I Wijde Wereld Politieke Crisis OE OPDRACHT VEEL STAAT ER IN SPRANG-CAPELLE OP STAPEL ROBERT MERSHAM UIT DE 2 DE ECHO VAN HET ZUIDEN VAN MAANDAG 11 JANUARI 1954 herhalingsoefeningen Uitvoerig werd het door de Raad besproken Principe besluit tot komvorming in Vrijhoeve FEUILLETON onn „De Echo van het Zuiden". Wordt vervolgd. Het is de Italiaanse premier Pella in beginsel niet kwalijk te nemen dat hij het leven van zijn kabinet niet langer heeft kunnen rekken dan tot vorige week, want toen hij het in Augustus vormde, pretendeerde hij niet meer dan een over gangskabinet ter wereld te hebben ge bracht. Èen overgang waarheen? De her komst zou nog wel na te sporen zijn, want het kwam voort uit een mislukt kabinet-De Gasperi na voor de christen- demokraten niet bijster gunstige verkie zingen. Daardoor kon het kabinet-Pella niet bogen op een glorieuze afkomst. Nu kreeg het in zoverre de wind mee, dat al gauw de geruchtmakende kwestie- Triest op de proppen kwam, die de aan dacht afleidde van de binnenlandse po litiek, het gevaarlijkste struikelblok. Misschien hebben de Verenigde Staten cn Engeland Pella veen ruggesteun willen geven, maar die heeft dan alleen gefunc- tionneerd zolang de kwestie in het brand punt van de belangstelling stond. Ze is echter voor de zoveelste maal geluwd zender dat er een definitieve oplossing of ontspanning kwam. Onverdeeld was het succes dus niet. Dit had tot gevolg dat bet kabinet op een niet minder wan kele basis kwam te staan dan tevoren, want het verloochende zijn afkomst niet. Men ma9 er "aar raden wat de be doeling van Pella is geweest, toen hij zijn kabinet ging reorganiseren. Wilde hij zijn overgangskabinet een definitieve vorm geven en daardoor een steunpunt geven dat het nog miste? Dan heeft hij daar niet veel geluk mee gehad. Hem ontviel de steun van een aantal partij genoten, die ëen andere mening bleken toegedaan over de aard der reorganisa tie. Het was weer de oude tegenstelling tussen links en rechts. Pella, niet van zins steun te zoeken bij de socialisten, wendde zich tot de monarchisten, wat al weinig enthousiasme verwekte bij de lin kervleugel van zijn partij. Toen hij bo vendien een rechts gerichte minister van landbouw benoemde, was zijn doodvon nis praktisch getekend. De linksen vrees den namelijk voor de landverdeling waarmee De Gasperi indertijd is begon nen om een eind te maken aan de nood ender de kleine boeren en die ressor teert onder het ministerie van landbouw. Toen de eigen partij zo ernstig verdeeld was, had Pella, wiens positie nooit erg sterk is geweest, helemaal weinig kans tegenover de oppositie en hij kelderde. Met des te meer kracht dringt zich hier de vraag op: waarheen is het ka- binet-Pella een overgang geweest? Naar de anarchie is men bij eerste opwelling geneigd te zeggen, maar dat is het juist wat voorkomen moet worden. Italië leeft inderdaad op de rand van anarchie, evenals Frankrijk, maar doordat het communistische gevaar er ongetwijfeld groter is tengevolge van nog grotere armoede en nog grotere aanhang, is de afgrond waarin het kan gestort worden, ook dieper. Nog onlangs heeft de Ame rikaanse ambassadrice in Rome voor dit communistisch gevaar gewaarschuwd door de weinig geruststellende medede ling dat de communisten binnen enige tijd sterk genoeg zouden zijn om de macht over te nemen, wanneer er geen betere sociale en politieke voorwaarden geschapen zouden worden. Daarom pleit te zij voor voortzetting van de Ameri kaanse hulp aan Italië. Deze kan evenwel niet de uiteindelijke politieke oplossing geven. De onderlinge partijschap en inwendige verdeeldheid maken een krachtige regering onmoge lijk. Een twintigtal partijen dongen in de verkiezingsstrijd mee naar zetels in het parlement en de nieuwe kieswet heeft niet kunnen verhinderen dat het parlement een getrouwe afspiegeling is van deze verdeeldheid. Nu bovendien de inwendige tegenstellingen in de christen- demokratische partij weer sterker aan het licht treden, worden de vooruitzich ten nog minder rooskleurig. Van niet- confessionele zijde wordt dit voor een confessionele partij onvermijdelijk ge noemd, maar het moet toch voor ieder die in de politieke wereld rondkijkt dui delijk zijn, dat de begrippen progressief en conservatief niet inhaerent zijn aan confessionele partijen. Zal de nieuwe formateur er in slagen de tegenstellingen te verzoenen? He't is duidelijk geworden dat een rechtse koers weinig kans maakt! Hij zal dus toenade ring naai- de andere kant moeten zoe ken, aangezien de centrumpartijen niet sterk genoeg zijn om zelfstandig het land te regeren. Of er overeenstemming tus sen het centrum en de socialisten van Saragat te onderscheiden van de communistisch georiënteerde van Nenni mogelijk is, blijft een vraag. Daarom spreekt men al van nieuwe verkiezingen, waarvan het succes eveneens zeer pro blematisch is, omdat de voorwaarden niet gunstiger zijn dan in de loop van het vorig jaar. Daardoor blijft de poli tieke situatie zeer labiel, wat geenszins bevorderlijk is voor een krachtig be wind. Alleen als de sterke man De Gas peri opnieuw zijn-kans krijgt, is het mogelijk, dat de hemel wat opklaart, ofschoon onmiddellijk na de verkiezingen Van Juni ook zijn gezag niet groot ge noeg bleek om de partijen samen te bren gen: Men kan dus met recht zeggen dat Italië niet alleen in een kabinetskrisis zit, maar ook in een ernstige politieke krisis zonder onmiddellijk vooruitzicht op opklaringen. Het kan een langdurige geschiedenis worden, ook al forceert men op korte termijn een noodoplossing. Want dan nog eist de Italiaanse demo- kratie sanering. DIT JAAR HERHALINGSOEFENIN GEN VOOR 70.000 MILITAIREN. Er zullen in de loop van 1954 onge veer 70.000 militairen, die de eerste oefe ning achter de rug hebben, worden opge roepen voor herhalingsoefeningen. 70.000 Nederlanders ongeveer evenveel als in het vorige jaar -zullen voor kor tere of langere tijd hun burgerkleding moeten verwisselen voor de soldaten uniform en de werkplaats of de fabriek cf het kantoor voor het militaire kam pement. Er zullen er onder zijn, die het wel plezierig vinden een paar weken soldaat te zijn en oude kameraden te ontmoelen. Anderen zullen zich slechts met moeite kunnen losmaken van hun werk in de burgermaatschappij. Maar zonder herhalingsoefeningen kan een le ger, dat niet uit beroepsmilitairen be staat, niet paraat zijn. Het is nodig de militairen van tijd tot tijd weer in dienst te werpen om de onderdelen op de z.g. oorlogssterkte te oefenen, om de leden van de staven te trainen in hun verant woordelijk en moeilijk werk en om be paalde onderdelen vertrouwd te maken met nieuw materiaal. Ongeveer drie maanden tevoren krijgt iedere militair bericht van de dag, waarop hij bij zijn onderdeel verwacht wordt. Het personeel van de 44e Regi ments Gevechtsgroep en van de andere onderdelen, die op 8 Maart zullen opko men, heeft de oproep reeds ontvangen. En voor 1 Mei zal ieder van de militai ren weten, in welke periode hij zijn op roep verwachten kan. Welke onderdelen worden opgeroepen? Het is wel duidelijk, dat de Generale Staf, die ons deze gegevens over de her halingsoefeningen verstrekte, niet tot in details kan bekend maken, welke onder delen precies zullen worden opgeroepen en in welke periode. Vast staat wel, dat de reserve-officieren van de 5e en de 6e divisie, de gehele derde divisie, een aan tal regimenten infanterie, compagnieën commandotroepen, compagnieën nationa le reserve, afdelingen lichte en zware j luchtdoelartillerie, eskadron s pantser- j wagens en tankeenheden en voorts een i aantal genie-, verbindings-, technische dienst-, intendance-, transport- en ge neeskundige eenheden, dit jaar hun beurt zullen krijgen. V/elke onderdelen aan de najaarsmanoeuvres zullen deelnemen, is nog niet bekend. Voor de derde divisie zal in ieder geval een oefenterrein bui ten Nederland gezocht moeten worden. Voor verschillende onderdelen zal de wijze van opkomen anders zijn, dan in de laatste jaren gebruikelijk was. Tot nu toe werden de officieren en de andere leden van het kader altijd een of meer weken eerder opgeroepen voor extra scholing. Dit jaar voor het eerst zullen verschillende onderdelen in hun -geheel opkomen, dus op dezelfde wijze als in geval van mobilisatie. Legering in tenten en barakkeu. Ook voor de legering van de onder delen moesten voor 1954 andere maatre gelen worden genomen. Dit jaar zal men gebruik maken van tentenkampen in de mobilisatiecentra. En in de volgende ja ren hoopt men te kunnen beschikken over nieuwe, verplaatsbare houten ba rakken met daarbij meer permanente ge bouwen voor keukens e.d. Er zal in ieder geval geen gebruik gemaakt wor den van particuliere gebouwen, zoals scholen e.d. VARIËREN VAN 5 83 DAGEN De herhalingsoefeningen in 1954 zullen voor de verschillende on- clerdelen variëren van 5 dagen (mi litair gezag- en juridische zaken- groepen) lot 83 dagen (3e bataljon zwart- tanks), aldus blijkt uit een ministeriële beschikking. L>e derde divisie zal (behalve de iankonde:- de en) voor 31 dagen onder de wa penen worden geroepen, evenals de 31e, 32e en 33e escadron zware tanks. Voorts zal onder meer een aantal legerkorps- en territoriale onderdelen voor 59 dagen (officie ren, onderofficieren en nader aan te wijzen categorieën korporaals) respectievelijk 52 dagen (korpo raals en soldaten) worden opge roepen, een aantal territoriale on derdelen voor respectievelijk 52 en 38 dagen, een aantal afdelingen zware luchtdoelartillerie voor 45 respectievelijk 31 dagen, een aan tal compagnieën infanterie van de Nationale Reserve voor 17 dagen en een afdeling lichte iuehtdoelar- tillerie van de Nationale Reserve voor 31 dagen. NIEUWJAARSREDE VAN PRESIDENT EISENHOWER. President Eisenhower heeft in zijn „State of the l'nion' -bood- schap aan het 38ste Amerikaanse Congres een optimistisch beeld ge schetst van het voor de deur staan de begrotingsjaar. In de boodschap staan het behoud van de wereld vrede en de handhaving van de „wonder"-wel vaart in de Ver. Ska ten voorop. „Ik vertrouw", aldus de president, „dat wij de overgang van oorlogseconomie naar vredes economie kunnen doormaken zon der ernstige onderbreking van on ze economische groei. Wij zullen (leze zaak van levensbelang echter niet aan het toeval overlaten. Eco nomische paraatheid is even be langrijk voor 't land als militaire". Op het militaire vlak heefi de pre sident een aantal maatregelen voorgesteld, die er op de eerste plaats op gericht zijn „een agressie minder aanlokkelijk te maken". „Wij zullen niet tot de aanval overgaan, maar zullen met onze hondgenoten zorgen dat wij paraat zijn om een aanval af te slaan", al dus de president. Op hei gebied Van de handel met het buitenland sprak de president, zich uit voor „voortzetting van de militaire hulp, handhaving van de technische hijstand en verminde ring van de economische hulp". „Er moet een gezonder en vrijer stelsel van handel en betaling in de vrije wereld worden geschapen, een systeem waarbij onze bondge noten genoeg kunnen verdienen en onze economie kan blijven bloeien. De vrije wereld kan zich niet lan ger de willekeurige beperkingen in het handelsverkeer veroorloven, die sinds de oorlog hebben gegol den. Over dit vraagstuk zal ik hel Congres gedetailleerde voorstellen doen", aldus de president. Hij bepleitte militaire steun aan Europa, maar vermindering van economische hulp. „Naarmate wij gedurende het ko mende jaar onze militaire kracht, waarbij het grote en steeds toene mende aantal kernwapens, hand haven en de banden mei onze ge allieerden nauwer aanhalen, zullen wij in een sterker positie verkeren om belangrijke vraagstukken met het Kremlin te bespreken", aldus de president. Het had nogal wat voeten in de aarde voordat de raad van Sprang-Ca- pelle in zijn vergaderig van Vrijdagavond door de agenda was heenge- werkt; dit behoeft geen verwondering te wekken, wanneer men weet dat die agenda ook de behandeling van de begroting vermeldde en wanneer uien bovendien weet, dat deze begroting weinig minder was dan een ge degen welvaartsplan voor deze vooral de laatste tijd zich sterk ontwikke lende gemeente, die echter op verschillend gebied enige verzuimen heeft te herstellen, maar dit dan ook niet nalaat te doen. Over het geheel genomen toonde de raad zich vrij eensgezind met de op stapel gezette plannen en zonder hoofdelijke stemming kon de begroting dan ook worden aangenomen. TOCH VLAGGEN OP ZONDAG DE 31e JANUARI. Nadat de voorzitter zijn nieuwjaars rede had uitgesproken, waarvoor wij el ders Uw aandacht vragen en de heer Ros hem hiervoor namens de raad had gedankt, werden zonder enige opmerkin gen de notulen vastgesteld. Bij de Ingekomen stukken deelde de voorzitter mee, dat de heer S. Y. Oerle mans ontslag had gevraagd als lid van de gemeenteraad. Als voorzitter van he{ j centraal stembureau had de burgemees ter de heer G. de Rooij als raadslid be noemd verklaard. De voorzitter dankte de heer Oerlemans, die niet meer aan wezig was, voor alles wat hij in het be lang van de gemeente had gedaan. Als lijstaanvoerder van de groep ge- j meentebelangen, aldus wethouder Dr Winkelman, heb ik met leedwezen ken- i is genomen van deze ontslagname. De heer Oerlemans was een van de oprichters van deze groep. De heer Oer lemans betrachtte ernstig waar de groep naar streefde. Door zijn hardhorigheid werd hij in de raadsvergaderingen erg gehinderd en hij voerde dan ook weinig het woord in de raadsvergaderingen, maar des te meer in de fractievergade ringen, waarin hij veel critiek uitoefen de ook op de wethouder uit die groep, die hiervan graag profijt trok. De heer Oerlemans, besloot wethouder Winkel man, was een van de mensen in wie de stijl die steeds zeldzamer wordt was be waard gebleven. Vervolgens bracht de voorzitter de raad in kennis met een brief van de Mi nister van Binnenlandse Zaken, waarin werd meegedeeld, dat de verjaardag van H.K.H. Prinses Beatrix op Zondag 31 Januari gevierd zou worden, omdat ver schuiving naar de Maandag niet moge lijk was in verband met de herdenking van de watersnood. De minister ver zocht dus op die Zondag van alle offi ciële gebouwen de vlag te doen wappe ren. B. en W. wilden graag het gevoe len van de raad in dezen kennen, zelf waren zij van mening dat het gebeuren moest. De heer Maijers, die zich een voor stander verklaarde van het koninklijk huis, was het er echter niet mee eens, 1 dat er nu op Zondag gevlagd werd, als Prinses Beatrix gezond blijft, hoopt ze nog wel meer te verjaren, zei hij. Wanneer ze op Zondag verjaart, al- dus de heer Dekkers, dan verjaart ze toch op Zondag, dat heeft God haar toch gegeven. Hij zag niet in, waarom men hier in principe tegen moest zijn. De heer Ros merkte op, dat het Ko ninklijk huis tot op heden nooit op Zon dag heeft gevlagd; een bewijs dat zij eer bied hadden voor de Zondag. Ik had liever gehad, zei de heer Ros, dat zij nu het inzicht hadden gehad: we zullen in het geheel niet vlaggen; de dag waarop de prinses verjaart is een Zon dag, de dag daarop is een dag van ramp. Hij gaf ook als zijn mening te kennen, dat men in het geheel niet moest vlaggen op die Zondag, gezien ook de ramp die er was gebeurd en de verschrikkelijke dingen die er nu nog gebeurden. De heer Genuit echter wees er op, dat het gebruikelijk was, dat er toch ook in de kerken werd gedankt op deze dag en hij zag er geen bezwaar in, dat op die dag op de kerken en de officiële gebouwen en zijn eigen huis de vlag zou steken. Als er openbaar feestvertoon zou zijn, dan zou hij er wel bezwaar tegen hebben. Wethouder Winkelman wees er de heer Ros op, dat het schrijven afkomstig was van de Minister van Binnenlandse Zaken, terwijl de heer Ros de indruk wekte dat deze regeling gesuggereerd zou zijn door de Koningin. De voorzitter verklaarde het roerend eens te zijn met de heer Genuit, terwijl hij de heer Ros toevoegde dat de datum van de ramp steeds zou blijven vallen na de verjaardag van de Prinses. 1 enslotte ging de raad er mee accoord dat op die dag van de officiële gebou wen de vlag zou wapperen ter ere van Prinses Beatrix, terwijl de heren M!aijers en Ros geacht wensten te worden te hebben tegengestemd. Met de overige stukken, waarvoor wij naar een van onze vorige nummers ver wijzen, evenals voor de volgende voor stellen en prae-adviezen van B. en W„ die we eveneens uitvoerig publiceerden •reeds, gingen de leden alle accoord. In de gemeentelijke instelling voor Maatschappelijke Zorg werd vervolgens herbenoemd het lid de heer Th. J. Rij ken met 11 stemmen, terwijl er een stem blanco was. Met 10 stemmen werd de heer W. Mo- legraaf tot klokkeluider te Capelle be noemd; de overleden luider kreeg ook nog een stem. De punten 6 t.m. 12 bleken allemaal hamerstukken; geen der leden had op een dezer punten nog iets op- of aan te merken. VOOR WIE DE CHRISTE LIJKE VOLKSBOND. Toen B. en W. voorstelden de subsi die aan het bestuur van „De Christelijke Volksbond" te verhogen van f 150 tot f 300, merkte de heer de Raat op, dat het jammer was, dat andersdenkenden in het gebouw nooit een zaal konden huren. Dit moest toch mogelijk zijn als de gemeente het gebouw subsidieerde. Inderdaad, aldus de voorzitter, was er het bestuur, dat zekere regelen stelde en hij kon zich voorstellen, dat het bestuur zekere verenigingen of partijen niet toe liet. Het was erg moeilijk voor B. en W. voorwaarden te stellen in dit opzicht. Dat was niet mogelijk, meende wet houder Winkelman, deze mensen moes ten baas blijven in eigen huis. Hij had weliswaar de indruk dat de besluiten die er soms genomen werden, wel eens een beetje klein waren. Maar dit kon hij niet helemaal beoordelen. Het was echter een algemeen belang, dat het gebouw bleef bestaan en het zou B. en W. zeer spijten als deze zaak door het niet verlenen van deze subsidie spaak zou lopen. Men moest de subsidie ver lenen in de hoop dat het bestuur in de toekomst een. ander standpunt zou gaan innemen. Het mooiste zou ^ijn, viel de voorzit ter de heer de Raat bij, wanneer tegen over het gemeentehuis een mooi dorps huis zou gebouwd kunnen worden dat voor eenieder toegankelijk was. De heer de Bie vroeg of men niet kon bepalen dat het gebouw toegankelijk was voor wettelijk goedgekeurde orga nisaties. v Ook dit, zei de voorzitter, zal nog wel op bezwaren stuiten bij het bestuur; want onder deze zijn ook nog wel ver enigingen die men hier zou willen weren. Het betreft hier een particuliere Volks bond, was de mening van de heer 'Dek kers en de gemeente moest niet in gaan grijpen in particuliere zaken; als we een bibliotheek subsidiëren, schreven we ook niet voor welke boeken ze moeten nemen. Deze kwestie was alleen maar op te lossen binnen het bestuur van de Volks bond. Nadat de heer de Raat nog verklaard had, dat hij alleen maar had willen zeg gen dat hij het jammer vond en geen enkele pressie in deze op B. en W. had willen uitoefenen, gingen de leden met het voorstel van B. en W. accoord. VAN door Martin Verduyn. 26) De bewakers knipten sterke zak lantaarns aan. Een weldadige koelte om gaf hen en zowel Marion als Flanders voelden zich, ondanks de sinistere om geving en het naderende doel, opleven. Voor hen uit gloorde een flauw licht, dat echter spoedig sterker werd. Zij ston den plotseling in een grote onderaardse ruimte, een grot, waarin zich minstens twintig mannen bevonden, allen druk be zig met allerlei werkzaamheden. Flanders wist: dit was 't hart van de Duitse spionnage in Leopoldsville. Meer nieuwsgierig dan bevreesd wachtte hij de verdere gebeurtenissen af en benutte de tijd die hem gelaten werd om dë omgeving goed in zich op te ne men. Hij zag, hoe de grot verschillende uitgangen had, die waarschijnlijk naar de andere zijde van de rotsformatie leidden. Zijn elastische geest zocht reeds naar mogelijkheden om te ontsnappen. Zou den de Duitsers weer de fout maken hem niet direct te doden? Het was een prach tige bescherming als belangrijke inlich tingenbron beschouwd te worden, be dacht hij. Bijna zeshonderd mijlen verder in het binnenland keek op dat ogenblik Mers- ham tersluiks op zijn polshorloge. Ruim vijf uur waren nu sedert het vertrek van Flanders verstreken. De spanning werd ondragelijk. Op nog geen twintig meter afstand loerden hun vijanden onafgebro ken op de vliegtuigen. Zowel Hartley als Brent moesten in de stikhete toestellen aan het eind van hun krachten zijn. Mersham durfde geen aflossing te ris keren en Schroder dorstte haar wraak, zich inwendig verkneuterend over Mers- ham's ijdele verwachting op hulp. Hij rekende erop, dat de illegale organisatie in Leopoldsville Flanders en Marion op hun weg naar de regering onderschept hadden. Op een gegeven moment, het kon niet lang meer duren, zouden die twee kerels in de vliegtuigen het opge ven en konden ze allen zonder meer neerschieten. Vol ongeduld wachtte hij het door hem verbeidde moment af. Ni chols had hun vanuit het kamp reeds gemeld, dat hij verwachtte binnen een uur te kunnen vertrekken. Kapitein Juliën was niet alleen een dappere Belgische vlieger, maar tevens een zeer intelligente jonge man. 'Hij had nooit gedacht op een ver buiten het strijdgewoel gelegen post als de hoofd stad van de Congo, nog eens een op dracht te krijgen, waarbij hij zijn bij zondere capaciteiten zou kunnen tonen. Reeds vele malen had hij getracht over plaatsing naar Engeland of het Europe se vasteland te krijgen, maar om een re den die hem later pas duidelijk werd, had men hem in Leopoldsville als comman dant van een schijnbaar onbetekenend eskader gehandhaafd. De reden was de enorme betekenis van de Congo als uraniumgebied. En nu ka pitein Desmond van de gouverneur de ontstellende mededelingen over het atoomdrama, dat zich ver in het bin nenland afspeelde, vernam, en de do delijk ontstelde gouverneur hem vertelde, dat Flanders en miss Andrews ontvoerd waren, besefte hij dat hij voor een grote taak stond. Hij zou nu zonder die handige Ameri kaanse sergeant moeten opereren. Ge lukkig had deze reeds aan de gouver neur zogvuldig de positie van de ach tergelaten expeditie opgegeven. Ook was Desmond bekend met de benarde situatie waarin Mersham en zijn mannen zich bevonden en het feit dat Nichols ieder ogenblik naar Berlijn zou kunnen ont komen, waarmee het lot van de be schaafde wereld bezegeld zou zijn. Terwijl de gouverneur, geheel van zijn stuk gebracht door de brutale overval op miss Andrews en Flanders, opgewon den gesprekken voerde met Brussel, Washington en Londen, startte kapitein Desmond met vier lichte bommenwer pers en twee jagers. Het enige wat hem zorg baarde, was de -wijze van benade ren van de vijand. Dit was een grote moeilijkheid in de gegeven situatie, want als de Duitsers hun komst zouden be merken en het zware ronken der mo toren was op vrij grote afstand reeds te horen konden zij niet anders dan het risico nemen en Jiun bezette vliegtuigen in handen proberen te krijgen. Dit was Juliën Desmond's redenering en bij het rustige monotone gezoem van de motoren zon hij op middelen de Duit- sers onverhoeds te overvallen. Het ter rein van de door Flanders opgegeven positie was hem door zijn vele vluchten goed bekend, maar tenslotte kende hij het alleen maar uit de lucht. Toen zij nog ongeveer honderd mijl van de plaats verwijderd waren, had Desmond een plan gereed. Hij bleef nog twintig minuten in de vastgestelde koers vliegen en beval de piloten van de ove rige vliegtuigen tot maximum-hoogte te stijgen. Toen de voor deze toestellen hoogst mogelijke regionen bereikt waren, instrueerde Desmond de motoren af te zetten en in dezelfde koers in glijvlucht te landen op een enige mijlen voor hen gelegen klein plateau. Het was een ge vaarlijke stunt, maar de enig mogelijke om niet door de vijand te worden op gemerkt. Wanneer Flanders' gegevens juist waren, kon het landingsterrein niet verder dan twee mijlen van -het Duitse kamp verwijderd zijn. Geruisloos suisden de vliegtuigen naar beneden. Tijdens de daling zag Desmond scherp uit naar het Duitse kamp, maar het ge lukte hem niet een spoor daarvan te vinden. Alle vliegtuigen kwamen behou den aan de grond. Desmond liet bij ieder toestel een piloot achter en verza melde tachtig goed getrainde infanteris ten die hem ter beschikking waren ge steld, om zich heen.. „Wij hebben nu een goede kans dat de Duitsers onze komst niet bemerkt hebben", zei hij. „Zo geruisloos mogelijk en in ganzenmars volgen jullie mij nu. Eenmaal bij de plaats aangekomen, waar de Amerikaan se kapitein met zijn mannen en de Duit sers zich bevinden, maken wij een om singelende beweging, maar denk er om: muisstil!" In snel tempo werd de mars begon nen. Desmond leidde zijn mannen in de richting die zijn kompas aangaf. Hij was sinds zijn prille jaren niet meer in een kerk geweest, maar nu was er een stille bede in zijn hart, .dat hij de goede richting had en nog op tijd zou komen. Na een kwartier zwoegen en bedachtzaam speuren, overal begeleid door het gekrijs van apen, stak Des- mond zijn hand op. Afgehakte lianen en platgetreden gras wezen op de aanwe zigheid van mensen. Toen dacht Des- mond: dit spoor moet ons naar de vij and leiden en hij dacht ook, dat het een waagstuk was, dit spoor te volgen. Maar overheersend was de gedachte aan de benauwenis van die dappere mannen, die de Duitse vliegtuigen be zet hielden en hoe zij iedere seconde minder weerstand zouden krijgen, met afgrijzen wachtend op het moment dat zij geestelijk en lichamelijk zouden bre ken en de getergde vijand als wolven op De punten 14, 15 en 16 bleken ook weer hamerpunten te zijn en de raad kon toen overgaan tot behandeling van de begroting. TELEURGESTELD OVER SAMENWERKING DER PARTIJEN. De heer van Caem was de eerste die gebruik maakte van de gelegenheid tot het houden van algemene beschouwingen en hij begon met complimenten te ma ken over de uitvoerige wijze van samen stelling en de inhoud van het voor hem liggende jaarprogram. Hij dankte voor het op tijd ontvangen hiervan. Hij toon de zich dankbaar voor de uitslag van de verkiezingen in het afgelopen jaar. Onze mensen lieten ons ditmaal niet in de steek, zei hij. Respect heb ik voor die genen die het met onze opvattingen niet eens zijn, daar de propaganda voor de stembus op waardige en eerlijke wijze is gevoerd. Onbevredigend, vervolgde hij, zal het jaar 1953 voor mij blijven als ik denk aan de samenwerking met onze andere broeders; ik denk dan speciaal aan de A.R. uit het vroegere Capelle. Hun hou ding was naar mijn mening beneden peil. De heren waren hun hoofd kwijt; dagen, ik kan wel zeggen weken was er ge confereerd. Een algemene samenwerking met de C.H. bleek niet mogelijk, of wij van onze kant hadden onze tweede ver kiesbare plaats af moeten staan, wat wij in opdracht van onze kiesvereniging nooit mochten doen, gezien het feit, dat wij gewoon waren in vorige jaren drie mensen gekozen te zien. Alle afspraken ten spijt lieten ze ons in de bewuste nacht staan; de candidatenlijst was reeds klaar, de bereidverklaringen door be trokkenen getekend, dit mocht alles niet baten, zonder de candidaten te vragen werd tegen de mening van velen harer leden in een andere samenwerking ge kozen en werden wij te elfder ure ge roepen onze eigen weg te gaan. De A.R. en C.H. trokken ditmaal af zonderlijk op, inaar dit hoefde niet een samenspreking in de toekomst in de weg te staan; dit bleek echter ook niet het geval. De heren hebben ons, aldus de heer van Caem, laten staan, zonder onze mening te vragen ging men over tot de wethoudersverkiezing; volkomen ons ne gerend, hield men samensprekingen met niet-geestverwanten om toch maar men sen naar hun smaak gekozen te krijgen. Hoe gaarne we hadden meegewerkt om ook iemand uit eigen kring in deze functie gekozen te zien, wij werden, ik meen met opzet, onwetend gehouden. Of wij in onze plattelandsgemeente twee intellectuele wethouders moeten hebben is een vraag, die wij ontkennend menen te moeten beantwoorden. Gezien de verhoudingen in onze bevolking en de samenstelling van onze raad, zijn wij van mening dat hier ook een arbeider bij had behoren te zijn. De heer van Caem vervolgde, geroe pen als wij zijn het gemeentebelang te dienen wil ik gaarne verklaren dat wij in de komende zittingsjaren, indien God daartoe ons krachten geeft, dit zullen doen. Wij verwachten van het college een krachtig vooruitstrevend beleid, ge toetst aan die beginselen, die zij in meer derheid willen belijden, waaronder wij ook verstaan, dat zij bij voordrachten voor commissies etc. mensen voordraagt die capabel zijn voor hun taak en bij wie ook het arbeiderselement behoor lijk is vertegenwoordigd. Ernstige cri tiek hebben wij voor de wijze waarop de raad in de eerste vergadering van onze nieuwe samenstelling onze man in de woningcommissie behandelde. Vele jaren, juist in de moeilijkste ogenblikken van het woningtekort heeft hij de gemeen schap gediend op een wijze waarvoor hij de lof en de dank van U, mijnheer de voorzitter, in ontvangst mocht nemen. Ook in de kring van de meer dan 500 georganiseerden in het C.N.V. in onze gemeente wisten we wat we aan hem hadden. Gaarne wil ik hier namens mijn christelijke medegeorganiseerden ver klaren, dat wij dankbaar zijn voor het vele vaak ondankbare werk dat hij zon der persoonlijk belang voorop te stellen voor ons heeft verricht. Moest hier een politieke zet worden uitgespeeld? Was dit het gemeentebelang dienen? hen toe zouden schieten. Dus waagde hij het er op en halveer de zijn troep in twee afdelingen van veertig man. „We volgen dit spoor in tegenover gestelde richtingen. Waarschijnlijk zal één groep op het nu vrijwel onbezette Duitse kamp stuiten en de andere groep op de Duitsers zelf. Zodra een groep hoort schieten, moet de een de ander niet te hulp komen, voordat het kamp grondig is doorzocht. Want het in de eerste plaats om professor Nichols en waarschijnlijk bevindt die zich in het kamp." „En nog iets", vervolgde de wakkere kapitein, toen zijn mannen aanstalten maakten om verder te gaan, „deze pro fessor Nichols mag onder geen enkele voorwaarde met een van de Duitse vliegtuigen verdwijnen. Hij mag echter ook in geen geval doodgeschoten wor den. Niemand mag zelfs ook maar pro beren hem te verwonden. Zelfs mag een poging tot ontvluchten van deze man niet met de wapens verhinderd worden. Als hij geen vervoermiddel heeft, van gen wij hem toch later op. Het gaat er dus ook om zodra de Amerikanen door ons bevrijd zijn, de Duitse vliegtuigen onklaar te maken."

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1954 | | pagina 2