UIT DE PROVINCIE
WEK DE GAL
IN UW LEVER OP
HET MYSTERIE
6
DE ECHO VAN HET ZUIDEN VAN VRIJDAG 12 SEPTEMBER 1952
6
Schaafwonden
HOOFDSTUK XIV.
DE RACE IN DE NACHT.
anders gedaan dan de bestaande
wegen geregeld. Bovendien was
voor de kerk een pleintje gepro
jecteerd.
BEZWAREN..
Nadat de voorzitter de heer Gee-
nen bedankt had voor zijn uiteen
zetting, kregen de leden van de
raad gelegenheid hun bezwaren
kenbaar te maken en hun vragen
te stellen.
De heer de Cock was de eerste die
van deze gelegenheid gebruik maak
te en hij vroeg naar de schadever
goeding, hoe die was geregeld en
met name of er rekening mee was
gehouden dat de eigendommen,
doordat er nu een bepaalde bestem
ming aan gegeven was, niet meer
verkoopbaar zouden blijken en dat
er dus voor de eigenaars van een
bepaalde inkomstenderving sprake
was.
Hij sprak ook over het kerkhof
in Loon op Zand dat aanvankelijk
rechts van de Weteringstraat was
geprojecteerd, maar dat nu, naar de
wens van het kerkbestuur, meer in
de richting van de kom gelegd zou
worden. Hij stelde de vraag, of de
eigenaars van de grond rechts van
de Weteringstraat, daar nu een
landhuisje zouden mogen bouwen.
De heer Geenen wees de sugges
tie van die inkomstenderving ge
heel van de hand. Integendeel, in
de regel lagen de vergoedingen die
bij eventuele koop of onteigening
door de gemeente gegeven werden,
hoger dan de bedragen die in de
openbare verkoop geboden werden.
De Weteringstraat beschouwde
hij als het einde van de bebouwing
in Loon op Zand. Het was wel de
bedoeling dat aan de andere zijde
van die weg het betere type huizen
gebouwd zou worden.
In dit verband echter adviseerde
hij, te wachten totdat vaststond of
daar inderdaad olie gevonden zou
worden, dan zou het plan toch in
cidenteel gewijzigd moeten worden.
Ook de heer Grootswagers stelde
enkele vragen:
Ingevolge het plan 1936 was de
verbinding van de Leostraat. met
de kerk een kerkpad geworden,
thans was deze toegang als een
winkelstraat geprojecteerd. Maar
was de uitgang dan niet te smal?
Op de tweede plaats: waarom
was de weg die van de Heistraat
op de Molenstraat was geprojec
teerd niet doorgetrokken tot de
Dongensestraat? Zodoende zou deze
twee-banige weg met bomen er
langs en een strook groen in het
midden, over 100 jaar nog niet ver
wezenlijkt zijn.
En tenslotte vroeg hij of 't pand
van café Klijsen toch op de vroe
gere plaats herbouwd zou mogen
worden, nu daar een groenstrook
was geprojecteerd.
De eerste vraag beantwoordde de
ontwerper met er op te wijzen, dat,
toen - het geheel daar eenmaal was
geprojecteerd, het niet meer stede
bouwkundig verantwoord was om
een gedeelte van de parochie door
middel van een pad met de kerk te
verbinden. Het was voor de hand
liggend dat daar een winkelstraat
werd geprojecteerd die een belang
rijk gebied ontsloot. Bovendien was
de uitgang van 6% meter breed ge
noeg.
Het gebied tussen de Molenstraat
en de Dongensestraat, antwoordde
Ir. Geenen op de tweede vraag,
wordt volgens het plan niet be
bouwd, maar behoud vooralsnog
zijn agrarische bestemming. Wordt
hier wel gebouwd, dan wordt de
weg doorgetrokken. Het café Klij
sen zou daar mogen worden her
bouwd, omdat het een wederop-
bouW-geval was.
Ook de heer Beerens had een aan
tal vragen te stellen. Zo had hij be
zwaren tegen de prima gronden
langs de Oude Omdraaier, die aan
de tuinbouw zouden worden ont
trokken, terwijl hij de bouweisen
langs de Provinciale Weg wat mil
der gemaakt wenste te zien, wonin
gen van 800 M3 waren een illusie.
Hij vond het voorts beter de Sta
tionsstraat te bebouwen in plaats
van de gronden daar te reserveren
voor industrieterrein, terwijl er
eveneens, volgens hem, woningen
geprojecteerd dienden te worden
aan de Berkdijksestraat en aan de j
Dongensestraat in de richting van
de watertoren. Voorts wilde hij de 1
verbinding HoofdstraatHeistraat
recht doorgetrokken zien, in plaats j
van met een draai.
De heer Geenen antwoordde op j
deze tegenwerpingen, dat de Oude
Omdraaier gezien moest worden als
de toegangspoort naar Kaatsheuvel,
de weg zou een dubbele rijbaan
krijgen en alleen het betere genre
huizen zou er gebouwd mogen wor
den. Voor de rest was tegen een
tuinbouwbedrijf geen bezwaar.
De 800 m3 voor de woningen langs
de Provinciale Weg had eigenlijk
8000 m3 moeten zijn; het was eigen
lijk veel beter te zeggen dat er he
lemaal niet gebouwd mocht worden.
Aan de Stationsstraat was indus
trieterrein geprojecteerd omdat
daar al industrie gevestigd was en
omdat men dan een gemakkelijke
verkeersverbinding had met de
Provinciale Weg via de Loonse Dijk,
die dan eventueel vernieuwd zou
worden.
Aan de Berkdijksestraat was in
derdaad een bouwstrook geprojec
teerd, maar trok men die nog ver
der door, dan zou het plan aller
minst de instemming hebben van
de commissie van de Planologische
Dienst. Dit gebied moest zijn agra
rische bestemming blijven behou
den; daarom mochten ook aan de
Dongensestr. geen woningen wor
den gebouwd.
Aan de verbindingsweg Heistr.
Hoofdstraat was veel gedokterd;
deze weg mocht niet recht tegen
over de Stationsstraat uitkomen, en
wanneer men de weg anders zou
leggen dan hij was geprojecteerd,
dan zou de uitbreiding van de twee
industrieën ter plaatse in het ge
drang komen.
De heer Elshout stelde de vraag
of een industriëel nu nog achter
zijn huis een bedrijf mocht bouwen,
zoals in de gemeente zoveel was
gebeurd en vaak tot schade van de
andere bewoners van de buurt. En
hij wees op de fabriek, die hem zelf
het uitzicht benam en die, als al de
grond volgebouwd werd die ge
kocht was, achter 18 woningen
doorgetrokken zou worden.
Er waren, aldus Ir. Geenen, be
paalde bedrijven waarvoor uitbrei
dingsmogelijkheden moesten zijn;
nieuwe industrie werd naar het in
dustrieterrein verwezen. Wilde ie
mand in de bebouwde kom achter
zijn huis bouwen, dan had men niets
aan het uitbreidingsplan, dan moest
men de bouwverordening hanteren.
Mogelijk kon men voor deze vraag
stukken ook een oplossing vinden
in de achter-rooilijn.
De heer v. Kuik had bezwaar te
gen de brede weg van de Heulstraat
op de Molenstraat, waarmee veel
landbouwgrond gemoeid zou zijn;
ten aanzien van de Dongense weg
vond hij het helemaal niet juist
dat de raad alsmaar ja en amen
moest zeggen op wat de Planologi
sche Dienst bepaalt.
Het eerste moest men, aldus Ir.
Geenen, zuiver zien als een aesthe-
tische kwestie. Bij een intensieve
bebouwing was af en toe een zeke
re verruiming noodzakelijk.
De tweede opmerking van dhr.
v. Kuik ontlokte aan de heer Gee
nen het antwoord: U bent de baas,
maar Gedeputeerde Staten keuren
het plan goed, na advies van de
Planologische Dienst.
STEMMING OVER DE BE
ZWAARSCHRIFTEN.
Na deze behandeling van 't plan
als zodanig, werden de diverse in-
U zult 's moygens „kiplekker"
uit bed springen.
Elke dag moet uw lever een liter gal
in uw ingewanden doen stromen, anders
verteert uw voedsel niet, het bederft.
U raakt verstopt, wordt humeurig en
loom. Neem de plantaardige CARTER'S
LEVERPILLETJES om die liter gal
op te wekken en uw spijsvertering en
stoelgang op natuurlijke wijze te regelen.
Een plantaardig zacht middel, onover
troffen om de gal te doen stromen.
Eist Carter's Leverpilletjes.
VAN DE BLAUWE TRAM.
door T. Lodewijk
36)
Het ging niet zo erg best. We
hadden vooral tekort aan kasgeld,
en ik ben bang dat ik niet de man
was om in zulke omstandigheden
een zaak te leiden. Velzenaar is een
bekwaam man, maar oud en een
beetje conservatief. Ik had geld ge
stoken in een letterkundig tijd
schrift, waar iedere maand meer
geld bij moest. M'n politieke inte
resse was verdwenen, ik had gezien
wat dictatuur betekende, de rom
mel na de oorlog stond me tegen
en ik besloot met zulke zaken nooit
meer iets van doen te hebben. Wat
er van de organisatie, waaraan ik
had meegewerkt, geworden was,
wist ik niet. En ik dacht er ook
maar niet te veel aan, want soms
bekropen me daarover allesbehalve
geruststellende gevoelens.
Op een goede, of liever een kwade
dag stond opeens Gravenhorst voor me.
Ouder, dikker, kortom zo veranderd, dat
ik hem bijna niet zou hebben herkend.
Om een lang verhaal te bekortenhij
had me nodig. Hij kwam er rond voor
uit, dat hij smokkelde en handelde in
zwarte spulletjes, en hij zocht een hoofd
kwartier. Z'n oog was gevallen op de
Bennebroekse villa, en toen hij er achter
was gekomen, dat die aan onze firma
behoorde en ik daarin deelgenoot was
aarzelde hij geen ogenblik en zocht me
op. Ik voelde er niets voor, maar toen
kwam hij met andere argumenten. Hij
toonde mij aan, dat de organisatie waar
voor ik had gewerkt niets anders was
dan een Duitse spionnage afdeling, waar"
in ik dus een werkzaam aandeel had ge
had. Zou dit openbaar worden, dan was
ik geruïneerd..."
„Chantage dus", constateerde Jochem,
„Niets anders", gaf Van Lier toe. „Ik
had niemand met wie ik over het geval
kon spreken. M'n broer zat in Canada.
Velzenaar zou 't besterven, wanneer hij
't woord spionnage hoorde en de oude
heer Terweeghen was m'n enige hoop in
m'n financiële moeilijkheden, een hoop
die verdwijnen zou wanneer zijn voor
keur voor mij, door zulke onthullingen
niet langer zou bestaan.
Ik raakte al dieper in de put. Graven-
horst had mij geheel in zijn macht, maar
financiëel werd ik er niet beter van. De
villa bleef in naam verhuurd, in feite
ontving ik er nooit een cent voor. Nooit
heeft Gravenhorst me iets betaald. Op
de een of andere manier kwam hij er
achter hoe ik in de schuld stak. Toen
kwam hij1 bij me.
Wanneer ik failliet ging, was dat voor
gekomen bezwaarschriften aan de
orde gesteld.
Het bezwaarschrift van de heer
W. J. de Kort, waarvan wij de in
houd en het prae-advies van B. en
W. dienaangaande, evenals van de
andere bezwaarschriften in ons vo
rig nummer afdrukten, werd ge
steund door de heer Grootswagers,
die er op wees dat met het plan
van de nieuwe weg, die een voort
zetting was van de Oude Omdraai
er, een tuinderij gemoeid zou zijn
waarvoor een hoge prijs zou moeten
worden betaald.
Ook verzette hij zich tegen de
bestemming van de percelen aan
de Noordzijde van de Gasthuis
straat, aanvankelijk zou deze weg
elders komen, maar daar was de
grond te duur en toen heeft men
de weg maar verlegd over het ter
rein van de heer de Kort.
Ook het bezwaar dat adressant
maakte tegen de bestemming van
een zijner percelen als industrie
terrein vond hij gerechtvaardigd;
zodoende kwam het industrieter
rein tegenover het Wilhelminapark
tot aan de straat.
„Men is niet in staat een uit
breidingsplan te maken, waarmee
niemand getroffen wordt", ant
woordde Ir. Geenen. Deze straat is
daar gekomen omdat ze daar thuis
hoort, als doorzetting van de Oude
Omdraaier. De betreffende percelen
zouden altijd getroffen zijn, hoe
men het ook keert of wendt.
Zijnerzijds was er geen bezwaar
om de bestemming van het ene per
ceel van industrieterrein te wijzi
gen in terrein voor woningbouw.
De heer De Cock wilde het ter
rein dat bestemd was voor kerkhof
en processiepark, dat adressant be
stemd wilde zien voor woningbouw,
ook bestemmen voor kerkelijke
doeleinden. Ook hier had de ont
werper geen bezwaar tegen.
De heer Mallens had eveneens
ernstig bezwaar dat kostbare grond
werd weggedaan; in het bestaande
plan was deze weg ook niet gepro
jecteerd. Kon deze weg niet ver
legd worden zoals aanvankelijk was
bedoeld?
De heer Geenen constateerde
merkwaardige tegenstellingen in de
meningen van de heren raadsleden,
die enerzijds bezwaar maakten te
gen de bestemming tot agrarisch
terrein van de grond tussen Molen
straat, Dongensestraat en Berkdijk
sestraat, terwijl men hier juist het
tegenovergestelde wilde. Vanzelf
sprekend, aldus de heer Geenen,
is vooropgesteld dat we zo zuinig
mogelijk moeten zijn met cultuur
grond. Daarom zit ook de land-
bouwconsulent, de heer Krugers, in
de adviescommissie van de Plano
logische Dienst.
We zijn zo zuinig mogelijk ge
weest.
Maar het onderhavige bouwblok
had op het oude plan dezelfde be
stemming. Toen hebt U met mij ge
vochten om dit te realisereri, en nu
maakt U bezwaren. In wezen is er
dus niets veranderd en de eigenaar
heeft geen reden om een klach| in
te dienen.
Hij zou het erg betreuren, ten
slotte, als van deze weg moest wor
den afgezien.
De heer Mallens wees er op dat
het veel veiliger zou zijn wanneer
men deze geprojecteerde weg door
middel van een zgn. „bajonet" zou
laten aansluiten op de Oude Om
draaier.
We moeten juist van de bajonet
afzien, zei Ir. Geenen, als het ver
keer intensiever wordt.
De heer Grootswagers tenslotte
verlangde stemming; tien heren
steunden het voorstel van B. en W.,
vijf, te weten Mallens, v. Laarho
ven, Elshout, Grootswagers en Van
Kuik stemden tegen.
Bij de behandeling van het be
zwaarschrift van de heren Robben
betoogde de heer Mallens dat het
de molenaars onmogelijk werd ge
maakt er iets bij te bouwen.
De voorzitter en Ir. Geenen we
zen er op dat men achter de rooi
lijn toch uit kon breiden en boven
dien schoot men er niets mee op
de rooilijn te verschuiven, omdat
de Provinciale Waterstaat hier
nooit mee accoord zou gaan.
hem natuurlijk het eind van ons contact,
dat voor hem waardevol genoeg was.
Hij had een plan, nil. om meneer Ter
weeghen, Marja's vader, te beroven. Ik
moest hem daarbij helpen en ik zou dan
zoveel geld krijgen, dat ik m'n meest
dringende schulden betalen kon.
Eerst stuitte het me tegen de borst,
maar ik werd steeds meer geprest, ener
zijds door m'n schuldeisers, anderzijds
door Gravenhorst, die me voortdurend
dreigde, m'n verleden bekend te zullen
maken. Het werd me zo moeilijk ge
maakt... ik begrijp niet dat ik in die tijd
niet gek geworden ben!"
Hij had de laatste woorden bijna uit
geschreeuwd, en verborg het hoofd in
de handen.
Jochem wachtte zwijgend, tot de jonge
man zich weer hersteld zou hebben. Mar-
ja streek hem zachtjes door zijn haar.
Hij keek op, en glimlachte verwezen te
gen haar.
„Ik had allerlei plannen ontworpen en
weer verworpen", vervolgde Van Lier
eindelijk, „toen ik op een middag met
meneer Terweeghen meereed naar Den
Haag en hij me vertelde, dat hij die
avond met veel geld zou terug komen.
Hij vroeg of ik met hem terug wou gaan,
omdat hij niet graag alleen reisde, ook al
in verband met de laatste overvallen. Ik
zag m'n kans en praatte mezelf voor, dat
het zo 't beste was. Ik kon zorgen dat
Terweeghen er met een paar schrammen
De raad zag dit in en ging met
het voorstel van B. en W. accoord.
Het bezwaarschrift van J. van
Noije deed de heer Grootswagers
opmerken dat deze bezwaren nog
groter waren dan die van de heer
de Kort. Het projecteren van de
weg betekende practisch het op
heffen van de boerderij.
„Als U dit standp'ünt gaat inne
men, aldus Ir. Geenen, dan kunnen
we wel stoppen, dan is het onmo
gelijk om een uitbreidingsplan te
maken. Gaan we de weg verleggen,
zoals U zoudt willen, dan treffen
we toch weer anderen. Bovendien,
ook hier is er geen verschil in be
stemming met het vorige uitbrei
dingsplan.
De heer Grootswagers verlangde
wederom stemming, die dezelfde
uitslag had als de vorige. Bijgevolg
ging de raad in meerderheid ac
coord met het standpunt van B. en
W. I
Het bezwaarschrift van A. de
Kort kwam weer op hetzelfde neer,
met dit verschil echter dat deze
adressant er beter op was gewor
den, zoals de heer Geenen verklaar
de, want een perceel dat eerst be
stemd was voor woningbouw, heeft
nu bestemming gekregen als land
bouwgrond.
Niettemin verlangde dhr. Groot
swagers stemming, en de heren
Mallens, v. Laarhoven en Groot
swagers stemden tegen.
Na een vijfminutenpauze en een
kopje koffie, het was inmiddels over
tienen, verklaarde de raad zich ac
coord met het standpunt van B. en
W. t.a.v. de bezwaarschriften van
W. van den Hoven en W. van Riel.
Het geval van de Wed. A. Klijn-
Gommers was weer analoog aan 't
geval de Kort, maar de heer Groot
swagers persisteerde bij zijn bezwa
ren en vroeg of het wel bekend was
dat de schadevergoeding in dit ge
val minstens 18.000.zou bedra
gen.
Dit was, meende de voorzitter,
een kwestie van toepassing van het
uitbreidingsplan, die van latere
zorg was.
Weer werd er stemming verlangd
en weer stemden de heren Mallens,
v. Laarhoven, Elshout, v. Kuik en
Grootswagers tegen.
HET PAND VAN
DE WED. SCHALKEN.
De heer de Cock was de eerste die
het woord vroeg n.a.v. het bezwaar
schrift dat was binnengekomen van de
Wed. Schalken-Tooriansi, tegen de be
stemming van haar perceel als weg.
Hij kan veel voelen voor dit bezwaar.
Haar huis was een sieraad voor de
Hoofdstraat en zeer solide. Het was mis
schien beter de betreffende straat meer
naar het Westen te projecteren, zodat
zij niet zo dicht bij de Peperstraat lag.
Ook de heer Mallens was deze me-
I ning toegedaan; meer naar het Westen
waren panden die heel wat slechter wa
ren. De heer Grootswagers had hier wei
nig aan toe te voegen, evenals de
heer Beerens, die er op wees, dat men
bovendien zodoende de bestaande in
dustrieën de mogelijkheid tot uitbreiding
ontnam.
De voorzitter wees er'op dat van een
verlegging van de weg geen sprake kon
zijn, op dit moment was het alleen mo
gelijk de geprojecteerde weg volledig te
j laten vervallen.
En daar had de heer Geenen groot
bezwaar tegen. Hij had een bespreking
gehad met de eigenaresse en'hij zelf had
hun op de mogelijkheid van een bezwaar
schrift gewezen, maar hij was niettemin
van mening, dat zij het niet zo erg von
den. Zij dachten aanvankelijk, dat hun
woning meteen onteigend zou moeten
worden.
Schrapte men deze weg, dan ontnam
men aan het plan iets essentieels.
afkwam. Hij kon het geld wel missen en
ik was uit de zorg. Stommeling die ik
was, gaf ik me er geen rekenschap van,
dat ik me op die manier nog dichter in
de strikken van Gravenhorst verwarde,
die me nu, behalve met m'n politiek ver
leden, ook nog met deze misdaad chan
teren kon. Toen Marja's vader in Den
Haag was, telefoneerde ik met Graven
horst en maakte het hele plan met hem
op. 's Avonds gebeurde het. We zagen
de tram staan. „Die heeft pech", zei me
neer Terweeghen, „kijk maar, ze zwaaien
al". Er stond een conducteur in het licht
van de schijnwerpers te wenken. Meneer
Terweeghen stopte en boog zijn hoofd
uit het portier. Tegelijk werd aan mijn
kant de deur geopend en kreeg ik een
klap op het hoofd, die me het bewust
zijn deed verliezen. Het was allemaal zo
afgesproken.
De volgende dag bracht Gravenhorst
me zevenduizend gulden, 't Was genoeg
om Meulemans en de Twentse Bank te
betalen, maar ik had minstens tien no
dig gehad. „De rest krijg je wel van een
volgend kraakje", zei Gravenhorst
lachend. Hij had een inbraak bij de In-
cassobank op 't oog en wist, dat ik be
vriend was met de zoon van de directeur
en er veel aan huis kwam. Zover kwam
't inmiddels niet, want de politie gooide
roet in het eten. Ziezo, nu weet U alles".
„Nog niet alles", zei Jochem. „Ik be
grijp wel hoe de zaak zich toegedragen
De voorzitter wees er nog op, dat als
het eenmaal zo ver was, de raad tot
onteigening zou moeten besluiten. Nu
bestond voor het gemeentebestuur de
mogelijkheid, dat de gemeente het pand
kon kopen wanneer het 'ns verwoest
werd ot wanneer de eigenaresse het zou
willen verkopen. Bovendien zou de scha
devergoeding van het gemeentebestuur
groter zijn dan het bedrag dat men in
een normale verkoop zou krijgen.
i'en aanzien van de industriekwestie
die de heer Jbeerens aanroerde antwoord
de de heer Lreenen dat hij een van de
twee industrieën moest treilen. Volko
men onbevooroordeeld uiteraard ging hij
hier te werk.
De heer de Cock bleef bij zijn me
ning; een uitbreidingsplan was er om ge
realiseerd te worden, trouwens de hele
geprojecteerde straat tussen de Hoofd
straat en de Heistraat, stond hem niet
aan, dat zou een dooie straat zijn.
Het was een straat, aldus de heer
Geenen, waaraan alleen maar industrie
kon komen, het was louter een verbin
dingsweg van de Hoofdstraat met de ge
projecteerde brede weg van de Heul
straat naar. de Molenstraat.
De heer Mallens vond dat deze weg
maar moest vervallen, later kon men in
een incidenteel plan hem alsnog aanbren-
gen.
En de heer Beerens was bang dat de
ze straat, waar niet gebouwd werd, een
van die buurten zou worden waar niet
zo heel veel goeds gebeurde.
Architect Geenen had er ernstig be
zwaar tegen deze weg te laten verval
len; als U hem rfu wilt schrappen en
hem later weer wilt leggen, dan kan ik
ook wel zeggen laat hem nu liggen, om
de gaafheid van het plan niet te scha
den, dan kunt U hem later ook wel
schrappen.
Als die weg op het plan blijft staan,
aldus de heer Mallens, dan drukt op dit
pand het bezwaar dat de raad het kan
weg breken en dat het pand dus in
waarde daalt.
Of stijgt, zei de heer Geenen.
In elk geval, de raad verlangde stem
ming en de uitslag van deze stemming
was, dat het voorstel van B. 6 W. om
het bezwaarschrift ,niet ontvankelijk te
verklaren met 8 tegen 7 stemmen werd
verworpen. Tegen het voorstel stemden
de hereen Mallens, Kemmeren, Beerens,
van Laarhoven, de Cock, Sins, van Kuik
en Grootswagers.
Nadat de bezwaarschriften van A. A.
v. d. Wegen, van N.V. 't Schoutenhuis,
van Nouwens en van den Hoven behan
deld wanen, zoals B. 6 W. dat voorge
steld hadden, en nadat de heer Broe
ders nog enkele vragen had gesteld o.m.
betreffende de schadevergoeding, werd
met algemene stemmen het uitbreidings
plan door de raad vastgesteld, en wer
den B. W. de nodige bevoegdheden
gegeven ten aanzien van rooilijnen en
perceelsbreedten. Ook het vaststellen van
de algemenp regelen ter bescherming
van de belangen van derden in verband
met uitbreidingsplannen, rooilijnen en
bouwverboden, ging zonder slag of stoot.
En een hartelijk woord van dank tot de
heer Geenen was het waardige slot van
deze behandeling.
OOK NOG EEN RONDVRAAG.
Hoewel de voorzitter voorstelde maar
geen rondvraag meer te houden, aange
zien het al elt uur was, waren er toch
nog enkele heren die iets te vragen had
den wat blijkbaar geen uitstel kon lijden.
De heer van Laarhoven wees er op.
dat er in de Gasthuisstraat al enkele
weken een woning leeg stond, die nu
werd gebruikt voor pakhuis.
B. W., antwoordde de voorzitter,
waren bezig hier een oplossing voor te
vinden.
De heer Beerens suggereerde vervol
gens om het perceel van de Wed. v. d.
Mortel met bekwame spoed op te rui
men; hetgeen de aandacht van B. en W.
zou hebben.
Tenslotte wees de heer Grootswagers
op de slechte verlichting op de hoek bij
van Heeswijk, waarvoor hij al eens eer
der de aandacht had gevraagd. B. en W„
aldus de voorzitter, zijn bezig met een
voorstel tot verbreding en vernieuwing
van de Gasthuisstraat en de Tramlaan,
in verband met het drukke bezoek aan
de Efteling; bij dit voorstel zou ook de
verlichting worden bezien.
En dit was het laatste wat op deze
lange en belangrijke vergadering werd
behandeld.
heeft, en inderdaad... ik vind veel ver
zachtende omstandigheden. Chantage is
iets, waarover iedere politieman, iedere
rechterlijke ambtenaar, zich met de groot
ste walging uitlaat. Chanteurs behoeven
nimmer op genade te rekenen, maar hun
slachtoffers vinden daarentegen bij ons
allen begrip en medewerking. Laat het
hoofd niet hangen, meneer Van Lier. Ik
ben blij, dat U zonder omwegen hebt i
bekend. Maar wat ik wel op prijs zou
stellen, is een volledig signalement van
Gravenhorst."
„Dat kunt U krijgen", was het ant
woord, „maar ik denk niet dat het no
dig is, want..."
Zijn stem stokte. Verbaasd keek Jo
chem op.
Hij zag hoe de ogen van de jongeman
met een verbaasde, glazige uitdrukking
staarden naar het gordijn, dat de gla
zen achterdeuren afsloot, waar Jochem
zoëven had staan luisteren. De gedachte
aan het tuimelraampje schoot de politie
man door het hoofd. Evengoed als hij
het ganse gesprek had kunnen afluisteren,
kon nu ook iemand ongezien getuige zijn
geweest van Van. Lier s bekentenis.
Snel draaide hij zich om, z'n hand
reeds tastend naar de revolver in z'n
jaszak. Toen klonk een harde, scherpe
knal en met een zacht kreunen zakte
John van, Lier ineen. Marja sprong op
en boog zich met een kreet over hem
heen. Het bleke gezicht van John van
BRABANTS TOERISTEN
VERKEER WEDEROM ONDER
NORMAAL.
Twee jaar achtereen werd aan 't
vreemdelingenverkeer naar Bra
bant grote schade toegebracht, het
vorige jaar door de pokken-epide
mie in Tilburg en dit jaar door de
kinderverlamming, waardoor de
Kath. Jeugdbeweging een deel van
dit gewest voor haar leden tot „ver
boden gebied" verklaarde.
Het zijn vooral de hotels en de
middenstandszaken geweest, die dit
aan den lijve ondervonden hebben.
Vergeleken met andere jaren, kwam
er dit seizoen aan inkomsten voor
tonnen minder binnen. Dank zij de
nieuwe stichting „Efteling" in
Kaatsheuvel en de Oranje-feesten
in Breda, bleef het dagbezoek ech
ter vrijwel hetzelfde.
Het waren voornamelijk de grote
groepen, die anders gewoonlijk in
de dorpen haar tenten kwamen op
slaan, die wegbleven. Uit een en
quête, die de V.V.V. „Brabants Cen
trum onder de hotels en pensions
gehouden heeft, is duidelijk geble
ken dat er honderden bedden vrij
bleven, wat in de zomermaanden in
Brabant iets ongekends is.
Bij navraag bleek echter, dat vele
hiervan wel besproken waren, maar
achteraf door de waarschuwing
van de K.J.B. weer werden ge
annuleerd. Tevoren hadden deze
hotels nog andere gasten moeten af
schrijven, omdat ze „volgeboekt"
waren.
Het is vooral in Augustus ge
weest dat de terugslag duidelijk
merkbaar werd. Tot eind Juli was
het toüristenbezoek aan Brabant
over de gehele linie vrijwel nor
maal. Het Tilburgse Natuur-dieren-
park telde alleen in de afgelopen
maand meer dan 20.000 bezoekers
minder dan de andere jaren, terwijl
het museum-bezoek bijna gelijk
bleef met dat van vorige jaar toen
de pokken-epidemie het toerisme
een lelijke poets had gebakken. Ook
zijn voor het eerst enkele kampeer
terreinen geheel onbezet gebleven.
S-JlTl-Brfl. Krabben en peuteren
maakt de kwaal steeds
Uil Slüfl erger. De helder vloeibare
uiiuitsij D.D.D. dringt diep in de
poriën door, zuivert, ontsmet en geneest
de huid.
GENEESMIDDEL TEGEN HA Tfe Wfc
HUIDAANDOENINGEN MW.MW.MW»
EXPOSITIE
„NEDERLANDSE TREKPAARD".
Met een officiële ontvangst door
het gemeentebestuur, is Maandag
avond te 's-Hertogenbosch de 20ste
nationale tentoonstelling, georgani
seerd door de Koninklijke vereni
ging „Het Nederlandse Trekpaard",
geopend. Bij afwezigheid van bur
gemeester mr. H. J. M. Loeff, sprak
wethouder F. van den Eerenbeemt
enkele woorden van welkom tot de
gasten. De waarnemend voorzitter
van „Het Nederlandse Trekpaard",
de heer G. O. Sneep uit Ginneken,
dankte voor de ontvangst en roem
de de Bossche Veemarkthallen als
de grootste van Europa. Naar goed
gebruik bood het Bossche gemeen
tebestuur een glaasje brandewijn
met suiker aan.
Er zijn pracht-inzendingen uit alle
delen van het land.
ij
OISTERWIJK HEEFT 10.000
INWONERS.
Oisterwijk heeft 10.000 inwoners.
De 10.000e, Maria Johanna Antoi-
netta Petronella Frederica van den
Hout, werd Dinsdagmorgen vol
trots aangegeven door vader Van
den Hout, die van beroep wichel
roedeloper is. De boreling zal van
de gemeente een spaarbankboekje
van 100 krijgen. Voorts gaven tal
rijke winkeliers, die wegens de Ois-
terwijkse braderie in een gulle bui
waren, geschenken.
De voorzitter van „Braderiestad",
de heer F. Mutsaerts, werd peter
van de tienduizendste.
Lier tegen haar schouder was het laat
ste dat Jochem zag, toen hij de kamer
uitvloog.
Natuurlijk... het tuimelraampje! De
tuintafel, die er onder stond, sprak dui
delijke taal. Iemand had het gehele ge
sprek afgeluisterd, toen, staande op de
tafel, het gordijn opzij geschoven en van
uit het tuimelraam koelbloedig John van
Lier neergeschoten op het ogenblik, dat
hij zou meedelen, wie de man was, die
de „tram-bende" had geleid. Het leed
geen twijfel, of de moordenaar van John
van Lier was Gravenhorst.
Al die gedachten jaagden door Jo
chem's brein, toen hij, na een vluchtige
blik op de tuintafel, om de hoek van het
huis rende, trachtend de geheimzinnige
pistoolschutter te achterhalen. Maar ter
wijl hij met grote sprongen het tuinpad
langs ijlde en het grint achter hem op
vloog, zag hij dat hij te laat was. Een
starter ronkte, de zwarte schim van een
grote auto zette zich langzaam in bewe
ging en trok dan snel op. Met bonzend
hart stond Jochem voor het hek van
„Wijde Blik" en zag knarsetandend de
wagen langs de straatweg verdwijnen.
(Wordt vervolgd).