ffepfeCL De echte Chlorophyll-iandpasta PUROL GENEEST PUROL GENEEST 6 DE ECHO VAN HET ZUIDEN VAN VRIJDAG 28 NOVEMBER 1952 6 m m/jnhardt VOORSCHOT VOOR BEL CANTO. geschakeld als adviescommissie bij de toewijzing van hele woningen. Ook vroeg hij hoe dikwijls B. en W. het advies van de commissie had den gevraagd, hoe dikwijls ze daar van waren afgeweken en hoe dik wijls de commissie eigener bewe ging had geadviseerd. Hij miste ie der jaar een verslag over de werk zaamheden van de commissie. Op de vragen van de heer Mal lens kon de voorzitter geen ant woord geven, want hij had geen ver slag bij de hand. Wel meende hij dat de commissie enige malen uit eigen beweging advies had gege ven. De heer Mallens wenste in het vervolg antwoord op de vragen die hij nu had gesteld en vroeg de com missie te raadplegen bij de toewij zing van gemeentewoningen. De heer De Cock zei dat daarover verschillende keren in de commissie was gesproken, maar de commissie was er niet voor B. en W. daarin te adviseren. Dat was aan het beleid van B. en W. overgelaten en zij meende dat dit tot nu toe goed was geweest. De voorzitter meende naar aan leiding hiervan dat, zolang de com missie er niets voor voelde, er wei nig reden was aan te dringen, maar de heer Mallens was van oordeel dat dit dan gevoeglijk aan de commis sie kon worden opgedragen. Dhr. De Cock voelde daar echter niets voor en de voorzitter zei ook dat er geen voorstel hiertoe van B. en W. was te verwachten. De heer Mal lens van zijn kant meende, dat, ais de heer De Cock er niets voor voel de, dit een aanleiding was hem niet meer te kiezen. Daarna werd tot verkiezing over gegaan en deze had tot resultaat dat de heren Broeders en Pooters met 12 stemmen werden herkozen, de heren v. Noije en Vloemans met 11 stemmen en de heer De Cock met 10 stemmen. Drie leden stem den blanco, terwijl de heren Bee- rens, Sins, .Mallens en Grootswa- gers elk 1 stem kregen. De heer De Cock dankte namens de commissie voor het vertrouwen van de raad, maar hoopte dat de werkzaamheden van de commissie steeds zouden verminderen. Zij zou graag advies geven bij de 'verhuur van woningen, maar liet dit in het algemeen liever over aan B. en W. In de commissie tot onderzoek van de gemeente- en bedrijfsrekeningen over 1951 werden gekozen de heren Beerens en Broeders met 11 stem men en dhr. Sins met 9 stemmen. bovendien de waardevotste.namelijk de enige met Vitamine A en D. Tube 120 -95 - 70 ct. bij "Apothekers en Drogisten VERKOOP VAN GROND. Bij punt 8 merkte de heer Mal lens op dat de prijs van 3.40 per vierkante meter al 2% jaar geleden door het Prijzenbureau-was vastge steld "en vroeg zich af of die nu nog de juiste zou zijn. De klacht was al gemeen dat de Parklaan gevaarlijk wonen was voor gezinnen met kin deren wegens het verkeer, vooral in de zomer. Hij achtte het gewenst opnieuw goedkeuring van de prijs aan het Prijzenburean te vragen. De heer Grootzwagers vond een strook grond van 15 m nogal breed voor een enkele woning. De" heer Beerens vroeg wie de transportkosten zou betalen als het stuk grond eventueel aan de ge meente terugverkocht zou moeten worden. Op de verschillende vragen ant woordde de voorzitter op de eerste plaats dat de belangstelling voor de aankoop van grond aan de Parklaan groot was, zodat er geen gevaar was dat de prijs te hoog zou wor den gevonden. Er lagen nu nog 2 aanvragen te wachten. Bovendien zat de gemeente met de prijs tus sen twee vuren: aan de ene kant Ged. Staten die wilden dat alle kos ten voor de gemeente er in verdis conteerd zouden worden, aan de an dere kant het Prij zenbureau dat 'n maximumprijs vaststelde, zodat de gemeente aan de ene kant niet lager en aan de andere kant niet hoger kon. De breedte van 15 m. voor een enkele woning was noodzakelijk wegens» het uitbreidingsplan en op de vraag van de heer Beerens ant woordde hij dat daarvoor geen clau sule in de voorwaarden was opge nomen, maar hij achtte het juist alsnog een voorwaarde op te ne men dat transportkosten voor re kening van de verkoper zouden zijn wanneer het stuk terugverkocht moest worden. Daarna ging de raad met 't voor stel aecoord, evenals met punt 9, dat in het geheel geen discussie veroorzaakte. De heer Beerens had geen be zwaar tegen het voorstel om Bel Canto een voorschot van 1600 te verlenen als zodanig, maar wel vroeg hij hoe het zat met de waar borgen voor het nakomen van de verplichtingen door de vereniging. De heer Mallens had in de stuk ken gezien dat Bel Canto bereid was afstand te doen van het sub sidie om het voorschot terug te be talen. Hij vroeg of dit wel de juiste weg was. Hij meende dat het, ge zien de exploitatierekening, voor de vereniging onmogelijk was daar van afstand te doen. De verenigin gen konden de spbsidie niet missen en de heer Mallens achtte ze boven dien veel te laag. Hij wilde dat de raad zou besluiten tot een aanmer kelijke verhoging van de subsidie aan dergelijke verenigingen en meende met 50% niet te hoog te zijn. De heer Elshout bracht in het in - nering dat volgend jaar Bel Canto zijn 25-jarig bestaan zou vieren en stelde voor de helft van het voor schot te schenken als dit mogeiijk was. In antwoord op de vraag van dhr. Beerens zei de voorzitter, dat er geen voorwaarde was gesteld, maat meende dat er toch wel aanleiding toe was. In overleg met Bel Canto wilde hij de vleugel zelfs als on derpand stellen. Op de opmerkingen van de heer Mallens antwoordde hij dat de structuur van het voor stel niet zo was dat het voorschot op het subsidie in mindering werd gebracht.' De vereniging kreeg een voorschot en subsidie, onafhanke lijk van elkaar. Anders zou bij in trekking van het subsidie ook de terugbetaling van het voorschot op houden. Over het bedrag van de subsidies merkte de voorzitter op dat B. en W. dat al enkele jaren te laag von den, maar de begroting liet niet meer toe. In de begroting over 1953 was een nieuwe subsidieregeling in studie. Overigens meende hij dat niet van de regel van renteloze voorschotten mocht worden afge weken, gezien het groot aantal ver enigingen. Het 25-jarig jubileum van Bel Canto was nu niet aan de orde. De heer Mallens wees er nog eens op dat de vereniging met haar on gunstige exploitatierekening er niet kon komen als zij het voorschot bo vendien nog moest terugbetalen; daarom wilde hij subsidieverhoging. De voorzitter merkte echter op dat de exploitatierekening niet elk jaar zo ongunstig was en dat de vereni ging in 1951 wel erg veel pech had gehad. Overigens kon de kwestie van de subsidies bij de begroting nog nader worden bekeken, waar na de raad met het voorstel van B. en W. accoord ging. Zo ook met punt 11, waarover niet gediscussiëerd werd. Bij punt 12 vroeg de heer Mallens alleen hoe groot het bedrag van de vlot tende schuld was. Van buiten, meende de voorzitter 2 millioen. Voor dit bedrag waren geldlenin gen op korte termijn gesloten, die niet tegelijk afliepen. Bovendien had hij goede hoop op renteverla ging, zodat B. en W. nog niet voor stelden deze schuld te consolideren. De raad ging met het voorstel ac coord en eveneens met punt 13, ge heel zonder discussie. DE WINKELSLUITING. Daarna kwam de grote kluif van de avond: de winkelsluiting. De voorzitter vatte het voorstel van B. en W. nog in enkele grote trek ken samen: B. en W. stelden voor de halve dag sluiting niet verplicht te stellen; eerst hadden ze geen koopavond willen instellen, maar nu die in een naburige gemeente aan de orde was gesteld, meenden ze zich hierover opnieuw te moeten beraden: voorts stelden ze de 21 uitzonderingsdagen voor zoals in 't prae-advies aangegeven, en tenslot te de dagen waarop ontheffing van de winkelsluiting zou worden gege ven, waarbij zij er op aandrongen soberheid te betrachten, omdat de verordening anders de vereiste ko ninklijke goedkeuring niet zou krij gen. De heer v. Noije opende het de bat. Hij was tot de conclusie geko men dat zelfs de middenstand het onderling niet eens was. De raad moest echter trachten een unifor me regeling te treffen en hij stelde voor een verplichte halve-dagslui- ting vast te stellen op Dinsdagmid dag. Voorts achtte hij het- gewenst dat de winkels het hele jaar door een uur langer open zouden mogen zijn, dus tot 7 uur, en ook Zondag gedurende het hele jaar door enke le uren. ruwe huid, ruwe handen, ruwe lippen Hiermee waren de voornaamste lijnen van het debat uitgestippeld. De heer Beerens merkte aller eerst op dat de verordening tijdig behandeld had moeten zijn. Dan hadden de winkeliers zelf geen maatregelen kunnen treffen: open stelling tot 10 uur. Hij had bezwaar tegen deze gang van zaken. Wat de kwestie zelf betreft, meende ook hij dat de raad een uni forme regeling moest vaststellen. Hij was het niet eens met verschil lende sluitingstijden in Loon op Zand en Kaatsheuvel. Al jaren was het tot aller tevredenheid Woens dagmiddag. De groentehandelaren b.v. waren al niet gebaat bij de Maandagmorgen. Ook de belangen van het personeel moesten in het oog worden gehouden: dat had evenals de arbeiders recht op een vrije middag. Hij had er geen be zwaar tegen de Dinsdagmiddag daarvoor te bestemmen. Evenmin had hij principiëel bezwaar tegen openstelling tot 10 uur op de 21 uitzonderingsdagen. Wel zou er fi- nanciëel bezwaar tegen zijn van de kant der werknemers, in verband met uitbetaling van overuren. Daarom zag hij op die dagen liever openstelling tot 9 uur. De Zondagsregeling kon hem maar matig bevredigen. Openstel ling was niet bevorderlijk voor de Zondagsrust en -heiliging. Daar kon hij wel overheen stappen, maar tegen algehele openstelling had hij bezwaar. Waarom zouden slagers, manufacturiers en kruideniers open moeten zijn? Dat was wel van be lang voor sigarenwinkels, banket bakkers, ijs- en fruitzaken. De open stelling van deze zaken zag hij wel graag verschoven naar de middag, in plaats van 114 uur 125 uur. Voorts wilde hij bij overtreding van de bepalingen der wet ook de koper strafbaar gesteld zien. Ook de heer Mallens was voor een halve-dagsluiting over de hele gemeente op Dinsdagmiddag. Ver volgens vroeg hij zich af waarom de genoemde winkeliers, waaraan hij nog toevoegde de verkopers van vogelzaad en aanverwante artike len, ook niet buiten het seizoen de gelegenheid werd gegeven op Zon dag open te zijn en door de week tot 7 uur. Wie daar bezwiaar tegen had, kon dan nog sluiten. Verder vroeg hij waarom hij niets had ge lezen over 24, 26 en 31 December als deze dagen op Zondag vielen. Dan zouden de winkels minstens open moeten zijn voor brood, banket en dergelijke. Ook noemde hij com muniefeesten en in dit verband vooral de fotografen. Over de koop avond merkte hij op, dat in de aan grenzende gemeente Waalwijk nu een koopavond was voorgesteld, die waarschijnlijk wel zou worden aan genomen ook. Als de winkels tot 7 uur open bleven zou dit niet nodig zijn, maar nu wel. Ook de heer v. Laarhoven was van gevoelen dat de winkels tot 7 uur en op Zondag opengesteld moes ten worden en hij drong er op aan vooral de distilleerderijen niet te vergeten. In aansluiting op wat de heer Beerens had gezegd, merkte ook de heer Elshout op dat de middenstan ders op eigen houtje een verorde ning hadden goedgekeurd. Als er meer vergaderd werd door de raad, was dit misschien niet voorgeko men. De heer De Cock beaamde dat 't voorstel van B. en W. over de win kelsluiting in de geest van de mid denstandsvereniging was. Hij was overeenkomstig dat voorstel tegen een verplichte halve-dagsluiting. Wel was hij nu voor een koop avond. De heer Grootswagers meende dat het personeel van de Coöpera tie wel aan zijn trekken zou komen met een halve vrije dag als die niet verplicht werd gesteld, maar voor veel anderen zou die er wel over schieten. Het was de bedoeling van de wetgever ook voor de winkel bedienden te zorgen, daarom was hij voor sluiting op Dinsdagmiddag. STREVEN OM WINKELSLUI TING KRACHTELOOS TE MAKEN, De voorzitter begon de diverse sprekers in grote lijnen te -beant woorden. Hij zei dat B. en W. noch tegen een koopavond, noch tegen een middag sluiten waren. Er wa ren echter twee belanghebbenden, de middenstanders en de werkne mers. Er waren in de gemeente geen winkels met veel personeel en dat zou zijn halve dag vrij toch wel krijgen, want er mocht toch niet langer gewerkt worden dan een be paald aantal uren. De middenstand was niet voor een vaste vrije mid dag. Tot nog toe was er vrijwillig een vrije middag gegeven. Waarom die dan nu van bovenaf vaststellen. De voorzitter was er voor dit aan de betrokkenen zelf over te laten. Wat de koopavond getreft, waren ook B. en W. van mening veran derd, maar zij achtten het bezwaar lijk die vast te stéllen zonder de middenstand te raadplegen. Voorts constateerde de voorzit ter een streven om de winkelslui ting zoveel mogelijk krachteloos te maken, o.a. in het verlangen om het hele jaar door de winkels op Zondag open te stellen. Verschil lende voorstellen dienaangaande waren door de Kroon niet goedge keurd. Als men zich beperkte tot de maanden dat openstelling voor de gemeente van belang was, dan had de verordening een redelijke kans. Als eerst een andere veror dening werd ingediend, liep men gevaar niet serieus genomen te worden. Desalniettemin had hij geen bezwaar als de raad een an der voorstel had. Naar aanleiding van de aanmer kingen van de heren Beerens en Elshout, zei de voorzitter, dat de middenstand de raad niet vooruit gelopen was. B. en W. hadden de bevoegdheid bij onverwachte om standigheden af te wijken van de verordening. Ze hadden gemeend dat die onverwachte omstandighe den zich voordeden, toen op 22 November de verkoop voor Sint Nicolaas begon en hadden daarom openstelling tot 10 uur toegestaan. Wat de strafbaarstelling van de koper betrof, wilde de voorzitter allereerst het lopende proefproces afwachten. Bovendien was hij van mening dat het de winkelier was die de koper in verzoeking bracht en in de zomer konden onschul dige toeristen b.v. er door worden getroffen. RAAD BLIJFT OP ZIJN STUK STAAN. De heer Beerens was het met de voor zitter eens dat de raad niet zoveel mo gelijk openstelling moest toestaan. Veel middenstanders stelden de halve dag sluiting op prijs en nog twee jaar geleden had de raad de sluiting vastgesteld op Woensdagmiddag. Waarom zou hij daar op terugkomen. Het aantal winkelbe dienden bedroeg nog altijd 40 a 50 man. Als de sluiting niet verplicht werd ge steld, waren die overgeleverd aan de goodwill van de werkgever. Voor 90 zou er dan de halve vrije dag bij over schieten. Daarom handhaafde hij zijn standpunt. Voorts wilde hij het stand punt van B. en W. nog weten over de openstelling op Zondag van 12 tot 5 in plaats van Tl tot 4. Wat de straf baarstelling van de koper betreft, was hij van mening dat in veel gevallen de koper de aanleidende oorzaak van de overtreding was. De winkelier zwichtte dan ter wiile van de klant. („Mag niet, ,oei! werd er geroepen). Daarom wilde hij ook de klant strafbaar stellen. Ondertussen bleef ook de heer De ^iock op zijn standpunt staan dat een verplichte halve dag sluiting ongewenst was. Het merendeel van de middenstan ders was er tegen. Bovendien werd in elk bedrijf de arbeider beschermd door de arbeidslijst. De heer Grootswagers bleef vóór een halve dag sluiten en dan achtte hij een middag nog beter dan de Maandagmor gen. De heer Mallens refereerde aan de woorden van de voorzitter dat de vrije halve dag voor de werknemers er wel zou komen. Maar, vroeg hij, waarom niet vaststellen dan en dan en daaraan vasthouden? Hij had nog niets gehoord over de suggestie om de winkels tot 7 uur geopend te houden. De meeste ko pers moesten tot 6 uur werken en zich daarna omkleden en souperen. Daarom was het nodig de winkels tot 7 uur ge opend te laten, dat gebeurde ook in Til burg. De heer Van Noije was het eens met de heer Beerens en wilde ook de slui tingstijd van 7 uur handhaven, dan kon men afzien van de koopavond ook. De heer Van Kuik bracht nieuwe ar gumenten ter tafel. In de Moer en Berk dijk was het de gewoonte na de Hoog mis „segares" te gaan kopen en was er daarom voor de winkels het hele jaar door een paar uur geopend te houden op Zondag wegens de grote afstand voor de bewoners van die parochies. Hij zag ook de snoepcent van de kinderen in het gedrang komen en vreesde dat daar moeilijkheden van zouden komen. Ook was hij voor de openstelling tot 7 uuri De voorzitter bekende dat hij het he lemaal eens was met de heer Van Kuijk. Maar het systeem van de wet was nu eenmaal: op Zondag geen winkels ge opend. Alleen als de plaatselijke om standigheden het eisten, kón de raad anders besluiten. Ook B. en W. zouden het liefst de wet opzij leggen, maar dat zou men niet voor elkaar krijgen. Tegen de verschuiving van 114 uur op Zon dag naar 125 had hij geen bezwaar. Over de halve dag sluiting zei hij nog maals dat, als de halve vrije dag aan het personeel gewaarborgd Was, de midden standers niet gedwongen moesten wor den. 'Het langer openstellen wilde hij uit stellen tot het toeristenseizoen, anders zou de verordening niet goedgekeurd worden. IN ONDERDELEN. Omdat men met praten toch niet verder kwam, bracht de voorzitter de voorstel len van B. en W. in verschillende onder delen in stemming. Allereerst het voor stel om geen verplichte halve-dagslui ting vast te stellen. Dit werd verworpen met 9 tegen 6 stemmen. Tegen waren de heren Van Laarhoven, Grootswagers, Van Noije, Elshout, Van Kuik, Van Rooy, Sins, Mallens en Beerens. Vervolgens het voorstel om voor L.- op-Zand de verplichte halve-dagsluiting vast te stellen op Dinsdagmiddag, be halve voor de viswinkels op Maandag morgen, en voor Kaatsheuvel de ver plichte sluiting op Maandagmorgen, be halve voor de kappers en de bakkers op Dinsdagmiddag. De heer Beerens meende dat dit voor stel in de praktijk niet uitvoerbaar zou zijn en dat het de oneerlijke concurrentie in de hand zou werken. Maar liever dan er nog eens over te discussieren wilde de voorzitter er over laten stemmen. De stemming had tot resultaat dat het voor stel werd verworpen met 12 tegen 3 stemmen. Tegen waren de heren Van Laarhoven, Grootswagers, Broeders, Kemmeren, Van Noije, Elshout, Van Kuijk, Van Rooij, Sins, Mallens, Bee rens en Van der Lee. Toen werd zonder hoofdelijke stem ming als verplichte halve-dagsluiting de Dinsdagmiddag vastgesteld. Daarna kwamen aan de orde de 21 uitzonderingsdagen met openstelling tot 10 uur. De heer Beerens had bezwaar tegen sluiting om 10 uur. Hij achtte dat te ruim en vond 9 uur een betere tijd. Ko pers die dan nog geld hadden moesten dat maar tot de volgende dag bewaren. Vooral slagerijen zouden van het late sluitingsuur veel last ondervinden, ter wijl er na sluitingstijd altijd nog een hoop administratief werk verricht moest wor den. De voorzitter antwoordde dat de mid denstand juist openstelling tot 10 uur had gevraagd en hij vond het nogal erg om daarin niet tegemoet te komen. Toen legde ook de heer Beerens zich er maar bij neer, al vond hij dat sommige men sen tegen zichzelf beschermd moesten worden. Het voorstel werd zonder hoof delijke stemming aangenomen. Gehoord het gevoelen van de raad wilde de voorzitter betreffende de open stelling tot 7 uur en op Zondag 2 ver ordeningen aan de Kroon voorleggen. Een waarbij de openstelling tot 7 uur en op Zondag van 12-5 uur gebonden zou zijn aan het seizoen met als argument het 'toerisme, en een waarbij de winkels het hele jaar tot 7 uur en op Zondag van 12 tot 5 uur open zouden zijn, met als argumenten al die welke de raad naar voren had gebracht. Ook daar ging de raad zonder hoofdelijke stemming mee accoord. Over de koopavond tenslotte wilden B. en W. eerst overleg plegen met de middenstand, waarmee dit grote hoofd stuk achter de rug was. Daarna ging het weer even vlot. Voor onderzoek van de begroting 1953, wer den twee commissies van 5 man aan gewezen, het voorstel tot wijziging van de gemeentebegroting 1952 werd zonder meer aangenomen en ook de gecombi neerde wegenschaaf-sneeuwruimer ont moette geen tegenstand (de punten 15, 16 en 17J. BEZWAREN TEGEN BAATBELASTING. Ernstiger tegenstand ontmoette punt 18. De eerste die er een aanval op deed was de heer Van Kuijk. Destijds al had hij gehamerd op de onredelijkheid van de baatbelasting. Het betrekkelijk klein be drag dat die opleverde woog niet op te gen het ongenoegen. Buurten als het Loons Hoekje en Dongenseweg hadden lang op electrificatie moeten wachten en nu kwamen ze nog voor kosten ook. Hij was absoluut tegen elke vorm van baat belasting. Deze werd nu geheven over het z.g. plan C, maar bij de aanleg van de plannen A en B was niet gerept over baatbelasting. De electrificatie zou er toch wel gekomen zijn. Hij had juist ge lezen dat men in Sprang-Capelje geen baatbelasting hoefde te betalen voor ver afgelegen electrificaties. Waarom dan hier wel? De heer Mallens betoogde dat de plan nen A en B zonder baatbelasting waren uitgevoerd, over C zou die wel worden geheven omdat dat onrendabel was, zo was in Februari 1951 door de raad be sloten. Toen al had de heer Mallens ernstig bezwaar gemaakt. Maar B. en W. hadden gedreigd dat ze hun voor stel zouden terugnemen als de baatbe lasting niet werd aangenomen. Daardoor werd de raad voor een dilemma ge plaatst. De heer Mallens vond dit wei nig elegant van B. en W. Met 10 tegen 5 stemmen was de belasting toen aange nomen. Ook hij had voor de vergadering gelezen dat Sprang-Capelle geen baat belasting hief. De Kroon had dit jaar in hóógste instantie de uitspraak gedaan: voor onrendabele gebieden was de bgat- strating van de Berkdijksestraat met de keien uit de Gasthuisstraat de beste op lossing. Ze zouden niet eeuwig hoeven te blijven liggen en hij vond het hele maal niet bezwaarlijk ze te, gebruiken. In Tilburg was de Spoorlaan} met hetzelfde materiaal tot een prima straat gemaakt. Hij achtte het evenwel in het belang vap het verkeer dat de bomen in de Gasthuisstraat, die nu erg dicht aa nde rand van het trottoir stonden, geruimd werden. Maar er moest gezorgd worden voor een behoorlijke nieuwe beplanting. De heer Mallens achtte nieuwe be strating mogelijk. Het materiaal was uit stekend geschikt voor de Berkdijksestraat. Beter keien dan helemaal geen weg. meende hij. De heer Elshout meende dat degene die de keien van de gemeente kocht er toch ook wel geen zuit van zou maken, die zou ze evengoed wel ergens neerleg gen. Daarom wilde hij ze niet verkopen, maar er de Berkdijksestraat mee bestra ten. Ook de voorzitter vond het jammer dat de bomen in de Gasthuisstraat .weg moesten. 'Maar het was nu eenmaal niet anders mogelijk en de verbreding was noodzakelijk. Op de lelijkste punten zou den nieuwe bomen geplant worden. Over ruwe huid, ruwe handen, ruwe lippen belasting niet per se nodig. Waren B. en W. niet voorbarig geweest? Het zou beter zijn de bezwaren aan Ged. Staten voor te leggen. De voorzitter betoogde dat al bij de uitvoering van de plannen A en B over een vergoeding was gesproken. De eer ste opzet was geweest de plannen A, B en C ineens te laten uitvoeren. Een commissie uit de raad had daarover met de PNEM besprekingen gevoerd. Deze wilde echter alleen plan A uitvoeren en later was daar B bijgekomen met nood- netten. Nu zou het onbillijk zijn het res tant C als laatste groep alleen het lood je te laten leggen. B. en W. hadden er een jaar voor nodig gehad om Ged. Sta ten genoegen te doen nemen met een heffing van 30 in plaats van 80 De vergelijking met andere gemeenten was moeilijk, want het bedrag was on bekend. Hier ging het over een bedrag van bijna 300.000 gulden. Er waren ook aangrenzende gemeenten die ook voor de waterleiding een belasting van 60 hieven. Voorts bracht de voorzitter te berde dat de raad er nu niet meer onder uit kon. Als de gemeente niet meer op 5000 gulden hoefde te kijken, zou hij er geen bezwaar tegen hebben de belasting te laten schieten. Daarom werd de zaak elke 5 jaar opnieuw bekeken. De heer Mallens bleef erbij dat B. en W. hadden toegezegd dat plan A en B zonder baatbelasting zouden zijn. De mensen moesten op een raadsbesluit aan kunnen. De heer Van Kuijk zou er geen be zwaar tegen gehad hebben als van te voren was vastgesteld dat baatbelasting zou worden geheven over verafgelegen panden. Nu waren er mensen met een vast recht, die jaarlijks 15 zouden moeten bijbetalen, zodat hun vast recht verdubbeld werd. De voorzitter achtte verdere discussie nutteloos. Hij betoogde nogmaals dat het de uitvoering van één plan in onderde len was geweest. Reeds bij de uitvoering van het eerste was geen zekerheid ge geven dat geen vergoeding zou worden gevraagd. De heer Mallens wenste stemming over het voorstel. De voorzitter waarschuwde tegen de gevolgen van verwerping. Dan zouden de raadsleden die het voorstel hadden laten kelderen persoonlijk aansprakelijk worden gesteld. De heer Mallens vond deze waar schuwing onelegant, maar de voorzitter vond het oneleganter de raad er in te la ten lopen. Het voorstel van B. en W. werd- aan genomen met 11 tegen 4 stejnmen. Te gen waren de heren Grootswagers, Els hout, Van Kuijk en Mallens. KEIEN VOOR ZULT? Een laatste obstakel om aan het einde van de vergadering te komen vormde punt 19. Daarop was een amendement binnengekomen van de heren Elshout, Beerens, Mallens, Grootswagers, Van Laarhoven en Van Kuijk, in die zin dat zij de keien uit de Gasthuisstraat wilden bestemmen voor bestrating van de Berk dijksestraat. De voorzitter achtte dit onjuist. Op de eerste plaats waren er daarvoor niet voldoende keien en op de tweede plaats waren die niet meer geschikt voor be strating. Men moest geen lapmiddelen gaan toepassen. Hij raadde daarom het amendement af. De heer Sins achtte het onjuist keien die voor de ene straat waren afgekeurd voor een andere te willen gebruiken. Hij zag liever aansluiting van de Berkdijkse straat aan de Nieuwe 'Berkdijksestraat, De heer Grootswagers vond het jam mer dat het voor de verbreding van de Gasthuisstraat nodig was de bomen weg te doen. Was trouwens verbreding wel nodig? Hij vond de weg breed genoeg. Door uitvoering van het uitbreidingsplan zou de Gasthuisstraat ontlast worden. En waren de keien zo versleten dat ze eruit moesten? Hij was het daarmee niet eens. Verder merkte de heer Grootswagers op dat B. en W. al een .jaar geleden hadden toegezegd dat de Berkdijksestraat verbeterd zou worden. Als er binnenkort een voorstel daarover zou komen had hij er geen bezwaar tegen de keien te ver kopen. Met deze keien zou evenwel een afdoende verbetering tot stand gebracht kunnen worden. v De heer Van Kuijk zag de eerste jaren nog geen nieuwe weg in de Berkdijkse straat. De keien konden daar gelegd wor den, er waren er voldoende. De straal hoefde maar de breedte te krijgen van de Gasthuisstraat. Sintels waren in de Berkdijksestraat niet afdoende. En de 4500 die de gemeente voor de keien kreeg, maakten het niet op het totale bedrag van 98.000. Ook de heer Beerens achtte de be de kwaliteit van de keien zei hij dat die uit de Gasthuisstraat 40 jaar ouder wa ren dan die in de Spoorlaan in Tilburg. Bovendien waren die van andere kwali teit en waren ze aan vier kanten te ge bruiken. Als er een voldoend aantal wa ren van behoorlijke kwaliteit, zou het een goede oplossing zijn voor de Berk dijksestraat. Maar het profiel van de weg zou belangrijk gewijzigd moeten worden. De opzet was Berkdijk nauwer met de gemeente te verbinden door een behoorlijke straat. Daarom was het be ter even te wachten op de betere weg. Er lag een plan klaar tot verbetering van de wegen van 4% millioen, dat wel niet uit te voeren zou zijn. Maar als de kans kwam, was de gemeente direct klaar. De Gasthuisstraat ging echter in het belang van het toerisme voor. Niettemin bleef de heer Beerens het jammer vinden een behoorlijke bestra ting voor een krats te verkopen. De heer Grootswagers vroeg zich af hoe lang de Berkdijksestraat nog zou moeten wachten. De Gasthuisstraat te verbeteren achtte hij belangrijk, maar be langrijker was de Berkdijksestraat. Voor de heer Mallens stond vast dat de Berkdijksestraat niet met nieuw ma teriaal zou worden voorzien. B. en W. noemden de verkoop van de keien voor 4500 voordelig, maar de keien van het stuk MarktSchoolstraat waren naar België gegaan en daar werd er goud voor gegeven. Een aangrenzende ge meente had voor keien een hele nieuwe bestrating kunnen laten aanleggen. De heer van Kuijk wilde de keien in ieder geval nog niet verkopen en ze nog in petto houden. De voorzitter deelde mee dat de keien stuk geslagen zouden worden en voor steenslag in asfalt-betonwegen gebruikt. Verder betoogde hij dat B. en W. be langstelling hadden voor de Berkdijkse straat en het was het plan ook deze weg ter zijner tijd in orde te brengen. Vervolgens werd gestemd over het in gediende amendement, dat werd verwor- pen met 6 tegen 9 stemmen. Voor waren de heren Van Laarhoven, Grootswagers, Elshout, Van Kuijk, Mallens en Beerens. Het voorstel van B. en W. werd aange nomen met dezelfde heren tegen: 96. RONDVRAAG. Bij de rondvraag vroegen de heren Sins en Elshout de gemeentewoningen op te laten halen. De voorzitter ant woordde hierop dat de plannen nog steeds niet uitgevoerd konden worden, omdat de stukken in Den Haag bleven liggen. Hij hoopte ze echter spoedig te krijgen, zodat de gemeentewoningen op gehaald of vervangen zouden kunnen worden. De heer Mallens vroeg of de verorde ning op de hondenbelasting al was goed gekeurd, welke vraag de voorzitter ont kennend moest beantwoorden. Boven dien vroeg de heer Mallens aandacht voor het fietspad in de Paalstraat dat zeer gevaarlijk was. Dit zou zo spoedig mogelijk verbeterd worden. De heer Van Noije vroeg verdere uit breiding van de straatverlichting, waarop de voorzitter antwoordde dat die zoveel mogelijk werd hersteld uit de gewone begroting. Daardoor was het niet altijd mogelijk te doen wat men graag zou wil len doen. De heer Van Laarhoven wees op de onhoudbare toestand van de weg Hoek jeMolenstraatKruispunt, waaraan de voorzitter ook aandacht zou besteden. De heer Broeders merkte in dit ver band op dat de wegencommissie wel werkte, al leek het niet, maar zij kon er ook niets aan doen. Hij vroeg of de we- genschaaf al gauw aangekocht zou wor den, omdat de wegen vroegtijdig behan deld moesten worden, en of met de sneeuwruimer ook de afgelegen wijken bewerkt zouden worden. De voorzitter beloofde een zo goed en doelmatig mo gelijk gebruik van beide instrumenten, al kon met één sneeuwruimer niet alles op geruimd worden. De heer Elshout tenslotte wilde weten hoeveel woningen er waren gebouwd in de jaren 1950, 1951 en 1952 in de ver schillende kerkdorpen en hoeveel aan vragen voor een woning er nog waren. Het juiste aantal woningen kon de voor zitter van buiten niet geven, maar er waren nog meer dan 400 woningzoeken den. Er kwamen nu 66 woningen klaar plus 160 bedden in het tehuis voor ou den van dagen. Hoeveel gebruik er van gemaakt zou worden wist hij uiteraard nog niet. Dat was het eind van deze vergade ring en het werd tijd, want uw ver slaggever kreeg kramp in zijn vingers; in drie uur tijd kan er heel wat gepraat worden.

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1952 | | pagina 6