TULPEN-RALLYE
Jmft
„MINE FISH"
VERF
DANSEN
Hollandse Nieuwe. I Mangoendjaja.
TER DEKKING
NET MEISJE
bij
WILLEM DE HAAN
EEN ADVERTENTIE
7
7
Onze Nederlandse
W. v. d. Heijden en Zonen
MAATCORSETTEN
Zr. Maria Anastatia
VERLOREN
JOS V. d. VELDEN
TE KOOP:
een nieuwe Van Delft's
KINDERWAGEN
UWVRMDBN
„CRESCENDO'
Gedurende BAARDWIJKSE KERMIS
HOOGEINDE 82
PRIMA CONSUMPTIE.
dit blad heeft voor eenieder grote waarde,
om
dat dit blad in Waalwijk, de Langstraat en
omgeving ALGEMEEN gelezen wordt.
(Van onze speciale
verslaggever).
Om 4 uur loopt met luid ge
ratel de eerste wekker af. Na
een haastig ontbijt op de ho
telkamer spoeden wij ons
naar de garage, waar de vol
gepakte auto op ons staat te
wachten. Tegen 5 uur arri
veren wij op de Vijverberg
waar 't al een drukte van be
lang is en waar inmiddels vele
tientallen auto's gestart zijn.
Om 5 uur 57 komt onze beurt.
Een paar woorden van
de
startcommissie, een handdruk,
goede reis, een vlagsignaal, en
dan begint het. Wij zijn ge
start, de tocht gaat beginnen.
Het eerste stuk in Neder
land.
Full speed gaat het door
voor de boeg, en als volgende
doel: Bordeaux, waar we ui
terlijk om 3.39 ur in de nacht
moeten arriveren. De tocht
uit Parijs gaat vlot, langs de
Eifeltoren, door Versailles met
zijn prachtig paleis, langs
Chartres waar wij een vluch
tige blik werpen op de schit
terende oude kathedraal, die
eenmaal werd gebouwd door
't landvolk uit de dorpen in
de omgeving, naar Tours, waar
wij de Loire oversteken.
Verschillende ralley-deelne-
mers zijn ons inmiddels weer
voorbij gereden en ook wij
zijn weer anderen gepasseerd.
Het worden al vertrouwde
vrienden, die elkander harte
lijk toewuiven; er ontstaat,
hoe kort ook nog onderweg,
toch al een soort sportief
bondgenootschap, zo ver van
kelijk nog sterk vergroot door 't
spannen zoeken naar de goede
weg. Want er zijn vele routes die
mogelijk zijn en tenslotte is het
een wedstrijd en'is iedere rallye
rijder wel een „collega", alsook
een „concurrent". En eerlijk ge
zegd, doen wij het er een beetje
om, om zodra er één achter ons
blijft rijden, kennelijk om van ons
te profiteren, hem voorbij te laten
gaan juist voor een moeilijk kruis
punt of een stadje. En dat heeft
verschillende malen succes. Zo
heeft een rijder b.v. prompt een
verkeerde weg ingeslagen, die cir
ca 20 K.M. om v/as. Bij Linnoges
begint het te dagen. In het Oos
ten wordt het lichter en wij rijden
de opkomende zon egemoet. In
de dalen van Auvergne stijgen de
nevels op en 't landschap is wer
kelijk schitterend.
Mist.
Den Haag, richting Rotter-, j huis. Bij j;en béhzine-pomp
dam. Op alle kruispunten j "L Y l"~1~ -„na
staan verkeersagenten en hou
den de weg voor de Raliye- i
rijders vrij. Het is gelukkig
nog niet druk onderweg en ai
heel snel komt Rotterdam in
het zicht. Inmiddels heeft rij
der no. 124 al pech en staat
aan de kant van de weg.
Niet lang duurt het tot dc
grens. Bij Wuestwezel is het
een drukte van belang. Over
al behulpzame mensen, leden
van de R.A.C.-West, wegen
wacht, Shell-service enz. De
douane is buitengewoon ge
schikt, ook de Belgische doua
ne werk hard mee en na 10
minuten is alles weer achter
de rug .Het is inmiddels 7 uur
15 en om 10 uur moeten we
in Brussel zijn. Dat gaat ge
makkelijk en ruim half negen
zijn we er al, maar we zijn
te vroeg en mogen nog niet
aan de controle komen. Een
klein rondrit je door de stad,
Boulevard Adolphe Max,
Grand Place, en niet te ver
geten, het prachtige Palais de
Justice.
Om 10.09 uur starten we
weer uit Brussel vanaf de
Avenue des Arts. Het is in
middels druk geworden op
straat en het eerste half uur
kost ons tijd, want ons ge
middelde is maar 38 km. Na
een uur hebben we het alweer
opgehaald tot 52 km. Toch
was de. start in Brussel op
windend. Een gaatse race-de
ons voorbij en snelde op nau
welijks drie wielen bij het
Gare du Suö -bassen twee ver
keersagenten door, die nóg
juist op tijd hun gezondheid
redden door op zij te sprin
gen.
In Mons haalt een klem
Fiatje met een leujre Francai-
se ons in en gaat oris vrien
delijk lachend voorbij. We
hebben haar, helaas, op de
hele tocht niet weer gezien.
Ze schijnt in Parijs uitgevaF
len te zijn.
De Franse douane levert al
even weinig moeilijkheden op
en de tocht naar Parijs ver
loopt voortreffelijk, 't Groen
van de bomen is in België
verder dan in Holland, maar
in Noord-Frankrijk is 't weer
kaler. Intussen merkten we al
dat we de hele reis wel bij
dezelfde auto's zullen blijven
rijden, want telkens gaan wij
weer eens een deelnemer
voorbij, om daarna weer door
een andere, of dezelfde gepas
seerd te worden. Vóór Laon
haalt 137 ons in, maar ir^Laon
rijden wij hem weer voorbij-
De nummers 143 en 147, die
in Laon juist voor ons rijden,
slaan in hun haast een ver
keerde weg in en wij zijn ze
voor.
Om half vier komt Parijs in
't zicht. In de verte ligt de
reusachtige stad met haar bo
ven alles uitstekende Eifel
toren op de lage heuvels langs
de Seine. Het weer is voor
treffelijk en de stralende zon
schijnt over het prachtige
Franse land en het kleurige
Parijs. Zo stil als het op de
grote wegen in Frankrijk is
(de benzine is er n.l. zeer
sterk gerantsoeneerd), zo
druk is het in Parijs. Al spoe
dig zijn wij in het centrum, op
zoek naar de Place Vendóme,
waar de controle is.
Soms in rijen van 2x6 au
to's naast elkaar gaat het door
de straten, waar handige
agenten met witte gummi
stokken en fluitjes ver ver
keer feilloos leiden. Je hoort
er haast geen toeteren en
toch rijden de drommen au
to's snel hun weg. Het valt
echter niet mee als wij plot
seling een zijweg in moeten
en juist op dat ogenblik zes
rijen auto's naast ons rijden.
Maar 't gelukt en prachtig op
tijd arriveren wij aan de twee
de controle plaats van deze
Tulpen-ralley.
Op de Place-Vendóme is 't
een drukte en het blijkt nu
al hoe leuk het is om op deze
controle-plaatsen de verschil
lende deelnemers weer te zien
én even je ervaringen uit te
wisselen. Het geld wordt ge
wisseld en om 16.39 uur ver
trekken we weer met 550 km.
vriendelijkheid en correctheid,
overal cadeaux en verrassingen.
Auto's, die niet meedoen, stop
pen om ons te laten passeren,
vrachtauto-chauffeurs, die wij
achterop rijden, gaan helemaal
rechts rijden, minderen vaart en
wenken ons om ons voorbij te
laten gaan. tramconducteur in Nij-
megken, stopt zijn tram midden
op een kruispunt om ons voor
rang te geven.
En de hele organisatie is prima
voor elkaar. Eindelijk om kwart
voor 5 komt Noordwijk in t
zicht en om 16 uur 48 eindigt
onze eerste Tulpencallye, juist op
tijd, zonder strafpunten, en zelfs
zonder te veel vermoeidheid. Jam
mer allen, dat de dag, die stra
lend begon, eindigde met een
stromende regen, waardoor de
feestelijke versiering van Noord-
wijk in letterlijke zin in het water
viel.
Maar de tocht zit er op, en zij
is goed volbracht. En al hebben
we geen prijs gewonnen omdat
de klassementsproeven ,die de
volgende, dag plaats hebben, he
laas te veel afhankelijk blijken van
trucwerk, zoals gladde achter
banden, eenzijdige remming, enz.,
toch hebben we voor ons het ge
voel, dat wij het er behoorlijk
afgebracht hebben. En de Tulpen-
rallye in haar geheel blijkt een
waar succes te zijn, dat voor een
niet gering deel te danken is aan
de voortreffelijke organisatie van
de R.A.C. West.
Wij hopen van harte, dat er
nog vele rJftyes zullen volgen.
staat een hele serie ralley
rijders, die, voordat de nacht
valt, hun tank nog vol willen
hebben. Ook wij hebben al
een paar keer getankt en bij
Tours staan wij opnieuw bij
een pomp, als een hele colon
ne deelnemers ons voorbij
gaat.
Het is stil op de Franse we
gen en van de- auto's die wij
tegen komen, zijn de meeste,
merkwaardigerwijze, Holland
se toeristen.
Tours is erg verwoest door de
oorlog. Op een marktplein, waar
wij met een luid gepiep 'n bocht
nemen, staat een heel gezelschap
jonge Fran?aises, die ons nog 'n
laatste vrolijke groet toeroepen,
en dan valt langzaam de avond
over het wijde, zacht glooiende
Franse land. De schaduwen wor
den langer en de zon gaat bloed
rood onder. Voor 't laatst zien
wij de lentepracht van dc bloei
ende appelbomen langs de weg
en dan wordt het donker. De eer
ste nacht. Onze hele wereld is dan
de kleine cabine van onze dap
pere Hiilman, die tot nu toe zon
der mankeren Voortgerend heeft
langs de lange wegen.
Een van ons drieën zal het
eerst gaan slapen. Achterin is de
„slaapkamer" en ook de „provi
siekamer". Eerst komt nog weer
eens een heerlijke rollade voor
de dag en wij eten ons „souper".
Ik doe mijn pantoffels aan, die ik
daarna vrijwel de hele tocht heb
aangehouden (wat zeer is; aan
te bevelen voor zo'n lange rit)
en heb dienst voor de „navigatie"
tot 10 uur. Dan zal ik slapen en
vanaf Bordeaux zal ik opnieuw
de weg uitzoeken. V/ij hebben nl.
telkens 1 chauffeur, 1 „naviga
tor", die met de kaart en met een
zoeklicht werkt (wat buitenge
woon handig blijkt en waardoor
wij een grote voorsprong hebben
op onze voor- en achterrijders)
en 1 die moet slapen. Maar van
dit laatste komt niet veel, want
de tocht is er veel te interessant
en opwindend voor. 't Zal dan
ook aan het eind' blijken dat wij
niet meer dan ongeveer 5 uur ge
slapen hebben in 't geheel.
Om'half elf tanken wij nog 'ns
in Poitiers en drinken haastig 'n
kop koffie in een klein café. waar
een aantal Franse boeren brood
zit te eten en wijn drinkt, 't Is er
gezellig en de waardin blijkt vol
belangstelling voor de rallye.
Maar we hebben geen tijd meer.
Wij wassen ons hoofd met
eau de cologne om fit te bliiven
en ook de waardin doet mee.
„Bonsoir madame, au revoir en
voort gaat het weer, de donkere
nacht in.
Bordeaux 2 uur 9. Ineens zit
ten we midden in de drukte. Een
heel Hollands autodorp midden in
de stad. Aan de controle is kof
fie en worst te kriigen. Een En
gelsman, die wij George Formby
doopten, omdat hii daarop lijkt en
omdat hij kan lachen met de ene
helft van zijn gezicht en ernstig
kan blijven met de andere helft,
ligt op een bank te slapen. Wii
proberen ook nog even een half
uurtje te dutten en zetten onze
beide wekkers op kwart over 3.
Erg best gaat het niet, maar het
geeft toch even een beetje rust.
Waalwijk, Tel. 443
3.39 uur: Start uit Bordeaux.
Voor ons ligt 't Franse hoogland,
naar ons gevoel 't moeilijkste tra
ject. Wij hebben besloten niet
lanqs de hoogste wegen te rijden,
zodat ons traject iets langer wordt
en wel ruim 700 K.M. tot Lvon.
Wij rijden over Perigueux, Lin
noges, Montlucon, Lapalisse. Zo
wel voor de chauffeur als de „na
vigator" is dit traject een zware
opgave en onze chauffeur heeft
nog geen kwartier geslapen sinds
vanochtend. Toch lapt hij t hem
feilloos tot Lyon. Vóór Perigueux
gaat no. 130 ons voorbij, hij zat
ons al een hele tijd op de hielen,
maar nog geen twee minuten later
rijdt hij verkeerd en dat is nu al
de derde keer deze avond. Het
sportieve element wordt nu wer-
Maar dan gebeurt er iets wat
minder prettig is. 't Begint te mis-
en. En steeds dichter worden de
mistnevels, zodat wij onze snel
heid moeten terugbrengen tot ca.
40 K.M. Maar 't begin hebben wij
hard gereden, zodat wij wel wat
speling hebben.
No. 105 heeft zich al weer eens
in de weg vergist, want hoewel
hij zo straks nog voor ons was,
komt hij ons nu weer achterop.
Bij Montlucon rijdt no. 108 ons
voorbij en rijdt direct daarna een
verkeerde weg in, met een ra
zende vaart. Die zullen we voor
lopig wel niet meer zien.
Roanne is de stad van de knap
pe meisjes: dat vindt tenminste
onze tweede chauffeur, die daar
door bijna een fietser omver rijdt.
Bij een spoorweg, die maar niet
open wil, rijdt een weinig spor
tieve Zweed een hele rij rallye
rijders voorbij, en gaat links van
de weg vooraan staan, onder luid
protest van de anderen. Dan
komt tegen twee uur Lyon in
zicht. Tegelijkertijd begint 't te
regenen, wat minder prettig is.
Om 14.10 komen wij in Lyon
aan. Net nog even tijd om een
kwartiertje door de stad te lopen
en een paar winkels binnen te
gaan. Maar om 14.51 moeten we
al weer verder, en dan gaat t.
weer terug naar 't Noorden.
Eerst door het mooie land van
Bourgogne, waar overal de wijn
akkers op de heuVfels liggen met
hun rijke „chateaux". In de oude
hoofdstad Dyon stoppen we even
om sinaasappels te kopen en ba
nanen. Dit blijkt de hele tocht
.steeds weer het beste voedsel te
zijn om fit te blijven. Een paar
sinaasappels en weg is de slaap
en de vermoeidheid.
No. 140 staat vlak achter ons
en koopt bij 't zelfde tentje bana
nen.
Na Bourgondië komt het land
van de Marne, en van St. Diziër
tot Reims heb ik werkelijk een
paar uur geslapen. De nacht is
inmiddels opnieuw gevallen en
weer zien we alleen het licht van
onze koplampen en horen we het
pittige en feilloze gebrom van on
ze motor. De wagen houdt zich
prima. Nog niets is er aan ge
weest. Door de radio horen we
even. een verslag van de Tulpen-
rallye, en lachen we een beetje
over de rijke fantasie van de re
porter, die overigens een heel
smakelijk verhaal opdist; en
dan komt Reims.
Een stad, waaraan we geen
prettige herinnering zullen hou
den. Nergens is de weg zo slecht
aangegeven en om reeds 12 uui
lijkt de stad al haast uitgestor
ven. Wij rijden mis, en weer mis
en nog eens een keer. Maar ein
delijk zijn we er dan toch uit.
Dan begint echter een ware
duivelrit, want tot overmaat van
ramp vergissen wij ons een uur
bij de tijdberekening. Waarschijn
lijk door onze slaperige hoofden,
maar we berekenen dat voor een
route van 180 km. nog maar 3
uur hebben, met inbegrip van de
grens. Racen jongens, anders ha
len we het niet meer! En ineens
zijn we alle drie weer klaar wak
ker en brullen we werkelijk door
dé donkere nacht. Spoorlijnen en
trambanen, die de weg kruisen,
zijn geen oponthoud weer. Of ze
goed of slecht liggen, geeft niet,
vooruit maar, geen vaart minde
ren, alleen maar „kop in, jon
gens" en dan wil het wel eens,
dat onze Hiilman met zijn vier
wielen tegelijk van de grond
springt. Maar ook de nieuwe
Vredesteinbanden houden zich
voortreffelijk, ze liggen muurvast,
en we hebben geen lekke band ge
had.
Om 4.37 moeten we in Brussel
zijn. Er zijn nog meer laatkomers
en iedereen probeert het eerste
aan de grens te zijn. Dan rijdt de
ene verkeert, dan weer een an
dere, maar ze blijven toch dicht
bij elkaar. Wij binden op een ge
geven ogenblik een nek-aan-nek
race aan met een 39-er Lincoln-
Zephir en... winnen deze, want
we zijn het eerst aan de grens.
En dan gebeurt het, dat we
met snerpend gepiep om 4 uur 35
stoppen bij de controle en dat het
blijkt, dat het nog maar 3.35 is.
Ezels, die wij zijn! Enfin, 1 uur
slapen voor ons alle drie tegelijk,
is de beloning. In de vroege och
tend van Donderdag komen wij
weer terug in Nederland. Daar is
alles subliem in orde. Aan de grens
begint het al. Iedereen staat klaar
om ons te helpen, en vanaf dat
ogenblik is het waarlijk een zege
tocht.
Breda, Arnhem, Leeuwarden,
Noordwijk. Overal verkeersagen
ten, die een voorbeeld zijn van
„Bij ons in de tropen" zijn aan
bepaalde dingen, bepaalde namen
en uitdrukkingen verbonden en zo
gebeurt het onherroepelijk, dat
een onderdeel, kersvers uit Ne
derland, bij zijn- aankomst in In
donesië wordt begroet met„Hé,
daar heb je die Hollandse Nieu
we
Het is het ongeschreven recht
van de oude rotten, die nieuwe
lingen als onmondige „baroes" te
behandelen en hen zij het dan
op een zachtzinnige wijze te
ontgroenen. Zij voelen zich groei
en naast deze onervaren „jochies"
en het is de gelegenheid bij uit
stek om het hele arsenaal van
sterke verhalen af te vuren.
U zou dit onprettig en ongast
vrij kunnen vinden, maar het is
nu eenmaal de gewoonte en de
nieuweling doet het beste alles
met een rustige glimlach te aan
vaarden.
Wij waren gedurende enige da
gen bij zó n bataljon „Hollandse
Nieuwe", dat een week tevoren
was gearriveerd en was onderge
bracht op een suikerfabriek ten
Zuiden van Probolinggo.
Het comfort was er nu bepaald
niet zoals ze dat in Nederland ge
wend waren daar moeten immers
de omstandigheden gedurende on
ze afwezigheid van bijna dertig
maanden zo ongelooflijk verbe
terd zijn) maar was toch volgens
de militair-tropische maatstaven
redelijk te noemen.
Het moet trouwens gezegd
worden dat de jongens (meren
deels afkomstig uit West-Brabant
en Zeeland) er zich prachtig
doorheen sloegen en al het onge
rief met het nodige optimisme on
dergingen.
Er moesten stellingen rond hel
I kamp worden gegraven.
Schoppen ontbraken en zouden
nog wel een paar dagen op zich
laten wachten. Geen nood, met
bajonetten en stukken blik werd
de zaak in twee dagen voor el
kaar gebokst. Enkele malen werd
er 's nachts reeds een dankbaar
gebruik van gemaakt, toen de fa
briek beschoten werd. Een bende
die in de omgeving rondzwierf,
vond het blijkbaar lollig om de
lui Wat schrik aan te jagen. Ze
vergisten zich trouwens, want de
wachtposten hielden zich goed en
ze gingen zich niet te buiten aan
wild vuren in de ruimte wat vaak
de reactie is bij iets dergelijks.
Het was natuurlijk een hele sen
satie en onbekend' als ze waren
met de omgeving, de mentaliteit
van benden en de mogelijkheden
van zo'n aanval, voelden ze zich
verre van rustig.
Enkelen zagen wat bleek om
de neus, maar de meerderheid
nam het nogal kalm op en mocht
zoigts wel, zolang het maar niet
al te bont werd gemaakt door de
kerels aan de andere zijde van t
prikkeldraad.
Er werden je allerlei vragen
gesteld, waar je smakelijk om
moest lachen. Niet omdat ze zo
dom waren, maar omdat ze je de
den denken aan de tijd, dat je zelf
diezelfde dingen vroeg en ande
ren om je lachten.
De meesten vonden het maar
raar, dat er benden zo maar in
je nabijheid rondzwierven en dat
je die niet even ging opruimen.
Ze konden zich niet indenken, dat
je grote kans had op de verdach
te plaats niets aan te treffen en
dat zo'n troep er zelfs bij vuur-
contact nog vaak in slaagde door
ravijnen en dichte begroeiing te
ontkomen.
Ook afstanden en uitgestrekt
heden waren voor hen een open
baring. Ja, het zei toch heel wat.
dat één bataljon een gebied be
zette zo groot als Noordbrabant.
Verder was er natuurlijk de
stroom van vragen over ziekten,
het al of niet gevaarlijk zijn van
insecten, of officieren ook mee op
patrouille gingen, of er vaak ver
lof gegeven werd, wat nou eigen
lijk een buitenpost was en al die
dinqen meer.
Bij elkaar genomen heerste er
een prettige stemming en een op
gewekte werklust. Dat maakte t
dan ook mogelijk, dat reeds de
tiende dag na aankomst een can-
tine kon worden geopend, welis
waar nog bescheiden aangekleed
en nog niet ruim voorzien van al
lerlei, maar die dan toch 't begin
vormde van gezelligheid en ont
spanning, twee artikelen, die op
de duur voor iemand in de tro
pen onmisbaar zijn. Toen we het
bataljon verlieten, moesten we
wel denken: „Die Hollandse Nieu
we fikst het wel."
Mangoendjaja ligt aan de
rivier de Moesi in het hart
van Zuid-Sumatra. Mangoend
jaja is een naam die iets zegt,
Mangoendjaja is een plaatsje
die op de stafkaarten in Dec.
1948 met een pijltje aangege
ven werd, Mangoendjaja is 'n
boorterrein van olie. Maar de
naam is momenteel belangrij
ker dan de werkelijkheid. Olie
is een vieze, kleverige sub
stantie en de oevers van de
Moesi bestaan uit modder en
moeras, ook een vieze en kle
verige substantie. En de sol
daten van de ost-cie van 5-3-
'R.I., die hier zitten, voelen
zich ook vies en kleverig,
want de warme wind brengt
weinig verademing en de
bloedhete zon verdampt het
water van rivier en moeras,
zodat de atmosfeer vochtig en
lauw is, de hele dag door.
Na vijftien uur varen van
Palembang, voorbij Sekajoe,
verraden een paar „kerstbo
men" de aanwezigheid van
Blanda's. Om de laatste bocht
van de eindeloos kurketrek-
kende rivier worden goedangs
loodsen en schuren zichtbaar.
De eerste indruk is dezelfde
als van Pendoppo of Djambi,
waar ook olie-terreinen lig
gen: boortorens, machines,
buizen, pijpleidingen, turbi
nes, tanks, vaten en wat nog
meer des oliemans is. Bij
nadere inspectie blijken de
torens niet boven een put,
doch boven modder te staan,
de buiken van de machines
branden niet, doch zijn uitge
brand, de buizen en leidingen
zijn tot verroeste en verbogen
stangen verwaarloosd en alles
wat eens glimmend of gepoetst
metaal was, is nu bruin en
vlekkerig.
Cement is afgebrokkeld,
wegen zijn vuil en verwaar
loosd, stenen huizen verdwe
nen. De militairen slapen in
de houten sekolah, bureaux
zijn in de vervuilde krani-
woningen gevestigd. De be
volking, met wat Chinezen en
Indiërs, miert langs de kam
pongweg tussen geiten, kip
pen en honden. Wanneer men
er een vorige-eeuwse trein bij
denkt, zou dit het tafereel
voor een film over landver
huizers kunnen vormen. Nu
is het slechts een kampong
langs de Moesi, zoals er hon
derdtallen zijn, in het hart
van de moerasjungle van Z.-
Sumatra, waar men weinig
last van gasten of dienstrei-
zigers heeft.
De radio in de cantine
enige verbinding met de pa
radijzen van Batavia, Ceylon,
Singapore en Sydney geeft
non-stop-geluid, niet omdat
men luistert in de gespannen
hoop iets over demobilisatie
op te vangen, maar omdat dit
de enige ontspanning is. In
deze streken, waar 5-3-R.I. nu
reeds een goed jaar zit, is al
leen Willy Vervoort doorge
drongen en heeft de aalmoe
zenier een keer een film af
gedraaid; toevallig komen we
op de terugweg een ander
Niwa-gezelschap tegën. Dan
gaat men de radio waarderen
en vangt men ook allerlei ge
ruchten over demobilisatie op.
Soms arriveert ook hier de
tandarts. Over dit noodzake
lijke kwaad hoeft weinig ge
schreven te worden: voor het
leger is zijn prompte verschij
ning op de voorste posten een
mooie prestatie, voor ieder
militair afzonderlijk een be
nauwd en soms pijnlijk ge
val. Ik zie liever een pelopper
dan een tandarts, sprak een
gezwollen kaak tussen twee
teugen limonade door.
Ook rijden in Mangoendja
ja weer enkele burgers rond,
die schade taxeren, herstel
werkzaamheden plannen en
aanvangen en van 's ochtends
vroeg tot 's avonds laat in de
weer zijn zonder zich door
naaste of verre toekomst te
laten ontmoedigen. Tugboat's,
LCVP's, Mirubboten en hek-
wielers varen de Moesi op en
af, four ageren en drijven
handel. Ook hier in deze bar
re woestenij zitten Nederland
se militairen, die de zaak
gaande houden. Zij vegen zich
het bezwete voorhoofd af en
zetten de radio aan, als ze
van patrouille terugkomen.
Leggen een pipercubvlieg-
veldje aan in de rimboe en
denken aan Gilze-Rijen, ma
ken eindeloze prauwpatrouil
les en denken aan de Holland
se meren. Deze Brabanders
fixen het wel!
Heden ontvingen wij het droeve
bericht uit Freiburg (Duitsch-
land) dat aldaar is overleden in
den ouderdom van 71 jaar onze
lieve Moeder, Behuwdmoeder
en Grootmoeder
Mevrouw
MARTHA KIRSCHNER
geb. F«ldmann
L. van Iersel-Kirschner
J. van Iersel
en Kinderen.
Waalwijk, 2 Mei 1949.
Dr. Van Royen heeft ver
klaard, dat hij, na hetgeen
hem ter kennis was gekomen
over de resultaten van het be
zoek van Moh. Rum aan Ban-
ka, nog steeds hoopt, dat in de
komende dagen het begin van
het accoord zal worden ge
vonden in het kader van het
doel der voorbereidende con
ferentie.
VANAF
118.50 met ieer bezet
25.00 met buikband en
ieer bezet.
TEVENS ALLÉ REPARATIE'S
2eZElNE6a WAALWIJK
IEDERE DONDERDAG
van 11.- tot 4 uur.
de Engelsche volbloedhengst
Zondag 8 Mei a.s. hoopt
onze geliefde dochter en
zuster
(Mej. G. Damen)
haar plechtige geloften af te
leggen in het klooster der
Zusters Faanciscanessen te
Oirschot.
Familie W. DAMEN-
OERLEMANS
Leostraat 174Kaatsheuvel
1 gouden armband met slot
1 Sierspeld
1 Kinderpistool
groote maat
1 Step (rood-zwart gevlamd)
S. v. p. terug te bezorgen bij
MATHIEU VESTERS
Gasthuisstr. 14 KAATSHEUVEL
GEVRAAGD:
voor dag ol dag en nacht.
G. WITLOX, Hoofdstraat 107
KAATSHEUVEL
VANAF HEDEN
zijn de boorden aangenomen
Klokkanlaan 8
LOONOPZAND
geen 15 cent maar 1 3 CSfll.
Tevens
DEPOTHOUDER GEVRAAGD
voor Kaatsheuvel.
op Kogellagers.
Heistr. D 46 a
SPRANG—CAPELLE
Dressoirs vanaf f40.—, Linnenkas
ten vanaf f40.—, Wastafels vanaf
f 15.Theemeubels vanaf f 10
Vloerkleeden vanaf f 50Spiegels
vanaf f 10—, Spiralen vanaf f 12
Haarden, Tafels. Bakfiets zo goed
als nieuwEnz enz.
VAN DER SLUYS, Laageinde 92
(voor 3 jaar goedgekeurd)
Buitengewoon geschikt voorfok
ken van luxe paarden.
Dekgeld (50.- contant
(behalve voor geregistreerde En
gelsche volbloed merriën
Vooruit bespreken bij Steenfabriek
„DE RIETSCHOOF" Nederhemert
(tussen Zaltbommel en'Heusden).
TELEFOON 245
ZULT U VINDEN
in de grote collectie
fraaie muziekplaten bij
WAALWIJK.
in