Waalwijkse en Langstraatse Courant
Gemeenteraad Loonopzand.
Tijd van verbrande ruggen en doorgelopen voeten
Het Provinciaal Anjerfonds Noord-Brabant
Zomer vacantie.
om maar niet te spreken van examens.
Reorganisatie van het Burgerlijk Armbestuur
te Loonopzand
en Herziening der Straatnamen.
De Jaarlijkse Aetie van
MAANDAG 16 JUNI 1952.
Uitgever
Waaiwijkse Stoomdrukkerij
ANTOON TIELEN
Hoofdredacteur
JAN 'HELEN
Dit blad
verschijnt 2 x per week
75e JAARGANG No. 49
Abonnement
2.60 franco p. p.
18 cent per week
speciaal tarief.
2.35 per kwartaal
Advertentie-prijs
10 cent per m.M.
Contract-advertenties
speciaal tarief.
Bureaux GHOTE STRAAT 205, WAALWIJK TEL. 2621
OPGERICHT 1878
SCHOOLSTRAAT 11. KAATSHEUVEL.
TEL. 2321
TEL.-ADRES „ECHO"
We staan vandaag welgeteld 9 da
gen voor de algemene verkiezingen, die
men dient het zich zo langzamerhand
te realiseren op 25 Juni worden ge
houden. Zijn verkiezingen al zelden een
wereldschokkende gebeurtenis, in Neder
land brengen ze het gemeenlijk niet eens
tot het schokkende. Alles wat hier niet
het parlement samenhangt kabbelt gelijk
een landelijk beekje voort en zelfs het
vuur dat losgeslagen wordt bij de ge
meenteraadsverkiezingen de enige ge
legenheid waarbij de persoon iets meer
ter zake doet kan bezwaarlijk als
laaiend worden beschouwd. Hartstocht is
de Nederlander in politicis blijkbaar
vreemd.
Het zal wel in onze aard liggen, want
ons volk is door de bank genomen nogal
nuchter en verdraagzaam en men zou
nog een hele reeks andere eigenschappen
kunnen noemen die in dezelfde sfeer lig
gen en bij de een of andere gelegenheid
opgemerkt kunnen worden. Dat het Ne
derlandse parlement het saaiste wordt
genoemd van Europa zal hier ook wel
niet helemaal vreemd aan zijn. In dit
opzicht is er een opmerkelijke wissel
werking tussen volk en volksvertegen
woordiging, want het is de vraag of het
parlement zo saai is omdat het volk zo
weinig meeleeft of dat het volk zich zo
weinig voor parlementaire zaken inte
resseert omdat zijn vertegenwoordigers
de politieke gerechten zo helemaal zon
der jus opdienen. In ieder geval, als wij
ons goed herinneren, gloeide er een vonk
je van belangstelling toen het kabinet-
Drees-Van Schaik op springen stond en
het parlement zelfs in de huiskamer werd
gebracht.
Nu willen we helemaal niet zeggen
dat voor een „goede" gang van zaken
de verschillende politieke partijen en hun
aanhangers elkaar in de haren zouden
moeten vliegen. Evenmin willen we plei
ten voor volksmennerij, temeer niet om-
dat we daartegen nog onlangs bezwaren
hebben ontwikkeld. Dat neemt niet weg
dat er wel iets anders te beleven zou
kunnen zijn dan wat wij voorgeschoteld
krijgen. Want goed beschouwd is er
voor ons al heel weinig te beleven. Hier
en daar verschijnen schuchter affiches,
die u min of meer welsprekend uitnodi
gen op die of die partij te stemmen,
kamerleden houden spreekbeurten, waar
bij ze elkaar min öf meer zachtzinnig in
de haren vliegen, maar de rest is alles
pais en vree, tenminste in onze contreien.
Nu leven wij hier ook niet in het cen
trum van het politieke slagveld, maar
afgezien van een iets minder schuchtere
propaganda schijnt er in die centra even
min een hevige strijd te woeden.
Natuurlijk zijn daar wel oorzaken voor
aan te geven. We spraken al over onze
volksaard die over het algemeen wars
is van tam tam. Maar het is vooral de
samenstelling van het Nederlandse volk
die van invloed is op de politiek. Elke
partij heeft zo zijn vaste aanhangers en
stemmers, welke laatste zich wel buiten
de partij houden, omdat ze er het nut
eigenlijk niet van inzien, of het lidmaat
schap te duur vinden, maar er toch op
stemmen, wat ze genoeg vinden. In prin
cipe 'kan men er over vechten of dit
standpunt te billijken is, in de practijk j
verdient het om verschillende redenen
voorkeur om kleur te bekennen dan wel
actief steun te verlenen. De geringe ver
schuivingen tussen de politieke partijen
onderling is mede een gevolg van de
nauwe samenhang tussen confessionele j
en politieke gezindheid van de Neder
lander.' In vele landen staan die vrij los
van elkaar en ook in Nederland tracht
men het politiek en confessioneel begin
sel gescheiden te houden. Men kan er
lang en breed over discussiëren in hoe
verre dat lukt, het is een feit dat velen
-zo niet de meesten hun politieke
standpunt bepalen overeenkomstig hun
confessionele gezindheid, wat uiteraard
in hoofdzaak voor de christelijke partij
en geldt. Het lijdt overigens geen twijfel
dat ook de andere partijen daarvan de
weerslag ondervinden.
Dit houdt in dat er voor eigenlijk ge
zegde verkiezingsstrijd niet zo bar veel
ruimte meer overblijft, een niet onaan
nemelijke verklaring tevens voor de tam
me beweging die we waarnemen. De
discussies gaan dus meer over wat er
na de verkiezingen staat te gebeuren
dan over beginselen en programma's. Het
lijkt er op alsof men redeneert: De kie
zers staan op hun (confessioneel) stand
punt en brengen dienovereenkomstig hun
stem uit, wat zullen we ons een over
bodige taak opleggen? De weinige pro
paganda die er gemaakt wordt is dan
voor de weifelaars, die op het laatste
moment nog hun stem geven aan de
meest biedende.
Opmerkelijk in dit verband is dat er
meer leven in de brouwerij komt, zo
gauw de discussie werkelijk op politiek
niveau komt. Prof. Romme en de heer
Weiter bewijzen het. Ze huldigen het
zelfde confessionele principe, maar ze
plegen elkaar vooral de laatste tijd nog
al eens in de politieke haren te vliegen.
Dit kan helemaal geen kwaad voor de
kiezers als dat bijdraagt tot het verdui
delijken van standpunten. Als het echter
niet veel meer is dan geharrewar en een
partij haar zwakheid moet camoufleren
met alleen maar grapjes, heeft men e,r
niet veel aan. Desalniettemin is er iets
leven in gekomen.
Zeer waarschijnlijk zal het Neder
landse volk op 25 Juni zijn standvastig
heid weer bewijzen. Mogelijk zal er een
kleine verschuiving plaats hebben, ten
gevolge van kleine of grote ontevreden
heid, maar over het algemeen vaart ons
schip van staat al jaren ongeveer de
zelfde koers, met kleine afwijkingen
naar links of rechts, en het is te ver
wachten dat er in die koers niet veel
wijziging, zal komen. Het politiek steek
spel beg'int daarna pas, maar dat is een
volgend hoofdstuk.
Het lijkt ofwel gemeen, ofwel cynisch op dit ogenblik te
gaan spreken over specifiek zomerse attributen als hier
boven genoemd. Gemeen als er leedvermaak achter steekt,
nu idem zoveel procent van het Nederlandse volk zit te
vossen voor een examen, of het zwaard van Damokles al
boven zijn hoofd voelt; cynisch als het bedoeld is als troost
voor dezelfde niet onbelangrijke categorie, wanneer men
meelijdt of weet wat het zeggen wil slachtoffer te zijn van
de Nederlandse diplomarage. Als troost willen we echter
slechts opmerken dat in dit opzicht niemand alleen staat,
zoals men bij elk examen kan constateren.
VOLMAAKT ACADEMISCH.
We zullen dus trachten niemand
te ergeren en mocht iemand
zich enigszins geprikkeld gevoelen,
dan wete hij of zij dat het niet zo
bedoeld is. Want deze beschouwing
over zomer, vacantie en wat daar
bij hoort, is volmaakt academisch,
nademaal ook onze vacantie nog in
het verschiet ligt en mochten wij
geen sfeer weten te scheppen, dan
wijte men dat daaraan en aan de
omstandigheid dat men pas in va-
cantiestemming is, wanneer die pas
of nog niet zolang gepasseerd is.
Maar dat onze vacantie nog min of
meer verwijderde toekomst is, wil
niet zeggen dat we zo langzamer
hand in de tijd beginnen te komen.
Waarmee ook weer niet alles gezegd
is, zoals uit het bovenstaande blijkt.
Het is daarom eigenlijk merk
waardig dat voor ons de zomer on
verbrekelijk is verbonden met de
idee van zon en vacantie. Want
wanneer de zomer in aantocht is,
vergeten wij gemakshalve maar,
dat er dikwijls meer zon te vinden
is buiten het seizoen en dat de
schade in het gunstigste geval be
perkt blijft tot een paar stramme
henen en geradbraakte armen.
Over verbrande ruggen en door
gelopen voeten, spreken we dan,
maar niet, want die zijn zo gewoon
dat ge ze nauwelijks nog onder de
schade kunt rekenen.
Men zie ons ondertussen niet voor 'n
nurks aan, die zijn vacantie bedor
ven vindt door een beetje ongemak
erna. Alleen dringt zich de vraag
op waarom men tijdens zijn werk
zoveel minder kan lijden dan onder
de vacantie. Ge hoeft niet direct te
veronderstellen dat een mens zo'n
verschrikkelijke hekel heeft aaij
werken dat hij er gewoon kleinze
rig door wordt; dat zou kleinzielig
zijn. Het is wel een aanwijzing in
welke richting we het vacantie-
element moeten zoeken: niet per se
in het vrij zijn, al hoort dat er bij;
niet in het zalig nietsdoen, al ver
staat iedere Nederlander het Ita
liaans van dolce far niente; niet op
de eerste plaats in de lichamelijke
rust, want daar biedt uw bed iedere
nacht overvloedige gelegenheid toe.
Ge moet er echter op de eerste
plaats voor zorgen dat uw geest vrij
is, dat ge los komt van de beslom
meringen des dagenlij ksen levens,
van de personen en dingen waar
mee ge het hele jaar omgaat, van
de omgeving waarin ge altijd ver
keert. Daarom kunt ge onder uw
vacantie gerust een vermoeiende
reis maken, als ge maar zorgt dat
ge weer op adem bent als -ge terug-
1 komt.
i Het bovenstaande lijkt een beetje
op een gebruiksaanwijzing voor uw
vacantie. Mij gelieve het niet als
i zodanig te beschouwen, want men
binde zich niet aan overbodige re-
I gels. We hebben slechts willen aan-
tonen dat vacantie eigenlijk onont-
j heerlijk is en daarom verantwoord.
PROBLEMEN.
Er zijn nog maar weinig dingen
meer in deze wereld die geen pro
blemen opwerpen. Tussen haakjes,
een reden te meer om er zich eens
een enkele keer van te ontdoen.
Maar ondertussen is zelfs de va
cantie niet meer probleemloos.
Men trekt er niet zo maar meer
op uit, Gods water over Gods land
latende lopen. En nu bedoelen we
niet dat er plannen gemaakt moe
ten worden, want dat kan op zich
zelf al een ontspanning zijn. Om
echter enkele voorbeelden te noe
men: er is weinig aanleiding u te
ergeren wanneer ge er opmerkzaam
op wordt gemaakt dat het verboden
is zich buiten de paden te begeven
enz. en te roken, want wie voelt er
niet een kriebeling als hij de hon
derden bordjes „Verboden Toe
gang" ziet, waardoor grote stukken
van ons bos- en heidegebied ontoe
gankelijk worden gemaakt? Een
j ander probleem is: wanneer vacan-
tie te houden. Om dat alles in één
I opzicht op te lossen, heeft men de
j vacantie-spreiding uitgedacht. Niet
allemaal tegelijk, want dan loopt
ge elkaar in de weg en overbelast
j ge diverse diensten en zo verder,
i Vroeger ging lang niet iedereen op
vacantie, en al ging' men, dan bleef
het nog dikwijls bij dagjes uit. Nu
is dit allemaal anders en reist
haast iedereen, hoe verder hoe lie
ver. Een nieuwe bron van proble
men. Want Europa bestaat nog
steeds uit een aantal afzonderlijke
staten waar ge niet zonder een aan
tal papieren binnen komt en dan is
het nog: wie zal dat betalen, zoete
lieve Gerritje, of liever: hoe zult
ge het betalen? Want deviezen zijn
vreemde en kostbare dingen, maar
onmisbaar.
Toch zijn er maar weinigen die
zich door al die rompslomp laten
afschrikken, en dat is maar goed
ook. Het is een dankbaarder werk
moeite te doen voor Uw eigen ge
noegen, dan voor een hoop andere
dingen waar ge tenslotte zelf wei
nig aan hebt. En hoewel officiële
instanties meestal niet de aange
naamste plaatsen zijn om terecht te
komen, zijn ze op dit gebied al wel
zoveel gewend, dat ge vlot gehol
pen wordt.
We hebben overigens nog niet ge
sproken over de duurte, maar het
is een vraag of men zich daar nog
door laat afschrikken, want het
wordt U van alle kanten zo gemak
kelijk gemaakt en de reisbureaux
wedijveren om U zo goedkoop mo
gelijk zo ver mogelijk weg te bren
gen, zodat ge haast een buitenbeen
tje zoudt worden als ge Uw vacan
tie binnenslands doorbrengt.
Tenslotte hebben wij voor ons
nog een apart probleem en we we
ten heus niet in hoeverre en door
hoe velen dit wordt gedeeld. Het is
de snelheid waarmee men tegen
woordig reist. O, men verdenke ons
niet dat wij niet zouden durven
vliegen; de practijk zou dat moeten
uitwijzen en ze heeft dat nog niet
gedaan. Nee, daar gaat 't niet over,
maar wij worden ernstig bezig ge
houden door het feit dat naar ge
lang de snelheden groter worden,
de afstanden verhoudingsgewijs in
krimpen, en kondt ge U vroeger al
op een afstand van vijftig kilometer
veilig voelen, tegenwoordig zijn
twee duizend kilometer nog niet ver
genoeg. Waar moeten wij heen als
we in Rome zitten en men kan in
een straalvliegtuig binnen ander
half uur bij ons zijn. Dan zijn we
dus op een afstand van 2000 km.
nog niet uit onze omgeving weg,
hetgeen voor ons toch één van de
hoogste vacantiegeneugten is. Daar
om zijn we van plan, als het een
maal zo ver is dat we er op uit
trekken, het langzaamste vervoers
middel te nemen, dan hebben we
tenminste persoonlijk de illusie dat
we een behoorlijk eind uit de buurt
zijn. En daar komt het toch maar
op aan.
INDUSTRIE.
Ge zoudt zo zeggen: vacantie, ge
houdt dat of ge doet het niet en
daarmee uit. Ook dat is niet het ge
val, want er is veel veranderd. Men
heeft een vreemdelingenindustrie
opgebouwd en drijft een touristen-
handel. Wie het meest biedt en het
minst vraagt is de baas, en zo kan
het gebeuren dat gij Uw goede va
cantie hebt te danken aan iemand
die daar hard voor moet werken.
Nu ja, een andere keer gaat het.
misschien weer andersom. Het
maakt wel duidelijk dat vacantie
niet zo maar een schoolbegrip is,
zoals we vroeger, toen we daarvan
profiteerden, mogelijk dachten; het
is een bedrijf geworden, waar de
welvaart van een land voor een
gedeelte afhankelijk van kan zijn.
Of dacht ge dat al die festivals zo
maar een aardigheidje waren, om
dat die mensen hun genoegen in
muziek, toneel en dans niet op
kunnen! Evenmin als er natuurpar
ken zijn om de natuur alleen, zijn
er festivals om het feest alleen en
hoewel ze er niet naar heten, dan
ken ze hun bestaansrecht voor een
groot deel aan het zakelijk element.
Schoonheid zonder nevenbedoeling
schijnt er niet zo heel veel meer te
zijn in deze wereld en men kan
daar desnoods vrede mee hebben
als de schoonheid niet lijdt onder 't
beoogde effect. Daarom is mis
schien toch nog Gods vrije natuur
het kostbaarste object voor Uw va-
cantie-plannen, maar het is heel
goed mogelijk dat men iets anders
verlangt en als ge toch op vacantie
gaat, moogt ge er een ander ook
wel iets aan laten verdienen.
Och ja, verbrande ruggen brengt
de zomer nog wel mee, meer dan
vroeger, maar doorgelopen voeten
lijken eerder een herinnering aan
een romantisch verleden toen men
er nog op uit „trok". Nu reist men
in glanzende sleeën, in comfortabele
bussen, in luxueuze vliegtuigen of
in snelle treinen. Zelfs begint de
bromfiets al een ernstige concur
rent voor de fiets te worden, maar
wij zijn van plan de strijd met en
voor onze fiets zo lang mogelijk vol
te houden. Er moet tenslotte toch
nog iets sportiefs aan de vacantie
blijven
En mocht het ook deze zomer
mislopen met het weer zoals vo
rig jaar troost U dan met de
overweging dat er tenminste één
ding onafscheidelijk met de Neder
landse zomer is vergroeid: het exa
men.
In de vergadering van de raad der gemeente Loon op Zand,
waarvan wij in ons vorige nummer reeds de agenda plaatsten,
zijn de diverse punten als volgt toegelicht door B. en W.
Voorstel tot vaststelling ener ver
ordening tot heffing van opcen
ten op de hoofdsom der persone
le belasting voor het belasting
jaar 1952/'53.
B. en W. stellen voor het aantal
opcenten personele belasting te
stellen op 150, evenals vorig jaar.
Voorstel tot het aangaan van een
geldlening, groot 500.000.- voor
de tijd van 13 maanden.
Van een niet nader te noemen
geldgeefster bereikte B. en W. een
aanbieding voor een geldlening ten
bedrage van 500.000.- voor de tijd
van 13 maanden en tegen een rente
van 2Vs% per jaar.
Gezien de behoefte aan financie
ringsmiddelen zowel voor reeds ge
dane kapitaalsuitgaven, gefinan
cierd met vlottende middelen als
voor betalingsverplichtingen voort
vloeiende uit nog in uitvoering zijn
de kapitaalswerken enz., is 't zeer
gewenst om op deze aanbieding in
te gaan.
Daarenboven geeft deze lening
een niet onaanzienlijke rentebespa
ring ten opzichte van de lopende
rekening-courant-overeenkomisten.
B. en W. stellen derhalve voor
om tot het aangaan dezer lening te
besluiten.
Voorstel tot het continueren van
de rekening - courant - overeen
komst met de N.V. Bank voor Ne
derlandse Gemeenten te 's-Gra-
venhage.
Tot 1 Januari j.l. bedroeg het cre-
diet in rekening-courant bij gemel
de Bank 1.600.000.Thans is
medegedeeld dat dit crediet van 1
Januari tot 1 April 1952 zal bedra
gen 950.000.en daarna tot 31
December maximaal 150.000.—.
Hoewel B. en W. van mening zijn
dat het geoffreerde crediet veel te
gering is om in de bestaande be
hoefte, o.m. omvattende de betaling
van termijnen van kapitaalswerken
welke reeds vóór 16 April 1951 in
uitvoering waren, te voorzien, ware
het crediet voorlopig te aanvaar
den.
Inmiddels zal worden getracht
om bij de Bank aan te tonen dat de
betreffende bedragen ontoereikend
zijn om aan alle verplichtingen te
voldoen.
Verzoek van het bestuur der R.K.
Meisjesschool „St. Gerlachus",
Gasthuisstraat 11 te Loonopzand,
om beschikbaarstelling van gel
den voor de aanschaffing van
nieuwe schoolbanken en leermid
delen.
Het verzoek wordt hiermee ge
motiveerd, dat zich voor het 7e en
8e leerjaar per 1 September e.k.
47 leerlingen hebben aangemeld,
terwijl dit aantal tot heden niet
meer dan 38 bedroeg.
De aanwezige zitplaatsen en leer
middelen zijn thans niet meer toe
reikend.
Genoemd bestuur verzoekt daar
om gelden toe te staan tot aanschaf
fing van meubelen en schoolartike-
len, waarvan de kosten geraamd
worden op 851.
De inspecteur heeft geen bezwaar
tegen inwilliging van de aanvraag.
B. en W. geven in overweging de
gevraagde medewerking te verle
nen.
IOnze streek dient het antwoord klaar te H
hebben op de grote steun die zij van het
fonds genoot.
Enkele weken geleden hebben wij in een artikel uiteengezet met
welk doel het Prins Bernhardfonds, onderverdeeld in Provinciale
Anjerfondsen, bestaat. Wij hebben er toen op gewezen hoe groot
de verdiensten waren van dit fonds, dat de culturele zelfwerk
zaamheid van het Nederlandse volk wil stimuleren voornamelijk;
dat dus waakt over onze harmonieën en koren, over onze toneel
gezelschappen en openluchtspelen, over onze oude gilden en onze
folklore, kortom, dat zich in de weer stelt voor de cultuur, en
dan de cultuur zoals die leeft onder en in stand gehouden wordt
door het volk.
WEER NIEUWE SUBSIDIES.
Dit streven kan niet anders dan
onze sympathie en onze steun heb
ben en daarom kost het ons geen
moeite te schrijven over de grote
actie die met name het Provinciaal
Anjerfonds Noord-Brabant gaat
voeren, en daarom ook zal het U
geen moeite kosten Uw daadwer
kelijke aandacht te tonen voor deze
actie.
In het collecte rooster 1952 is de
periode van Maandag 16 Juni tot
en met Zondag 29 Juni 1952 gere
serveerd voor de grote landelijke
en provinciale actie van Prins
Bernhardfonds en Anjerfondsen.
Meer bijzonder zal deze actie ge
voerd worden -s^nd de verjaardag
van Prins Bernhard, in het week
end 28/29 Juni.
We menen wel te mogen zeggen
dat het vorige jaar een bijzonder
gunstig jaar is geweest voor het
Anjerfonds in onze provincie op
de eerste plaats was daar de suc
cesvolle grote loterij, die uitgroei
de tot een edele wedloop tussen
veel Brabantse gemeenten en die
een opbrengst had van 96.000.
daarnaast bracht de Anjeractie '51
een bruto-bedrag van 35.272.
op. Sinds 1948, toen het Prins
Bernhardfonds onderverdeeld werd
in provinciale afdelingen heeft de
opbrengst van de jaarlijkse, actie
een zeer sterk stijgende lijn te zien
gegeven, en dit is de reden dat het
bestuur, waarvan de Commissaris
van de Koningin, Prof. Dr. J. de
Quay, de zeer ijverige voorzitter
is, in 1952 een opbrengst verwacht
van 40.000.—, hetgeen 3% cent
per inwoner betekent.
Het voornaamste onderdeel van
deze actie zal wederom de speld
jesverkoop zijn. Deze verkoop le
verde in vorige jaren zeer goede
resultaten op. Laat iedereen zich
ook dit jaar weer met de anjer
sieren.
Voor financieel meer draagkrach-
tigen en vooral ook voor bedrijven
blijft de inzamelingslij st het aan
gewezen middel, om in deze dagen
de actie krachtdadig te steunen.
Bovendien is deze te meer aantrek
kelijk omdat geen schenkingsrecht
verschuldigd is en vennootschap
pen giften mogen boeken als be-
drijfsonkosten.
Naast deze twee beproefde me
thodes heeft het bestuur van het
Anjerfonds een nieuw middel in
het leven geroepen. In opdracht
van het bestuur is namelijk door
de kunstfotograaf Martien Coppens
een serie prentbriefkaarten van
culturele objecten in Noord-Bra
bant samengesteld deze kaarten
worden in kunstdruk uitgevoerd.
Deze serie van 150 kaarten is in een
aantal series van 5 kaarten onder
verdeeld en zij omvat 30 regionale
mapjes, dus met kaarten van een
bepaalde streek en 30 onderwerpen
mapjes, dus met 5 kaarten van ker
ken, 5 kaarten van kastelen enz.
Het aantrekkelijke hiervan is, dat
men dus een mapje kan kopen met
de prachtigste foto-kaarten van na
tuurschoon, oude boerderijen, ker
ken en kastelen uit de eigen omge
ving zo zijn er ook drie mapjes
met foto's uit het Land van Heus-
den en Altena en de Langstraat en
drie mapjes van de omgeving van
Tilburg, waarin ook opnamen van
de Drunense Duinen zijn opgeno
men.
Het zal niet moeilijk vallen met
gulle hand te geven aan het Pro
vinciaal Anjerfonds, wanneer men
bedenkt hoevelen in onze eigen
plaats en onze eigen omgeving al
van dit fonds hebben geprofiteerd.
Hoevele muziek- en zanggezel
schappen, toneelclubs en schutters
gilden hebben al een belangrijke
subsidie uit het Fonds ontvangen.
Meermalen hebben wij reeds in
deze kolommen een opsomming
kunnen geven van de diverse sub
sidies die onze Langstraatse vereni
gingen waren toegekend. En ook
thans kunnen wij dat weer doen,
want in zijn vergadering van 5 Juni
j.l. heeft het bestuur wederom een
154 subsidieverzoeken behandeltX1
31 verzoeken moesten worden afge
wezen, 83 konden er worden inge
willigd, terwijl de beslissing over
een dertigtal nog even is uitgesteld.
Bij de verenigingen, die hun ver
zoek zagen toegewezen, treffen we
de volgende uit onze omgeving aan:
K.A.J., parochie St. Clemens, te Waalwijk
St. Blasiusgilde te Heusden en
Harmonie ,De Volharding" te Drunen
Harmonie „Beatrix" te Drunen
Harmonie „St. Jan" Kaatsheuvel
Harmonie „Sophia's Vereniging", Loonopzand
Zangvereniging „Looft den Heer" te Sprang'
Harmonie „Marijke" te Sprang
Harmonie „De Eendracht van Nieuwkuik. en Or
Gemengde Zangvereniging te Geertruidenberg
200.—
100.—
300.—
275.—
1000.—
250.—
400.—
500.—
250.i
150.
En zo zijn er nog 73 andere ver
enigingen in Brabant die deze keer
weer daadwerkelijk door het fonds
zijn gesteund in de uitoefening van
hun niet te onderschatten culturele
taak. Verenigingen ook die heel
Brabant als hun werkterrein heb
ben; zo kreeg Het Brabants Orkest
2500.— voor 25 solisten in kleine
gemeenten.
Thans past 't dat wij onze waar
dering tonen voor dit werk, door
die werk te steurien metterdaad en
in stand te houden; door ook ons
deel bij te dragen in dit grote plan,
dat ondernomen wordt ter instand
houding van onze Brabantse cul
tuur, tot instandhouding' van onze
harmonieën, onze koren, onze to
neelclubs en onze gilden.
Wanneer er in de komende we
ken van 16 t/m 29 Juni een beroep
op ons wordt gedaan, dat wij dan
onze plicht kennen, ons sieren met
de anjerbloem, onze bijdragen in
vullen op de inzamelingslij st, of
een mapje prentbriefkaarten van
onze eigen schone omgeving kopen;
aldus het Provinciaal Anjerfonds
Noord-Brabant in staat stellen zijn
schoon werk voort te zetten.
Voorstel tot het verdagen van 't
nemen van een beslissing inzake
het uitbreidingsplan.
Het ontwerp-uitbreidingsplan de
zer gemeente heeft van 13 Februa
ri tot en met 22 Maart 1952 ter in
zage gelegen. Ingevolge de Woning
wet beslist de raad binnen 3 maan
den over het uitbreidingsplan, ten
zij de beslissing met ten hoogste
drie maanden is verdaagd.
De ontwerper van het uitbrei
dingsplan heeft meegedeeld dat hij
niet in de gelegenheid is om tijdig
van advies te dienen over de inge
komen bezwaarschriften. B. en W.
zijn dus niet in de mogelijkheid een
verantwoord voorstel te doen be
treffende het uitbreidingsplan, en
stellen daarom voor om met ge
bruikmaking van de Woningwet, 't
nemen van een beslissing te verda
gen tot uiterlijk 22 Sept. 1952.
Voorstel tot herziening der
straatnamen.
Verwezen wordt naar het rapport
der raadscommissie, dat reeds aan
de leden werd toegezonden.
REORGANISATIE BURGER
LIJK ARMBESTUUR.,
Voorstel tot reorganisatie van 't
Algemeen of Burgerlijk Armbe
stuur en de daarmee verband
houdende personeelsuitbreiding
der secretarie.
Het armen-verzorgingsapparaat
in deze gemeente, het Algemeen of
Burgerlijk Armbestuur, geeft in
zijn huidige organisatievorm niet
voldoende mogelijkheid om het ver
lenen van maatschappelijke zorg en
sociale bijstand te doen geschieden
overeenkomstig de opvattingen,
welke zich hieromtrent de laatste
jaren hebben gevormd.
B. en W. menen, dat aan de be
zwaren welke aan het Algemeen of
Burgerlijk Armbestuur mochten
kleven, door een reorganisatie vol
doende kan worden tegemoet ge
komen.
De bemoeiingen welke de ge
meente heeft met de sociale voor
zieningen, hangen vaak nauw sa-