GESCHIEDENIS van IBA\/\IPD\WilIIK IBB0IIIIIEN |gy.Ly Waalwijkse enLangsiraatse De Baardwijk en Besoijen Burgemeesters van Waalwijk der laatste Eeuw KliffflSï GAHsoyE» sif lYftfiL^Lj/r. ^SeHtïngFL. VRIJDAG 14 AUGUSTUS 1953 Uitgever Waalwijkse Stoomdrukkerij ANTOON TIELEN Hoofdredacteur JAN TIELEN Dit blad verschijnt 2 x per week DE ECHO \M HEI ZUIDEN 5 - j-- 76e JAARGANG No. 65 Abonnement 18 cent per week 2.35 per kwartaal 2.60 franco p. p. Advertentieprijs 10 cent per m m. Contract-advertenties speciaal tarief. Bureaux: GROTESTRAAT 205, WAALWIJK TEL. 2621. OPGERICHT 1878. Dr van BEURDENSTRAAT 8, KAATSHEUVEL, TEL. 2002. TELEGR.-ADRES „ECHO" In 1922 zijn de gemeenten Baardwjjk en Besoijen met Waalwijk tot één gemeente samengevoegd, onder de naam Waalwjjk. Het is, gelijk met iedere annexatie, niet zo gemakkelijk gegaan en het zou verre van normaal zijn wanneer dat wel het geval was geweest. Thans echter zijn de controversen zo goed als verdwenen en het beste bewijs hier voor is de eensgezindheid, waarmee thans de 3 oude gemeenten het feest gaan vieren. Toch hebben we gemeend ook aan de geschiedenis van de beide oude Heerlijkheden enige aandacht te moeten besteden en we vonden de Heer G. Couwenbergh, de archivaris der gemeente hiertoe graag bereid. Evenals Besoyen sinds 1 Januari 1922 een deel van de gemeente Waal wijk uitmakende, was Baardwijk van af 1815 een gemeente, welke tot de provincie Noord Brabant behoorde. Vóór die tijd behoorde Baardwijk tot Holland en werd gerekend tot liet Land van Heusden. Het gemeentewa pen vertoonde ook, evenals dat van Heusden, een wiel (Heusden een acht- spakig wiel en Baardwijk een zesspa- kig wiel). Er zijn nogal wat gissingen gemaakt met betrekking tot de bete kenis van de plaatsnaam. Die naam is in betrekking gebracht tot de'„bar den" (minnezangers uit de germaanse oudheid) en ook wel tot de „lombar den" (middeleeuwse geldschieters). De juiste betekenis is nog niet komen vast te staan, doch het komt mij voor dat ook de betekenis van de plaats naam Baardwijk gezocht moet worden in de bodemgesteldheid en dan lijkt het mij aannemelijk, dat de moeilijk heid met dat eerste deel „baard" weg valt, wanneer men de letter d euphó- netisch beschouwt, zoals in „donder", „diender" enz. Vanzelfsprekend ismen dan nog niet aan de juiste betekenis toe, omdat „baar" of „bar" weer voor verschillende uitleg vatbaar is. Er is dan echter met het verwarring wek kende „baard" afgerekend. De juiste betekenis zal wellicht nog aan 't licht komen, zodra in zeer oude stukken (van omstreeks 1200 tot 1400)) iets over Baardwijk wordt gevonden. Voor ras-speurders iets om op te letten In het feodale tijdperk is de heerlijk heid Baardwijk achtereenvolgens in 't bezit geweest van de geslachten Wie- lesteyn, van der Merwede, de Jonge, van Brakel, van Renesse, van Baer, van Voorst, d'Overschie enz. De lan derijen van de vroegere heerlijkheid zijn thans nog in bezit van de familie Janssens de Varebeke. Bekend zijn de geschillen in de 15e eeuw tussen de heren van Baardwijk en de machtige heren van Venloon over de door Pau- lus van Haestrecht, heer van Loon, in 1396 gegraven turfvaart. Deze turf vaart, in gebruik geweest tot om streeks 1596. vormde een zeer belang rijke bron van inkomsten voor de Loonse heerlijkheid. Wegens het ontbreken van heer lijkheids-archieven is niet na te gaan of vroegere heren van Baardwijk' een slot, genaamd „Valckenvoord" heb ben bewoond. De terreingesteldheid aan het „Valckenvoord" wijst wel in die richting. Ook dit punt in de ge schiedenis van Baardwijk verdient opheldering. De oude toren aan de Winterdijk te Baardwijk heeft behoord bij de reeds vóór de St. Elisabethsvloed bestaande katholieke in 1610 aan de hervorm den overgegane kerk en is dus waarschijnlijk reeds gebouwd in de 14e eeuw. Ruim 30 jaar geleden is de kerk wegens bouwvalligheid afgebro ken en heeft de hervormde gemeente een nieuw kerkgebouw betrokken. De thans bestaande katholieke kerk van Baardwijk dagtekent van 1899. Zeer oude instellingen in Baardwijk zijn het St. Ambrosiusgilde en het Oudemannenhuis. Het bekende regentengeslacht Loeff, afkomstig uit het Land van Heus den, woonde lange jaren te Baard wijk en de naam Minister Loeffstraat brengt nog het feit in herinne ring, dat een vertegenwoordiger van dit geslacht het ambt van minister van justitie vervulde. Meer dan de Besoijenaren, die ook in de oude tijden op verschillend ter rein met Waalwijk samenwerkten, hebben de Baardwijkers in de loop der eeuwen een volstrekt eigen ge meenschap gevormd, wat aanleiding is geworden tot de qualificatie van „eigengereid", welke hun van ouds wordt aangewreven. De vereniging met Waalwijk in 1922 ging ook van uit Baardwijk niet van harte, doch het verzet was meer latent dan hevig. Dat echter ook te Baardwijk de tijd de tegenstellingen wegwist bewijst het feit, dat medewerking aan de stads feesten van Waalwijk ten volle wordt gegeven. Th. L. D. de Surmont de Bas Smeele 1907—1923 J. L. P. M. Teijssen 1952 heden Besoyen, sinds 1 Januari 1922 een deel van de gemeente Waalwijk, maakte sinds 1815 als afzonderlijke gemeente deel uit van de provincie Noord-Brabant. Tevoren was het een heerlijkheid. Als zodanig werd het in 1295 door de ^raaf van Holland ver leend aan Willem van Besoyen. Tot 1815 behoorde Besöyen dus tot Hol land en de naam „Hollands Steegje" en „Hollandse Akkers" herinneren nog aan die tijd. Oudtijds werd de naam geschreven als „Bysoeyen", waarbij „soey" gezien de turven in het gemeentewapen waarschijn lijk de betekenis inoet hebben van „sooi" of turf, hetgeen er op wijst dat de plaats is gelegen op moerassige, uitgeveende grond. In oude beschei den werd Besoyen dan ook wel aan geduid als liggende in 'c Graven moer", hetgeen er weer op duidt, dat dit begrip eertijds meer omvatte dan Het slot Gansoyen aan het Oude Maasje, dat in de geschiedenis van Waalwijk meermalen een rol speelde. luwe, Lage Zwaluwe, Drimmelen met Standhasen, Dussen en Werkendam,. Het in de 80-jarige oorlog verwoes te kasteel van de heren van Besoyen werd in het begin van de 146 eeuw waarschijnlijk door Jan van Be soyen gesticht. Van de ruïne van dit kasteel bestaat nog een afbeel- Een oude prent uit 1687 het tegenwoordige dorp van die naam. In de verhouding tot de Staten van Holland en tot het baljuwschap van Dordrecht werd Besoyen veelal niet als een eenheid aangemerkt, doch als behorende tot de „Zes Zuid-Hollandse dorpen" n.l. Besoyen, Capelle, 's Gra venmoer, Sprang, Waspik en Raams- donk. In zeer oude stukken betreffen de belastingheffing werd Besoyen ge rekend tot de „elf dorpen aan 'de moercant". Dit waren dan, behalve de zes genoemde dorpen Hoge Zwa- ding. Omstreeks 1906 werden de laat ste brokstukken van muren en fun deringen met de grond gelijk gemaakt voor de aanleg van een voetbalveld. Besoyen is talloze malen door over stromingen geteisterd. De grootste verwoesting is wel aangericht door de St. Elisabethsvloed in 1421. Toen na deze ramp werd overgegaan tot de aanleg van een dijk, heeft zich de herbouw voltrokken aan de binnen zijde van de dijk. Aan de meer Noor delijke ligging vóór de St. Elisabeths vloed herinneren nog de namen „Ou de Straat" en „Kleisteeg". Tot 1533 was de weg die door Besoyen liep en toen reeds als de „Langstraat" begon te worden aangeduid, een zandweg. In dat jaar werd met de aanleg van de keiweg begonnen. De betreffende akte met Waalwijk en Sprang werd voor Besoyen betekend door Dirck van Assendelft, destijds heer van Be soyen en gehuwd met Adriana van Nassau. Naar het geslacht van Assen delft, dat de heerlijke rechten over Besoyen uitoefende van 1447 tot 1651, is de nieuw-aangelegde straat Noord- Zuid te Besoijen genoemd. Latere ge slachten, welke heerlijke rechten over Besoyen hebben uitgeoefend, waren Wittenhorst, Le Leu de Wilhem, Fo- restier d'Orges en May de Huningue. Besoyen, dat tot ongeveer 1610 ker kelijk met Waalwijk was verenigd, werd omstreeks die tijd kerkelijk ver deeld, doordat een groot gedeelte van de inwoners overging tot de hervorm de kerk. De katholieke inwoners ble ven te Waalwijk ter kerke gaan, doch de hervormden stichtten een eigen kerk. Dit kerkgebouw, waarvan de consistoriekamer eertijds ook als raadhuis heeft dienst gedaan, bestaat nog en is wei het oudste gebouw van Besoyen. De Besoyense katholieken werden in een afzonderlijke parochie verenigd in 1851 en bouwden hun eerste kerkgebouw in 1852. De thans bestaande kerk is van 1927. Oude Besoyense instellingen zijn het schuttersgilde St. Crispijn en Cris- pinianus en de Chr. Gemengde Zang vereniging „Hallelujah". Het verzet tegen de vereniging met Waalwijk in 1922 was kort en hevig. De verstandhouding was spoedig goed en in de feestvreugde rond het 650-jarig bestaan van Waalwijk als stad neemt Besoyen van harte deel. Mr R. J. J. Lambooy 1946—1951 F. A. D. van der Klokken 1861—1885 K. A. M. Ridder De van der Schueren 1898—1907 E. C. J. Moonen 1924—1944 Jhr A. E. M. B. van Grotenhuis 1885—1898 Mr R. J. Th. van der Heijden wnd. 19451946

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1953 | | pagina 5