. Want
wanneer we op dit gebied verge
lijkingen gaan treffen met plaatsen
als Kaatsheuvel en Loonopzand,
dan vallen deze zonder enige twij
fel in het nadeel van Waalwijk
uit.
We denken dan nog aan het
Festival dat St. Jan gaf en aan
de geruchten omtrent een Waal-
wijks Orkest of iets dergelijks,
waarvan we de laatste tijd niets
meer hoorden.
Individueel wordt de instrumen
tale muziek met name piano, door
verschillende plaatsgenoten met
groter succes beoefend, maar
slechts zelden krijgen zij de gele
genheid iets van hun kunnen in
een wijdere kring te tonen.
De Waalwijkse Kring voor
Kunst en Wetenschap heeft zich
in de weinige jaren van haar be
staan een plaats in Waalwijks
Culturele leven verworven die
niet aanvechtbaar is. Zij stelt het
Waalwijkse j-u.j1.ck. ui ue gede
genheid van tijd tot tijd kennis te
nemen van de belangrijkste kunst
uitingen en hiermede verricht zij
ongetwijfeld zegenrijk werk.
Maar nogmaals vragen wij ons
af, bepaalt dat werk zich niet,
buiten haar schuld, tot de meer
gegoede standen, heeft er zich niet
in de loop der jaren een „kunst-
kringpubliek" gevormd?
Vorig jaar wijdden wij ook
reeds een artikel aan de kunst
kring .waarin wij haar moesten
verwijten, dat zij louter de passie
ve belangstelling voor de kunst
bevorderde en nog nooit voor zo
ver ons bekend is, moeite heeft
gedaan tot stimulering en inten
sivering van de actieve belangstel
ling.
Wij hebben er ook reeds op
gewezen dat de Kunstkring voor
namelijk slechts schijnt te putten
uit het Westelijk cultuurreservoir,
terwijl ook elders, met name in
onze eigen provincie, kunstuitin
gen zijn, die de belangstelling van
iedere Brabander verdienen, die
vaak specifiek Brabants zijn. In
Waalwijk heerst op dit gebied
een Westelijke supprematie, die
men elders tracht te breken.
De Kunstkring kon wanneer zij
wilde of meende op haar weg te
liggen, een nog veel mooiere en t
grootsere taak hebben in het
Waalwijkse culturele leven, zij
kon als overkoepelend orgaan
dienen dat staat over heel het
culturele leven, niet dictatoriaal,
maar als adviserend en richtlijnen
gevend lichaam. Zij kon de uitin
gen op kunstgebied regelen, zij
kon voorkomen dat we teveel van
het goede kregen. Zij kon Waal
wijks artisten, dilettanten welis
waar, maar die veel beloven, de
gelegenheid geven op te treden.
Öp het gebied van zang gebeurt
dit, maar er zijn nog zoveel an
dere vormen van kunst. Wij ken
nen voordrachtkunst, schilder
kunst e.a. maar we hebben er in
Waalwijk nog zelden iets van ge
hoord of gezien. De Kunstkring
zou door moeten dringen in dc
kringen van de jeugdbewegingen
om daar de kunstzinnigheid te be
vorderen.
Wij hopen niet de indruk te
wekken dat wij de verenigingen
geen vrijheid meer willen laten,
wij willen slechts een klein beetje
meer concentratie en samenwer
king, een verstandige regeling van
het culturele leven en deze kan
men dunkt ons het best in handen
leggen van de kunstkring, die goed
werk verricht, maar nog veel be
ter werk zou kunnen verrichten,
door de kunst naar het volk te
brengen en niet hopeloze pogin
gen te blijven doen het volk naar
de kunst te slepen.
Dit waren enkele indrukken van
Waalwijks Culturele leven in het
afgelopen jaar, en enkele kantte
keningen er bij, die ons hart reeds
en ine tijd bezwaarden.
Die indrukken waren vrij gun
stig, maar bet kan nog be»er 1