I
Wijde Wereld
Politieke Crisis
OE OPDRACHT
VEEL STAAT ER IN SPRANG-CAPELLE OP STAPEL
ROBERT MERSHAM
UIT DE
2
DE ECHO VAN HET ZUIDEN VAN MAANDAG 11 JANUARI 1954
herhalingsoefeningen
Uitvoerig werd het door de Raad besproken
Principe besluit tot komvorming in Vrijhoeve
FEUILLETON
onn „De Echo van het Zuiden".
Wordt vervolgd.
Het is de Italiaanse premier Pella in
beginsel niet kwalijk te nemen dat hij
het leven van zijn kabinet niet langer
heeft kunnen rekken dan tot vorige week,
want toen hij het in Augustus vormde,
pretendeerde hij niet meer dan een over
gangskabinet ter wereld te hebben ge
bracht. Èen overgang waarheen? De her
komst zou nog wel na te sporen zijn,
want het kwam voort uit een mislukt
kabinet-De Gasperi na voor de christen-
demokraten niet bijster gunstige verkie
zingen. Daardoor kon het kabinet-Pella
niet bogen op een glorieuze afkomst. Nu
kreeg het in zoverre de wind mee, dat
al gauw de geruchtmakende kwestie-
Triest op de proppen kwam, die de aan
dacht afleidde van de binnenlandse po
litiek, het gevaarlijkste struikelblok.
Misschien hebben de Verenigde Staten
cn Engeland Pella veen ruggesteun willen
geven, maar die heeft dan alleen gefunc-
tionneerd zolang de kwestie in het brand
punt van de belangstelling stond. Ze is
echter voor de zoveelste maal geluwd
zender dat er een definitieve oplossing
of ontspanning kwam. Onverdeeld was
het succes dus niet. Dit had tot gevolg
dat bet kabinet op een niet minder wan
kele basis kwam te staan dan tevoren,
want het verloochende zijn afkomst niet.
Men ma9 er "aar raden wat de be
doeling van Pella is geweest, toen hij
zijn kabinet ging reorganiseren. Wilde
hij zijn overgangskabinet een definitieve
vorm geven en daardoor een steunpunt
geven dat het nog miste? Dan heeft hij
daar niet veel geluk mee gehad. Hem
ontviel de steun van een aantal partij
genoten, die ëen andere mening bleken
toegedaan over de aard der reorganisa
tie. Het was weer de oude tegenstelling
tussen links en rechts. Pella, niet van
zins steun te zoeken bij de socialisten,
wendde zich tot de monarchisten, wat al
weinig enthousiasme verwekte bij de lin
kervleugel van zijn partij. Toen hij bo
vendien een rechts gerichte minister van
landbouw benoemde, was zijn doodvon
nis praktisch getekend. De linksen vrees
den namelijk voor de landverdeling
waarmee De Gasperi indertijd is begon
nen om een eind te maken aan de nood
ender de kleine boeren en die ressor
teert onder het ministerie van landbouw.
Toen de eigen partij zo ernstig verdeeld
was, had Pella, wiens positie nooit erg
sterk is geweest, helemaal weinig kans
tegenover de oppositie en hij kelderde.
Met des te meer kracht dringt zich
hier de vraag op: waarheen is het ka-
binet-Pella een overgang geweest? Naar
de anarchie is men bij eerste opwelling
geneigd te zeggen, maar dat is het juist
wat voorkomen moet worden. Italië
leeft inderdaad op de rand van anarchie,
evenals Frankrijk, maar doordat het
communistische gevaar er ongetwijfeld
groter is tengevolge van nog grotere
armoede en nog grotere aanhang, is de
afgrond waarin het kan gestort worden,
ook dieper. Nog onlangs heeft de Ame
rikaanse ambassadrice in Rome voor dit
communistisch gevaar gewaarschuwd
door de weinig geruststellende medede
ling dat de communisten binnen enige
tijd sterk genoeg zouden zijn om de
macht over te nemen, wanneer er geen
betere sociale en politieke voorwaarden
geschapen zouden worden. Daarom pleit
te zij voor voortzetting van de Ameri
kaanse hulp aan Italië.
Deze kan evenwel niet de uiteindelijke
politieke oplossing geven. De onderlinge
partijschap en inwendige verdeeldheid
maken een krachtige regering onmoge
lijk. Een twintigtal partijen dongen in
de verkiezingsstrijd mee naar zetels in
het parlement en de nieuwe kieswet
heeft niet kunnen verhinderen dat het
parlement een getrouwe afspiegeling is
van deze verdeeldheid. Nu bovendien de
inwendige tegenstellingen in de christen-
demokratische partij weer sterker aan
het licht treden, worden de vooruitzich
ten nog minder rooskleurig. Van niet-
confessionele zijde wordt dit voor een
confessionele partij onvermijdelijk ge
noemd, maar het moet toch voor ieder
die in de politieke wereld rondkijkt dui
delijk zijn, dat de begrippen progressief
en conservatief niet inhaerent zijn aan
confessionele partijen.
Zal de nieuwe formateur er in slagen
de tegenstellingen te verzoenen? He't is
duidelijk geworden dat een rechtse koers
weinig kans maakt! Hij zal dus toenade
ring naai- de andere kant moeten zoe
ken, aangezien de centrumpartijen niet
sterk genoeg zijn om zelfstandig het land
te regeren. Of er overeenstemming tus
sen het centrum en de socialisten van
Saragat te onderscheiden van de
communistisch georiënteerde van Nenni
mogelijk is, blijft een vraag. Daarom
spreekt men al van nieuwe verkiezingen,
waarvan het succes eveneens zeer pro
blematisch is, omdat de voorwaarden
niet gunstiger zijn dan in de loop van
het vorig jaar. Daardoor blijft de poli
tieke situatie zeer labiel, wat geenszins
bevorderlijk is voor een krachtig be
wind. Alleen als de sterke man De Gas
peri opnieuw zijn-kans krijgt, is het
mogelijk, dat de hemel wat opklaart,
ofschoon onmiddellijk na de verkiezingen
Van Juni ook zijn gezag niet groot ge
noeg bleek om de partijen samen te bren
gen: Men kan dus met recht zeggen dat
Italië niet alleen in een kabinetskrisis
zit, maar ook in een ernstige politieke
krisis zonder onmiddellijk vooruitzicht
op opklaringen. Het kan een langdurige
geschiedenis worden, ook al forceert men
op korte termijn een noodoplossing.
Want dan nog eist de Italiaanse demo-
kratie sanering.
DIT JAAR HERHALINGSOEFENIN
GEN VOOR 70.000 MILITAIREN.
Er zullen in de loop van 1954 onge
veer 70.000 militairen, die de eerste oefe
ning achter de rug hebben, worden opge
roepen voor herhalingsoefeningen. 70.000
Nederlanders ongeveer evenveel als
in het vorige jaar -zullen voor kor
tere of langere tijd hun burgerkleding
moeten verwisselen voor de soldaten
uniform en de werkplaats of de fabriek
cf het kantoor voor het militaire kam
pement. Er zullen er onder zijn, die het
wel plezierig vinden een paar weken
soldaat te zijn en oude kameraden te
ontmoelen. Anderen zullen zich slechts
met moeite kunnen losmaken van hun
werk in de burgermaatschappij. Maar
zonder herhalingsoefeningen kan een le
ger, dat niet uit beroepsmilitairen be
staat, niet paraat zijn. Het is nodig de
militairen van tijd tot tijd weer in dienst
te werpen om de onderdelen op de z.g.
oorlogssterkte te oefenen, om de leden
van de staven te trainen in hun verant
woordelijk en moeilijk werk en om be
paalde onderdelen vertrouwd te maken
met nieuw materiaal.
Ongeveer drie maanden tevoren krijgt
iedere militair bericht van de dag,
waarop hij bij zijn onderdeel verwacht
wordt. Het personeel van de 44e Regi
ments Gevechtsgroep en van de andere
onderdelen, die op 8 Maart zullen opko
men, heeft de oproep reeds ontvangen.
En voor 1 Mei zal ieder van de militai
ren weten, in welke periode hij zijn op
roep verwachten kan.
Welke onderdelen
worden opgeroepen?
Het is wel duidelijk, dat de Generale
Staf, die ons deze gegevens over de her
halingsoefeningen verstrekte, niet tot in
details kan bekend maken, welke onder
delen precies zullen worden opgeroepen
en in welke periode. Vast staat wel, dat
de reserve-officieren van de 5e en de 6e
divisie, de gehele derde divisie, een aan
tal regimenten infanterie, compagnieën
commandotroepen, compagnieën nationa
le reserve, afdelingen lichte en zware j
luchtdoelartillerie, eskadron s pantser- j
wagens en tankeenheden en voorts een i
aantal genie-, verbindings-, technische
dienst-, intendance-, transport- en ge
neeskundige eenheden, dit jaar hun beurt
zullen krijgen. V/elke onderdelen aan de
najaarsmanoeuvres zullen deelnemen, is
nog niet bekend. Voor de derde divisie
zal in ieder geval een oefenterrein bui
ten Nederland gezocht moeten worden.
Voor verschillende onderdelen zal de
wijze van opkomen anders zijn, dan in
de laatste jaren gebruikelijk was. Tot nu
toe werden de officieren en de andere
leden van het kader altijd een of meer
weken eerder opgeroepen voor extra
scholing. Dit jaar voor het eerst zullen
verschillende onderdelen in hun -geheel
opkomen, dus op dezelfde wijze als in
geval van mobilisatie.
Legering in tenten
en barakkeu.
Ook voor de legering van de onder
delen moesten voor 1954 andere maatre
gelen worden genomen. Dit jaar zal men
gebruik maken van tentenkampen in de
mobilisatiecentra. En in de volgende ja
ren hoopt men te kunnen beschikken
over nieuwe, verplaatsbare houten ba
rakken met daarbij meer permanente ge
bouwen voor keukens e.d. Er zal in
ieder geval geen gebruik gemaakt wor
den van particuliere gebouwen, zoals
scholen e.d.
VARIËREN VAN 5 83 DAGEN
De herhalingsoefeningen in 1954
zullen voor de verschillende on-
clerdelen variëren van 5 dagen (mi
litair gezag- en juridische zaken-
groepen) lot 83 dagen (3e bataljon
zwart- tanks), aldus blijkt uit een
ministeriële beschikking. L>e derde
divisie zal (behalve de iankonde:-
de en) voor 31 dagen onder de wa
penen worden geroepen, evenals
de 31e, 32e en 33e escadron zware
tanks. Voorts zal onder meer een
aantal legerkorps- en territoriale
onderdelen voor 59 dagen (officie
ren, onderofficieren en nader aan
te wijzen categorieën korporaals)
respectievelijk 52 dagen (korpo
raals en soldaten) worden opge
roepen, een aantal territoriale on
derdelen voor respectievelijk 52 en
38 dagen, een aantal afdelingen
zware luchtdoelartillerie voor 45
respectievelijk 31 dagen, een aan
tal compagnieën infanterie van de
Nationale Reserve voor 17 dagen
en een afdeling lichte iuehtdoelar-
tillerie van de Nationale Reserve
voor 31 dagen.
NIEUWJAARSREDE VAN
PRESIDENT EISENHOWER.
President Eisenhower heeft in
zijn „State of the l'nion' -bood-
schap aan het 38ste Amerikaanse
Congres een optimistisch beeld ge
schetst van het voor de deur staan
de begrotingsjaar. In de boodschap
staan het behoud van de wereld
vrede en de handhaving van de
„wonder"-wel vaart in de Ver. Ska
ten voorop. „Ik vertrouw", aldus
de president, „dat wij de overgang
van oorlogseconomie naar vredes
economie kunnen doormaken zon
der ernstige onderbreking van on
ze economische groei. Wij zullen
(leze zaak van levensbelang echter
niet aan het toeval overlaten. Eco
nomische paraatheid is even be
langrijk voor 't land als militaire".
Op het militaire vlak heefi de pre
sident een aantal maatregelen
voorgesteld, die er op de eerste
plaats op gericht zijn „een agressie
minder aanlokkelijk te maken".
„Wij zullen niet tot de aanval
overgaan, maar zullen met onze
hondgenoten zorgen dat wij paraat
zijn om een aanval af te slaan", al
dus de president.
Op hei gebied Van de handel met
het buitenland sprak de president,
zich uit voor „voortzetting van de
militaire hulp, handhaving van de
technische hijstand en verminde
ring van de economische hulp".
„Er moet een gezonder en vrijer
stelsel van handel en betaling in
de vrije wereld worden geschapen,
een systeem waarbij onze bondge
noten genoeg kunnen verdienen en
onze economie kan blijven bloeien.
De vrije wereld kan zich niet lan
ger de willekeurige beperkingen in
het handelsverkeer veroorloven,
die sinds de oorlog hebben gegol
den. Over dit vraagstuk zal ik hel
Congres gedetailleerde voorstellen
doen", aldus de president.
Hij bepleitte militaire steun aan
Europa, maar vermindering van
economische hulp.
„Naarmate wij gedurende het ko
mende jaar onze militaire kracht,
waarbij het grote en steeds toene
mende aantal kernwapens, hand
haven en de banden mei onze ge
allieerden nauwer aanhalen, zullen
wij in een sterker positie verkeren
om belangrijke vraagstukken met
het Kremlin te bespreken", aldus
de president.
Het had nogal wat voeten in de aarde voordat de raad van Sprang-Ca-
pelle in zijn vergaderig van Vrijdagavond door de agenda was heenge-
werkt; dit behoeft geen verwondering te wekken, wanneer men weet dat
die agenda ook de behandeling van de begroting vermeldde en wanneer
uien bovendien weet, dat deze begroting weinig minder was dan een ge
degen welvaartsplan voor deze vooral de laatste tijd zich sterk ontwikke
lende gemeente, die echter op verschillend gebied enige verzuimen heeft te
herstellen, maar dit dan ook niet nalaat te doen.
Over het geheel genomen toonde de raad zich vrij eensgezind met de op
stapel gezette plannen en zonder hoofdelijke stemming kon de begroting
dan ook worden aangenomen.
TOCH VLAGGEN OP ZONDAG
DE 31e JANUARI.
Nadat de voorzitter zijn nieuwjaars
rede had uitgesproken, waarvoor wij el
ders Uw aandacht vragen en de heer
Ros hem hiervoor namens de raad had
gedankt, werden zonder enige opmerkin
gen de notulen vastgesteld.
Bij de Ingekomen stukken deelde de
voorzitter mee, dat de heer S. Y. Oerle
mans ontslag had gevraagd als lid van
de gemeenteraad. Als voorzitter van he{
j centraal stembureau had de burgemees
ter de heer G. de Rooij als raadslid be
noemd verklaard. De voorzitter dankte
de heer Oerlemans, die niet meer aan
wezig was, voor alles wat hij in het be
lang van de gemeente had gedaan.
Als lijstaanvoerder van de groep ge-
j meentebelangen, aldus wethouder Dr
Winkelman, heb ik met leedwezen ken-
i is genomen van deze ontslagname.
De heer Oerlemans was een van de
oprichters van deze groep. De heer Oer
lemans betrachtte ernstig waar de groep
naar streefde. Door zijn hardhorigheid
werd hij in de raadsvergaderingen erg
gehinderd en hij voerde dan ook weinig
het woord in de raadsvergaderingen,
maar des te meer in de fractievergade
ringen, waarin hij veel critiek uitoefen
de ook op de wethouder uit die groep,
die hiervan graag profijt trok. De heer
Oerlemans, besloot wethouder Winkel
man, was een van de mensen in wie de
stijl die steeds zeldzamer wordt was be
waard gebleven.
Vervolgens bracht de voorzitter de
raad in kennis met een brief van de Mi
nister van Binnenlandse Zaken, waarin
werd meegedeeld, dat de verjaardag van
H.K.H. Prinses Beatrix op Zondag 31
Januari gevierd zou worden, omdat ver
schuiving naar de Maandag niet moge
lijk was in verband met de herdenking
van de watersnood. De minister ver
zocht dus op die Zondag van alle offi
ciële gebouwen de vlag te doen wappe
ren. B. en W. wilden graag het gevoe
len van de raad in dezen kennen, zelf
waren zij van mening dat het gebeuren
moest.
De heer Maijers, die zich een voor
stander verklaarde van het koninklijk
huis, was het er echter niet mee eens,
1 dat er nu op Zondag gevlagd werd, als
Prinses Beatrix gezond blijft, hoopt ze
nog wel meer te verjaren, zei hij.
Wanneer ze op Zondag verjaart, al-
dus de heer Dekkers, dan verjaart ze
toch op Zondag, dat heeft God haar toch
gegeven. Hij zag niet in, waarom men
hier in principe tegen moest zijn.
De heer Ros merkte op, dat het Ko
ninklijk huis tot op heden nooit op Zon
dag heeft gevlagd; een bewijs dat zij eer
bied hadden voor de Zondag.
Ik had liever gehad, zei de heer Ros,
dat zij nu het inzicht hadden gehad: we
zullen in het geheel niet vlaggen; de dag
waarop de prinses verjaart is een Zon
dag, de dag daarop is een dag van ramp.
Hij gaf ook als zijn mening te kennen,
dat men in het geheel niet moest vlaggen
op die Zondag, gezien ook de ramp die
er was gebeurd en de verschrikkelijke
dingen die er nu nog gebeurden.
De heer Genuit echter wees er op, dat
het gebruikelijk was, dat er toch ook
in de kerken werd gedankt op deze dag
en hij zag er geen bezwaar in, dat op
die dag op de kerken en de officiële
gebouwen en zijn eigen huis de vlag zou
steken. Als er openbaar feestvertoon zou
zijn, dan zou hij er wel bezwaar tegen
hebben.
Wethouder Winkelman wees er de
heer Ros op, dat het schrijven afkomstig
was van de Minister van Binnenlandse
Zaken, terwijl de heer Ros de indruk
wekte dat deze regeling gesuggereerd
zou zijn door de Koningin.
De voorzitter verklaarde het roerend
eens te zijn met de heer Genuit, terwijl
hij de heer Ros toevoegde dat de datum
van de ramp steeds zou blijven vallen
na de verjaardag van de Prinses.
1 enslotte ging de raad er mee accoord
dat op die dag van de officiële gebou
wen de vlag zou wapperen ter ere van
Prinses Beatrix, terwijl de heren M!aijers
en Ros geacht wensten te worden te
hebben tegengestemd.
Met de overige stukken, waarvoor wij
naar een van onze vorige nummers ver
wijzen, evenals voor de volgende voor
stellen en prae-adviezen van B. en W„
die we eveneens uitvoerig publiceerden
•reeds, gingen de leden alle accoord.
In de gemeentelijke instelling voor
Maatschappelijke Zorg werd vervolgens
herbenoemd het lid de heer Th. J. Rij
ken met 11 stemmen, terwijl er een stem
blanco was.
Met 10 stemmen werd de heer W. Mo-
legraaf tot klokkeluider te Capelle be
noemd; de overleden luider kreeg ook
nog een stem.
De punten 6 t.m. 12 bleken allemaal
hamerstukken; geen der leden had op
een dezer punten nog iets op- of aan te
merken.
VOOR WIE DE CHRISTE
LIJKE VOLKSBOND.
Toen B. en W. voorstelden de subsi
die aan het bestuur van „De Christelijke
Volksbond" te verhogen van f 150 tot
f 300, merkte de heer de Raat op, dat
het jammer was, dat andersdenkenden
in het gebouw nooit een zaal konden
huren. Dit moest toch mogelijk zijn als
de gemeente het gebouw subsidieerde.
Inderdaad, aldus de voorzitter, was er
het bestuur, dat zekere regelen stelde en
hij kon zich voorstellen, dat het bestuur
zekere verenigingen of partijen niet toe
liet. Het was erg moeilijk voor B. en
W. voorwaarden te stellen in dit opzicht.
Dat was niet mogelijk, meende wet
houder Winkelman, deze mensen moes
ten baas blijven in eigen huis. Hij had
weliswaar de indruk dat de besluiten
die er soms genomen werden, wel eens
een beetje klein waren. Maar dit kon hij
niet helemaal beoordelen.
Het was echter een algemeen belang,
dat het gebouw bleef bestaan en het zou
B. en W. zeer spijten als deze zaak door
het niet verlenen van deze subsidie spaak
zou lopen. Men moest de subsidie ver
lenen in de hoop dat het bestuur in de
toekomst een. ander standpunt zou gaan
innemen.
Het mooiste zou ^ijn, viel de voorzit
ter de heer de Raat bij, wanneer tegen
over het gemeentehuis een mooi dorps
huis zou gebouwd kunnen worden dat
voor eenieder toegankelijk was.
De heer de Bie vroeg of men niet
kon bepalen dat het gebouw toegankelijk
was voor wettelijk goedgekeurde orga
nisaties. v
Ook dit, zei de voorzitter, zal nog
wel op bezwaren stuiten bij het bestuur;
want onder deze zijn ook nog wel ver
enigingen die men hier zou willen weren.
Het betreft hier een particuliere Volks
bond, was de mening van de heer 'Dek
kers en de gemeente moest niet in gaan
grijpen in particuliere zaken; als we een
bibliotheek subsidiëren, schreven we ook
niet voor welke boeken ze moeten nemen.
Deze kwestie was alleen maar op te
lossen binnen het bestuur van de Volks
bond.
Nadat de heer de Raat nog verklaard
had, dat hij alleen maar had willen zeg
gen dat hij het jammer vond en geen
enkele pressie in deze op B. en W. had
willen uitoefenen, gingen de leden met
het voorstel van B. en W. accoord.
VAN
door Martin Verduyn.
26)
De bewakers knipten sterke zak
lantaarns aan. Een weldadige koelte om
gaf hen en zowel Marion als Flanders
voelden zich, ondanks de sinistere om
geving en het naderende doel, opleven.
Voor hen uit gloorde een flauw licht, dat
echter spoedig sterker werd. Zij ston
den plotseling in een grote onderaardse
ruimte, een grot, waarin zich minstens
twintig mannen bevonden, allen druk be
zig met allerlei werkzaamheden.
Flanders wist: dit was 't hart van de
Duitse spionnage in Leopoldsville.
Meer nieuwsgierig dan bevreesd
wachtte hij de verdere gebeurtenissen af
en benutte de tijd die hem gelaten werd
om dë omgeving goed in zich op te ne
men. Hij zag, hoe de grot verschillende
uitgangen had, die waarschijnlijk naar de
andere zijde van de rotsformatie leidden.
Zijn elastische geest zocht reeds naar
mogelijkheden om te ontsnappen. Zou
den de Duitsers weer de fout maken hem
niet direct te doden? Het was een prach
tige bescherming als belangrijke inlich
tingenbron beschouwd te worden, be
dacht hij.
Bijna zeshonderd mijlen verder in het
binnenland keek op dat ogenblik Mers-
ham tersluiks op zijn polshorloge. Ruim
vijf uur waren nu sedert het vertrek van
Flanders verstreken. De spanning werd
ondragelijk. Op nog geen twintig meter
afstand loerden hun vijanden onafgebro
ken op de vliegtuigen. Zowel Hartley
als Brent moesten in de stikhete toestellen
aan het eind van hun krachten zijn.
Mersham durfde geen aflossing te ris
keren en Schroder dorstte haar wraak,
zich inwendig verkneuterend over Mers-
ham's ijdele verwachting op hulp. Hij
rekende erop, dat de illegale organisatie
in Leopoldsville Flanders en Marion op
hun weg naar de regering onderschept
hadden. Op een gegeven moment, het
kon niet lang meer duren, zouden die
twee kerels in de vliegtuigen het opge
ven en konden ze allen zonder meer
neerschieten. Vol ongeduld wachtte hij
het door hem verbeidde moment af. Ni
chols had hun vanuit het kamp reeds
gemeld, dat hij verwachtte binnen een
uur te kunnen vertrekken.
Kapitein Juliën was niet alleen een
dappere Belgische vlieger, maar tevens
een zeer intelligente jonge man. 'Hij had
nooit gedacht op een ver buiten het
strijdgewoel gelegen post als de hoofd
stad van de Congo, nog eens een op
dracht te krijgen, waarbij hij zijn bij
zondere capaciteiten zou kunnen tonen.
Reeds vele malen had hij getracht over
plaatsing naar Engeland of het Europe
se vasteland te krijgen, maar om een re
den die hem later pas duidelijk werd, had
men hem in Leopoldsville als comman
dant van een schijnbaar onbetekenend
eskader gehandhaafd.
De reden was de enorme betekenis van
de Congo als uraniumgebied. En nu ka
pitein Desmond van de gouverneur de
ontstellende mededelingen over het
atoomdrama, dat zich ver in het bin
nenland afspeelde, vernam, en de do
delijk ontstelde gouverneur hem vertelde,
dat Flanders en miss Andrews ontvoerd
waren, besefte hij dat hij voor een grote
taak stond.
Hij zou nu zonder die handige Ameri
kaanse sergeant moeten opereren. Ge
lukkig had deze reeds aan de gouver
neur zogvuldig de positie van de ach
tergelaten expeditie opgegeven. Ook was
Desmond bekend met de benarde situatie
waarin Mersham en zijn mannen zich
bevonden en het feit dat Nichols ieder
ogenblik naar Berlijn zou kunnen ont
komen, waarmee het lot van de be
schaafde wereld bezegeld zou zijn.
Terwijl de gouverneur, geheel van zijn
stuk gebracht door de brutale overval
op miss Andrews en Flanders, opgewon
den gesprekken voerde met Brussel,
Washington en Londen, startte kapitein
Desmond met vier lichte bommenwer
pers en twee jagers. Het enige wat hem
zorg baarde, was de -wijze van benade
ren van de vijand. Dit was een grote
moeilijkheid in de gegeven situatie, want
als de Duitsers hun komst zouden be
merken en het zware ronken der mo
toren was op vrij grote afstand reeds te
horen konden zij niet anders dan het
risico nemen en Jiun bezette vliegtuigen
in handen proberen te krijgen.
Dit was Juliën Desmond's redenering
en bij het rustige monotone gezoem van
de motoren zon hij op middelen de Duit-
sers onverhoeds te overvallen. Het ter
rein van de door Flanders opgegeven
positie was hem door zijn vele vluchten
goed bekend, maar tenslotte kende hij
het alleen maar uit de lucht.
Toen zij nog ongeveer honderd mijl
van de plaats verwijderd waren, had
Desmond een plan gereed. Hij bleef nog
twintig minuten in de vastgestelde koers
vliegen en beval de piloten van de ove
rige vliegtuigen tot maximum-hoogte te
stijgen. Toen de voor deze toestellen
hoogst mogelijke regionen bereikt waren,
instrueerde Desmond de motoren af te
zetten en in dezelfde koers in glijvlucht
te landen op een enige mijlen voor hen
gelegen klein plateau. Het was een ge
vaarlijke stunt, maar de enig mogelijke
om niet door de vijand te worden op
gemerkt. Wanneer Flanders' gegevens
juist waren, kon het landingsterrein niet
verder dan twee mijlen van -het Duitse
kamp verwijderd zijn.
Geruisloos suisden de vliegtuigen naar
beneden.
Tijdens de daling zag Desmond scherp
uit naar het Duitse kamp, maar het ge
lukte hem niet een spoor daarvan te
vinden. Alle vliegtuigen kwamen behou
den aan de grond. Desmond liet bij
ieder toestel een piloot achter en verza
melde tachtig goed getrainde infanteris
ten die hem ter beschikking waren ge
steld, om zich heen.. „Wij hebben nu
een goede kans dat de Duitsers onze
komst niet bemerkt hebben", zei hij. „Zo
geruisloos mogelijk en in ganzenmars
volgen jullie mij nu. Eenmaal bij de
plaats aangekomen, waar de Amerikaan
se kapitein met zijn mannen en de Duit
sers zich bevinden, maken wij een om
singelende beweging, maar denk er om:
muisstil!"
In snel tempo werd de mars begon
nen. Desmond leidde zijn mannen in de
richting die zijn kompas aangaf.
Hij was sinds zijn prille jaren niet
meer in een kerk geweest, maar nu was
er een stille bede in zijn hart, .dat hij
de goede richting had en nog op tijd
zou komen. Na een kwartier zwoegen en
bedachtzaam speuren, overal begeleid
door het gekrijs van apen, stak Des-
mond zijn hand op. Afgehakte lianen en
platgetreden gras wezen op de aanwe
zigheid van mensen. Toen dacht Des-
mond: dit spoor moet ons naar de vij
and leiden en hij dacht ook, dat het een
waagstuk was, dit spoor te volgen.
Maar overheersend was de gedachte
aan de benauwenis van die dappere
mannen, die de Duitse vliegtuigen be
zet hielden en hoe zij iedere seconde
minder weerstand zouden krijgen, met
afgrijzen wachtend op het moment dat
zij geestelijk en lichamelijk zouden bre
ken en de getergde vijand als wolven op
De punten 14, 15 en 16 bleken ook
weer hamerpunten te zijn en de raad
kon toen overgaan tot behandeling van
de begroting.
TELEURGESTELD OVER
SAMENWERKING DER
PARTIJEN.
De heer van Caem was de eerste die
gebruik maakte van de gelegenheid tot
het houden van algemene beschouwingen
en hij begon met complimenten te ma
ken over de uitvoerige wijze van samen
stelling en de inhoud van het voor hem
liggende jaarprogram. Hij dankte voor
het op tijd ontvangen hiervan. Hij toon
de zich dankbaar voor de uitslag van de
verkiezingen in het afgelopen jaar. Onze
mensen lieten ons ditmaal niet in de
steek, zei hij. Respect heb ik voor die
genen die het met onze opvattingen niet
eens zijn, daar de propaganda voor de
stembus op waardige en eerlijke wijze is
gevoerd.
Onbevredigend, vervolgde hij, zal het
jaar 1953 voor mij blijven als ik denk
aan de samenwerking met onze andere
broeders; ik denk dan speciaal aan de
A.R. uit het vroegere Capelle. Hun hou
ding was naar mijn mening beneden peil.
De heren waren hun hoofd kwijt; dagen,
ik kan wel zeggen weken was er ge
confereerd. Een algemene samenwerking
met de C.H. bleek niet mogelijk, of wij
van onze kant hadden onze tweede ver
kiesbare plaats af moeten staan, wat wij
in opdracht van onze kiesvereniging
nooit mochten doen, gezien het feit, dat
wij gewoon waren in vorige jaren drie
mensen gekozen te zien. Alle afspraken
ten spijt lieten ze ons in de bewuste
nacht staan; de candidatenlijst was reeds
klaar, de bereidverklaringen door be
trokkenen getekend, dit mocht alles niet
baten, zonder de candidaten te vragen
werd tegen de mening van velen harer
leden in een andere samenwerking ge
kozen en werden wij te elfder ure ge
roepen onze eigen weg te gaan.
De A.R. en C.H. trokken ditmaal af
zonderlijk op, inaar dit hoefde niet een
samenspreking in de toekomst in de weg
te staan; dit bleek echter ook niet het
geval. De heren hebben ons, aldus de
heer van Caem, laten staan, zonder onze
mening te vragen ging men over tot de
wethoudersverkiezing; volkomen ons ne
gerend, hield men samensprekingen met
niet-geestverwanten om toch maar men
sen naar hun smaak gekozen te krijgen.
Hoe gaarne we hadden meegewerkt om
ook iemand uit eigen kring in deze
functie gekozen te zien, wij werden, ik
meen met opzet, onwetend gehouden.
Of wij in onze plattelandsgemeente
twee intellectuele wethouders moeten
hebben is een vraag, die wij ontkennend
menen te moeten beantwoorden. Gezien
de verhoudingen in onze bevolking en de
samenstelling van onze raad, zijn wij van
mening dat hier ook een arbeider bij
had behoren te zijn.
De heer van Caem vervolgde, geroe
pen als wij zijn het gemeentebelang te
dienen wil ik gaarne verklaren dat wij
in de komende zittingsjaren, indien God
daartoe ons krachten geeft, dit zullen
doen. Wij verwachten van het college
een krachtig vooruitstrevend beleid, ge
toetst aan die beginselen, die zij in meer
derheid willen belijden, waaronder wij
ook verstaan, dat zij bij voordrachten
voor commissies etc. mensen voordraagt
die capabel zijn voor hun taak en bij
wie ook het arbeiderselement behoor
lijk is vertegenwoordigd. Ernstige cri
tiek hebben wij voor de wijze waarop de
raad in de eerste vergadering van onze
nieuwe samenstelling onze man in de
woningcommissie behandelde. Vele jaren,
juist in de moeilijkste ogenblikken van
het woningtekort heeft hij de gemeen
schap gediend op een wijze waarvoor hij
de lof en de dank van U, mijnheer de
voorzitter, in ontvangst mocht nemen.
Ook in de kring van de meer dan 500
georganiseerden in het C.N.V. in onze
gemeente wisten we wat we aan hem
hadden. Gaarne wil ik hier namens mijn
christelijke medegeorganiseerden ver
klaren, dat wij dankbaar zijn voor het
vele vaak ondankbare werk dat hij zon
der persoonlijk belang voorop te stellen
voor ons heeft verricht. Moest hier een
politieke zet worden uitgespeeld? Was
dit het gemeentebelang dienen?
hen toe zouden schieten.
Dus waagde hij het er op en halveer
de zijn troep in twee afdelingen van
veertig man.
„We volgen dit spoor in tegenover
gestelde richtingen. Waarschijnlijk zal
één groep op het nu vrijwel onbezette
Duitse kamp stuiten en de andere groep
op de Duitsers zelf. Zodra een groep
hoort schieten, moet de een de ander
niet te hulp komen, voordat het kamp
grondig is doorzocht. Want het in de
eerste plaats om professor Nichols en
waarschijnlijk bevindt die zich in het
kamp."
„En nog iets", vervolgde de wakkere
kapitein, toen zijn mannen aanstalten
maakten om verder te gaan, „deze pro
fessor Nichols mag onder geen enkele
voorwaarde met een van de Duitse
vliegtuigen verdwijnen. Hij mag echter
ook in geen geval doodgeschoten wor
den. Niemand mag zelfs ook maar pro
beren hem te verwonden. Zelfs mag een
poging tot ontvluchten van deze man
niet met de wapens verhinderd worden.
Als hij geen vervoermiddel heeft, van
gen wij hem toch later op.
Het gaat er dus ook om zodra de
Amerikanen door ons bevrijd zijn, de
Duitse vliegtuigen onklaar te maken."