Waaïwijkse en Langstraatse Courant
de bouw vaa 95 woningen stagneert»
Met zes tegen vier stemmen
Café's op Zondag na 12 uur geopend.
Ernstige critiek op Polderbestuur.
Wel straatnamen, maar
Niettemin hopen B. W. van Waalwijk binnen
afzienbare tijd een oplossing gevonden te hebben.
f 109.000.— VOOR DE
WONINGBOUW.
Raad van Sprang-Capelle besluit:
DINSDAG 3 JUNI 1952.
Uitgever
Waaïwijkse Stoomdrukkerij
ANTOON TIELEN
Hoofdredacteur
JAN TIELEN
Dit blad
verschijnt 2 x per week
CHO HET ZUIDEN
75e JAARGANG No. 45
Abonnement
2.60 franco p. p.
18 cent per week
speciaal tarief.
2.35 per kwartaal
Advertentie-prijs
10 cent per m.M.
Contract-advertenties
speciaal tarief.
Bureaux GROTESTRAAT 205, WAALWIJK
TEL. 2621
OPGERICHT 1878
SCHOOLSTRAAT 11, KAATSHEUVEL.
TEL. 2121
TEL.-ADRES „ECHO"
Ongetwijfeld was het met een gevoel van teleurstelling dat bur-
meester Teijssen in de openbare raadsvergadering van j.l. Don
derdagavond moest mededelen dat de geldleningen die aangegaan
waren ter financiering van de 95 arbeiderswoningen die in de
St.. Antoniusparochie zouden worden gebouwd, niet te realiseren
bleken, zodat de uitvoering van de plannen stagneert. Met vrij
grote zekerheid echter verwachtte de burgemeester dat het col
lege binnen afzienbare tijd andere voorstellen ter financiering
zou kunnen doen.
Intussen zijn de namen voor de straten, waar deze woningen zul
len verrijzen, reeds vastgesteld.
Nadat deze vergadering, die de
raad Donderdag j.l. hield, en waar_
bij de lieer van den Hoven met
kennisgeving afwezig was, was ge
opend en de notulen van enkele
vergaderingen waren vastgesteld,
las de voorzitter een schrijven
voor van Mevr. W. M. van Mierlo-
Heessels, waarin zij de raad dank,
te voor het medeleven en de sym
pathieke belangstelling ondervon.
den bij liet overlijden van haar
echtgenoot, de heer J. H. van
Mierlo, in leven gemeentesecreta,
ris.
Na het voor kennisneming aan
nemen van een aantal ingekomen
stukken, hoofdzakelijk goedge
keurde raadsbesluiten, kon de
voorzitter meedelen, dat het aan
deel uit de nationale lening voor
de woningbouw, dat bij voorkeur
was toegekend aan de gemeente
Waalwijk, op heden 109.000.
bedroeg. Als reactie op de on
langs tot de bevolking gerichte
aansporing had men de laatste
dagen weer een aantal berichten
van storting ontvangen.
Het verzoek van de heer J. van
Hest, om ontheffing van zijn aan
slag in de hondenbelasting, werd
naar het college gerenvoyeerd,
hoewel de heer Dnyvelaar enige
wijziging in de gedragslijn van B.
en W. meende te moeten consta
teren aan de behandeling 'van dit
geval, vergeleken met een vorige.
Nadat de rechtstoestandverorde.
ning voor het gemeentepersoneel
zonder meer was gewijzigd, stelde
de voorzitter het voorstel tot vast,
stelling van straatnamen aan de
orde.
TRANSVAALSE BUURT.
Zoals wij enkele nummers gele
den al berichtten, heeft men voor
de nieuw aan te leggen straten ten
Oosten van de St. Crispijnstraat de
namen van een vijftal grote figiu-
ren uit de geschiedenis van Zuid-
Afrika gekozen
De heer Brouwer was het hier
volkomen mee eens, maar hij
vroeg toch ook de aandacht voor
de figuur van President Roosevelt,
die in de jaren 1940'45 een groot
aandeel had gehad in de bevrij
ding van Nederland.
De heer Duyvelaar was van me
ning dat, wanneer men de straten
geen Krugerstraat maar Paul Kru-
gerstraat, Jan van Riebeeckstraat,
President Steijnstraat enz. noemde,
deze namen veel meer tot de bevol,
king zouden spreken.
De heer Verdoorn vond het een
goede gedachte aldus uitdrukking
te geven aan de stamverwantschap
met het Hollands-Afrikaanse volk.
Bijzonder had hem de groepering
getroffen, in het midden de grond,
vester van de Hollandse nederzet
ting in Afrika Jan van Riebeeck
en daaromheen gegroepeerd de
kampvechters voor het verdrukte
Holland in Zuid-Afrika. Indien
mogelijk vroeg hij nog een plaats
woor de grote boerengeneraal
Uhristiaan de Wet.
In zijn antwoord zegde de voor
zitter toe, dat men de opmerkingen
van de heren Brouwer en Verdoorn
in de toekomst indachtig zou zijn.
Wat betreft de opmerking van
de heer Duyvelaar om aan de
straatnamen de voornamen van de
betreffende personen of het prae-
dicaat president of generaal toe te
voegen, wees de voorzitter er op
dat men steeds in de gemeente ge
tracht had de namen zo kort moge,
lijk te houden. Maar niettemin kon
hij de opmerking volkomen volgen
en ook de beide wethouders, hoe
wel de heer v. Heeswijk nog even
opmerkte dat het mogelijk in de
toekomst toch overbodig zou blij
ken deze nadere aanduiding er bij
te vermelden, omdat het daar toch
een soort Afrikaanse buurt zou
worden.
Deze opmerking verhinderde
echter niet dat het voorstel, aldus
gewijzigd, door de hele raad werd
aangenomen.
De punten 5 en 6 tot aan- en ver.
koop van grond, resp. aan de Bur
gemeester Moonenlaan en aan de
van Brederodelaan, gingen zonder
<>neer onder de voorzittershamer
door.
Het voorstel tot aankoop van
onroerend goed van het R.K.
Kerkbestuur te Besoijen voor het
bedrag van 4325.deed de heer
Kemperman vragen hoe het moge
lijk was dat eertijds dit besluit ge
nomen was tot een bedrag van
6000.- en de voorzitter ant
woordde dat de Directie van We
deropbouw en Volkshuisvesting
niet met deze prijs accoord had
/kunnen gaan en dat toen na over
leg met het Kerkbestuur het bedrag
bepaald was op 4325.omdat
het Kerkbestuur het belang van
deze transactie inzag. In de toe
komst zou op de betreffende plaats
een daorbraak tot stand moeten
komen
De heer Brouwer werd door de
voorzitter gerust gesteld met de
mededeling, dat het gemeentebe
stuur ter zijner tijd de volle aan
dacht zou besteden aan de belan
gen van de bewoners, wanneer het
zo ver kwam dat de nieuwe straat
daar zop worden aangelegd.
GELDLENING
BLEEK ONMOGELIJK.
In de vergadering van 4 April
j.l. had de raad het besluit geno
men drie geldleningen aan te gaan,
n.l. met de N.V. Verzekeringsbank
Victoria te Amsterdam tot een be
drag van 450.000.met de
Stichting Pensioenfonds voor de
Vervoer, en Havenbedrijven - tot
een bedrag van 300.000.en
met de Onderlinge Verzekerings
mij. 's Hage te Den Haag tot een
betrof nog
gunsti-
bedrag van 350.000.Deze le
ningen waren tot stand gekomen
door bemiddeling van de aannemer
tie fa. Schuurkens te Tilburg en
waren bestemd ter financiering
van de bouw van de 95 woningen,
die toen onderhands waren aanbe,
steed aan genoemde firma.
Thans moest de voorzitter me
dedelen, dat deze leningen, die
reeds de goedkeuring van Gedepu
teerde Staten hadden verkregen,
niet gerealiseerd konden wordffn.
Zeer spoedig hoopten B. en W.
echter een ander voorstel te doen,
dat de financiering van deze wo
ningen zou mogelijk maken en zelfs
noemde hij de vooruitzichten waar
■het rente enz
ger.
De heer Brouwer stelde de vraag
of dit inhield dat er dan een nieu
we aanbesteding zou plaats heb
ben het was immers mogelijk dat
-<B. en W. zich, nu deze leningen
niet tot stand waren gekomen, ont
slagen achtten van de verpliching
deze onderhandse aanbesteding te
handhaven.
De situatie, aldus de voorzitter,
blijft zoals ze was bij het komen
de voorstel zal wel blijken in wel,
ke vorm dit kan worden opgelost.
EEN RIJWIELPAD
LANGS DE KLOOSTERWET
Aan de orde kwamen voorts een
aantal begrotingswijzigingen, waar
van de eerste betrekking had op
de aanleg van een rijwielpad naast
de steeds meer gebruikte Klooster-
weg. Het rijwielpad was aan de
'Oostzijde van deze weg geprojec
teerd.
De heer Verdoorn informeerde
welk materiaal men zou gebruiken
en hoe het werk zou worden uit
gevoerd.
Waarop de voorzitter antwoord
de dat men betontegels zou ge
bruiken en het werk zou uitvoeren
in eigen beheer.
De heer Brouwer bracht de vraag
in het midden of het niet noodza
kelijker was eerst een wandelpad
aan te leggen Het rijwielpad zou
nu vlak langs de tuintjes van de
bewoners daar lopen; mogelijk kon
dit worden opgelost zoals dat in
de Fioris V-laan was gebeurd, eerst
een wandelpad en dan iets lager
'een rijwielpad.
De heer ,Meijs achtte dit niet uit.
voerbaar, daarvoor was de ruimte
veel te klein. Hem leek het wandel
pad primair.
De heer van Well wees er op dat
in de begroting 1950 de aanleg van
een rijwielpad door Ged. Staten
niet was goedgekeurd, wel de aan
leg van een wandelpad.
Inderdaad, aldus de voorzitter,
was aanvankelijk het plan een rij,
wielpad aan te leggen, maar hier
tegen bestonden bezwaren bij G. S.,
welke bezwaren nu niet meer gol
den, vandaar dit voorstel.
Het wandelpad zou eventueel
aan de Westzijde van de weg kun,
nen worden aangelegd.
Hij gaf de leden de raad Be
sluit U nu maar dit crediet voor
het rijwielpad beschikbaar te stel
den, dan zullen Burgemeester en
Wethouders wegen weten te vinden
om nagenoeg gelijktijdig het wan
delpad aan te leggen
En de raad volgde 'deze raad op.
De volgende begrotingswijziging
betrof het beschikbaar stellen van
een crediet van 475.30 voor een
nieuwe schrijfmachine, die nodig
was voor het gedeeltelijk copiëren
van het bevolkingsregister.
Voor verschillende scholen wer.
den bedragen beschikbaar gesteld^
als restant van de vergoeding oor
logsschade, zo voor de St. Petrus-
scholen 9345.22, voor de school
in de St. Crispijnstraat 6999.04,
voor de Christelijke School een be_
drag van 762.21, een verhoging
van een reeds eerder toegekend
bedrag voor het treffen van enige
voorzieningen.
De St. Theresiaschool zag zich
'n bedrag toegewezen van 8564.45
voor een uitbreiding met twee lo
kalen.
Destijds had de raad ook beslo
ten grond te verkopen aan de heer
André van Hilst, die op de hoek
Brederode. en Moonenlaan in de
vrije sector meende te bouwen.
Thans zou de heer van Hilst bou
wen met een herbouwplicht, zo
dat de grond verkocht moest wor
den aan degene op wiens naam de
herbouwplicht stond.
En nadat tenslotte de z.g. uitke
ringsregeling voor de ambtenaren
Van de gemeente opnieuw was
vastgesteld, i.v.m. de wachtgeld
en werkloosheids/verzekeringswet,
sloot de voorzitter de openbare
vergadering
De Raad van de gemeente Sprang-Capelle had Vrijdagavond
niet alleen een lange, maar ook een zware agenda af te wer
ken. Verschillende punten eisten een uitvoerige discussie. Daar
was direct al het verzoek van de caféhouders om hun café's op
Zondag na 12 uur geopend te mogen hebben. Ondanks krachtig
en principiëel verzet van met name de heer Ros, meende de
meerderheid van de raad dit verzoek te moeten inwilligen.
Voorts was er de kwestie van de riolering, waarover wethouder
Winkelman een uitvoerig exposé gaf, en naar aanleiding waar-
van de hele raad ernstige critiek uitoefende op het polder
bestuur, dat elke medewerking om deze kwestie op te lossen
weigerde. Bijzonderheden over het verloop van de vergadering,
die ondanks soms principiële tegenstellingen een prettig verloop
had, kunt U in het onderstaande verslag lezen.
SECRETARIS GEÏNSTALLEERD.
Nadat de voorzitter de vergade
ring had geopend met gebed, heette
hij de leden welkom, vooral de he
ren De Bas en Vos en hij sprak de
hoop uit dat de oorzaak waarom
zij lange tijd de vergadering niet
hadden kunnen bijwonen, zich niet
meer zou voordoen. Alleen de heer
Timmermans was afwezig.
De notulen van de drie vorige
vergaderingen werden vervolgens
vastgesteld en een aantal stukken
voor kennisgeving aangenomen.
Overeenkomstig het voorstel van
B. en W. werd aan de Chr. Lagere
Tuinbouwschool te Dussen een sub
sidie toegekend van 15.per leer
ling uit de gemeente.
Naar aanleiding van de toga voor
de Burgerlijke Stand, merkte de
voorz. op dat Ged. Staten het be
sluit eerst niet hadden goedgekeurd
vanwege de eis tot soberheid, maar
later omdat ze de aanschaffing een
rijkstaak achtten. De voorz. voegde
er aan toe dat omliggende gemeen
ten met spanning afwachtten hoe
dit geval in Sprang-Capelle zou af
lopen.
De heer Vos zei nog dat hij het
een eigenaardig besluit vond van
Ged. Staten, omdat in andere pro
vincies verschillende gemeenten
toch ook een toga hadden aange
schaft, wat de voorzitter beaamde.
Daarna ging de raad accoord met
het voorstel bij de Kroon in beroep
te gaan.
VOOR EN TEGEN GEOPENDE
CAFÉ'S.
Naar aanleiding van het verzoek
van de caféhouders, dat de voorz.
voorlas, voerde de heer Kraak het
eerst 't woord.
Hij was zeer teleurgesteld, want
hij had een voorstel van B. en W.
verwacht. Het café-bezoek op Zon
dag was niet verminderd, er had
alleen een verplaatsing van de in
komsten plaats. Vreemdelingen
klopten 's Zondags tevergeefs aan
en gingen dan naar Waalwijk of
Waspik en kwamen ook door de
week niet terug. Een frappant ge
val had de heer Kraak enkele we
ken geleden meegemaakt, toen hij
bezoek zou krijgen. Op de vier
sprong hadden zijn bezoekers ge
vraagd waar de heer Kraak woon
de, en toen was hun gezegd: „Ga
maar gerust terug, want in Capelle
mogen ze op Zondag geen bezoek
ontvangen". De geschiedenis ver
wekte algemene hilariteit in de ver
gadering. De heer Kraak verzocht
het verzoek van de caféhouders in
te willigen.
De heer Vos vond het niet pret
tig dat er weer op deze kwestie te
ruggekomen moest worden. Toen
hij raadslid werd, kwam ze al aan
de orde en nu was hij al 17 jaar lid
en gebeurde het nog. Hij zou niet
op de argumenten van dhr. Kraak
ingaan, maar als A.R. meende hij
dat de Zondag geheiligd moest wor
den en dat dus de café's gesloten
moesten blijven.
De heer Dekkers verklaarde zich
persoonlijk tegen openstelling van
de café's, maar hij wilde anderen
niet opleggen wat hij zelf voelde;
dat achtte hij dwang. Nu legde de
ene groep de andere Zondagsheili
ging op, en om zijn betoog kracht
bij te zetten haalde hij een bro
chure aan van een professor die
pleitte voor verdraagzaamheid.
Voorts vroeg de heer Dekkers zich
af wat voor practisch nut de slui
ting van de café's had. Grote drom
men trokken 's Zondags naar el
ders. Zijns inziens was het zondigen
voor verantwoording van de men
sen zelf. Hij meende dat hier een
taak lag voor de kerk, niet voor de
gemeente. Dat hij vroeger anders
had gestemd dan hij nu zou doen,
had een politieke oorzaak: hij wil
de aan het begin van zijn zittings
periode niet een dergelijk besluit
nemen en was met wethouder Win
kelman er voor geweest om later
op de zaak terug te komen.
De heer Genuït achtte zijn stand
punt voldoende bekend. Hij sloot
zich aan bij de heer Vos: zijn A.R.
standpunt eiste Zondagsrust en
-heiliging.
De heer Mayers verklaarde zich
eveneens op geloofsgronden tegen
openstelling.
PRINCIPIËEL BETOOG VAN
DE HEER ROS.
De heer Ros merkte op dat hij
indertijd, zoals bekend was, 't voor
stel om de café's op Zondag te doen
sluiten, naar voren had gebracht.
Niettemin kon hij zich het verzoek
van de caféhouders goed voorstel
len. Hij las echter in Gods Woord:
Wie vader en moeder liefheeft bo
ven Mij, is Mijner niet waardig".
Gods Woord was hem dierbaar, het
leerde hoe de zondaar met God ver
zoend kon worden. Hij vroeg zich
af of allen de Bijbel in huis hadden
en spoorde aan die te lezen en te
onderzoeken. Gods Woord werd te
veel gebezigd als een gewoon boek,
maar men .moest het biddend lezen
en onderzoeken. God wilde geëerd,
gevreesd en gediend worden. Wij
waren in Adam met God verenigd,
maar wij hadden Hem vrijwillig
afgeworpen, maar al veranderden
wij, God was niet veranderd, zei de
heer Ros.
De mens behoorde God te ge
hoorzamen krachtens de onveran
derlijke zedenwet, afgekondigd on
der donder en bliksem. Hij was ver
plicht zich tot die God te wenden.
En in het vierde gebod stond: Wees
gedachtig dat gij de Sabbathdag
heiligt. Volgens artikel 36 was elke
overheid geroepen Gods wet te
handhaven. Dat dit niet gebeurde,
was te betreuren. De heer Ros ci
teerde uit Vader Brakel op welke
manieren de Zondag geheiligd
moest worden en ontheiligd werd.
Uit die overtuiging was hij met 't
voorstel gekomen als een vader, die
de gemeenteraad toch voor de ge
meente was, en als leraar, om de
gelegenheid tot zondigen te voor
komen. Als de raad dat naliet was
hij schuldig voor Gods aangezicht.
De heer Kraak zei dat de heili
ging van de Zondag zijns inziens
een persoonlijke kwestie was. Vol
gens de Bijbel was men niet ge
rechtigd een ander te knechten.
De voorz. bracht, naar aanleiding
van wat de heer Kraak in het be
gin had gezegd, naar voren dat B.
en W. geen voorstel hadden gedaan
omdat het voorstel uit de raad was
gekomen en daarom hadden zij ge
meend de raad te moeten laten
spreken. Overigens voelde hij wel
een kriebeling om met enige heren
te discussiëren, maar hij wilde zich
daarvan onthouden.
Dhr. Ros repliceerde op de laatste
opmerking van de heer Kraak, dat
het geen knechten was. Hij had
voorgehouden wat Gód van hem en
de hele raad eiste, en men moest
gehoorzamen aan Gods Woord.
De voorz. meende dat de heer
Ros hem zou toegeven dat de mens
dit niet uit zichzelf kon. Er waren
mensen die de kennis niet in zich
hadden en dit anders zagen. Wilt
U ze dan laten uitvoeren, vroeg hij
de heer Ros, wat ze zelf niet ken
nen? Als de algemene opinie an
ders was, werd daar rekening mee
gehouden en als voorbeeld haalde
hij de scheidbrief aan die in de wet
van Mozes was vastgelegd om te
redden wat er te redden viel; daar
naast het feit dat de discipelen van
Christus op de Sabbath aren pluk
ten en opaten, terwijl wij op Zater
dag brood kopen, en hij besloot
hieruit dat men niet fanatiek moest
zijn en niet aan Prinzipienreiterei
moest doen. Hij meende dat er even
goede christenen als de heer Ros
waren, die er anders dan deze over
dachten. Hij voegde er echter aan
toe dat hij de overtuiging van de
heer Ros respecteerde.
De heer Ros antwoordde daarop
dat hij zich dit van al die mensen
goed kon indenken. Maar, zei hij,
als ik in een put ben gevallen en
ik ben er uitgekomen, dan ben ik
de eerste om een ander te waar
schuwen. God hield niet op, be
toogde hij verder, onvoorwaarde
lijke gehoorzaamheid te eisen, maar
wij kunnen niet omdat we niet wil
len. God eist niets wat we niet kun
nen. God eist van mij, van U, van
de hele raad te bekeren en hij was
van mening, geroepen te zijn Gods
Woord te handhaven.
De voorz. echter merkte op dat
de heer Ros niet op zijn argumen
ten was ingegaan.
De heer Ros zei dat hij niet op
die argumenten inging omdat het
toch beuzelargumenten waren, die
de mens bedacht om zich schoon te
praten.
De voorzitter: Zo kan iedereen
discussiëren.
De heer Ros van zijn kant zei dat
hij iedereen in eigen vrijheid liet,
terwijl in de verordening was vast
gelegd dat er op enkele plaatsen
gelegenheid was om te overnachten.
De voorz. ging nu echter verder
en merkte op dat de heer Ros had
gezegd dat de eis van God voor ie
dereen hetzelfde bleef, doch hij
ontkende dit op grond van Romei
nen I.
De heer Ros meende dat dit uit
sluitend betrekking had op de hei
denen die de Wet niet kenden.
De voorz. bleef evenwel ook op
zijn standpunt en gaf als zijn per
soonlijke opinie over de kwestie:
„Gaat heen en reinigt eerst het bin
nenste van de beker en dan het
buitenste". Als hij het kwaad in de
gemeente eens zag, wist hij niet of
de kwestie die de raad nu onder
handen had, de voornaamste wel
was. In de katechismus stond, dat
onder het negende gebod ook hoor
de lasterpraat, kwaad spreken e.d.,
die de eigen werken des duivels
werden genoemd.
De heer Ros zag het echter als de
taak van de raad te trachten het
kwaad zoveel mogelijk te beteuge
len. Vijf jaar geleden had hij dat
geprobeerd en er nu om een ver
zoekschrift van af te zien, achtte
hij niet juist.
De voorz. bracht echter het ver
zoek van de caféhouders in stem
ming en toen bleek dat de heren
Dekkers, Winkelman, Kraak, De
Bas, De Rooy en Oerlemans er voor
waren om het in te willigen, ter
wijl de heren Mayers, Genuït, Ros
en Vos tegen stemden. Het verzoek
was dus met. zes tegen vier stem
men ingewilligd en de politie-ver-
ordening zou in die geest gewijzigd
worden dat de café's op Zondag na
12 uur geopend zouden mogen zijn.
WONINGEN IN SPRANG
ÉN CAPELLE?
Met punt 4 (zie ons vorig num
mer) ging de raad zonder meer ac
coord.
Naar aanleiding van het voorstel
van B. en W. om twee blokken van
zes woningen op dezelfde plaats in
Sprang te bouwen (punt 5), be
toogde de heer De Bas dat hij het
argument dat het goedkoper zou
zijn op één plaats te bouwen, niet
kon onderschrijven. Dat zou mis
schien wel het geval zijn geweest
bij dertig woningen. Het was nu
misschien zelfs voordeliger op ver
schillende plaatsen te bouwen.
De heer Genuït was blij dat vast
met een gedeelte van het bouwvo
lume kon worden begonnen. Hij
drong er bij B. en W. op aan te
trachten zo spoedig mogelijk ook
de rest gerealiseerd te krijgen.
De heer Dekkers was 't eens met
de heer De Bas.
Wethouder Winkelman merkte op
dat, als bij aanbesteding zou blij
ken dat er geen verschil was in
prijs, er zijnerzijds geen bezwaar
was de woningen te verdelen.
De heer Dekkers vroeg nog hoe
het stond met het bouwrijp maken
van de grond in Capelle. Was er
ook gedacht aan de kom van Ca
pelle? want de open plaats was de
bevolking een doorn in het oog.
De voorz. zei dat de raad had be
sloten de eerste woningen in Sprang
te bouwen. Daar hadden B. en W.
zich aan gehouden, volgend jaar
kon dan in Capelle gebouwd wor
den. Hij was er van overtuigd dat
het bouwen op één plaats goedko
per was. Maar er zou in massa en
gesplitst aanbesteed kunnen wor
den, een gedeelte in Sprang en een
gedeelte in Capelle. Wat het goed
koopste was, zou dan gedaan kun
nen worden.
Dat er in de kom van Capelle een
open plek was, ontkende de voorz.
Er was een woning gebouwd, er zou
er nog een gebouwd worden en de
gemeente trachtte nog een bouw-
plicht over te nemen. Ook had de
gemeente nog getracht daar grond
te kopen. De eigenaar vroeg echter
2000 en er zat veel laagveen,
waardoor de bouwkosten per huis
wel 2000 hoger konden worden,
waardoor de huurprijs te hoog be
rekend zou moeten worden.
De heer Oerlemans zou het op
prijs stellen als in de kom van Ca
pelle bij gelegenheid nog midden
standswoningen gebouwd zouden
worden. Bovendien zou hij het op
prijs stellen, ook al kwamen alle
woningen in Sprang, dan toch in
twee gedeelten aan te besteden om
de plaatselijke aannemers een kans
te geven.
De voorz. adviseerde dit niet te
doen, de gemeente was geen instel
ling tot onderhoud van de aanne
mers. Later maakte de heer Oerle
mans er een voorstel van, doch dit
werd niet gesteund.
De heer Genuït meende dat er
op de open grond in Capelle niet
gebouwd was, omdat er geen mid
denstandswoningen gebouwd moch
ten worden, doch de voorz. zei dat
nu de huren te hoog zouden wor
den.
De heer De Bas meende dat Den
Haag nooit de extra kosten voor 't
bouwrijp maken zou goedkeuren als
de gemeente andere grond had. Er
was alleen een kans als de gemeen
te die bouwplicht kon overnemen
en de voorz. zag nog een mogelijk
heid in particuliere woningbouw.
Voorts deelde hij mee dat aanvan
kelijk het plan had bestaan in de
Julianalaan twee woningen te bou
wen, één voor de heer Vos en één
voor de secretaris. De secretaris
was nu echter zeer tot zijn genoe
gen behuisd en dus was dit punt
niet meer urgent, zodat er nu in de
Julianalaan twee woningen voor
anderen gezet konden worden.
Hierna ging de raad met 't voor
stel van B. en W., gewijzigd naar
aanleiding van de opmerking van
de heer De Bas, accoord.
De punten 6, 7 en 8 boden geen
stof tot discussie en gingen zonder
meer onder de hamer door.
GEEN GELDEN VOOR DE
DE C.V.O. SCHOOL.
Met het voorstel om aan deC.V.O.
School te Sprang een bedrag van
11060 beschikbaar tes tellen voor
nieuwe schoolbanken, kon de heer
De Bas zich niet verenigen. Hij
vroeg zich af ho emen in deze tijd
om zo'n bedrag durfde te komen.
Bovendien was er geen schriftelijke
goedkeuring van de inspecteur.
Dan zou er nog geld geleend moe
ten worden, terwijl de gemeente
niet eens kon bouwen.
De heer Dekkers vroeg of het
bedoeld was als algehele vernieu
wing. Vorig jaar was echter de
school nog van a tot z opgeknapt.
Als de goedkeuring van de inspec
teur kwam, was het nog een vraag
of hij zijn stem aan het voorstel
zou geven. Hij was een voorstander
van de christelijke school, maar
op zo'n manier meende hij dat de
openbare school werd achterge,
steld.
Zowel de voorzitter als wethou
der Winkelman onderschreven de
bezwaren van de heer De Bas
De heer Ros vroeg of de school,,
banken inderdaad versleten waren
of ondoelmatig of nog niet een
jaar of twee mee konden.
De heer Genuït vroeg of het ver
nieuwing was dan wel inrichting
van enkele lokalen. In het laastte
geval zou hij zijn stem wel aan het