I
Wijde Wereld j
O
Waalwijkse en Langsiraaise Courant
Conservatieve meerderheid.
JdomCn^sdKama'ó. (4)
Om de inea van de H'$L.
Tsjechische Spionnage in Nederland
PUS3QL GENEEST
UIT DE
COWBOY-ROMANTIEK"
Accountantskantoor J. VAN Dl^
Tragische Ouverture
Incident bij Fasjcda,
U kunt het toch niet
afschreeuwen
DE ECHO VAN HET ZUIDEN
VRIJDAG 2 NOVEMBER 1951
Uitgever
Waal wij kse Stoomdrukkerij
ANTOON TIELEN
Hoofdredacteur
JAN TIELEN
Dit blad
verschijnt 2 x per week.
DE ECHO Wi HEI ZUIDEN
74e JAARGANG No., 88
Abonnement
17 cent per week
2.15 per kwartaal
2.40 franco p. p.
Advertentie-prijs
9 cent per m.M.
Contract-advertenties
speciaal tarief.
Bureaux GROTESTRAAT 205, WAALWIJK TEL. 2621
OPGERICHT 1878
SCHOOLSTRAAT 11, KAATSHEUVEL. TEL. 2121
TEL.-ADRES „ECHO"
De Engelse verkiezingen hebben eigenlijk gfeen verrassingen opge
leverd. De Engelse kiezers hebben Labour als het ware verzocht
het regeren nu maar eens een paar jaartjes over te laten aan de
Conservatieven. Het publieke-opinie-onderzoek heeft het deze keer
wonderwel bij het rechte eind gehad, zodat haast iedereen (betrek
kelijk) tevreden kan zijn, behalve misschien de Conservatieven
zeHL.ïv. )1'
Het valt niet te betwijfelen of ze gaan
een zware tijd tegemoet, wat ze trou
wens van tevoren hebben kunnen ver
wachten. Want geen enkele regerings
partij, met hoe grote meerderheid ook ge
kozen, kan er in deze tijd op rekenen
het gemakkelijk te krijgen. De problemen
zijn zo groot, dat ze haast alleen door
de uiterste nationale en internationale
krachtsinspanning zijn op te lossen.
De verhoudingen zijn niet zoveel ge
wijzigd, ondanks dat de ontevredehheid
over Labours bewind in brede kringen
groot was.
Zelfs behaalde de partij van Attlee
nog meer stemmen dan die van Chur
chill. Dat de laatste toch de meerderheid
heeft behaald is een gevolg van het feit
dat verschillende candidaten zijn gekozen
met minde.r dan de helft van de stemmen.
Ook voor de rest hoeft men zich niets
te laten wijsmaken: Churchill heeft een
groot aantal stemmen te danken aan de
liberalen. Die hadden namelijk veel min
der candidaten gesteld dan de vorige
keer, zodat in de districten waar zij geen
candidaten hadden liberale stemmen vrij
kwamen. Die zijn voor het grootste deel
naar de Conservatieven gegaan.
Wat volgt hieruit? p de eerste plaats
dat haast alle labourkiezers hun partij
zijn trouw gebleven, ondanks de blunders
die de regering Attlee heeft gemaakt. Dit
zou waarschijnlijk wel niet gebeurd zijn
als ze alleen blunders had gemaakt, maar
daarnaast heeft ze ongetwijfeld ook haar
grote verdiensten gehad. De conservatie
ven van hun kant- hebben hun aanhang
niet zo heel veel uitgebreid. Hun winst
boekten zij voornamelijk van de mensen
die niets beters hadden te kiezen.
Hebben deze verkiezingen dan hele
maal geen winst opgeleverd? Men zou
het haast zeggen: Labour meer stemmen,
maar de meerderheid verloren; de Con
servatieven minder stemmen en een klei
ne meerderheid. Het schijnt inderdaad
weinig uitzicht te bieden op een sterke
regering. Aan de ene kant houdt dit als
consequentie in dat Churchill de lijn van
Attlee's binnenlandse politiek in hoofd
zaak zal moeten voortzetten. Vooral
aan diens sociale politiek zal hij weinig
kunnen tornen. Immers, de arbeiders
hebben nog altijd een zeker wantrouwen
tegen de conservatieven en zelfs Attlee
is er niet altijd in geslaagd stakingen te
voorkomen. Voor Churchill blijft dus een
extra voorzichtig beleid geboden, want
het kan niet zo veel lijden. Hij hefeft dan
ook niet de man die 't best op de hoogte
is van het vakverenigingswezen tot mi
nister van arbeid benoemd, omdat deze
in die kringen niet erg gezien is, maar
een meer gematigde figuur.
Eenzelfde houding heeft de premier
ook ten aanzien van andere posten aan
genomen. Ondertussen is de conservatie
ve regering er ongetwijfeld op uit om de
nationalisaties van Labour ongedaan te
maken.
Tegenover dit binnenlandse aspect van
de regering staat de buitenlandse politiek.
En op dat gebied mag men Churchill
Attlee gerust de baas achten. Hoezeer
Attlee ook als mens gewaardeerd wordt,
als politicus heeft hij zeker niet het
enorme gezag dat Churchill over de ge
hele wereld geniet. Bovendien heeft de
laatste een man als Eden naast zich als
minister van buitenlandse zaken; ook de
ze heeft al vroeger op die post van zijn
groot talent blijk gegeven, terwijl Attlee,
toen hij de grote Bevin eenmaal had ver
loren, met Morrison niet veel geluk heeft
gehad. Door Churchill en Eden zal de
buitenlandse politiek van de Britse rege
ring in de komende tijd voor een groot
deel gedragen worden: zij hebben het
aanzien en ze bezetten de sleutelposities
in het kabinet: respectievelijk het pre
mierschap en het ministerie van defensie
en het vice-priemierschap en het minis
terie van buitenlandse zaken. Zij kunnen
Engeland tenminste voor een deel het
gezag teruggeven dat het altijd heeft ge
had, al zijn de tijden veranderd en al
hebben de accenten zich verlegd. On
dertussen is het een feit, dat de nieuwe
Engelse regering met een erfenis zit die
nu niet in alle opzichten een aangename
is; we hoeven alleen maar de Perzische
oliekwestie en het geschil met Egypte te
noemen om dat te illustreren. Niemand
kan zeggen of zij er wel in zal slagen
deze problemen bevredigend op te los
sen, maar zeker is dat er heel wat di
plomatie voor vereist is om het zover
te brengen, meer dan de Labourregering
blijkbaar heeft kunnen opbrengen.
Een derde punt dat aandacht verdient
naar aanleiding van het verkiezingsre
sultaat is dat Labour eigenlijk uitgepraat
bleek te zijn. De specifieke socialistische
idealen bleken weinig inspirerende kracht
meer te hebben. De innerlijke kracht van
de regering brokkelde af door de rebel
lie van Bevan en de zijnen. Daarom
werd het tijd dat Labour in de oppositie
kwam om de krachten ter hergroeperen
en om de balans weer in evenwicht te
brengen.
Zo blijken er wel degelijk goede kan
ten te zitten aan deze bewindswisseling.
Churchill heeft niet alleen gezegd, maar
ook getoond een gematigde houding te
willen aannemen tegenover de oppositie
en het is dan ook te hopen dat deze op
positie een meer loyale houding aan
neemt dan de conservatieven in de af
gelopen periode. Natuurlijk zullen er dan
nog tegenstellingen blijven wat nood
zakelijk is om het evenwicht te bewaren
maar er is wel iets anders te doen
in een parlement dan zich bezig te hou
den met pietluttigheden, zoals zo dik
wijls is gebeurd. Een oppositie die 'n wij
ze zelfbeheersing in acht neemt kan ech
ter veel nut afwerpen.
Engeland staat aan het begin van een
nieuwe periode. Mogelijk is het er een
van opgang, in ieder geval is het er een
van grote moeilijkheden. Door een grote
binnenlandse eensgezindheid, een sterke
band met de rest van Europa en Ameri
ka en door de bekwaamheid van de man
nen die de teugels in handen hebben,
kunnen de moeilijkheden worden over
wonnen. Dan breken er misschien bete
re dagen aan voor Engeland en voor de
rest van de wereld, al zijn we een beetje
huiverig geworden voor optimisme, wel
ke optimistische visie dan ook met alle
voorbehoud wordt gegeven.
In het begin van deze week werd
er een opzienbarend verhaal gepu
bliceerd, verstrekt door de Binnen
landse Veiligheidsdienst, over een
Tsjechische spionnage-affaire. Een
persoon die zich dr. Neumann
noemde, had van de Tsjechische
contra-spionnage de opdracht in
Nederland een spionnagenet op te
bouwen en kwam hier als contro
leur van de boekhouding der Tsje
chische ambassade, maar dit bleek
maar een vermomming te zijn, want
al gauw ontdekte de B.V.D. dat hij
een uitstekende spionnage-training
achter de rug had, getuige het feit
dat hij steeds goed om zich heen
keek wanneer hij zijn hotel verliet
en af en toe zijn veter vastmaakte,
om achter zich te kijken en ééns
zelfs keerde hij resoluut op zijn
schreden terug, om aldus zijn vol
gers te misleiden; inderdaad, d:t
zijn klemmende bewijzen voor een
uitstekende opleiding!
Maar niettemin kon men toch
tenslotte constateren dat hij in ver
binding stond met een Nederlander,
zekere König, die enige jaren in
Praag had gewoond en nu berichten
doorgaf aan de Tsjechische Gehei
me dienst. Deze berichtgeving ge
schiedde volgens het systeem van
de „dode brievenbus", er werd n.l.
geconstateerd dat hij een ogen
schijnlijk leeg sigarettendoosje de
poneerde in een tramhuisje op één
van de drukste punten in Den
Haag. De B.V.D. echter wist dit
doosje en het briefje in geheim
schrift te foto-copiëren, en boven
dien kwam men er achter dat het
doosje in handen kwam van een
handlanger van Neumann.
Neumann liet zich ook vanuit
Nederland een aantal onbeschreven
prentbriefkaarten toezenden, waar
in hij dan op zeer vernuftige wijze
een micro-film met instructies ver
borg; hij stuurde deze kaarten in
Administraties
Belastingen onder leiding van
oud-controleur der belastingen.
Grotestraat 180. Tel. 2475
WAALWIJK
(in gebouw Nederl.
H andel maatschappij.)
een brief naar een bepaald adres,
vanwaar deze kaarten dan als nor
male ansicht-kaarten via de post
naar König werden gestuurd.
De Tsjechische militaire attaché's
in Brussel werkten ook dapper mee
en ook zij verzamelden inlichtingen
en stelden hun handlangers vragen
als: Opgave van de belangrijkste
bruggen en viaducten in de ver
keerswegen, de strategische ligging
van de grote steden en meer van
dergelijke vragen die een school
jongen aan de hand van een kaart
van Nederland kan beantwoorden.
Men kan zich tenslotte met „De
Tijd" afvragen: Waarom hebben
deze spionnen zo opgewonden ge
daan, als zij hetzelfde hadden kun
nen bereiken op de gewone manier
en zonder dat er iemand zijn neus
in gestoken zou hebben? Als men
dit alles leest, gaat men bijna den
ken dat deze spionnen onze altijd
maar met een scheef oog aange
keken B.V.D., een pleziertje heb
ben willen doen. Dat briefje aan de
brievenbus in plaats van er in, wat
een prachtkans voor een wakkere
speurder om-het te ontdekken. Tot
zover „De Tijd", en de Volkskrant
tekent hierbij aan: de regering mag
constateren dat een deel der Neder
landse Pers haar officiële na een j
kabinetszitting verstrekte mede-
deling, tot goedkope verzinseltjes
brandmerkt. Deze motie van wan- j
trouwen kan de regering het een- j
voudigst en doeltreffends afdoen
door een roodboek op tafel te leg- j
gen, een officiëel verslag met af-
schriften der authentieke documen- j
ten.
Hoe het ook zij, deze hele ge
schiedenis lijkt ons inderdaad toch
ook wel een beetje al te opge
schroefd en het ware beter geweest
wanneer men de zaak eenvoudig
had gesteld en niet had opgesierd
met thema's uit een detective-ro-
WETSONTWERP
TOEZICHT CREDIETWEZEN.
De minister van financiën heeft,
na overleg met de commissie van
rapporteurs uit de Tweede Kamer,
een tweede nota van wijziging in
gediend op het wetsontwerp Toe
zicht op het Credietwezen. Hierin
wordt voorgesteld de geldigheids
duur van de wet voorlopig te be
perken tot 1 Januari 1956, waarmee
beoogd wordt ervaring op te doen
met de toepassing van de wet. Het
strijdpunt of de voor de Nederland
se Rank gevraagde bevoegdheid tot
het geven van algemene voorschrif
ten een tijdelijk of een blijvend
karakter moet hebben, kan dan te
zijner tijd nader worden overwo
gen.
Ten aanzien van de bedrijfs
economische voorschriften is be
paald, dat voor ieder van de vier
groepen credietinstellingen een
commissie van advies wordt inge
steld, te benoemen door de minis
ter van financiën.
POSITIE VAN DE GULDEN
IS VERSTERKT.
,,Het vertrouwen in de gulden
is de laatste tijd in hoge mate
versterkt, al is van enkele zijde
ook getracht wantrouwen te wek
ken. In serieuze kringen wordt
niet aan de gulden getwijfeldzei
de minister van Financiën, prof.
Lieftinck, onlangs in de Eerste
Kamer bij de goedkeuring van het
in Parijs ondertekende verdrag in
zake oprichting ener Europese
Betalings Unie.
Het streven der regering is er
zoveel mogelijk op gericht, de bin
nenlandse koopkracht van de gul
den stabiel te houden. Men kan
zich echter niet geheel wat de prij
zen betreft, afsluiten v,an geïm
porteerde inflatie, die invloed kan
hebben op de prijsontwikkeling
in het binnenland zo vervolgde
de minister.
Op de vraag in hoeverre de re
cente verbetering van onze beta
lingsbalans van incidentele oor
zaken afhankelijk is en in hoever
re er een blijvende grondslag voor
verbetering in zit, verklaarde de
minister, dat deze vraag slechts
met grote voorzchtigheid beant
woord kan worden.
De internationale toestand is zo
onzeker, dat een reeks van facto
ren voelbaar kan worden die op
nieuw tot verslechtering van onze
'betalingspositie aanleiding zou
kunnen geven.
Toch meent de regering, dat de
recente verbeteringen in de óm-
tandigheden van meer blijvende
aard zijn, hoewel er incidentele
oorzaken zijn aan te wijzen, en dat
er meer fundamentele krachten
werken ter verbetering van onze
positie. Ook in de doller-sector
valt een duidcliike verbetering
waar te nemen Wat de liberali
satie betreft staat de regering op
het standpunt, dat we in ieder
geval niet verder moeten gaan dan
65 tot GO pet.
DEVIEZENPOSITIE
WEER VERBETERD.
Uit de weekstaat van de Ned.
Bank blijkt dat de deviezensitua-
tie zich bevredigend blijft ontwik
kelen. Ook in de afgelopen week
werd een verbetering geconsta
teerd. waardoor het totaal aan
goud en deviezen is toegenomen
van 1285 millioen tot 1333
inillioen. Eind Augustus j.l. was
dit totaaal nog slechts 998 mil
lioen.
T.B.C.-FONDS VAN N.C.B.
NOODLIJDEND.
liet t.b.c.-fonds van de Noord-
Brabantse Christelijke Boerenbond
staat voor een tekort van 107.000
gulden, zo verklaarde de honds-
adviseur van de N.C.B.rector W.
Bekkers, in de vergadering van
de boeren uit de kring Den Bosch.
Als niet over de gehele linie ro
yale medewerking wordt verleend,
zal het fonds moeten worden ge
liquideerd.
auto wordt beschadigd, een der officieren
van het gevolg wordt gewond. Op de
terugreis besluit de troonopvolger deze
officier in het ziekenhuis op te zoeken.
Daartoe wordt de route, gewijzigd en
hierdoor ontstaat misverstand. De auto
stopt, rijdt achteruit. Uit de massa klin
ken twee revolverschoten. De troonop
volger, dodelijk getroffen in de nekslag
ader, blijft kaarsrecht zitten; zijn vrouw,
in de maag geschoten, valt tegen zijn
borst. Nog gelooft niemand, dat beiden
dood zijn; dat blijkt eerst, wanneer men
na een dolle rit weer bij het gemeente
huis is gearriveerd.
Op de 28ste Juni 1914 schoot een Servische gymnasiast Aartsher
tog Franz Ferdinand van Oostenrijk, de troonopvolger, en zijn
gemalin Sophie van Hohenbejg tijdens een bezoek aan Serajewo
neer. Die beide revolverschoten vormden de ouverture van een
vernietigende kanonnade, welke vier jaren zou duren en millioenen
mensenlevens zou eisen.
Franz Josef, de beminde, hoogbejaar
de keizer, met bakkebaarden zo wit als
zijn generaalsuniform, is het levend sym
bool van de Oostenrijks-Hongaarse dub
belmonarchie. Conservatief, met een
zwak voor tradities, wantrouwend tegen
over alle nieuwigheden, voert hij struis
vogelpolitiek ten aanzien van alle hem
verontrustende verschijnselen.
Dat helpt niet altijd. Het helpt niet
wanneer hij staat bij het lijk van zijn
zoon Rudolf, de kroonprins, onder nim
mer geheel opgehelderde omstandighe
den aangetroffen op het slot Mayerling
naast dat van de jonge Marie Vfetsera,
beiden gedood door revolverkogels. Het
helpt niet wanneer hij staat bij het graf
van zijn keizerin, de beeldschone, excen
trieke en zwaarmoedige Elisabeth, de
gevierde amazone, die in Genua door een
anarchist met een roestige dolk is ver
moord.
Het helpt ook niet wanneer zijn neef
Franz Ferdinand, thans troonopvolger,
dwars tegen de Habsburgse huiswet in,
een morganatisch huwelijk sluit met de
vrouw waarvan hij houdt, een onaan
zienlijk Boheems gravinnetje, Sophie
Chotek, en zo de Keizer en de hele
wormstekige hofkliek braveert.
De redder van bet
Keizerrijk.
De weinige mensen in Oostenrijk, die
oog hebben voor het steeds verder voort
schrijdende verval van de Monarchie,
hebben hun hoop gevestigd op Franz
Ferdinand. Hij is de man, die de min
derheden-kwestie niet door politie en
soldaten, maar door een federatief sys
teem wil oplossen. Hij probeert het le
ger te re-organiseren, dat leger, dat van
tradities aan elkaar hangt, waar de ene
soldaat onder geen beding zijn knevel
mag laten afscheren en de ander hem
onder geen voorwaarde mag laten staan,
maar dat niet klaar staat voor het voe
ren van een moderne oorlog.
Maar allen, die alleen maar oog heb
ben voor het behoud van verworven
voorrechten, die tuk zijn op het hoog
houden van eigen standje, die alles bij
niet dan met grote moeite wordt bereikt,
dat beiden in dezelfde grafkelder mogen
worden bijgezet...
Het drama begint.
Nu heeft de minister van buitenlandse
zaken, de lichtzinnige dandy Graaf
Berchtoldt, de kans waarop hij zo lang
heeft gewacht. Nu zal men Servië op
de knieën dwingen.
De oude keizer, misleid door zijn raad
gevers, tekent de oorlogsverklaring.
Duitsland staat achter Oostenrijk.
Maar Rusland mobiliseert. En Frank
rijk ook. En tenslotte geschiedt wat men
ruwe huid, ruwe handen, ruwe lippen
Heel de wereld, nog met vacantie,
schrikt op. In Servië juicht men onver
holen. In Schönbrunn, het keizerlijk pa
leis, is men minder luidruchtig, maar niet
onvergenoegd. Nu is het uit met de
nieuwlichterij, nu blijft alles gelukkig
weer bij het oude. Keizer Franz Josef
constateert, dat alles weer volgens de
Habsburgse huiswet, welke zo zwaar
werd geschonden, op zijn pootjes terecht
is gekomen. En zelfs op de doden wreekt
men zich... de katafalk van de hertogin
staat lager dan die van haar gemaal en
tot elke prijs had willen voorkomen: ook
Engeland neemt, na de Duitse inval in
België, de wapens op. Wereldoorlog I
is begonnen.
Noch de keizer, noch de moordenaar
van de aartshertog, Princip, hebben het
einde gezien. Beiden overleden, de een
in een keizerlijk praalbed, de ander in
de gevangenis, vóór op 11 November
1918 een Frans trompetter het signaal
gaf, dat de slachting, welke vier jaren
had geduurd, had opgehouden...
(Nadruk verboden) L. K.
het oude willen houden, omdat het vroe
ger zoveel beter was dan nu, moeten
niets van de Troonopvolger hebben. Hij
zelf is een norse, in zichzelf gekeerde
man, die alleen zich vriendelijk, zelfs
liefhebbend toont tegenover enkele ver
knochte medewerkers, zijn vrouw, voor
wie hij zoveel heeft opgeofferd en zijn
kinderen.
De Zwarte Hand.
De kinderen moeten thuis blijven, maar
Sophie, thans hertogin Von Hohenberg,
gaat mee, wanneer Franz Ferdinand de
manoeuvres bijwoont in het door Oos
tenrijk geannexeerde Bosnië. De annexa
tie is door de buren, de Serven, met
nauw verholen woede geduld. En de ex
treme Servische nationalisten, georgani
seerd in de geheime officieren bond „De
Zwarte Hand", die ook de moord op
koning Alexander van Servië op zijn
geweten heeft, haat Franz Ferdinand;
zijn federatief idegal bedreigt hun eigen
grootse plan: Servië de baas op de bal
kan. En zijn vooruitstrevende militaire
opvattingen dreigen Oostenrijk tot een
overmachtige nabuur te maken.
Met een gfebrek aan tact, dat grenst
aan minachting, besluit Franz Ferdinand
een bezoek te gaan brengen aan de Bos
nische hoofdstad Serajewo en wel op de
nationale rouwdag van de Serven, de
herdenking van de slag bij Kossovo „het
merelveld", waar meer dan vijfhonderd
jaar geleden de Serven bloedig werden
geslagen.
De Zwdrte Hand besluit om van deze
gelegenheid gebruik te maken, de troon
opvolger uit de weg te ruimen en weet
haar handlangers, jeugdige nationalisten,
kinderen nog, over de grens te smokke
len.
Twee schoten
Troepen zijn er niet in Serajewo, daar
heeft de Weense kliek voor gezorgd. De
troonopvolger moet niet teveel verbeel
ding krijgen. Hier en daar houdt een po
litieman de dichte menigte op een af
stand. Tijdens de tocht naar 't gemeente
huis ontploft een bom vlak achter de
auto van de troonopvolger; de volgende
(II)
In 1882 heeft Engeland ingegre
pen in Egypte, tegen de zin van de
minister-president, Gladstone, die
niets voelt voor deze politiek.
Maar de heldhaftige dood van Sir
Charles Gordon Pasja, de verde
diger van Khartoem, heeft het En
gelse imperialisme een krachtige
stoot vooruit gegeven. En Enge
land gaat verder
De Engelse regering kan zich
natuurlijk beroepen op humane
argumenten. In Centraal Afrika is
het roversregime van dc- Mahdi
aan de macht, de slavernij bloeit
daar welig. En het komt goed uit,
dat deze overwogingen parallel
lopen met die van de textielman-
nen in Lancashire, die grondstof
fen nodig hebben en het oog slaan
op de langvezelige Egyptische ka
toen, die vooral in de Soedan
wordt geoogst.
Ook hier weer zijn het de om
standigheden, die Engeland ver
der voeren op het koloniale pad.
Overlangs of dwars.
Doortastende Britten willen de
Afrikaanse peer overlangs door
snijden en via een spoorweg Kaap
stadCairo (droombeeld van Ce
cil Bhodes) het vasteland van het
zwarte werelddeel beheersen.
Maar Frankrijk, dat zich aan de
Westkust genesteld heeft, broedt
andere plannen uit. Het wil even
eens Afrika controleren, maar dan
„overdwars" van West naar Oost.
Italië heeft een greep gedaan
naar Abessinië, maar de negus
Menelik heeft bij Adoea de Itali
aanse generaal Baratieri een ver
pletterende nederlaag toegebracht.
Frankrijk port Menelik aan. dóór
te tasten en zijn gezag te vestigen
op de rechteroever van de N'ijl.
De Fransen willen dan van het
Westen uit, door middel van een
expeditie, op de linkeroever de
tricolore planten.
Is het toevallig, dat Menelik in
het uitvoeren van deze plannen
gehinderd wordt, doordat plotse
ling in de provincie Tigre een op
stand uitbreekt Valt het te ver
wonderen dat boosaardige lieden
daarin de hand van Engeland
zien dat, als het zo te pas komt.
het toeval gaarne te hulp komt
Hoe het zij. Frankrijk zet door
en in 1898 gaat de Franse kapitein
.Marchand met een troep van 200
man het binnenland in. Op de 10e
Juli van dat jaar bereikt hij de
Nijl bij Fasioda en hijst daar de
Franse driekleur.
Kitchener avanceert.
Engeland heeft inmiddels niet
stilgezeten. Londen komt tot de
conclusie, dat men de Mahdi daar
in de Soedan niet langer zijn gang
kan laten gaan. Lord Cromer, de
feitelijke machthebber in Egypte,
en de sirdar, Lord Kitchener, die
later door zijn systematische ver-
nietigingskrijg tegen de Boeren
zich een droeve reputatie zal ves
tigen hij vele Nederlanders, die
met de Boeren sympathiseren, zijn
het daar al lang over eens. In-
plaats van Gladstone leidt thans
.Toe Chamberlain de regering.
Wanneer hij „de Egyptische rege
ring", dat groepje marionetten, al
le steun van Engeland toezegt,
ontbreekt het in het Lagerhuis
niet aan spottende opmerkingen,
Maar Kitchener gaat op raars en
zorgt er voor dat de aanleg van de
spoorweg die hem met het achter
land verbindt, gelijke tred houdt
met de vorderingen van zijn troe
pen.
In enkele vernietigende slagen
jaagt hij de Mahdisten op de
vlucht, verplettert hij Omdoerman
de kern van het leger van de Mah
di, die tenslotte op laaghartige
wijze, door vergiftiging, aan zijn
eind komt. Gordon is gewroken
Maar bij Fasjoda stuit Kitchener
op het kleine troepje Fransen, dat
daar stand houdt rondom de tri
colore, Fransen en Engelsen beje
genen elkander met de grootste
beleefdheid, waaronder een bijna
onverdraaglijke spanning schuil
gaat. Groter is dan echter de span
ning tussen Parijs en Londen. Hef
tige nota's worden gewisseld.
Maar tenslotte buigt Parijs het
hoofd. Marchand krijgt orders
zich terug te trekken. Terwijl
Britse soldaten, strak in de hou
ding, toezien, daalt de driekleur
langs de vlaggemast omlaag.
Frankrijks poging tot de beheer
sing van Afrika is mislukt, Enge
land zegeviert.
Engeland beheerst de N{}1.
Groot is de verbittering in
Frankriik. Maar by Fasjoda is, hoe
wonderlijk het ook lijkt, de kiem
gelegd voor de Engels-Franse sa
menwerking. die nu niet meer ge
stuit wordt door botsing van be
langen in Afrika.
Koning Edward VII, een man
die van een vrolijk leventje houdt
en Parijs beschouwt als zijn twee
de vaderstad, zal door persoonlijk
initiatief de grondslag leggen van
die „Entente Cordiale" op grond
waarvan Fransen en Engelsen sa
men aan de Som me de Duitsers
zullen tegenhouden.
Joe Chamberlain kan nu zijn
plannen uitvoeren Op 19 Januari
1898 wordt afgekondigd, dat Egyp
te en Engeland samen, in een ge
meenschappelijke souvereiniteit, de
-Soedan zullen beheren.
Engeland is meester over de
bronnen van de Nijl Lk".
Wanneer U de goede hoedanig
heden van Uw artikelen onder de
aandacht van het kopend gubliek
wilt breng- n
Daarvoor staat De Fcho van het
Zuiden te uwer beschikking. Dit
nieuwsblad wordt, door dat het
plaatselijk en regionaal nieuws
brengt, niet gelezen maar „gespeld".,
van a tot Z In die sfeer genieten
ook Uw advert<nties méér dan ge
wone belangstelling ende
resultaten b-wijzen dat.
Steek voor reclameplannen Uw
licht eens op bi) de
Grotestraat 205 WAALWIJK
Telefoon 2621.
Publicatie van
„De Nederlandsche
Nieuwsbladpers"