I Wijde Wereld j O Waalwijkse en Langsiraaise Courant Conservatieve meerderheid. JdomCn^sdKama'ó. (4) Om de inea van de H'$L. Tsjechische Spionnage in Nederland PUS3QL GENEEST UIT DE COWBOY-ROMANTIEK" Accountantskantoor J. VAN Dl^ Tragische Ouverture Incident bij Fasjcda, U kunt het toch niet afschreeuwen DE ECHO VAN HET ZUIDEN VRIJDAG 2 NOVEMBER 1951 Uitgever Waal wij kse Stoomdrukkerij ANTOON TIELEN Hoofdredacteur JAN TIELEN Dit blad verschijnt 2 x per week. DE ECHO Wi HEI ZUIDEN 74e JAARGANG No., 88 Abonnement 17 cent per week 2.15 per kwartaal 2.40 franco p. p. Advertentie-prijs 9 cent per m.M. Contract-advertenties speciaal tarief. Bureaux GROTESTRAAT 205, WAALWIJK TEL. 2621 OPGERICHT 1878 SCHOOLSTRAAT 11, KAATSHEUVEL. TEL. 2121 TEL.-ADRES „ECHO" De Engelse verkiezingen hebben eigenlijk gfeen verrassingen opge leverd. De Engelse kiezers hebben Labour als het ware verzocht het regeren nu maar eens een paar jaartjes over te laten aan de Conservatieven. Het publieke-opinie-onderzoek heeft het deze keer wonderwel bij het rechte eind gehad, zodat haast iedereen (betrek kelijk) tevreden kan zijn, behalve misschien de Conservatieven zeHL.ïv. )1' Het valt niet te betwijfelen of ze gaan een zware tijd tegemoet, wat ze trou wens van tevoren hebben kunnen ver wachten. Want geen enkele regerings partij, met hoe grote meerderheid ook ge kozen, kan er in deze tijd op rekenen het gemakkelijk te krijgen. De problemen zijn zo groot, dat ze haast alleen door de uiterste nationale en internationale krachtsinspanning zijn op te lossen. De verhoudingen zijn niet zoveel ge wijzigd, ondanks dat de ontevredehheid over Labours bewind in brede kringen groot was. Zelfs behaalde de partij van Attlee nog meer stemmen dan die van Chur chill. Dat de laatste toch de meerderheid heeft behaald is een gevolg van het feit dat verschillende candidaten zijn gekozen met minde.r dan de helft van de stemmen. Ook voor de rest hoeft men zich niets te laten wijsmaken: Churchill heeft een groot aantal stemmen te danken aan de liberalen. Die hadden namelijk veel min der candidaten gesteld dan de vorige keer, zodat in de districten waar zij geen candidaten hadden liberale stemmen vrij kwamen. Die zijn voor het grootste deel naar de Conservatieven gegaan. Wat volgt hieruit? p de eerste plaats dat haast alle labourkiezers hun partij zijn trouw gebleven, ondanks de blunders die de regering Attlee heeft gemaakt. Dit zou waarschijnlijk wel niet gebeurd zijn als ze alleen blunders had gemaakt, maar daarnaast heeft ze ongetwijfeld ook haar grote verdiensten gehad. De conservatie ven van hun kant- hebben hun aanhang niet zo heel veel uitgebreid. Hun winst boekten zij voornamelijk van de mensen die niets beters hadden te kiezen. Hebben deze verkiezingen dan hele maal geen winst opgeleverd? Men zou het haast zeggen: Labour meer stemmen, maar de meerderheid verloren; de Con servatieven minder stemmen en een klei ne meerderheid. Het schijnt inderdaad weinig uitzicht te bieden op een sterke regering. Aan de ene kant houdt dit als consequentie in dat Churchill de lijn van Attlee's binnenlandse politiek in hoofd zaak zal moeten voortzetten. Vooral aan diens sociale politiek zal hij weinig kunnen tornen. Immers, de arbeiders hebben nog altijd een zeker wantrouwen tegen de conservatieven en zelfs Attlee is er niet altijd in geslaagd stakingen te voorkomen. Voor Churchill blijft dus een extra voorzichtig beleid geboden, want het kan niet zo veel lijden. Hij hefeft dan ook niet de man die 't best op de hoogte is van het vakverenigingswezen tot mi nister van arbeid benoemd, omdat deze in die kringen niet erg gezien is, maar een meer gematigde figuur. Eenzelfde houding heeft de premier ook ten aanzien van andere posten aan genomen. Ondertussen is de conservatie ve regering er ongetwijfeld op uit om de nationalisaties van Labour ongedaan te maken. Tegenover dit binnenlandse aspect van de regering staat de buitenlandse politiek. En op dat gebied mag men Churchill Attlee gerust de baas achten. Hoezeer Attlee ook als mens gewaardeerd wordt, als politicus heeft hij zeker niet het enorme gezag dat Churchill over de ge hele wereld geniet. Bovendien heeft de laatste een man als Eden naast zich als minister van buitenlandse zaken; ook de ze heeft al vroeger op die post van zijn groot talent blijk gegeven, terwijl Attlee, toen hij de grote Bevin eenmaal had ver loren, met Morrison niet veel geluk heeft gehad. Door Churchill en Eden zal de buitenlandse politiek van de Britse rege ring in de komende tijd voor een groot deel gedragen worden: zij hebben het aanzien en ze bezetten de sleutelposities in het kabinet: respectievelijk het pre mierschap en het ministerie van defensie en het vice-priemierschap en het minis terie van buitenlandse zaken. Zij kunnen Engeland tenminste voor een deel het gezag teruggeven dat het altijd heeft ge had, al zijn de tijden veranderd en al hebben de accenten zich verlegd. On dertussen is het een feit, dat de nieuwe Engelse regering met een erfenis zit die nu niet in alle opzichten een aangename is; we hoeven alleen maar de Perzische oliekwestie en het geschil met Egypte te noemen om dat te illustreren. Niemand kan zeggen of zij er wel in zal slagen deze problemen bevredigend op te los sen, maar zeker is dat er heel wat di plomatie voor vereist is om het zover te brengen, meer dan de Labourregering blijkbaar heeft kunnen opbrengen. Een derde punt dat aandacht verdient naar aanleiding van het verkiezingsre sultaat is dat Labour eigenlijk uitgepraat bleek te zijn. De specifieke socialistische idealen bleken weinig inspirerende kracht meer te hebben. De innerlijke kracht van de regering brokkelde af door de rebel lie van Bevan en de zijnen. Daarom werd het tijd dat Labour in de oppositie kwam om de krachten ter hergroeperen en om de balans weer in evenwicht te brengen. Zo blijken er wel degelijk goede kan ten te zitten aan deze bewindswisseling. Churchill heeft niet alleen gezegd, maar ook getoond een gematigde houding te willen aannemen tegenover de oppositie en het is dan ook te hopen dat deze op positie een meer loyale houding aan neemt dan de conservatieven in de af gelopen periode. Natuurlijk zullen er dan nog tegenstellingen blijven wat nood zakelijk is om het evenwicht te bewaren maar er is wel iets anders te doen in een parlement dan zich bezig te hou den met pietluttigheden, zoals zo dik wijls is gebeurd. Een oppositie die 'n wij ze zelfbeheersing in acht neemt kan ech ter veel nut afwerpen. Engeland staat aan het begin van een nieuwe periode. Mogelijk is het er een van opgang, in ieder geval is het er een van grote moeilijkheden. Door een grote binnenlandse eensgezindheid, een sterke band met de rest van Europa en Ameri ka en door de bekwaamheid van de man nen die de teugels in handen hebben, kunnen de moeilijkheden worden over wonnen. Dan breken er misschien bete re dagen aan voor Engeland en voor de rest van de wereld, al zijn we een beetje huiverig geworden voor optimisme, wel ke optimistische visie dan ook met alle voorbehoud wordt gegeven. In het begin van deze week werd er een opzienbarend verhaal gepu bliceerd, verstrekt door de Binnen landse Veiligheidsdienst, over een Tsjechische spionnage-affaire. Een persoon die zich dr. Neumann noemde, had van de Tsjechische contra-spionnage de opdracht in Nederland een spionnagenet op te bouwen en kwam hier als contro leur van de boekhouding der Tsje chische ambassade, maar dit bleek maar een vermomming te zijn, want al gauw ontdekte de B.V.D. dat hij een uitstekende spionnage-training achter de rug had, getuige het feit dat hij steeds goed om zich heen keek wanneer hij zijn hotel verliet en af en toe zijn veter vastmaakte, om achter zich te kijken en ééns zelfs keerde hij resoluut op zijn schreden terug, om aldus zijn vol gers te misleiden; inderdaad, d:t zijn klemmende bewijzen voor een uitstekende opleiding! Maar niettemin kon men toch tenslotte constateren dat hij in ver binding stond met een Nederlander, zekere König, die enige jaren in Praag had gewoond en nu berichten doorgaf aan de Tsjechische Gehei me dienst. Deze berichtgeving ge schiedde volgens het systeem van de „dode brievenbus", er werd n.l. geconstateerd dat hij een ogen schijnlijk leeg sigarettendoosje de poneerde in een tramhuisje op één van de drukste punten in Den Haag. De B.V.D. echter wist dit doosje en het briefje in geheim schrift te foto-copiëren, en boven dien kwam men er achter dat het doosje in handen kwam van een handlanger van Neumann. Neumann liet zich ook vanuit Nederland een aantal onbeschreven prentbriefkaarten toezenden, waar in hij dan op zeer vernuftige wijze een micro-film met instructies ver borg; hij stuurde deze kaarten in Administraties Belastingen onder leiding van oud-controleur der belastingen. Grotestraat 180. Tel. 2475 WAALWIJK (in gebouw Nederl. H andel maatschappij.) een brief naar een bepaald adres, vanwaar deze kaarten dan als nor male ansicht-kaarten via de post naar König werden gestuurd. De Tsjechische militaire attaché's in Brussel werkten ook dapper mee en ook zij verzamelden inlichtingen en stelden hun handlangers vragen als: Opgave van de belangrijkste bruggen en viaducten in de ver keerswegen, de strategische ligging van de grote steden en meer van dergelijke vragen die een school jongen aan de hand van een kaart van Nederland kan beantwoorden. Men kan zich tenslotte met „De Tijd" afvragen: Waarom hebben deze spionnen zo opgewonden ge daan, als zij hetzelfde hadden kun nen bereiken op de gewone manier en zonder dat er iemand zijn neus in gestoken zou hebben? Als men dit alles leest, gaat men bijna den ken dat deze spionnen onze altijd maar met een scheef oog aange keken B.V.D., een pleziertje heb ben willen doen. Dat briefje aan de brievenbus in plaats van er in, wat een prachtkans voor een wakkere speurder om-het te ontdekken. Tot zover „De Tijd", en de Volkskrant tekent hierbij aan: de regering mag constateren dat een deel der Neder landse Pers haar officiële na een j kabinetszitting verstrekte mede- deling, tot goedkope verzinseltjes brandmerkt. Deze motie van wan- j trouwen kan de regering het een- j voudigst en doeltreffends afdoen door een roodboek op tafel te leg- j gen, een officiëel verslag met af- schriften der authentieke documen- j ten. Hoe het ook zij, deze hele ge schiedenis lijkt ons inderdaad toch ook wel een beetje al te opge schroefd en het ware beter geweest wanneer men de zaak eenvoudig had gesteld en niet had opgesierd met thema's uit een detective-ro- WETSONTWERP TOEZICHT CREDIETWEZEN. De minister van financiën heeft, na overleg met de commissie van rapporteurs uit de Tweede Kamer, een tweede nota van wijziging in gediend op het wetsontwerp Toe zicht op het Credietwezen. Hierin wordt voorgesteld de geldigheids duur van de wet voorlopig te be perken tot 1 Januari 1956, waarmee beoogd wordt ervaring op te doen met de toepassing van de wet. Het strijdpunt of de voor de Nederland se Rank gevraagde bevoegdheid tot het geven van algemene voorschrif ten een tijdelijk of een blijvend karakter moet hebben, kan dan te zijner tijd nader worden overwo gen. Ten aanzien van de bedrijfs economische voorschriften is be paald, dat voor ieder van de vier groepen credietinstellingen een commissie van advies wordt inge steld, te benoemen door de minis ter van financiën. POSITIE VAN DE GULDEN IS VERSTERKT. ,,Het vertrouwen in de gulden is de laatste tijd in hoge mate versterkt, al is van enkele zijde ook getracht wantrouwen te wek ken. In serieuze kringen wordt niet aan de gulden getwijfeldzei de minister van Financiën, prof. Lieftinck, onlangs in de Eerste Kamer bij de goedkeuring van het in Parijs ondertekende verdrag in zake oprichting ener Europese Betalings Unie. Het streven der regering is er zoveel mogelijk op gericht, de bin nenlandse koopkracht van de gul den stabiel te houden. Men kan zich echter niet geheel wat de prij zen betreft, afsluiten v,an geïm porteerde inflatie, die invloed kan hebben op de prijsontwikkeling in het binnenland zo vervolgde de minister. Op de vraag in hoeverre de re cente verbetering van onze beta lingsbalans van incidentele oor zaken afhankelijk is en in hoever re er een blijvende grondslag voor verbetering in zit, verklaarde de minister, dat deze vraag slechts met grote voorzchtigheid beant woord kan worden. De internationale toestand is zo onzeker, dat een reeks van facto ren voelbaar kan worden die op nieuw tot verslechtering van onze 'betalingspositie aanleiding zou kunnen geven. Toch meent de regering, dat de recente verbeteringen in de óm- tandigheden van meer blijvende aard zijn, hoewel er incidentele oorzaken zijn aan te wijzen, en dat er meer fundamentele krachten werken ter verbetering van onze positie. Ook in de doller-sector valt een duidcliike verbetering waar te nemen Wat de liberali satie betreft staat de regering op het standpunt, dat we in ieder geval niet verder moeten gaan dan 65 tot GO pet. DEVIEZENPOSITIE WEER VERBETERD. Uit de weekstaat van de Ned. Bank blijkt dat de deviezensitua- tie zich bevredigend blijft ontwik kelen. Ook in de afgelopen week werd een verbetering geconsta teerd. waardoor het totaal aan goud en deviezen is toegenomen van 1285 millioen tot 1333 inillioen. Eind Augustus j.l. was dit totaaal nog slechts 998 mil lioen. T.B.C.-FONDS VAN N.C.B. NOODLIJDEND. liet t.b.c.-fonds van de Noord- Brabantse Christelijke Boerenbond staat voor een tekort van 107.000 gulden, zo verklaarde de honds- adviseur van de N.C.B.rector W. Bekkers, in de vergadering van de boeren uit de kring Den Bosch. Als niet over de gehele linie ro yale medewerking wordt verleend, zal het fonds moeten worden ge liquideerd. auto wordt beschadigd, een der officieren van het gevolg wordt gewond. Op de terugreis besluit de troonopvolger deze officier in het ziekenhuis op te zoeken. Daartoe wordt de route, gewijzigd en hierdoor ontstaat misverstand. De auto stopt, rijdt achteruit. Uit de massa klin ken twee revolverschoten. De troonop volger, dodelijk getroffen in de nekslag ader, blijft kaarsrecht zitten; zijn vrouw, in de maag geschoten, valt tegen zijn borst. Nog gelooft niemand, dat beiden dood zijn; dat blijkt eerst, wanneer men na een dolle rit weer bij het gemeente huis is gearriveerd. Op de 28ste Juni 1914 schoot een Servische gymnasiast Aartsher tog Franz Ferdinand van Oostenrijk, de troonopvolger, en zijn gemalin Sophie van Hohenbejg tijdens een bezoek aan Serajewo neer. Die beide revolverschoten vormden de ouverture van een vernietigende kanonnade, welke vier jaren zou duren en millioenen mensenlevens zou eisen. Franz Josef, de beminde, hoogbejaar de keizer, met bakkebaarden zo wit als zijn generaalsuniform, is het levend sym bool van de Oostenrijks-Hongaarse dub belmonarchie. Conservatief, met een zwak voor tradities, wantrouwend tegen over alle nieuwigheden, voert hij struis vogelpolitiek ten aanzien van alle hem verontrustende verschijnselen. Dat helpt niet altijd. Het helpt niet wanneer hij staat bij het lijk van zijn zoon Rudolf, de kroonprins, onder nim mer geheel opgehelderde omstandighe den aangetroffen op het slot Mayerling naast dat van de jonge Marie Vfetsera, beiden gedood door revolverkogels. Het helpt niet wanneer hij staat bij het graf van zijn keizerin, de beeldschone, excen trieke en zwaarmoedige Elisabeth, de gevierde amazone, die in Genua door een anarchist met een roestige dolk is ver moord. Het helpt ook niet wanneer zijn neef Franz Ferdinand, thans troonopvolger, dwars tegen de Habsburgse huiswet in, een morganatisch huwelijk sluit met de vrouw waarvan hij houdt, een onaan zienlijk Boheems gravinnetje, Sophie Chotek, en zo de Keizer en de hele wormstekige hofkliek braveert. De redder van bet Keizerrijk. De weinige mensen in Oostenrijk, die oog hebben voor het steeds verder voort schrijdende verval van de Monarchie, hebben hun hoop gevestigd op Franz Ferdinand. Hij is de man, die de min derheden-kwestie niet door politie en soldaten, maar door een federatief sys teem wil oplossen. Hij probeert het le ger te re-organiseren, dat leger, dat van tradities aan elkaar hangt, waar de ene soldaat onder geen beding zijn knevel mag laten afscheren en de ander hem onder geen voorwaarde mag laten staan, maar dat niet klaar staat voor het voe ren van een moderne oorlog. Maar allen, die alleen maar oog heb ben voor het behoud van verworven voorrechten, die tuk zijn op het hoog houden van eigen standje, die alles bij niet dan met grote moeite wordt bereikt, dat beiden in dezelfde grafkelder mogen worden bijgezet... Het drama begint. Nu heeft de minister van buitenlandse zaken, de lichtzinnige dandy Graaf Berchtoldt, de kans waarop hij zo lang heeft gewacht. Nu zal men Servië op de knieën dwingen. De oude keizer, misleid door zijn raad gevers, tekent de oorlogsverklaring. Duitsland staat achter Oostenrijk. Maar Rusland mobiliseert. En Frank rijk ook. En tenslotte geschiedt wat men ruwe huid, ruwe handen, ruwe lippen Heel de wereld, nog met vacantie, schrikt op. In Servië juicht men onver holen. In Schönbrunn, het keizerlijk pa leis, is men minder luidruchtig, maar niet onvergenoegd. Nu is het uit met de nieuwlichterij, nu blijft alles gelukkig weer bij het oude. Keizer Franz Josef constateert, dat alles weer volgens de Habsburgse huiswet, welke zo zwaar werd geschonden, op zijn pootjes terecht is gekomen. En zelfs op de doden wreekt men zich... de katafalk van de hertogin staat lager dan die van haar gemaal en tot elke prijs had willen voorkomen: ook Engeland neemt, na de Duitse inval in België, de wapens op. Wereldoorlog I is begonnen. Noch de keizer, noch de moordenaar van de aartshertog, Princip, hebben het einde gezien. Beiden overleden, de een in een keizerlijk praalbed, de ander in de gevangenis, vóór op 11 November 1918 een Frans trompetter het signaal gaf, dat de slachting, welke vier jaren had geduurd, had opgehouden... (Nadruk verboden) L. K. het oude willen houden, omdat het vroe ger zoveel beter was dan nu, moeten niets van de Troonopvolger hebben. Hij zelf is een norse, in zichzelf gekeerde man, die alleen zich vriendelijk, zelfs liefhebbend toont tegenover enkele ver knochte medewerkers, zijn vrouw, voor wie hij zoveel heeft opgeofferd en zijn kinderen. De Zwarte Hand. De kinderen moeten thuis blijven, maar Sophie, thans hertogin Von Hohenberg, gaat mee, wanneer Franz Ferdinand de manoeuvres bijwoont in het door Oos tenrijk geannexeerde Bosnië. De annexa tie is door de buren, de Serven, met nauw verholen woede geduld. En de ex treme Servische nationalisten, georgani seerd in de geheime officieren bond „De Zwarte Hand", die ook de moord op koning Alexander van Servië op zijn geweten heeft, haat Franz Ferdinand; zijn federatief idegal bedreigt hun eigen grootse plan: Servië de baas op de bal kan. En zijn vooruitstrevende militaire opvattingen dreigen Oostenrijk tot een overmachtige nabuur te maken. Met een gfebrek aan tact, dat grenst aan minachting, besluit Franz Ferdinand een bezoek te gaan brengen aan de Bos nische hoofdstad Serajewo en wel op de nationale rouwdag van de Serven, de herdenking van de slag bij Kossovo „het merelveld", waar meer dan vijfhonderd jaar geleden de Serven bloedig werden geslagen. De Zwdrte Hand besluit om van deze gelegenheid gebruik te maken, de troon opvolger uit de weg te ruimen en weet haar handlangers, jeugdige nationalisten, kinderen nog, over de grens te smokke len. Twee schoten Troepen zijn er niet in Serajewo, daar heeft de Weense kliek voor gezorgd. De troonopvolger moet niet teveel verbeel ding krijgen. Hier en daar houdt een po litieman de dichte menigte op een af stand. Tijdens de tocht naar 't gemeente huis ontploft een bom vlak achter de auto van de troonopvolger; de volgende (II) In 1882 heeft Engeland ingegre pen in Egypte, tegen de zin van de minister-president, Gladstone, die niets voelt voor deze politiek. Maar de heldhaftige dood van Sir Charles Gordon Pasja, de verde diger van Khartoem, heeft het En gelse imperialisme een krachtige stoot vooruit gegeven. En Enge land gaat verder De Engelse regering kan zich natuurlijk beroepen op humane argumenten. In Centraal Afrika is het roversregime van dc- Mahdi aan de macht, de slavernij bloeit daar welig. En het komt goed uit, dat deze overwogingen parallel lopen met die van de textielman- nen in Lancashire, die grondstof fen nodig hebben en het oog slaan op de langvezelige Egyptische ka toen, die vooral in de Soedan wordt geoogst. Ook hier weer zijn het de om standigheden, die Engeland ver der voeren op het koloniale pad. Overlangs of dwars. Doortastende Britten willen de Afrikaanse peer overlangs door snijden en via een spoorweg Kaap stadCairo (droombeeld van Ce cil Bhodes) het vasteland van het zwarte werelddeel beheersen. Maar Frankrijk, dat zich aan de Westkust genesteld heeft, broedt andere plannen uit. Het wil even eens Afrika controleren, maar dan „overdwars" van West naar Oost. Italië heeft een greep gedaan naar Abessinië, maar de negus Menelik heeft bij Adoea de Itali aanse generaal Baratieri een ver pletterende nederlaag toegebracht. Frankrijk port Menelik aan. dóór te tasten en zijn gezag te vestigen op de rechteroever van de N'ijl. De Fransen willen dan van het Westen uit, door middel van een expeditie, op de linkeroever de tricolore planten. Is het toevallig, dat Menelik in het uitvoeren van deze plannen gehinderd wordt, doordat plotse ling in de provincie Tigre een op stand uitbreekt Valt het te ver wonderen dat boosaardige lieden daarin de hand van Engeland zien dat, als het zo te pas komt. het toeval gaarne te hulp komt Hoe het zij. Frankrijk zet door en in 1898 gaat de Franse kapitein .Marchand met een troep van 200 man het binnenland in. Op de 10e Juli van dat jaar bereikt hij de Nijl bij Fasioda en hijst daar de Franse driekleur. Kitchener avanceert. Engeland heeft inmiddels niet stilgezeten. Londen komt tot de conclusie, dat men de Mahdi daar in de Soedan niet langer zijn gang kan laten gaan. Lord Cromer, de feitelijke machthebber in Egypte, en de sirdar, Lord Kitchener, die later door zijn systematische ver- nietigingskrijg tegen de Boeren zich een droeve reputatie zal ves tigen hij vele Nederlanders, die met de Boeren sympathiseren, zijn het daar al lang over eens. In- plaats van Gladstone leidt thans .Toe Chamberlain de regering. Wanneer hij „de Egyptische rege ring", dat groepje marionetten, al le steun van Engeland toezegt, ontbreekt het in het Lagerhuis niet aan spottende opmerkingen, Maar Kitchener gaat op raars en zorgt er voor dat de aanleg van de spoorweg die hem met het achter land verbindt, gelijke tred houdt met de vorderingen van zijn troe pen. In enkele vernietigende slagen jaagt hij de Mahdisten op de vlucht, verplettert hij Omdoerman de kern van het leger van de Mah di, die tenslotte op laaghartige wijze, door vergiftiging, aan zijn eind komt. Gordon is gewroken Maar bij Fasjoda stuit Kitchener op het kleine troepje Fransen, dat daar stand houdt rondom de tri colore, Fransen en Engelsen beje genen elkander met de grootste beleefdheid, waaronder een bijna onverdraaglijke spanning schuil gaat. Groter is dan echter de span ning tussen Parijs en Londen. Hef tige nota's worden gewisseld. Maar tenslotte buigt Parijs het hoofd. Marchand krijgt orders zich terug te trekken. Terwijl Britse soldaten, strak in de hou ding, toezien, daalt de driekleur langs de vlaggemast omlaag. Frankrijks poging tot de beheer sing van Afrika is mislukt, Enge land zegeviert. Engeland beheerst de N{}1. Groot is de verbittering in Frankriik. Maar by Fasjoda is, hoe wonderlijk het ook lijkt, de kiem gelegd voor de Engels-Franse sa menwerking. die nu niet meer ge stuit wordt door botsing van be langen in Afrika. Koning Edward VII, een man die van een vrolijk leventje houdt en Parijs beschouwt als zijn twee de vaderstad, zal door persoonlijk initiatief de grondslag leggen van die „Entente Cordiale" op grond waarvan Fransen en Engelsen sa men aan de Som me de Duitsers zullen tegenhouden. Joe Chamberlain kan nu zijn plannen uitvoeren Op 19 Januari 1898 wordt afgekondigd, dat Egyp te en Engeland samen, in een ge meenschappelijke souvereiniteit, de -Soedan zullen beheren. Engeland is meester over de bronnen van de Nijl Lk". Wanneer U de goede hoedanig heden van Uw artikelen onder de aandacht van het kopend gubliek wilt breng- n Daarvoor staat De Fcho van het Zuiden te uwer beschikking. Dit nieuwsblad wordt, door dat het plaatselijk en regionaal nieuws brengt, niet gelezen maar „gespeld"., van a tot Z In die sfeer genieten ook Uw advert<nties méér dan ge wone belangstelling ende resultaten b-wijzen dat. Steek voor reclameplannen Uw licht eens op bi) de Grotestraat 205 WAALWIJK Telefoon 2621. Publicatie van „De Nederlandsche Nieuwsbladpers"

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1951 | | pagina 1