DOKIE DURF in: Boris Baal duikt op D.D.D. J.zug.dig. fzeót mn de. W'0-o.iwy.kse. Oudjes. HOE VREEMD 'T KAN LOPEN IN DE WERELD. 2 DE ECHO VAN HET ZUIDEN VAN VRIJDAG 6 JULI 1951 2 Hei Jaarlijkse Uiisiapje. U blijft opgewekt en onvermoeibaar met de heerlijk verfrissende chtek^ de e" Wij noemde een verslapte houding in dit opzicht onverstandig, omdat het koren op de molen zou zijn van de Sovjets, die, tenminste voorzover men dat kan beoordelen, een slap pere houding van de Westerse mo gendheden uitstekend zouden zien passen in het kader van hun poli tiek. Het Westen mag zijn waakzaam heid immers geen moment laten verslappen, en men moet niet gaan denken dat een oplossing van het probleem Korea, uit welke motie ven deze dan ook door de commu nisten zou zijn voorgesteld, de con troverse tussen het communisme en de Westerse beschaving in gespan nenheid zou doen afnemen. DE K.V.P. VOOR HET GROTE GEZIN. Deze week zijn de debatten over de belastingverhogingen in de Tweede Kamer voortgezet. Het gro te geschilpunt bij deze debatten en het binnenskamers overleg van en kele kamerleden met minister Lief- tinck, is wel het voorstel van de re gering de belastingaftrek voor ou ders met minderjarige kinderen te beperken in dien zin, dat alleen re kening gehouden zou worden met kinderen beneden de 16 jaar in- plaats van beneden de 21 jaar. 24). Lezer, hier ziet u een kamer in een overzeese stad, in een ver land. Om het maar duidelijk te zeggen: Baal's hoofdkwartier. „Mijne heren" zei de beruchte uitvinder mon sieur Demoniac, terwijl hij op zijn octodestraalinrichting wees, „dit kleine en elegante instrument betekent het einde van het metalen tijdperk. Staal betekent niet meer voor mijn machine dan koek voor een slagersmes. Binnen een wer kingsgebied van vijftien kilometer branden wij een gat van iedere grootte die u maar wenst in elke stalen wand. Zon der spektakel, mijne heren, zonder ordinaire knal, netjes en rond. Het apparaat kost maar een half millioen". Op dat ogenblik ging- de deur van het beruchte privé- kantoor open. „Monsieur Demoniac" zei Baal, „Ge zijt méér dan de redder der mensheid! Ge zijt de redder van het Baai-concern en Baal betaalt beter, liw machine zal zonder verwijl in gebruik worden gesteld in vele havens. Baal brandt met octodestralen! Baal ruimt het oude op en levert het nieuwe. En Baal verdient aan het nieuwe. „Leve Baal, de man der vernieuwing-" riepen allen, die op hun beurt aan Baal verdienden, in koor. Geneesmiddel tegen huidaandoeningen. Zuivert de poriën, doet de jeuk bedaren, verfrist en sterkt de huidweefsels. De K.V.P. heeft zich bij monde van de heer Lucas lijnrecht tegen over dit voorstel geplaatst; „niets, maar dan ook niets" wil men van dit voorstel weten. Nauwelijks twee weken nadat de Tweede Kamer een extra kinderbij slag voor grote gezinnen heeft ver worpen, wil men nu door deze ge wijzigde belastingaftrek het grote gezin nog meer bezwaren, dit wel in tegenstelling met de regeringsver klaring, waarin werd gezegd dat te gen een onevenredige achteruitgang van de grote gezinnen zou worden gewaakt. We krijgen nu ook een duidelijk beeld van de gezinspolitiek van de socialistische P.v.d.A.; wie het nog niet was, moet nu toch overtuigd raken van het ware socialisme, dat een dezer dagen een representatie ve figuur deed zeggen op een bij eenkomst van een P.v.d.A.-orgaan „In Nederland wordt kinderbijslag gegeven. Dat is de wonderlijkste po litiek die je kunt bedenken, het is eigenlijk een waanzinnige politiek". En deze uitlating werd beluisterd door veel vooraanstaande personen uit P.v.d.A. en regeringskringen, zelfs door minister Joekes, die als minister van Sociale Zaken kort ge leden extra kinderbijslag aan grote gezinnen heeft bepleit. Nou, hier hoeven wij geen conclusie aan te verbinden ,die kan iedereen voor zichzelf trekken. EEN ECONOMISCHE EN COM MERCIËLE REVOLUTIE. Het Nederlandse zakenleven, spe ciaal in de textielbranche, is er in geslaagd de kooplust van het Ne derlandse publiek weer wakker te slaan. Maar het ging niet dan met vrij rigoureuze prijsverlagingen en verregaande tegemoetkomingen. Het begon in Amsterdam en als een revolutie heeft zich deze rage over het gehele land verbreid. Al ler wege zijn er fantastische uitver kopen aan de gang en allerwege wordt het publiek gelokt door aan trekkelijke beloningen zoals gouden horloges en buitenlandse reizen, door zeer verregaande prijsverla gingen, zodat er artikelen zijn die beneden de inkoopsprijs worden verkocht. En het zakenleven ver baast zich nu over de koopkracht van het Nederlandse publiek, dat tot grotere inkopen in staat blijkt, dan men voor mogelijk had gehou den. Een dergelijk verschijnsel van prijsverlagingen is allerminst na tuurlijk te noemen en zal dus aller minst stand houden. Maar experts zien hierin toch een overgang naar meer normale verhoudingen in het zakenleven. WEER EEN SCHIJNPROCES In Praag gaat men voort zich voor de gehele normaal denkende wereld belachelijk te maken en de rechtspleging daar tot een farce. Nu is de journalist van Associa ted Press te Praag, Willam Oatis, 't slachtoffer van duivelse praktijken, die hem hebben doen verklaren, dat hij een spionnage-agent is. Intussen heeft het Ministerie van Buitenlandse Zaken in Amerika naar aanleiding van het proces te gen Mgr Grösz een officiële ver klaring uitgegeven, waarin gezegd wordt „Zij, die in vrijheid leven onder een rechtvaardig en ethisch rechtsysteem en ook het Hongaarse volk zelf zullen dit proces weten te nemen voor wat het is de voort zetting van de communistische in spanningen om alle menselijke rechten en vrijheden in Hongarije te onderdrukken, alle elementen die niet bukken voor het regiem, te vernietigen en de zedelijke en gods dienstige invloed van de kerken te breken." BESPREKING BLIJFT MOGELIJK In de Volkskrant heeft de heer A. C. de Bruyn, voorzitter van de K.A.B., nogmaals op scherpe wijze gereageerd tegen hetgeeen Baron van Voorst tot Voorst, landelijk voorzitter van St. Adelbert, en prof. Duynstee in het midden hadden ge bracht omtrent de „machtspolitiek" van de K.A.B. Eerstgenoemde schrijft nu, dat met de heer de Bruyn in beginsel was afgesproken, dat de gerezen controverse in 't Katholiek Bureau Voor Maatschappelijk en Cultureel Overleg zou worden behandeld. Het ontstelt Baron van Voorst tot Voorst nu, dat de voorzitter van de K.A.B. gemeend heeft te moeten reageren als hij deed. Hij zegt echter nadruk kelijk overleg te blijven wensen en samenwerking te blijven voorstaan, „al wordt het moeilijk nog met de heer de Bruyn te praten". Professor Duynstee zegt in de Maasbode„Voortzetting van de discussie is onmogelijk geworden. De tegenstellingen zouden nog weer verder worden toegespitst en de discussie zou meer en meer het karakter aannemen van een hoogst gevaarlijke en onwaardige rel." Nou ontbreekt er nog maar één ding, zei van Mier, de borrel moest drie stuivers kosten inplaats van acht en vijftig cen ten. Ik heb v.,.,1 graag een borreltje, maar als ge er nog geen twee voor een gulden kan kopen, dan blijf ik er maar van af. Dat is natuurlijk heel erg dat de klare zo duur is, maar daar kan zelfs het Comité Ouden van Dagen niks aan doen. Niettemin waren er toch nog oudjes die ondanks de hoge prijs een flinke borrel dron ken. Zo vertelde er een dat hij er al enkele op had voor hij in de wagen stapte. Toen ie een uur op Groot Speijck was, zat hij dan ook rustig te slapen Die jaarlijkse tocht van de Ou den van Dagen is een heerlijk feest geworden. Voordat de lange fille auto's van het Vredesplein vertrok zat de stemming er al in en toen al wer den er sterke verhalen verteld. Wij dachten dat het vertellen van oer-sterke verhalen gereserveerd was voor categorieën als oorlogs veteranen en Oud-Indië-strijders en zo, maar daarin hebben we ons vergist. Sjonge, wat moet het vroe ger een romantische tijd geweest zijn in Waalwijk. Piet van Eeten vertelde tenminste verhalen van de Waalwykse kermis van zo n 50 jaar geleden die je de haren te berge deden rijzen en een ander vertelde dat hij lang geleden eens zestig(l) borrels op één avond had gedronken. „Maar toen was ik zat", zei de hij erbij en er was nie mand die het niet geloofde. Men moet bij zo'n gelegenheid ook een beetje kunnen opsnyden We hebben Piet van Eeten nog gevraagd of hij al de bloemstuk ken die hij op z'n gouden bruiloft had gekregen, nu inderdaad rond z'n bed had gezet. Maar dat kon hij ons niet vertellen. Nu ja, ge bent niet zo dikwyls vijftig jaar getrouwd en dat ge dan 's avonds iets vergeet is te verontschuldigen. Maar laten wij IJ eerst iets ver tellen van ons uitstapje, want daar wordt dit verslag voor gemaakt. Maar die Waalwijkse Ouden van Dagen weten ook zoveel te vertel len dat de krant te klein is als we U dit allemaal moeten meedelen. Een beetje mag u er wel van we ten, maar niet alles. Trouwens, alles is ook niet voor publicatie geschikt. Maar goed, we stonden dus op het Vredesplein en tegen half twee vertrokken we. Uw verslaggever kreeg een vriendelijke uitnodiging om met de „Skoda" van de lieer Vrinte mee te rijden, waaraan we natuurlijk graag gehoor gaven. Meneer Vrinte had nog twee pas sagiers, de ene was Hensen (83 jaar) uit 't Gasthuis en de andere kwam ook uit 't Gasthuis, maar we zijn z'n naam vergeten. Dat spijt ons oprecht, maar als U hem ziet, zult hem zeker kennen en an ders zullen wij 'm wel eens aan wijzen. Hensen was helemaal niet bang voor het potlood van Uw verslaggever zoals meneer Vrinte, want die zei al voor dat ie in stapte dat ie nou op z'n woorden moest letten. De oude Hensen vertelde ook al starke verhalen. Vorig jaar was FEUILLETON van „DE ECHO VAN HET ZUIDEN". Naar het Engels. 5). Harold Chesney want die was het was in de regel veeleisend, maar met die ruwe weersgesteldheid was hij blij dat hij een onderdak had. Met smaak gebruikte hij de eenvoudige maaltijd, stak toen een sigaar op en lag achterover ge leund in de oude armstoel. Niet lang had hij daar zo behaag lijk gezeten, of er werd aan de deur geklopt en binnen trad een heer met levendige ogen. Neem mij niet kwalijk, sir, u is immers een vriend van sir James Abney Ja. Mijn naam is Chesney. Kijkt u eens. Richar Hewlett, de oude huisbewaarder hier, is stervende. Hij heeft een belangrijke bekentenis te doen, ging dokter Leason voort, en die wenst hij uit te spreken in tegenwoordigheid van een getuige. Een bekentenis Is er dan een misdaad begaan Ja, het betreft een grote schat, die hij in zijn bezit heeft en die hij teruggegeven wenst te zien aan de rechtmatige erfgename. Wilt u dus zo goed zijn, mee te gaan Chesney volgde de dokter. De stervende wees zijn dochter een sleutel aan van de bos die hij onder zijn kussen vandaan had moe ten halen. Hiermee moest zij een kast open maken, daaruit een zware kist nemen en hieruit dan weer een houten kistje met ijzeren beslag en een hangslot. Zodra het kistje geo pend was, moest Elisabeth al die kleurige gesteenten uitspreiden, zo dat ze verleidelijk glansden, de groene smaragden, de rode robijnen, de blauwe safieren en de gele to pazen. Chesney uitte dan ook een kreet van bewondering bij het binnentre den. Bessie, ik moet met die heren over mijn testament spreken en het zou je maar van streek maken om daarnaar te luisteren. Ga dus zolang weg, kind. Gehoorzaam verliet zij het ver trek en de oude man vertelde nu heel beknopt en duidelijk zijn ge schiedenis, die dokter Leason op schreef. In zijn jeugd was Richard Hew lett oppasser geweest bij een offi- sier, een zekere kapitein Knox. Die had van een Indische Prins, wie hij belangrijke diensten moest heb ben bewezen, een grote schat aan edelgesteenten gekregen. Zijn eigen dochter was tegen zijn zin getrouwd wat hij haar nooit had kunnen ver geven, waarom hij haar ook niet had willen weerzien. Kort voor zijn dood had hij echter berouw over deze hardheid en had een testament ach tergelaten, waarbij hij haar en eventueel haar kinderen tot de erfgenamen maakte van zijn rijk dommen. Hewlett en zijn vrouw waren de enige getuigen daarbij ge weest. Ze waren bij hem toen hij stierf en na zijn dood hadden ze het testament vernietigd en waren er met de schat vandoor gegaan. Wij veranderden van naam, beleed de oude man. In waarheid heet ik niet Hewlett. Bessie weet dit niet. Zij was nog te jong. Ik heet Donthorne. Hoe is de naam van die ge trouwde dochter vroeg dokter Leason. Corrigall. Hij was officier van gezondheid. Ze zijn nu beiden over leden. Hadden ze kinderen Ja, sir, een zoon en een doch ter. De zoon is dood en de dochter is getrouwd en woont ergens bij Londen. Harold Chesney bezat de zelfbe heersing om in het geheel geen blijk van bekendheid met deze naam te laten blijken. Waarschijnlijk was op hetzelfde moment het plan al in hem gewekt, dat hij later ten uit voer zou brengen. De dokter tekende eerst op het velletje, waarop hij die bekentenis had geschreven, toen zette Chesney zijn onleesbare handtekening. De stervende was door de dokter ge holpen om zijn beide namen te schrijven Richard Hewlett en John Donthorne. Chesney ging uit de sterfkamer terug naar het vertrek waar hij zo heerlijk bij het vuur kon zitten en dacht intussen Ja, Mrs. Hopemere was dan wel een gelukkige vrouw. Maar waarom zou hij haar niet ten huwelijk vragen Ze was maar een paar jaar ouder dan hij en ze was nog heel knap te noemen. Boven dien scheen ze wel op hem gesteld. Als ik haar vraag eer ze hier van hoort, overlegde hij, dan zal zij zeker mijn aanzoek aannemen. Maar ze moet er van overtuigd zijn dat ik dit geheel belangeloos doe. Die fatale dokter. Wist nu maar nie mand anders er van af. Het leek wel belachelijk dat een man het nichtje opgaf om de tante het hof te ma ken. Maar het nichtje zelf bezat im mers te veel trots om hieraan be kendheid te geven. 't Is afgelopen, zei de dokter, die nu zonder kloppen binnentrad. Ik heb medelijden met die arme dochter. Ja. U gaat vannacht toch niel terug, dokter Zeker. Anders zou ze ook nog voor mijn logies moeten zorgen. Zijn er nog andere mensen hier in huis Er moet ergens een gedienstige slapen en dan is er nog Tom, de stalknecht. O ja. Ik heb de kist weer in de kast gezet en hier is de sleu tel. Het lijkt mij maar het beste dat ik die aan u geef, daar u toch een vriend is van Sir James Abney. We zullen stappen moeten doen om die jongedame te vinden. Denkt u, dat sir James morgen hier zal zijn Ik hoop van wel. Neen, ik wil liever niet de sleutel hebben. Hij zal het geval aan zijn zaakwaar nemer ter behandeling geven. Goede nacht, zei Chesney min zaam, trok zich bij het vuur terug en ging zich verdiepen in de schat ten, waarvan hij hoogstwaarschijn lijk binnenkort ook genieten zou. Zo vaag kwam de hoop bij hem op dat de dokter onderweg een onge luk mocht overkomen, waardoor het vinden van de kleindochter van ka pitein Knox een onafzienbare tijd zou kunnen duren. Maar het lot was Harold Chesney in deze niet gunstig gezind. De dok ter bereikte veilig en wel zijn huis. HOOFDSTUK VIII. Na het onderhoud met haar neef had Ruth Legarde steeds uitgeke ken naar een geschikte gelegenheid om met Denis te spreken en eerst een week later deed zich die voor. Ze waren beiden om een uur of half drie op de tennisvelden en gingen daar dichtbij in een beschut hoekje zitten. Recht op haar doel afgaande, zei ze Ik hoop maar dat je niet boos wordt, als IK zeg, dat vader en moe der geen fraaie dingen van je ver tellen dat je speelt en schulden hebt en dikwyls in verkeerd gezel schap bent. Is dat alles Me dunkt, het is genoeg. Ver geet niet Denis dat je moeder dol op je is en dat zij geen andere zoons heeft. ie ook naar Rotterdam geweest en toen zat ie in een auto, waarvan de chauffeur de weg niet wist. Hij had veel geluk dat Hensen bij hem zat, anders was hy nooit uit Rot terdam gekomen. „Hoe moeten we nou rijden had hij gevraagd. „Oh", zei Hensen, „gewoon rechtdeur, dan kom-der altijd uit" En ze waren er uit gekomen ook Laten we verder gaan. Van Waalwijk gingen we door het Oostelijk deel van de Lang straat naar Den Bosch, uitstekend geleid door de Waalwykse motor politie, die hun collega's in an dere plaatsen al van de komst van de Waalwykse Ouden tan Dagen op de hoogte hadden gesteld, zo dat we overal makkelijk door kon den rijden. Hensen zat aan z'n buurman te vertellen hoe we reden en waar we allemaal door kwamen. Hensen kan het weten, want hij is een be reisd man, dat zegt ie zelf. Over Vught en Haaren gingen we naar Oisterwijk. Door 't mooie stadje en de prachtige wegen door de bossen ging het naar Groot Speyck. Toen iedereen was uit gestapt sommigen geholpen door de (aardige) verpleegsters van het Rode Kruis hielden de Oudjes hun entrée joyeuse in de Oisterwijkse uitspanning. En 't eerste wat er iemand zei we moeten ons sterk vergissen als 't Marietje niet was „Gatvergim- me, nou staan er stoelen en kun nen we niet dansen." Maar dat was gauw verholpen, een paar stoelen en tafels opzij en ge had de fijnste dansvloer die ge maar denken kunt. Maar 't was nog geen tijd om te dansen, want er moest eerst nog een goeie sigaar gerookt worden en geluisterd naar een kort woord van de heer Meijs. Voor de zoveelste keer, zei hij, zijn de Waalwykse oudjes weer op stap. De oudjes hadden de voor keur gegeven aan Groot Speijck en daarom had het comité besloten om dit jaar weer naar Oisterwijk te gaan. Meneer Meijs vertelde dat Drik van Engelen speciaal van z'n vacantie was teruggekomen om met de oudjes mee te gaan en dat vond het comité natuurlijk erg fijn. Verder zei spr. dat er dit jaar geen collecte was geweest omdat het comité door giften in staat was geweest zonder collecte het uitstapje te organiseren. Intussen was mevrouw Meijs rond geweest als een weldoende fee met een hoorn des overvloeds, waaruit almaar consumptiebon nen, sigaren en koeken vloeiden. En toen was 't woord aan Drik van Engelen en de accordeonisten. Nu, aan dit drietal was de stem mingmakerij wel toevertrouwd. Drik had nog wel 'n spiksplinter nieuw liedje op de wys van „Daar by die molen", waarin hij de oud jes, het comité, onze verkeerspo litie en natuurlijk de gouden paren bezong. „Misschien hebben we er volgend jaar wel tien", zong Drik. Trouwens, die gouden paren wer den door meneer Meys nog even tjes in het zonnetje gezet. Er was drie en een half paar aanwezig. De heren en mevrouwen (dat zei Okke van Delft) De Peffer-de Ruy- ter, Hamers-Missot, Bovenkaars- makers-De Rouw en Piet v. Eeten zonder Alida, want die was (he laas) thuisgebleven. Ze kregen allemaal nog een pre sentje. Een mededeling van Drik van Engelen was sensationeel De heer Hombergen (Den Bil, dan zult ge hem wel beter kennen, zei Drik) was verloofd en zou binnenkort gaan trouwen. De „jonge" verloof de kreeg een daverend hoera en van Drik een extra liedje. Geduldig luisterde hij naar al wat Ruth hem verder te zeggen had, maar de uitwerking zou niet groot wezen. Terwijl dit onderhoud tussen de jongelui plaats had, zat Mrs. Hope mere in haar boudoir en kondigde het meisje aan Mr. Chesney, madam. Ik ben blij, u te zien, begon zij. Ik dacht dat u nog niet op Green- lands terug was. Gisteren ben ik gekomen. Zijn de jongelui uit Ja, ze zijn gaan tennissen. Op sentimentele toon sprak Ches- ney Ik ben blij dat ik u alleen tref. Ik geniet niet dikwijls het voorrecht van een gesprek onder vier ogen. Maar ik geloof dat u er al heel wei nig om geeft of u mij ziet of niet. Kom, kom, mr. Chesney, u wordt door ons allen toch altijd har telijk welkom geheten op „Holt- horne" Ja, maar anderen worden ook door u welkom geheten. En dan is er iets waarin ik mij eigenlijk nooit schikken kan, namelijk uw vastbe slotenheid om trouw te blijven aan de nagedachtenis van de gelukkig ste man ter wereld. Waarom zou u mij niet even gelukkig maken door toe te stemmen in hetgeen ik vraag. Mrs. HopemereFrancess riep Chesney steeds meer in extase. U zult wel gemerkt hebben dat ik iets meer dan gewone vriendschap en bewondering voor u voelde Ze mocht dan al genoegen vinden in het gezelschap van die knappe man, maar verder gingen haar ge voelens voor hem niet. Bovendien zou Denis allesbehalve ingenomen zijn met een dergelijk tweede huwe lijk van zijn moeder en dit gaf de doorslag. Wordt vervolgd. Maar toen was het ook hoog tyd om te gaan dansen. Natuurlijk was Marietje van de eerste. Ze kan het nog uitstekend. Ze walst en danst de mazurka en de kruis-polka als een volleerde prima-donna. Ook de jongelui die er by waren, waag den een dansje, zelfs de (aardige) verpleegsters van het Rode Kruis. Verschillende sterren van de Ou den van Dagen kwamen voor de microfoon. En een meneer die z'n vrije dag ook op Groot Speyck doorbracht. Hij kan erg mooi zin gen, zelfs een Nederlandse versie van het beroemde „Moederlied". Even later liet hij de klokken van Arnemuiden welluidend door de bossen en over de vennen van Oisterwijk beieren. Natuurlijk zong Hannes ook, weer z'n be roemde lied van het bloemke en '1 maagdelyn. Hij zong nog lager als anders, geloven wij, maar hij deed 't uitstekend. Doe 't hem maar eens na Frits van Beijnen was ook weer in z n rol. Als die niet meer kan zingen dan gaat 't verkeerd. Dat vertelde hy zelf en dus zal 't wel waar zyn. En Thomas v. Leent uit Borruk zong met z'n prachtige tenor van een „Kroezelig Boerinneke". Ben- jamino Gigli was er niks by Intussen had Frans Schilders z n Jonge Bloesems verzameld voor de microfoon en spoedig schalde hun hoogste lied, waar voor de dames heel veel bewon dering hadden. Die dames amuseerden zich ook opperbest, al deden ze bet wat rustiger dan de mannen natuur- yk. Juffrouw de Vaan b.v. zou best nog 'n paar dagen op Groot Speyck willen blijven, vertrouwde ze ons toe en dat werd door haar buurvrouwen beaamd. Onder de dames zelfs werd er gepraat over de dure borrel, een bewijs dat de roem van Schiedam niet alleen voor de heren is bestemd. Het was alles bij elkaar een groot feest en niemand had er eigenlijk zin in om na de uitstekende koffie tafel weer in de auto's te kruipen. u, dat kunnen wij ons voorstellen want we hadden zelf ook maar wei neg goesting. Het was ook zo gezel lig daar en bovendien prachtig weer. Goed weer om foto's te ma ken. Dat hebben we ook gedaan en we kwamen bijna meteen in botsing met de vrouwelijke ijdelheid. Want koste wat kost, de dames van 't Gasthuis die wilden op de foto. Wij hadden ze al een keer gefotogra feerd moet u weten .Maar toen ze aan den bik zaten wilden ze er weer een keer op. Wij waren vastbeslo ten om 't niet te doen, want we moesten nog meer foto's maken, maar tenslotte zijn wij er voor ge zwicht. Als de foto's klaar zijn, zul len we ze u wel eens laten zien. En nu zullen we maar over de te rugreis vertellen, anders hebben wij een hele krant nodig voor dit ver slag en dat dan natuurlijk niet, want de kermis en het 100-jarig be staan van de gemeentewet moeten ook een plaatsje hebben. We gingen terug via Udenhout en Loonopzand. In de St. Antoniuspa- rochie stond de drumband van de K.A.J. klaar om het convooi naar de Markt te loodsen. Vanaf de Kloos- terweg tot de Markt waren er veel mensen op de been om de oudjes te verwelkomen. Een paar keer moest een auto stoppen om te laten zien of Opa en Opoe er wel in zat. Bij Henkelman b.v. stond een hele rij Het was een drukte van je welste. Vooral op de Markt, waar het con vooi werd ontbonden om alle oud jes weer thuis te brengen. Het was een machtige tocht. Onze warme hulde aan 't Comité dat voor dit grandioos feest heeft gezorgd. O, DIE SAMENWONING Rumoerige avond met slot op het politiebureau. De familie Den B. uit 's-Graven- hage, bestaande uit mevrouw, haar echtgenoot en 2 broers van deze laatste, wonende aan de Schenkweg, hebben de nacht op het politiebureau doorgebracht. Dit was het sluitstuk van een rumoerige avond, waarop de fa milie den B. het bij hen inwonen de gezin M. op straat had trachten te zetten. Er liep reeds lang een ontruimingsprocedure tegen de fa milie M., maar dit duurde den B's allemaal veel te lang. Dinsdagavond drong mevrouw den B., geassisteerd door de drie mannen, de apartementen van het inwonende echtpaar binnen en begon deze kamers eenvoudig te ontruimen. De meubels werden op straat gezet en dit alles werd aanleiding tot een felle ruzie. De politie rukte uit en nam de familie den B. mee om in het politiebureau „wat af te koelen" en een proces-verbaal wegens huisvredebreuk te incas seren. DE TOESTAND IN PERZIË. Naar van officiële zijde is verno men, is de olieproductie in Aghad- jari. ten Noorden van Abadan, ge staakt. De productie staat thans on der Perzische leiding. Verder heeft het Perzische minis terie van oorlog bekend gemaakt, dat de Perzische autoriteiten beslo ten hebben, de garnizoenen in Zuid- Perzië te versterken. Binnenkort zal een artillerie-regiment de haven van Abadan bezetten „om eventuele incidenten en sabotagedaden te ver hinderen". De laatste Britse tankboot te Aba dan is vertrokken, na zijn olielading naar de kade te hebben terugge pompt.

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1951 | | pagina 2