Waalwijkse en Langs Courant WAALWIJKSE RAAD Een vaste oeververbinding bij Gorinchem besprak nogmaals winkelsluiting Van grote betekenis voor het welvaartsbehoud en de welvaartsontwikkeling van veel Brabantse gemeenten Voorlopig nog ge» koopavond ZEER DE VRAAG OF GOED KEURING WORDT VER KREGEN. MAANDAG 3 NOVEMBER 1952 Uitgever VVaalwijkse Stoomdrukkerij ANTOON TIELEN Hoofdredacteur JAN TIELEN Oit blad verschijnt 2 x per week DE ECHO HET ZUIDEN 75e JAARGANG No. 89 Abonnement 18 cent per week 2.35 per kwartaal ƒ2.60 franco p. p. Advertentieprijs 10 cent per m.m. Contract-advertenties speciaal tarief Bureaux GROTE STRAAT 205, WAALWIJK TEL. 2621 OPGERICHT 1878. SCHOOLSTRAAT 11, KAATSHEUVEL TEL. 2121 TELEGR.-ADRES„ECHO" De burgemeesters van Breda, Dussen, Gorinchem, Tilburg en Waalwijk hebben, zoals wij in ons vorig nummer be knopt meedeelden, namens een groot aantal andere ge meentebesturen een request gezonden aan Hunne Excel lenties de Minister van Verkeer en Waterstaat en van Economische Zaken. Dit request laten wij hieronder graag in zijn geheel volgen: Het volgende adres werd verzon den aan de Minister van Verkeer en Waterstaat en aan die van Eco nomische Zaken. Excellentie, Mede namens de besturen van een groot aantal gemeenten in West- en Midden-Brabant, de Lang straat, het Land van Heusden en Altena, de Alblasserwaard en de Vijfheerenlanden veroorloven wij ons Uw aandacht te vestigen op de grote betekenis,'welke voor 't wel vaartsbehoud en de welvaartsont wikkeling in deze gebieden gehecht moet worden aan de spoedige tot standkoming van een vaste oever verbinding over de Merwede bij Gorinchem, waarvan de plannen reeds sedert geruime tijd bestaan en geconcretiseerd zijn in 't Rijks wegenplan en welke een belang rijke schakel vormt in de verbin dingen tussen het Noorden en Zui den van ons land. Wanneer wij ons vooreerst bepa len tot de provincie Noord-Brabant, kunnen de gebieden, namens welke wij ons tot U richten, onderschei den' worden in een groep van ge meenten, welker belang bij de be doelde vaste oeververbinding van directe aard is, omdat de weg Bre daGorinchem Vianen Utrecht (Rijksweg no. 27) voor hen de voornaamste verbinding vormt met het centrum van het land en pen groep, welke nog geen direct, maar niettemin een zeer groot belang bij de totstadnkoming heeft. De eerste groep van gemeenten omvat de stad Breda en ^mgeving, het Wes telijk gedeelte van de Langstraat en het Land van Heusden en Alte na. De tweede groep van gemeen ten wordt gevormd door de ge meente Tilburg met de rondom haar gelegen agglomeratie van Mid den-Brabantse gemeenten en 't ten Noorden daarvan gelegen gebied der Langstraat, waarvan Waalwijk het centrum vormt. Hoewel de totstandkoming van 'n brug bij Gorinchem voor deze ge meenten niet van rechtstreekse be tekenis is, is zij voor haar wel van het allergrootste belang, omdat eerst daarna het streven dezer ge meenten naar ontsluiting in Noor delijke richting reële betekenis kan krijgen. De redenen, waarom wij ons na mens genoemde groepen van ge meenten tot U richten, vinden op de eerste plaats haar grond in de grote bezorgdheid, waarmede de bestuurders dezer gemeenten de toekomst tegemoet zien, wat betreft de ontwikkelingsmogelijkheden der industriële werkgelegenheid. Het zal U bekend zijn, dat de provincie Noord-Brabant in zeer bijzondere mate te maken heeft met een sterke groei harer beroepsbe volking. Ook in de gemeenten, namens welke wij dit schrijven tot U rich ten, zal het in de toekomst te ver wachten accres van de beroepsbe volking, welke voor haar bestaan afhankelijk zal zijn van de indus trie, zeer aanzienlijke vormen aan gaan nemen. Alleszins betrouwbare ramingen op dit gebied laten zien, dat in de gezamenlijke bedoelde gemeenten het aantal in de indus trie bestaande arbeidsplaatsen ten behoeve van de groei van de man nelijke beroepsbevolking met ruim 18.500 zal moeten worden uitge breid gedurende de eerstkomende 10 jaar, om enigszins evenwichtige arbeidsverhoudingen in deze gebie den te kunnen bewerkstelligen. De taakstelling, welke zich in de gebieden dezer gemeenten voor doet, met betrekking tot de struc turele verruiming der industriële werkgelegenheid gedurende de eerstkomende 10 jaar vormt voor haar bestuurders een benauwend probleem, op de eerste plaats om dat zij inhoudt, dat wat in het ver leden op dit gebied kon worden ge presteerd, gedurende de eerstko mende 10 jaar in aanzienlijke gro tere proporties zal moeten worden verricht. Ter adstructie in dit opzicht zij U medegedeeld, dat gedurende de pe riode 19301950 in het bedoelde gebied gemiddeld per jaar 1.400 nieuwe industriële arbeidsplaatsen konden worden geschapen, welk aantal gedurende de eerstkomende 10 jaren in verband met de groei van de mannelijke industriële be roepsbevolking 1.800 a 1.900 zal moeten gaan bedragen. Dit bete kent dus, dat gedurende het eerst komende decennium niet minder dan ruim 4.000 industriële arbeids plaatsen meer tot stand zullen moe ten komen dan in de voorgaande decennia gemiddeld mogelijk bleek te zijn. Deze vergelijking intussen geeft nog een gunstige voorstelling van zaken, omdat het aantal nieuwe in dustriële arbeidsplaatsen dat hier van 19301950 tot stand kwam, voor een groot gedeelte het gevolg was van een onevenredig grote uit breiding van de arbeidsbezetting der hier gevestigde industrieën on der invloed van de na-oorlogse haus se. Een zeer belangrijk gedeelte dezer arbeidsplaatsen is door de te rugslag op deze hausse weer ver dwenen en de werkloosheidsaan tallen geven een sterk stijgend beeld te zien. Wat dit-laatste be treft moge onderstaande tabel te Uwer informatie dienen. De mannelijke werkloosheid in de deelnemende gemeenten. 31 Januari 31 Juli 1949 1591 1950 3182 2185 1951 3674 2384 1952 6556 4977 Het is dus op de eerste plaats onder de indruk van de quantita- tieve aspecten van de industriële werkgelegenheidsproblematiek, dat wij ons namens deze gemeenten tot U richten met het verzoek om een spoedige reolisering van de vaste oververbinding bij Gorinchem omdat wij van de wijziging, welke de verkeersgeografische situatie van een belangrijk gedeelte dezer gemeenten door de bouw van deze brug zal ondergaan, de industriële ontwikkelingsmogelijkheden in zeer belangrijke mate afhankelijk menen te moeten achten. Zowel het gebied van de stad Breda en omgeving als dat van Oosterhout en Geertruidenberg met hun respectievelijke omgevingen zomede de gemeenten in het Land •van Heusden en Altena worden in hun streven tot het aantrekken van nieuwe industriële vestigingen ten zeerste gehandicapt door het feit, dat het doorgaand verkeer vanuit deze gebieden naar Midden-Neder land zich bij Gorinchem-Sleeuwijk gesteld ziet voor een ernstig ver keersobstakel, dat door het ont breken van een vaste oeververbin ding aldaar wordt gevormd. Doorbreking van het isolement in Noordelijke richting van de ge bieden van Tilburg en Waalwijk, welke ten behoeve aleen reeds van de quantitatieve allures van de zich aldaar voordoende indus triële werkgelegenheidsvraagstuk ken noodzakelijk is, zal zonder de aanwezigheid van een brug bij Go rinchem een in feite niet realiseer bare zaak zijn. Evenmin achten wij het waar schijnlijk, dat zonder het treffen van deze voorziening het gebied van de stad Gorinchem, dat reeds over zeer belangrijke aanzetten be schikt, zich zodanig zal kunnen ont wikkelen, dat een belangrijk deel van de toeneming van de beroeps bevolking van het Land van Heus den en Altena aldaar in de toekomst industriële werkgelegenheid zal kunnen vinden. Het is echter niet uitsluitend on der indruk van de quantitatieve proporties van het industriële werkgelegenheidsvraagstuk in deze gebieden op zich, dat wij door mid del van dit schrijven een beroep op U doen ter spoedige totstandkoming van de brug bij Gorinchem. Niet minder belangrijk achten wij- in dit verband de omstandigheden, dat op de eerste plaats men er in deze ge bieden niet op mag rekenen, dat de thans aldaar gevestigde bedrijfs takken, structureel bezien, een be langrijke bijdrage zullen leveren in de noodzakelijke verbreding van de industriële werkgelegenheidsbasis, en vervolgens, dat het voor deze ge bieden van wezenlijke sociaal-eco nomische betekenis zou zijn, indien de overwegende betekenis van de aldaar historisch gegroeide en con junctureel zeer gevaarlijke mono cultures, zoals de schoen- en leder nijverheid in de Langstraat en de wollenstoffenindustrie in Tilburg, door de vestiging van andersgeaar- de industriële bedrijven geleidelijk zou kunnen worden gematigd. Het is onze stellige overtuiging, dat door het tot stand brengen van een vaste oeververbinding bij Go rinchem een van de voornaamste voorwaarden wordt vervuld om de gebieden, namens welke wij ons tot U richten, in staat te stellen die nieuwe industriële bedrijven tot zich te trekken, welke zij behoeven ter oplossing hunner werkgelegen heidsproblemen en ter stabilisering hunner industriële structuur. Wanneer n.l. deze gebieden zich zowel quantitatief als qualitatief gesteld zien voor zeer moeilijk op losbare problemen op het gebied der industriële werkgelegenheid, dan ligt het voor de hand, dat zij er naar zullen streven het samenstel van economisch geografische om standigheden en industriële vesti gingsfactoren in overeenstemming met de omvang van deze problema tiek te brengen. Alle gemeentebe sturen nu, namens welke wij dit schrijven tot U richten, zijn una niem van mening, dat zij op het stuk der regionale verkeersgeogra fische ontsluiting nog verre zijn van-een optimale situatie in dit op zicht met het oog op de noodzake lijke progressieve verbreding van de industriële werkgelegenheidsba sis dezer streken. Weliswaar zijn sommige in deze gebieden gelegen gemeenten lang redelijk geoutil leerde wegen bereikbaar, doch de industrievestigingspolitiek eist de aanwezigheid in dit gebied van doorgaande interregionale wegver- banden. In het gebied ten Noorden van de lijn BredaTilburg nu ont breken deze totaal, terwijl de ge meente Breda, maar vooral de ge meente Tilburg, gezien hun belang rijke centrum-functies in het bestel dezer provincie, reeds te lang ver stoken zijn van rechtstreeks door gaande wegverbanden met Midden- Nederland. Wij releveerden reeds de beteke nis van de industriële ontwikkeling van het gebied van Gorinchem voor de werkgelegenheidsmogelijkheden voor de bevolking van het Land van Heusden en Altena en wezen op de grote betekenis van de spoe dige totstandkoming van een vaste oeververbinding in dit verband. Van niet minder belang is deze voorziening echter te achten in ver band met de ontsluiting van de Al blasserwaard en de Vijfheerenlan den, welke- gebieden in Noord-Zui delijke richting door het ontbreken van de vaste oeververbinding bij Gorinchem voor 't doorgaand ver keer evenzeer geblokkeerd zijn als de eerder genoemde Brabantse ge bieden. Ten Noorden van Gorinchem is reeds zeer intensief gewerkt aan de verbetering van de wegoutillage; voor het aanbrengen van wegver- beteringen werden in dit verband reeds aanzienlijke bedragen geïn vesteerd, welker economische ren tabiliteit eerst zal kunnen worden verkregen, wanneer door de reali sering van de brug bij Gorinchem de interregionale ontsluiting van de door ons vertegenwoordigde gebie den in Noord-Zuidelijke richting is 'mogelijk gemaakt. Waar nu door de bouw van een brug bij Gorinchem en de spoedige voltooiing van rijksweg no. 27 een voornaam begin zou worden ge maakt met de noodzakelijke wezen lijke heroriëntering der door ons vertegenwoordigde gebieden in ver- keersgeografisch opzicht, veroorlo ven wij ons U met aandrang te ver zoeken Uw medewerking te willen verlenen aan de spoedige verwezen lijking hiervan. Eenzelfde verzoek hebben wij ge daan aan Uw Ambtgenoot 1) Eco nomische Zaken 2) Verkeer en Waterstaat. Een afschrift van onze brieven hebben wij gezonden aan de Gedeputeerde Staten van de provincies Noord-Brabant en Zuid- Holland. Met verschuldigde hoogachting, De Burgem. van Breda, C. Kortman. De Burgem. van Dussen, Oderkerk. De Burgem. van Gorinchem, Ridder van Rappard. De Burgem. van Tilburg, Van Voorst tot Voorst. De Burgem. -van Waalwijk, Teijssen. 20 October 1952. Wij behoeven aan dit adres niets toe te voegen om te betogen van welk vitaal belang bovenbedoelde vaste verbind ook voor ons geweest is. Verblijdend mag het genoemd worden dat aller zij ds actie wordt gevoerd om ook de Langstraat en het Land van Heusden en Altena uit z'n isolement te verlossen. BROOD- EN BANKET-, SIGAREN-, GROENTEN- EN FRUITWINKELS IEDERE AVOND TOT 7 UUR EN 's ZONDAGS VAN 10 TOT 2 UUR GEOPEND, EN KAPPERSZAKEN 's-AVONDS TOT 7 UUR. Achtentwintig agendapunten had de raad van Waalwijk Donder dagavond af te werken, maar slechts twee punten waren de oor zaak, dat deze vergadering enkele uren in beslag nam. Dat waren de kwestie van de straatnamen en vooral de gewijzigde voorstel len met 'betrekking tot de winkelsluiting. De voorstellen werden allen ongewijzigd aangenomen, al vroegen de raadsleden wel de daadwerkelijke aandacht van B. W. voor bepaalde andere punten, zoals de Koopavond, het openstellen van alle winkels tot 7 uur op Zaterdagavond enz. Er zij ook nog op gewezen, dat, al heeft de raad de gewijzigde verordening aangenomen, deze nog niet van kracht is vooraleer er de Kroon haar goedkeuring aan heeft gehecht. j NIEUWE STRAATNAMEN. De notulen en de ingekomen stukken, leverden in deze vergadering, waarbij de heer van den Hoven afwezig was, geen enkele moeilijkheid op, zodat aanstonds de burgemeester de voorstellen van B. 6 W. aan de orde kon stellen. Het crediet voor vernieuwing van 'het zwembad werd zonder enige op- pf aan merking door de raad verhoogd en toen hierna werd voorgesteld een crediet te verlenen tot het bouwen van een werk plaats aan een gemeentewoning in de Poolsestraat, vroeg de heer Brouwer of de huur niet al te hoog was en de heer van Seters, of het wel juist was dat hier een crediet voor werd verleend. Welke motieven konden B. 6 W. hier voor aanvoeren. De huur, aldus de voorzitter, is geba seerd op de ter inzage liggende exploi tatiebegroting: het uitgangspunt van de ze exploitatieopzet is een annuïteit van 15 jaar, terwijl er voorts de belasting enz. in verdisconteerd was. De heer van Seters antwoordde hij, dat er niet zonder meer een crediet ver leend wordt voor een werkplaats, maar wel te verstaan voor een werkplaats op het erf van een gemeentewoning. Het was logisch dat de eigenaar van de wo ning een dergelijke werkplaats liet bou wen. En wethouder Smolders verklaarde, dat dit helemaal niet iets nieuws was, maar dat dit voor de oorlog en ook na de oorlog 'al meerdere malen was ge beurd. Het volgende soortgelijke voorstel ont moette natuurlijk geen enkele vorm van tegenstand meer, zodat de raad kon overgaan tot het vaststellen van de na men voor enkele nieuwe straten. De heer Kemperman die gelezen had dat het de bedoeling was een bepaald stratencomplex te benamen met de na men van Zuid-Nederlandse schrijvers en dichters, en dat een bepaalde straat reeds voorgesteld werd als Hugo Ver- riestraat, vroeg of het niet meer op de weg lag te beginnen met Nederlandse schrijvers en dichters. En de heer Duyvelaar was hetzelf de gevoelen toegedaan, of het moest de bedoeling van B. W. zijn, deze op een meer geëigende plaats aan hun trek ken te doen komen. De heer van Well wees er op, naar aanleiding van het feit, dat in iBesoijen thans een straat de Molenstraat werd genoemd, dat er vroeger een Molenstraat was geweest, namelijk de weg die nu Eerste Zeine Oost heette. Voorts vond hij de benaming O.ran- jeplein niet erg juist daar in de buurt der Brabantse emancipatoren; hij wilde deze naam liever in de Brabantse sfeer houden en stelde Taxandria-plein voor. De heer de Brouwer wilde Koningin Emma ook geëerd zien in een straatnaam en was van mening, dat men Thorbecke- laan gevoeglijk naar haar kon noemen. De heer Verdoom daarentegen hul digde de objectiviteit van B. W. om in het overwegend Rooms Katholieke Waalwijk een straat naar de grote kampvechter van het liberalisme, n.l. Thorbecke, te noemen. Hij vond_ het voorts jammer dat het Hollands Steegje niet was herdoopt, hij gaf de voorkeur aan de naam Hollandse straat, omdat steegje een ietwat eigenaardige indruk maakte. HET GEVEN VAN NAMEN IS MOEILIJK. De voorzitter begon zijn repliek met er op te \vijzen dat het geven van na men uiteraard steeds een bezigheid was die de nodige moeilijkheden met zich bracht. Ingaande op de diverse opmerkingen zei hij dat de Hugo Verrieststraat zo genoemd was/om het internationale con tact met de Belgische gemeente Deerlijk, waar de schrijver geboren en getogen was. Echter B. IW. zouden graag de namen van bekende Noord-Nederlandse schrijvers en dichters in overweging ne men. „We zijn immers met ons straten plan nog op gen stukken na aan het einde". Maar toch was het volkomen aan vaardbaar, docht hem, deze ene straat naar Hugo Verriest te noemen. De naam Molenstraat was daar, waar zij nu was voorgesteld, volkomen op haar plaats, te meer daar de oude naam Mo lenstraat niet meer bestond. Het 'Oranje-plein dankte zijn naam aan de mening van B. W. dat in de buurt der Brabantse emancipatoren het Huis van Oranje, dat ook Veel voor de eman cipatie van ons gewest had gedaan, ook genoemd moest worden. Ook aan Koningin Emma zou in de naaste toekomst aandacht worden be steed. De heer Verdoorn antwoordde hij, dat de naam Hollands Steegje eigenlijk niet aan de orde was. B. W. hadden na melijk geen termen gevonden om m.b.t. deze naam en ander voorstel te doen. Het kwam hem voor dat de naam Hollands Steegje toch traditie en histo rie bezat. En wat die ongunstige klank betrof, dat was zeer betrekkelijk, in de ene gemeente kon dat inderdaad zo zijn, maar in een andere gemeente was het weer anders. Toen de heer Duyvelaar in tweede instantie het woord kreeg persisteerde hij bij zijn mening dat de voorkeur ge geven moest worden aan Nederlandse schrijvers en dat de Hugo Verrieststraat bijv. Vondelstraat genoemd moest wor den. l De] heer Brouwer stelde voor onder de namen, de data en bijzondere functies van de betreffende persoon te vermelden. En ook de heer Verdoorn was nog niet door de voorzitter overtuigd; de naam Putsteeg, enz. was toch ook in straat veranderd. De heer Kemperman kon zich met de naam Hugo Verrieststraat wel verenigen mits die maar niet gevolgd werd door andere Zuid-Nederlandse schrijvers. Nadat de voorzitter nog opgemerkt had dat 'hij persoonlijk van oordeel was, dat B. 6 W. ook een betekenende aan dacht moesten schenken aan Nederland se schrijvers en dichters en dat de sug gestie van de heer Brouwer reeds goed deels in uitvoering was, werd het voor stel van B. W. zonder hoofdelijke stemming in zijn geheel aangenomen. DE WINKELSLUITING. Nu kwam het aanvullend en wijzigend voorstel op de winkelsluitingsverordening zoals wij dat in zijn geheel reeds vorige week publiceerden, en de heer Meys was de eerste die hierover het woord voerde. Op de eerste plaats vroeg hij een ge heel nieuwe verordening, omdat de hui dige met al de wijzigingen enz. niet meer te lezen was. De bakkers, aldus de heer Meys, vra gen nu om op een bepaald aantal da gen, naast de dagen die reeds aangewe zen zijn, geopend te mogen zijn tot 10 uur, maar B. en W. wijzen dit 'af, met de bemerking dat de limiet -van 21 da gen reeds is bereikt. Hij wilde nu voor stellen om bijvoorbeeld de dagen tijdens de Antoniusfeesten, waarop het weinig nut had de zaken langer geopend te doen zijn, maar ,te laten vervallen en deze te gebruiken om aan het verlan gen van de bakkers tegemoet te komen. De bakkers vroegen om geen middagslui ting; hier was hij evenals B. en iW. te gen, het was niet juist t.o. van de an dere winkels die vaak dezelfde artikelen verkochten. Ten aanzien van de koopavond die de bakkers vroegen, zei dë heer Meys, dat hij dat ook reeds bij de vorige behan deling had gevraagd, maar toen was het antwoord van de voorzitter, dat men er altijd nog op terug kon komen. Bij na dere overweging nu, was gebleken dat een koopavond in Waalwijk als centrum gemeente wel degelijk nodig was. Boven dien kon men eigenlijk pas juist zien of een dergelijke al dan niet noodzakelijk was, wanneer hij er inderdaad was. Hij zou alsnog een koopavond willen inlas sen. Wanneer de bakkers vroegen op Za terdag tot 7 uur geopend te mogen zijn, dan zou de heer Meys nog verder willen gaan en dit voor alle Winkels laten gel den. Tenslotte wilde hij nog een bepaling in de verordening opgenomen zien, waarbij ook de koper strafbaar werd ge steld. De heer Pullens kon zich geheel bij dit betoog aansluiten, alleen wilde hij ook 's Zondags de winkels in chocolade en suikerwerken gedurende een uur of drie openstellen. Dit om oneerlijke con currentie van de Zijde van de banket winkels te voorkomen. Ook de heer Brouwer ging in alles met de heer Meys mee; hij vroeger voorts de aandacht voor de viszaken die er. ook erg mee gebaat zouden zijn, wan neer zij op Woensdag en Donderdag langer geopend mochten zijn. Hij wilde voorts dat er op toegezien werd dat de winkeliers hun personeel op de vrije Dinsdagmiddag niet elders in de gemeen te lieten vragen en bezorgen en dat ook de houders van automaten zich aan de bepalingen hielden. Hij achtte deze hele automaten-geschiedenis eigenlijk niet juist. De heer van Os onderstreept nog even de wenselijkheid, dat 's Zaterdags de winkels tot 7 uur geopend zouden mogen zijn en dat er Vrijdagsavonds een koopavond zou worden gehouden. Hij drong ook aan op strafbaarstelling van de koper. I De heer Verdoorn zei: Het spijt mij erg, dat er weer een stap terug' is gezet, wat betreft de Zondagsheiliging. Dat is iets wat me werkelijk buitengewoon spijt en wat door velen betreurd wordt. Er zijn middenstanders, zei hij, die het fijn vonden dat ze nu 's Zondags naar de Hoogmis konden. Om deze reden wens ik geacht te worden tegen dit voorstel te hebben gestemd. De heer van Seters zei t.a.v. deze openstelling op Zondag, dat de moderne ontwikkeling wel eens meebracht dat we bepaalde dingen ruimer moeten zien, zo was het ook t.a.v. de automaten. Hij was niet tegen de koopavond, maar men zou moeten bezien welke win kels hiervoor in aanmerking kwamen. „Denk aan Pietje van de Echo" zei de heer van Well met het oog op de openstelling op Zondag. De heer Duyvelaar tenslotte wees nog op de belangen van het personeel, dié niet door de koopavond in het gedrang mochten worden gebracht. De voorzitter begon zijn beantwoor ding met in het algemeen de opmerking te plaatsen, dat men voor verschillende verordeningen de goedkeuring van de Kroon behoefde en het was altijd nog de vraag of en in hoeverre de verschil lende verordeningen de goedkeuring zou den verwerven. Nog geen enkele konin klijke goedkeuring was door enige ge meente ontvangen. We kunnen dus niet in volkomen vrijheid de weg gaan, die wij zouden wensen te gaan, aldus de voorzitter. Ten aanzien van de eerste opmerking van de heer Meys zei hij, dat het ge meentebestuur in populaire vorm de di verse verordeningen ter kennis van de belanghebbenden zou brengen. Ten aanzien van de dagen tijdens de Antoniusfeesten, die zouden moeten ver vallen, kon men het best eerst 'ns even afwachten of de verordening zoals die nu \vas opgesteld de goedkeuring van de kroon zou krijgen. De diverse opmerkingen waar bet dë koopavond betrof werden door de bur gemeester beantwoord als volgt; Door de organisaties was destijds tegen een koopavond geadviseerd, daarom hadden B. en W. in die geest ook voorgesteld; dit nam echter niet weg dat de mogelijk heid open bleef. Het gemeentebestuur zou z'n aandacht scheiiken op het ver loop van de koopavonden in andere ge meenten. Persoonlijk vond hij, dat wan neer deze avond in de omgeving alge meen werd, ook Waalwijk natuurlijk niet mocht achterblijven. Thans echter was deze koopavond nog nergens van kracht, zoals nog geen en kele uitzonderingsbepaling het fiat van de kroon had verworven. Het had weinig zin, verklaarde hij voorts, een bepaling in het leven te roe pen, waarbij de koper strafbaar werd gesteld. De bewuste Bossche bepaling was geschorst in verband met een on derzoek naar de rechtsbasis. En toen de leden later aandrongen toch in elk ge val adhaesie te betuigen aan de Bossche mening, zei hij dat dit geen enkele zin had. Het was hier een zuiver juridische kwestie, waarbij het aantal stemmen geen enkel gewicht in de schaal legde. De heer Pullens die bang was voor oneerlijke concurrentie wanneer de krui denierswinkels die ook snoep verkochten op Zondag niet geopend mochten zijn, "zei hij, dat dit zeer relatief was. Men zou altijd wel oneerlijke concurrentie aan treffen. Als antwoord op de suggestie van de heer Brouwer ten aanzien van de vis handel, zei hij dat B. en W. zich gere fereerd hadden aan hetgeen hier vroeger reeds aan uitzonderingsbepalingen be stond. De vishandel was nog nooit onder die bepalingen gevallen. Hetzelfde gold voor de openstelling van alle winkels op Zaterdag tot 7 uur, waarop de heren 'Meys en van Os had den aangedrongen, alleen dus die zaken mochten langer openblijven, die dat vroe ger ook mochten, anders kreeg men wel licht ook geen goedkeuring. De opmerking van de héér Verdoorn betreffende Zondagsheiliging beant woordde hij met er op te wijzen, zonder overigens afbreuk te doen aan het prin cipe, dat er materieel niets was veran derd. Ook vroeger immers was dit reeds het geval. „Pietje van de Echo" noemde de voorzitter een voornaam staatsburger, met wiens prille staatsburgersschap re kening gehouden moest worden. De heer Meys antwoordde naar aan leiding van de opmerking van de heer van Seters, dat moest worden bezien, welke zaken voor de koopavond in aan merking kwamen, dat deze avond voor iedereen moest gelden. En op de opmerking van de 'heer Duy velaar betreffende de belangen van het personeel, zei hij dat men de koopavond moest zien als een algemeen belang. Als ook de winkelbedienden ingeschakeld moesten worden, dan zou dit er op wij zen dat 'de avond een groot succes en een algemeen belang was; niettemin moest dan de mogelijkheid van aanpas sing aan de nieuwe toestand overwogen worden. De heer Verdoorn was het roerend eens met de opmerking van de heer van Seters, dat men een ruime blik moest hebben, maar zei hij, laat die blik dan zo ruim zijn, dat er ook plaats is voor de eis van de Wet Gods. De heer van Seters suggereerde nog de middenstand 'de kwestie van de koop avond te laten bezien, in overleg ook met de werknemersorganisaties. De voorzitter concludeert uit lal het voorgaande, dat de raad dus wenste, dat er aandacht werd besteed aan de kwestie van de uitzonderings Zondagen en -werk dagen, waarop dus de winkels tot 10 uur geopend mochten zijn, aan de koop avond en aan de openstelling op Zater dagen tot 7 uur voor alle winkels. Hij verzekerde de leden van de daad werkelijke belangstelling van het ge meentebestuur. De heer Pullens had nog de vraag ge steld of het niet het beste was de win kels op Zondag geopend te doen zijn van half twaalf to half drie bijvoorbeeld, zodat de kerkdiensten in het geheel niet in het gedrang kwamen. Maar hier was aldus de voorzitter moeilijk een oordeel over te vellen en wethouder v. Heeswijk wees er op dat snoepwinkels het graag later hadden, terwijl de sigarenwinkels voor een vroegere openstelling waren. En de heer Pullens kwam ook nog terug Op de volgens hem onjuiste toe stand, dat banketbakkerszaken wel ge opend mochten zijn en kruideniersbedrij- ven niet. Maar de voorzitter wees er op dat de bepaling alleen gold voor die bedrij ven die geheel of in hoofdzaak banket- bedrijven waren. En hiermee was een einde gekomen aan de discussie over dit moeilijke vraag stuk en werden de voorstellen zoals B.

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1952 | | pagina 5