~*Waalwijkse en Langstraatse Courant 1853-1953. Gemeenteraadsverkiezingen Uit Loonopzand's verleden. DA PO Uit Binnen- en Buitenland Ook Spierpijn UIT EIGEN LAND Perceels- en Akkernamen in het Oude Venloon. Dat opstijgend brandend zuur, van Uw maag tot hoog in de keel :4 «n rheumatische pijnen wrtjft U weg- met VRIJDAG 15 MEI 1953 Uitgever Waal wij kse Stoomdrukkerij ANTOON XIELEN Hoofdredacteur JAN TIELEN Dit blad verschijnt 2 x per week DE ECHO W HEI ZUIDEN 0* - V 76e JAARGANG No. 39 Abonnement 18 cent per week 2.85 per kwartaal 2.60 franco p. p. Advertentieprijs 10 cent per m.m. Contract-advertenties speciaal tarief Bureaux GROTESTRAAT 205, WAALWfJK TEL. 2621 OPGERICHT 1878. SCHOOLSTRAAT 11, KAATSHEUVEL TEL. 2121 TELEGR.-ADRES„ECHO" Als we de situatie waarin de katholieke kerk in Nederland van daag verkeert, vergelijken met die van honderd jaar geleden, blijkt er lieel wat veranderd te zijn en in veel opzichten niet in haar nadeel. Het herstel der Bisschoppelijke Hiërarchie in 1853 had niet op de eerste plaats 'uiterlijke .betekenis al valt die niet te onderschatten veel groter is de geestelijke draagwijdte, doordat het herstel der kerkelijke organisatie een in tensiever geestelijk leven mogelijk maakte. Geleidelijk aan heeft het katholicisme in Nederland zich dan ook rijk ontwikkeld op religi eus, sociaal, cultureel en politiek gebied. Dit is mede te danken ge weest aan een aantal voortreffe lijke voormannen, die in waarheid leiding wisten te geven, en vooral door hun voorbeeld stimulerend werkten Men denke aan Alber- dingk Thijm, Schaepman, Ariëns, Aalberse, slechts enkele namen uit een indrukwekkende rij, en niet te vergeten de bisschoppen, die ons sinds 1853 hebben geleid, vanaf Mgr Zwijsen tot kardinaal De Jong. We mogen met de trots die wortelt in de dankbaarheid en de deemoed niet verdringt, zeggen dat er iets, dat er veel bereikt is, niet door mensenwerk alleen, maar met de sterke hulp van Gods genade. Is de geestelijke betekenis niet te meten, voor tastbare bewijzen kun nen we wijzen op de katholieke sociale en politieke organisaties, de katholieke universiteit, de ka tholieke radio-omroep, de katho lieke pers, de katholieke jeugdver enigingen en vele andere uiterlijke tekenen van een bloeiend katho liek leven, dikwijls met grote moei te gesticht in een tijd dat men de noodzaak er van nog niet besefte of de stoffelijke voorwaarden nog nauwelijks aanwezig waren, maar met laaie volharding tot stand ge bracht en met elan tot bloei ge bracht. De katholieken hebben, sinds ze zich uit hun isolement verlosten, een rol vervuld op elk onderdeel van het openbare leven en hun deel bijgedragen in de voor uitgang van ons land. Zij kunnen bogen op schitterende vertegen woordigers op het gebied van we tenschap en kunst, politiek en journalistiek, economie en sociale zorg. De besten onder hen hebben zich geen meelopers getoond, maar meer dan eens het initiatief geno men waar ze dat nodig of wense lijk achtten. Kortom, het katholie ke element zou niet meer weg te denken zijn uit de Nederlandse sa menleving, als het al ooit weg le denken zou zijn geweest. Hoe het ook zij, het katholicisme zou deze plaats nooit bekleed hebben als in 1853 niet de Bisschoppelijke Hiër archie was hersteld. Het is geen snoeverij, wanneer dit met enige voldoening wordt geconstateerd, het is slechts de simpele erkenning van een feit en wanneer dit er niet was geweest, zouden de katholieken meer reden hebben gehad om zich te beklagen dan nu om zich te beroemen. Want dat de katholieke kerk in Neder land haar eigen leiders kreeg, was geen gunst en geen krachttoer, maar enkel een rechtvaardigheid. Evengoed als elke organisatie heeft elke kerk recht op haar eigen be stuursvorm, zolang die niet in bot sing komt met de openbare orde en dat dit met de bisschoppelijke hiërarchie het geval zou zijn, was voor 1853 in Nederland voor som migen een idee fixe, dat inmiddels althans hier al lang naar het rijk der fabelen is verwezen, doordat de feiten het hebben achterhaald. Nu kon mgr Alfrink onlangs zon der tegenspraak met een gerust hart verklaren, dat een godsdien stig mens ook 'n goed staatsburger is. Dat was ook honderd jaar ge leden zo, al werd het toen niet zo grif aanvaard. Dat lag evenwel niet aan de godsdienst en aan de staat maar ten dele. De gevoeligheden, die destijds zo'n wrijving veroor zaakten en zelfs tot onrechtvaar digheden leidden, zijn langzamer hand vrijwel afgesleten en de christelijke onderlinge verdraag zaamheid is nu in de meeste op zichten een loffelijke realiteit. Zo heeft het herstel der bisschoppelij. ke hiërarchie mede geleid tot een dieper wederzijds begrip en een grotere waardering, gebaseerd op kennis van eikaars standpunt, die de geestelijke atmosfeer in Neder land zeer ten goede is gekomen. Men zou vele aspecten van het eeuwfeest dat wij dezer dagen vie ren, kunnen opsommen om te be wijzen dat datgene wat door som migen werd gevreesd als het be gin van de ondergang, achteraf ge zien slechts heeft gestrekt tot heil van land en volk. De positie van onvolwaardigheid der katholieken, een noodzakelijk gevolg van de toestand zoals die was, zou een wezenlijke verarming hebben bete kend van het maatschappelijke, politieke en culturele leven in ons iand, zoals hun actieve deelname als volwaardige staatsburgers een wezenlijke verrijking heeft bete kend. Dit is niet plotseling, met het jaar 1853 als keerpunt, ge beurd. Zo goed als er voor dat jaar katholieke mannen van gezag wa ren, zijn er daarna geweest die niet in alle opzichten een sieraad voor de Kerk waren. Het herstel der hiërarchie schiep echter gun stige voorwaarden voor ontplooi ing. Het zijn de generaties, onmid dellijk aan de onze voorafgaande, geweest, die de spits hebben afge beten. Of liever gezegd, zij hebben de weg gebaand en de grote stoot gegeven tot de katholieke emanci patie, die we vandaag voor een be langrijk deel voltooid mogen ach ten. Daarbij mogen we nooit ver geten wat de figuren onder ons, niet direct de beroemdste, maar de beste, sinds 1853 hebben ge daan en bereikt. Mogen we dus tevreden zijn Mogen we vol dankbaarheid op onze lauweren gaan rusten, met een daadloze herinnering aan wat in het verleden is gepresteerd De vraag zo stellen is een bevesti gend antwoord er op veroordelen. En dat kan ook niet anders. Voor eerst zouden we door over ,,onze lauweren" te spreken, roof plegen op het voorgeslacht, dat er zelf beslist geen prijs op zou stellen daarop te rusten. Bovendien heeft elke generatie haar eigen taak. Een huis kan men afbouwen, zo dat het voor de buitenwereld een modelbouw is, terwijl er aan de inrichting nog wel het een en an der mankeert. Het huis is dan voor een belangrijk deel voltooid, maar in het beste geval zal het voor la tere generaties een monument van architectuur zijn. Hoe eerbied waardig dat ook kan zijn, een le vend organisme mag nooit een mo nument worden. Het zou, getui gend van een schoon leven in vroe ger tijd, de nu levenden te schande zetten. Er is zeker een katholieke levensstijl, maar dat is geen star uitvloeisel van de leer. Deze biedt ruimte genoeg voor een soepele stijl, die weliswaar niet van de wereld is, maar wel in de wereld en de tijd. Wordt mogelijk ener zijds wel eens vergeten dat wjj niet van de wereld zijn, soms krijgt men anderzijds de indruk dat wordt vergeten dat wij evenmin wereld vreemd mogen zijn. En het zijn juist over. het algemeen niet de bisschoppen die achter de ontwikkeling aanlopen of ze nege ren en al wat sinds 1853 in de stijl veranderd is,> in 1953 een gruwel vinden. God beware ons voor de Nederlandse stijl van 1853. Maar hoe is het ondertussen met het interieur van ons huis Wie zal durven zeggen dat het voltooid is Ongetwijfeld zijn de Neder landse kajtlholieken tegenover de buitenwereld- geëmancipeerd tot 'n graad als men 100 jaar geleden niet voor mogelijk had gehouden. Dat is echter niet het enige, zelfs niet het voornaamste. De kern van de zaak is de innerlijke emancipatie, die niet alleen bestaat in het op heffen van een minderwaardig heidscomplex, door eeuwenlange onderdrukking gekweekt. Dit lijkt het geschikte ogenblik om ons af te vragen in hoeverre we er in ge slaagd zijn onszelf op te voeden tot „allround" katholieken, die de be„ leving van hun godsdienst niet be perken tot Mishoren, Paascommu nie houden en andere uiterlijke verplichtingen. Als we eenmaal kunnen zeggen dat we het gebod van de naastenliefde in alle opzich ten in praktijk brengen, zullen we dicht bij het ideaal zijn. Wat in houdt dat er nog heel wat te vor men valt. En wat de emancipatie in engere zin betreft, die zal niet vol tooid zijn zolang de kruideniers mentaliteit die in veel opzichten onder katholieken nog heerst, niet is uitgeroeid; zolang iemand die het niet met iedereen eens is, nog verdacht is voor bewezen is dat hij ongelijk heeft; zolang persoon lijke en groepsbelangetjes nog bo ven het algemeen belang gaan; zo lang oprechte bedoelingen minder tellen dan het volgen van platge treden paden. De naastenliefde kan hier nog veel veranderen. HONDERD JAAR KROMSTAF. Boodschap van Kardinaal Van Roey. Z. Em. Joseph Ernest Kardinaal Van Roey, Aartsbisschop van Me- chelen, heeft in verband met zijn komst Zaterdag aanstaande naar Utrecht tot het bijwonen van de feesten ter herdenking van het her stel der Bisschoppelijke Hiërar chie, de volgende boodschap aan Katholiek Nederland gericht, wel ke is opgenomen in „Omhoog", het kerkelijk weekblad van het Aarts bisdom. ,,In het vooruitzicht van mijn overkomst naar Utrecht, wil ik hier mijn innige voldoening uit drukken over het voorrecht te mo gen deelnemen als legaat a latere van Z. H. de Paus aan de plechtig heden, waarmede Katholiek Ne derland het herstel van zijn Bis schoppelijke Hiërarchie zal her denken. Ik ben er zeker van, dat alle Nederlandse katholieken met vurige vroomheid dit eeuwfeest zullen meevieren, daar het hen her innert aan de overvloedige welda den, die sedert honderd jaren langs de Kerkelijke hiërarchie over hun vaderland zijn neergekomen. Moge deze merkwaardige gebeur tenis een trouwe aanhankelijkheid jegens hun Bisschoppen voor im mer bevestigen." Op Woensdag 27 Mei zal het Ne derlandse volk weer ter stembus gaan, nu om zijn meest directe ver tegenwoordigers te kiezende leden van de gemeenteraad. Enkele plaat sen hebben het zover gebracht dat daar geen verkiezingen hoeven te worden gehouden, omdat men het onderling zo goed eens was dat er maar een candidatenlijst werd in gediend, zodat de leden bij enkele eandidaatstelling zijn gekozen. Dit in lijnrechte tegenstelling tot an dere plaatsen, waar de belangen blijkbaar zo veelsoortig zijn dat men zoveel mogelijk candidaten- lijsten heeft ingediend. Een plaats in de gemeenteraad is voor sommi gen nog erg aantrekkelijk en zo lang een gedeelte van het kiezers volk eerder vraagt wie er zit dan wat er wordt gedaan, maken ze al tijd wel een kans om de begeerde plaats te veroveren. Nu is enkele eandidaatstelling niet per se een ideaal, want wan neer bijvoorbeeld in Rusland 99,9 procent op de enige lijst stemt, kan men zich er van overtuigd houden dat een groot gedeelte van de kie zers niet aan zijn trekken komt.- Zo lang die ene lijst dan ook geen ui ting van de vrije volkswil is, is ze een farce en een tamelijk goedkope camouflage van dictatuur. Aan de andere kant kunnen er omstandig heden zijn die meer candidatenlijs- ten noodzakelijk maken, omdat een bevolking zodanig is samengesteld dat niet alle belangen onder een hoedje zijn te vangen, of liever ge zegd omdat niet allen dezelfde op vatting hebben over het algemeen belang en de wijze waarop dat be hartigd moet worden. Dat is schijnbaar een vrij onbe langrijke nuance, maar in werke lijkheid een zeer belangrijk onder scheid dat dikwijls over het hoofd wordt gezien en dat vooral in de gemeenteraden tot zijn recht moet komen. Als het 'goed is, stellen de candidaten zich niet beschikbaar voor een bepaald groepsbelang, maar voor het algemeen belang in die politieke groepering die dat al gemeen belang volgens hun opvat ting op de juiste wijze voorstaat. Evenzo kiest de kiezer strikt geno men niet op de eerste plaats een vertegenwoordiger voor zijn eigen belangen, ofschoon hij als particu lier natuurlijk wat egoïstischer mag zijn dan de volksvertegenwoordi ger. Het spreekt vanzelf dat het 'n aanzienlijke mate van zelfbeheer sing vraagt om zich, vooral in de gemeentepolitiek, hieraan te hou den. Niet zelden wordt de gemeen tepolitiek als iets van lagere orde beschouwd en daardoor niet als goed doel, maar als gevolg een ter rein voor persoonlijke strevingen, die in zich niet verkeerd hoeven te zijn, maar licht ontaarden in ijver zucht. Niettemin is het gewoonlijk niet zozeer arrogantie of zelfover schatting als wel wanbegrip om trent de functie van de gemeente raad die de een of ander zich doet opwerpen als vertegenwoordiger voor het algemeen belang, terwijl hij moeilijk daarvoor kan doorgaan. Dat daarbij soms een zekere ran cune komt die dan ten onrechte j&ls heilige verontwaardiging wordt op gediend is heel menselijk, maar wei nig politiek. Zelfbedrog is nog tot daar aan toe, omdat men er voor lopig alleen zelf het slachtoffer van is. Politiek echter vraagt een die per inzicht en wie dat mist moet er zich liever maar niet mee bezig houden. Ondertussen beginnen de propa ganda-machines langzamerhand op gang te komen en ongetwijfeld zult ge de komende veertien dagen meer dan eens een drukwerk in Uw bus vinden waarin een partij of groe pering zich aanprijst. Ge kunt al die geschriften ongelezen laten, maar dan missen ze hun doel. In derdaad zijn verkiezingsnamfletten meestal niet de geschikste voorlich tingsorganen, als hoedanig ze ech ter ook niet bedoeld zijn, wat niet wil zeggen dat ze waardeloos zijn. Propaganda is onmisbaar voor elke openbare instelling of manifestatie en zolang het geen leugenpropagan da is kan zij U ook inzicht ver schaffen in wat de een of ander wil, want de wens is niet alleen de vader van de gedachte, maar ook van de propaganda. Dat wil niet zeggen dat het doel de middelen heiligt. Misleiding is niet goed te praten ,ook niet in de politiek. Nu is het natuurlijk de vraag wanneer men van misleiding spreekt en de een heeft wat dat betreft een rui mer geweten dan de ander. Iets voor waarheid uit te geven wat igeen waarheid is, staat helemaal niet mooi, maar is het fair iemand een gedeelte van de waarheid te onthouden? Men kan een fraai pro gram op een verkiezingspamflet la ten afdrukken, zo een dat op 't eer ste gezicht iedereen kan onderschrij ven. Als men echter enkele dingen verzwijgt, is dat dan niet mislei dend? Misschien ligt het meer aan anderen dat het zo lijkt, omdat ve len wel weten wat er staat, maar niet wat er wordt verzwegen. Daar om kan verkiezingspropaganda ge vaarlijk zijn en als men ze niet ter- zijde legt, dient men ze toch in elk geval goed te lezen, anders misleidt men zichzelf en raakt men door ei gen schuldjhet spoor bijster. Als de P.v.d.A. bijvoorbeeld het praedicaat volkspartij voor zich gaat opeisen, weet men dat zij verschillende groe peringen van het volk stiefmoeder lijk behandelt. Als zij meedeelt dat bij haar,katholieken, protestanten, humanisten en buiten-kerkelijken een onderdak vinden, hoeft men niet direct aan een allegaartje te denken, maar men beseffe wel dat zij in wezen a-religieus is en dat christelijke belangen niet het vei ligst aan haar worden toever trouwd. Dit zijn zo enkele punten waaruit blijkt dat men in deze da gen extra op zijn hoede moet zijn voor propaganda, omdat de wens stemmen te winnen de waarheid wel eens tekort kan doen doordat alleen de schone zijde -vgordt ge toond. Des te nauwkeuriger bestu- dere men de keerzijde der medaille. Zowel de Bossche Protocollen als de Loonse Schepenprotocollen en de gegevens uit het Leenhof van Brabant te Brussel, getuigen van de gryze oudheid van de benamin gen van vele delen van Loon. Zo spreekt een pachtcedulle in de Bosse Prot. van 1387—-1391 over de verkoop van een erftocht door Jacob Peters-Steenwech en Mech- tilt Jansdochter van Zidewinden aan Elisabeth Janssoen Coninck en haar schoonzoon Gijsbert van Best. 't Gaat over 3 mud rogge erfpacht, op St. Andriesdach in Den Bosch te leveren, uit een hoe ve bij „Loenermeer" in Venloen, tussen de gemeijnte van 't dorp Loen en Peter des Doven erf, ste- ckende van de straet tot Loener meer, en uit een stuk hei in Ven loen, tussen Jan van den Steen- wech en de gemeijnt. In 't zelfde stuk wordt ook genoemd de „Rus- telberch" aan geen kant van de gemeijnt (de transactie had plaats op 17 Jan. 1388). De gemeijnte" waarvan hier sprake is, waren stukken weide, soms ook wel hei de, die de heer gratis voor ieder dorpsbewoner beschikbaar stelde om er hun vee op te laten grazen, heide te maaien enz. Het „Loener meer" was de „Galgenwiel". ,,De Lage gemeijnt" te Loon lag en ligt nog tussen de „Loonsen berg" en Huis ter Heide en is nog bekend als „de gement In 1504 is er sprake van een er felijke pacht die toekomt aan heer Roelof van Ottersdijck, priester en capelaan te Breda. Deze ligt op 't Craenven. In 't zelfde jaar wordt genoemd een erfelijke pacht op 't Erstelinge (Efteling) bij de „Crom- Straete" tussen „Onservrouwen huis" en de „Bierstege". Ook ligt in die buurt „Clote hei". In 't zelf. de jaar wordt ook gesproken over een hoeve op 't Erstelinge, ge naamd „Coelserrayinaeckershof" en over een stuk land, gelegen te gen de goederen van ,,'t Godshuis van Egmont" (in de buurt van Loonsendijlc), terwijl ook genoemd wordt „Lambertsgeïach", dat gele gen is achter „den Ouden Craen- vensenberg" (de „Bartlenakker" in diezelfde buurt is nog bekend). „De Start", „de Tuimelaer" en de „Twaalf gaerden" kende men op de Vaert, terwijl de abdij van Postel goederen bezat op 't Craen. ven en op de Molenstraat onder Loon. In 1501 wordt op de Molenstraat genoemd „Die Hofstat". Op 't Craenven „de Vrande" en „Dat Asen". In de Klokkenberg lag ,,'t Veldhoen", „Pasmansgoed" en ook ,,'t Vlammend gewin". De „Dijksehoef" die wij nog ken nen, ontleent zijn naam aan Wil lem Duijks. „Willem Duijksgoed" wordt reeds in 1508 genoemd. „Die quaedhoek" ligt dicht bij de „Hoogebaen". In 1508 wordt ook genoemd „De Couwenberg"; 't is een brouwerij en ligt, zoals 't betreffende stuk zegt, „op 't Braenven". In werke lijkheid echter was de „Couwen berg meer noordelijk gelegen, n.l. tegen ,,'t Erstelinge". „Daniels Horst" ligt evenals „Swertslioef" aan die kerekevaert (1508). Op die Vaert had ook „Ma- riënkroon" te Heusden enige bezit tingen, blijkens een cedul uit 1514. „Condt sij een ieglijken hoe dat Gijsbrecht Henricks van Hoesden als gemechtigd van de executoirs des cloisters van Sint Marienkroen binnen Hoesden hem heeft doen richten enz." In een acte van 1514 wordt voor 't eerst tot dan toe genoemd „De Vaertkant", Acto Anno 1514 den 24e dach in September; Robbrecht van Gre- venbrouck, heer tot Loon, heeft uitgeven ende verpacht Jacop Mi chael Witlox 21 lopen heivelt met- kunt U blussen in een paar minuten, met één of twee Rennies. Deze smakelijke tabletten werken onfeilbaar, ook bij li. Koop een pak bij Uw apotheker of dro gist en zorg er voor altijd een paar bij de hand te hebben. 21e zijn hygiënisch verpakt, één voor één; zo practisch. En onopvallend in te nemen zonder wa ter of wat ook. ten gronden ende toebehoirten of- tedaeromtrent gelegen in de Pro- chie van Venloen op „Ou straete" met eene sijde nevens Spierinxhoe- ve, beheltelijk theel van de hoeve le blijven soe recht is, mette an dere sjjde nevens een gemeijne heerwech den heer voirschreven toebehoirende, dat Nooreinde aen die Vaertkant. Dies sal die Vaert kant breet blqven anderhalff Bra bantse roede, 'd ander eynde aen die gesechte hoeve etc. Op 22 Juli 1384 verkoopt Peter Coelborne, pastoir en rector der kereke van Venloen en Sprange een stuk lands genaamd „Spapen- camp", gelegen tegen Udenhout aan Hendrik Roelofszoon van Zu- likum. Genoemde Hendrik verkoopt in 't zelfde jaar een stuk „wildert", waarvan staat aangetekend dat het de naam draagt „Theutonice" of in 't Diets „veijne". P. A. v. B. Mr M. VAN THIEL VOORZIT TER VAN DE MIJNRAAD. In de vacature burgemeester Kortman van Breda, is tot voor zitter van de Mijnraad benoemd mr M. I. P. G. van Thiel, sinds 1949 burgemeester van Wychen (bij Nij megen). Burgemeester Van Thiel zal het burgemeesterschap van z'n gemeente blijven bekleden. DE WATERSNOOD EISTE 1794 DODEN. Schouwen het zwaarst getroffen met 531. De directeur van het Informatie bureau van het Nederlandse Roo- de Kruis verwacht, dat het aantal slachtoffers van de watersnood niet zal stijgen boven de thans ge telde 1794. Van dit aantal zijn er 1504 geregistreerd; de overige 290 slachtoffers jworden nog vermist of zijn nog niet geïdentificeerd. Uit de door het Roode Kruis gepubliceerde statistieken blijkt, dat Schouwen-Duiveland 't zwaarst getroffen gebied is. Het aantal slachtoffers op dit eiland bedraagt 531. Van deze 531 slachtoffers worden er thans nog 202 vermist. Na SchouwenDuiveland volgt Goeree Üverflakkee met 490 doden. Op 56 na zijn alle slachtoffers op dit eiland geborgen. Op het eiland Tholen zijn 158 doden te betreu ren; de stoffelijke overschotten van drie inwoners van het eiland worden nog vermist. In Noord-West-Brabant vielen 249 slachtoffers, op Zuid-Beveland 96, Hoekse Waard en Beyerland 137, Voorne-Putten 27, Noord-Be veland 50 St. Philipsland 10, Wal cheren 5. Rt W 21. Bij de vele goederen, die het Ne- derlandsche Roode Kruis van alle kanten heeft ontvangen voor de slachtoffers van de Watersnood, was een doos met een opgezette kanarie. Die kwam uit Portugal, tezamen met kleding, versnaperingen en zeer vele zeer nuttige zaken, die heel snel hun weg vonden naar de noodgebieden. Alleen de kanarie bleef achter. „Wat doen we met die kanarie?" vroegen de mensen van het Roode Kruis; en omdat zij het zo gauw niet bedenken konden, werd de kanarie, keurig geregistreerd onder Rt W 21, opgeborgen bij de zaken waar over nader beslist moet worden. In het maandblad van het Neder- landsche Roode Kruis werd een be- schouwinkje aan die kanarie gewijd: op het eerste gezicht lijkt het een on mogelijk geschenk, maar als iemand ng met die kanarie eens het liefste heeft gegeven dat hij of zij bezat... En ziet daar komt nu bij het Nederlandsche Roode Kruis een briefje van Ch. Papeveld uit Zierik- zee „Vandaag las ik in de krant, dat er een opgezet Vogeltje bij U bezorgd was en dat er in de krant stond dat niemand weet wat er met dat ge schenk gebeuren moet. Daar ik zelf een slachtoffer van de ramp ben en al mijn gevogelte verdronken is, was mijn vraag of ik er niet voor in aan merking kon komen. Daar wij het eerste jaar toch niet aan nieuwe vo gels kunnen denken, daar we nu geen eigen huis hebben, zouden we toch daaraan een aandenken hebben. Ho pende, als het vogeltje nog aanwezig is dat ik er in aanmerking voor mag komen Het spreekt vanzelf, dat de heer Papeveld binnenkort de kanarie ont vangt. Slachtoffers in leeftijdsklassen. De meeste slachtoffers zijn te be treuren in de leeftijdsklasse van 5 tot en met 14 jaar. In deze groep zijn er 157 jongens en 129 meisjes verdronken. Daarna volgt de leef tijdsklasse 40 tot en met 49 met 108 mannen en 111 vrouwen. Hier na volgen resp. de leeftijdsklassen 1 tot en met 4 jaar en 60 tot en met 69 jaar De zwaarst getroffen plaatsen zijn resp. Oude Tonge, Nieuwer- kerk en Stavenisse met 305, 286 en 156 doden. HOEVEEL RADIOLUISTE RAARS TELT NEDERLAND? Het aantal aangegeven radio ontvangtoestellen in Nederland bedroeg per 1 Mei 1953 1.776.965 tegen 1.766.369 op 1 April 1953. Op 1 April 1953 waren er 483.866 aangeslotenen op 't Rijks- radiodistributienet tegen 485.778 op 1 Maart 1953. Deze daling is 't gevolg van 2885 afsluitingen in 't rampgebied. URGENTIEPROGRAM MIDDEN- EN KLEINBEDRIJF. De drie Middenstandsbonden, sa menwerkend in de commissie van overleg van de Middenstandsvak- centralen, hebben aan de ministers van Financiën en Economische Za ken en aan de staatssecretaris van Economische Zaken een urgentie program gezonden inzake de belas tingen voor het midden- en klein bedrijf. Dit program is gegroeid- uit de moeilijkheden, die op het Middenstandsbedrijf als geheel drukken, teneinde de weg naar be tere bestaansvoorwaarden te banen. De aanbevelingen beogen dus de financiële structuur der onderne mingen te verbeteren door verrui ming van de mogelijkheden van in terne financiering. Ook laat men zijn licht schijnen op de voortzet ting van de bedrijfsuitoefening na overlijden van een ondernemer door weduwe of kinderen, mede met be trekking tot de liquidatie- of over drachtswinst. NEDERLANDSE ASSOCIATIE VOOR PRACTIJKEXAMENS. De a.s. examens in boekhouden, moderne bedrijfs-administratie en handelscorrespondentie in Neder lands,' Frans, Duits, Engels en Spaans zullen worden afgenomen op 16 en 17 Juni 1953 overdag en 22, 23 en 24 Juni 1953 des avonds. De examens Spreekvaardigheid vreemde talen worden gehouden in Mei; Stenografie en Machine- schrijven in Juli a.s. Alle examens staan onder toezicht van de Rijksgecommitteerde, dr H. F. J. Westerveld, inspecteur van 't Middelbaar en Gymnasiaal onder wijs. MINISTER WILSON; AMERIKAANSE WAPEN LEVERANTIES WORDEN BESPOEDIGD. Washington, 8 Mei De Ameri kaanse minister van Defensie, Char les E. Wilson, heeft gisteren tegen over de Senaatscommissie voor bui tenlandse betrekkingen verklaard, dat de V.S. meer haast zullen ma ken met de levering van wapens aan hun Europese bondgenoten, waardoor de totale waarde van de diverse leveranties in het komende belastingjaar circa 1.200 millioen meer zal bedragen dan in het lo pende fiscale jaar, dat 30 Juni ein digt. Alexander Wiley, de voorzitter van de commissie, gaf na afloop van de bijeenkomst de volgende verklaring uit: „Minister Wilson heeft de com missie medegedeeld dat de regering besloten heeft tot verlenging van het programma voor de wederzijdse beveiliging, aangezien zij geen re delijk alternatief aanwezig acht. De kosten, aan dit programma verbon den, bedragen ongeveer tien pro cent van de nieuwe defensie-begro ting en de algemene opinie is, dat de veiligheid van de V.S. meer ge diend is met de reservering van deze gelden voor de wapenleveran ties aan onze bondgenoten dan met de besteding er van aan de ver sterking van onze territoriale ver dediging. De minister heeft er voorts op gewezen dat de aange vraagde gelden werkelijk een mi nimum vormen. Iedere verlaging van deze post kan funeste gevolgen hebben.

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1953 | | pagina 1