f Reliefdrukwerken i I DITVOORST-SCHRIJVERS WONINGINRICHTING Nieuwlandstraat 14, TILBURG ALGEMENE BERICHTEN Uit Loonopzand's verleden JONGENS Goedkoop timmeren!! o. a. Exclusieve Bankstellen. DE KOPERKONING ff 11 DE ECHO VAN HE,T ZUIDEN VAN VRIJDAG 24 DECEMBER 1954 11 een prettig Kerstfeest en een voorspoedig 1955 R.K. Toneelvereniging „UTILE DULCF' Vlijmen. SCHOENFABRIEK C. M. VIN HEUST VRAAGT voor direct voor de NIEUWE aid.CALIFORNIA. GEBRUIKT, DOCH ZO GOED ALS NIEUW HOUT SUNKIST SINAASAPPELEN II SPECIALE RECLAMEPRIJS Verder H. KLEIJN TUMMERS leveren wij U in elke ]L ff uitvoering en kleur, Prima verzorgd werk en billijke prijs. J| H Vraag ons bij gelegenheid eens prijs. f|[ Waalwijks© Stoomdrukkerij An to on Tielen Waalwijk FEUILLETON van „De Echo van het Zuiden". i hiermee nu reeds rekening houden en in de komende weken zal door de klokkencommissie hiervoor een zitting in het clublokaal worden ge houden. Het nieuwe verenigingsreglement is deze week klaar gekomen en kan vanaf heden bij de penningmeester, de heer Leijtens, worden afgehaald. Rond tien uur kon deze vergade ring worden gesloten onder dank van de voorzitter voor de vlotte af- WATEROVERLAST IN DE LANGSTRAAT. De Noord-Wester-stormen van de laatste dagen hebben belangrijke gebieden van de Langstraat weer geïnundeerd. De buitenpolders van Baardwijk, Waalwijk en Besoyen staan blank en vooral achter Waal wijk veroorzaakte het water nogal wat last, omdat men daar in de uit voering van grondwerkzaamheden natuurlijk totaal werd belemmerd. De polders ten Noorden van Capel- le en Waspik staan ook onder water, speciaal in 's-Grevelduin-Capelle staat het water erg hoog. Het pol dergebied van de Beneden-Donge is practisch geheel geïnundeerd; 't water drong door tot in het cen trum van Raamsdonksveer. Laat het een stimulans te meer zijn voor een spoedige uitvoering van de verbetering brengende wer ken. „HET WAALWIJKS ORKEST". De heer Venema, instructeur en dirigent bij „Het Waalwijks Orkest" heeft om gezondheidsredenen als zo danig ontslag moeten nemen. De heer J. Plinsinga, oud-dirigent van „Het Waalwijks Orkest" heeft zich bereid verklaard tijdelijk de direc tie-staf weer te hanteren. KONIJN GESTOLEN. In de nacht van Maandag op Dins dag werd bij de heer M. te Baard wijk een zwaar konijn gestolen. De aangifte bij de politie werd te laat gedaan om nog met een speurhond de dader(s) op te sporen. De politie is deze dagen extra op haar hoede. BURGERLIJKE STAND. Geboren: Jacoba, dv. A. Kamer- man-v. Dongen te Sprang-Capelle; Louise J. A., dv. A. F. G. T. Pulles- v. Drunen; Cornelis J., zv. C. J. Scholt-Nieuwenhuizen; Henricus G. A. I. M. en Gerardus A. A. J. M., zonen van A. G. Boot-v. Hint.hem; Gerardus C., zv. G. P. Damen-'t Hoen te Sprang-Capelle; Henricus G. M., zv. H. A. M. Westerburger- Brok. Overleden: Johannes B. Dinge- mans 76 j., wedn. van M, C. de Louw, te Loonopzand; Elisabeth B. Meijers 80 j., wed. van jV. H. Man gels. Huw.-aangiften: M. F. Ligtvoet 24 j. te Waalwijk en J. W. T. de Geus 20 j. te Nijmegen; W. J. Maarschalkerweerd 24 j. en J. G. van de Ven 20 j., beiden te Waal wijk; A. F. J. T. W. Vermeer 26 j. en L. Ei M. v. Steenderen 23 jaar, beiden te Waalwijk; C. P. Netten 28 j. te Delft en A. A. de Peffer, 27 jaar te Waalwijk. Gehuwd: Geen. Ingekomen: C. J. N. v. d. Meij- denberg van Leiden; L. A. C. Stok- kermans van Loonopzand. Vertrokken: W. C. L. Philippart naar Vught; E. Fonkert, echtg. v. d. Waal en gezin naar Nijmegen; C. J. v. Schaijk naar Rotterdam; J. P. Beerens naar Vught; J. J. v. Beur den naar 's-Bosch. NIEUW PROTEST VAN NEDERLANDSE REGERING. De Nederlandse regering zal opnieuw een protestnota aan Indonesië sturen naar aanleiding van de Indonesische in filtratie op Nederlands NieuwiGuinea. De regering maakt zich ernstig bezorgd over het lot van de hoofdagent van po litie Van Krieken, die door de Indone siërs uit Nieuw-Guinea werd ontvoerd. Het is in Den Haag' nog steeds niet be kend waar hij gevangen wordt gehouden. In de nota zullen vele nieuwe bewij zen worden overgelegd. De inhoud zal worden gepubliceerd in de hoop, dat het v/ereldgeweten wordt wakker geschud. Dit deelde minister Luns Woensdagmid dag in de Tweede Kamer mede bij het debat over Buitenlandse Zaken. De minister had niet de illusie dat an dere landen stappen bij Indonesië zullen ondernemen om te protesteren tegen de behandeling die de Nederlanders onder gaan. „Ik spreek uit ervaring", zei hij. Dit betekent niet, dat wij definitief heb ben afgezien van stappen op internatio naal niveau." AANTEKENINGEN BETREFFENDE SPRANG. Sprang stond zeer lange tijd in nauw contact met Loon. De streek tussen Geertruidenberg, Waalwijk, de Oude Maas en de meer zuidelijk gelegen ho gere gronden van Brabant, was vóór 1200 een moerassige en onherbergzame wildernis. 'Lang was deze streek het domeingoed van de graaf. In het Groot Charterboek van Holland lezen we op blz. 610 van het 3e deel over een „wilderd, die gheleghen is je- ghens den ambachte van Ramsdunc, tuscken Tielmans Ver Belien soens moer ende tyusken Tryebroeck buten den dijc, dit ghemene land daer helt toterer Dunc- ga toe". Na 1200 ontstonden in die streek verschillende ambachten, waaruit later ontstaan zijn ,,'s Gravenmoer, Ca- pelle, Nienwstraat, Sprang en meer an dere plaatsen. Rond 1300 was het waar thans Sprang ligt nog een onherbergza me wildermis, geheel moeras, met vele „quade moerdellen ende laechten". Graaf Willem III van Holland wilde profijt trekken en gaf aan 20 vrije lieden met hun gezinnen „twintich hoeven moers uyt, elcke hoeve van XVI mor gen", samen dus 320 morgen. Deze lie den begonnen met de moerassen te ver venen. Deze vervening schijnt begonnen te zijn korten tijd na die van Loon, im mers toen de Loonse vaart klaar was, groeven die van Sprang, met consent van Pauwels van Haestrecht de heer van Loon, kanaaltjes naar de Bosse Sloot en konden alzo ook hun turf naar Holland en Gelderland vervoeren. Zo kon uit Sprang, met het overtollige water, ook de turf weg. Men begon met de opwerping van een hogere streep grond, waarop de huisjes van de emigranten verrezen. Na de ont ginning bleven er behalve de dijkjes, wegen en slootjes, nog 240 van de 320 morgen lants, zijnde „Licht Brabants lant" over. De grond bleef het eigendom van de Graaf. De boeren moesten elk jaar iets afdragen van hun opbrengst aan de Graaf en bovendien op bepaalde tijden hun werkkrachten leveren (het stelsel van horigheid dus). Door een klein vaartje, was de „Sprangse sloot" met het oude Maasje verbonden. Dit vaartje heette „de Spranghe" (uitsprijtsel"), hieraan heeft het dorp zijn naam te danken. Aan het hoofd van dit nieuwe dorp plaatste de Graaf een schout. Op de eerste plaats had deze te zorgen dat de gtaaf zijn hem toekomende portie kreeg, en moest verder als hoofd optreden. Hij stelde op zijn beurt weer 7 perso nen aan om met hem te besturen. Zo'n ambt van Schout noemde met „officium" of ambacht. Zo is het ook te verklaren dat Sprang wordt genoemd een „Am bachtsheerlijkheid". Evenals de graven, hertogen, baronnen vroeger zulks deden ten opzichte van de landsvorst (de Kei zer), zo maakten de ambachtsheren zich nu meer en meer onafhankelijk van de Graaf. Sprang noemde men rond 1550 ook wel ,,'s Heren Sprangh". Achtereen volgens waren het de adelijke familie's: van der Duyn, Valkeroorts (beiden uit den 'Haag) en. laatstelijk de „van Hou- wenings" uit Gorinchem, die de scepter over Sprang hebben gezwaaid. Behalve van de vervening leefden de inwoners van de landbouw. Woonden er in Sprang in het begin van de 16e eeuw 500 mensen, in 1600 was het inwonerental reeds gestegen tot 1000. Tussen 1580 en 1650 heeft Sprang evenals Loon ruimschoots gedeeld in de zegeningen van de oorlogen, en telkens opnieuw hadden er inlegeringen plaats van doortrekkende, meestal Staatse troe pen. In eerstgenoemd jaar namen deze troepen uit het dorp nog voor 1400 gul den aan levensmiddelen mee, voor die tijd een kapitale som. Bijna ieder jaar herhaalde zich deze geschiedenis. Voor 1600 behoorde Sprang kerkelijk onder Loon. Reeds Peter Coelborne pas toor van Loon vóór 1390 en Henricus van Stiereken van pl.m. 1390 tot na 1400, noemden zich, evenals hun opvol gers „pastoir van Loon ende Spranghe". Van pastoor van Stiereken weten we dat hij van de Sprangse tienden mocht innen tot onderhoud van de „capelle tot Spranghe". Na enigen tijd maakte de Graaf van Holland bezwaar tegen het innen dezer tienden, doch in 1664 gaf Filips van Bourgondië een resolutie uit, waarbij de opbrengst uit de tienden van Sprang ten behoeve van Jan van Beringen, die in 1640 de kerk van Sprang in de huidige vorm liet bouwen, in voor hem gunsti ge zin liet regelen en vastleggen. De nieuwe kerk werd toegewijd aan de 'H. Nicolaas. In de fraaie toren die kort er na aan de kerk gebouwd werd, kwam reeds in hetzelfde jaar een klok. Sprang vormde nooit een eigen pa rochie, doch de zeer aanzienlijke kerk was slechts een succursale Capel van de parochie van Loon, en werd namens de pastoor van Loon door een rector be diend. In het jaar 1514 telde Sprang 450 communicanten, onder wie ook buiten lieden gerekend werden. In 1571 was dit getal reeds gestegen tot 700. Twee kerk visitaties verspreiden over kerk en pa rochianen enig licht. (Arch. Bisdom Den Bosch). De visitatie van 5 Sept. 1571 noemt de kerk een „quartha capella, de H. Nici- laus toegewijd", waarvan de collatie, ge lijk in de moederkerk van Loon, beur telings bij de abt van Tongerlo en de kasteelheer van Loon berust. In laatst genoemd jaar werd de „capelle tot Sprangh" bediend door rector Adr. Cam. Hij bezat het beneficie van het altaar van O.L.Vr. (hoogaltaar van de kerk). Dit altaar van O.L.Vr. wordt reeds ge noemd in 1520, met daarbij vier altaren, nml. van de H. Barbara, de H. Catharina, de H. Geest en van de H. Anna en Ge- orgius. De tweede kerkvisitatie werd gehouden in 1572 en wel op 11 April. Reeds des morgens te 6 uur was Bisschop Metsjus van 's Bosch in Sprang. Het rapport van de visitatie noemt voor Sprang in dit jaar 700 communicanten, noemt verder jan Riemen als pastoor van Loon ende Spranghe en Adr. Cam, vicecuratus van Sprangh en de priester Cosmas die van Almkerk naar Sprang was gekomen. Op het gedrag van geen dezer priesters was iets aan te merken, volgens de visitatie. 'Sedert 1520 had de kerk er drie alta ren bijgekregen, en telde er dus voortaan zeven, waarvan er echter slechts drie waren geconsacreerd. Genoemd worden er echter in de visitatie slechts het al taar van de H. Antonius, O.L.Vr., bei den met twee HH Missen in de week, het altaar van de H. Barbara en dat van de HH Anna en Georgius met één H. Mis. De vroegmis op Zondagen en op Donderdagen aan het Hoogaltaar werden door de pastoor gecelebreerd. Er worden verder drie Broederschappen aangete kend, waarvan men er slechts één noemt en wel de Confraterniteit van het altaar der Moeder Gods. Zeer wijselijk beval de Kerkvorst bij deze visitatie, dat de uitgangen der her bergen op het kerkhof moesten gesloten worden en dat er geen burgerlijke afkon digingen meer mochten plaats hebben j onder de kerkelijke diensten. (Arch. Bis- dom den Bosch). Doordat Bisschop Metsius zich per soonlijk had overtuigd van de noodzake lijkheid van een eigen parochie van Sprang, dat veel te ver van Loon ver wijderd lag, had Sprang zeker binnen af zienbare tijd een eigen parochie met een eigen herder, doch om de woelige tijden, die vooral rond 1572 een aanvang na men, bleef Sprang van een eigen herder verstoken, die door zijn waakzaamheid de indringende hervorming had kunnen beschermen. De pastoors van Loon wer den in hun ijver gestuit door het gevaar van onderweg gevangen genomen te worden en zo konden zij niet, gelijk zij dat in Loon deden de nieuwe leer afwe ren. Bovendien maakte het Twaalfjarig Bestand, dat Sprang tot een Statendorp maakte, voor de pastoor en iedere pries ter schier ontoegankelijk. Al spoedig in 1609 werd de kerk voor de katholieken gesloten en het volgend jaar kwam er de j predikant van Besoijen prediken, terwijl in 1613 de predikant Cornelius Haneco- pius er zich als predikant kwam vesti gen. Sprang bleef kerkelijk met Loon ver bonden en tevergeefs verzochten de Ka tholieken van Sprang met die van t-chre- velduin en Vrijhoeven-Capelle in 1731 aan de Ho. Mo. Heren om te Sprang een schuurkerk te mogen opslaan. Wel dra werd dit echter aan Ketsheuvel wel vergund, zodat zij spoedig van dit nie tige bedehuis gebruik konden maken. Eindelijk zijn zij onder de jurisdictie van de pastoor van Ketsheuvel gesteid. De Heerlijkheid. Gelijk we boven reeds zeiden, was de heerlijkheid Sprang een leen van de Graaf van Holland en behoorde aan het geslacht van Wielenstein en kwam in het begin van de 15e eeuw door huwelijk van Christina van Wielenstein in han den van de familie van der Duynen en werd verder in het begin van de 17e eeuw door erfenis overgebracht in de fa milie van Valkeroort (Terwerda). In 1562 stierf Nicolaas v. d. Duynen Adamsz heer van Sprang (Coppens ill, 266). Verder kwam de heerlijkheid aan Jan van Wissenkerke, Baron van i-el- le-mberg, die gehuwd met Barbera Issa- bella Tuyl van Bulkesteyn, Vrouwe van Sprang in 1680 gestorven en in de Je- zuitenkerk te Leuven begraven. Hun kleinzoon Frans-Karei, baron van Pellenberg had Anna van de Duyn in huwelijk en stierf den 8e Mei 1699 en liet de heerlijkheid aan zijn enige doch ter Anna Maria, die de 19 Mei in den echt trad met Melchior Jozef Villegas, Baron van Hovorst en den 23 Oct. 1761 kwam te overlijden (Coppens). Eindelijk ging het bezit der heerlijkheid over in het bezit van de familie van Houwe- ningen te Gorinchem (v. d. Aa). De volksoverlevering welke zegt dat in het begin van de 17e eeuw de pastoor Van Sprang (dat zou dan moeten zijn Gerardus Otten, die in de kerk van Loonopzand begraven ligt), van het Ka tholieke geloof zou zijn afgevallen, is geheel uit de lucht gegrepen. Van een eigen pastoor van Sprang was nooit sprake. Dat een rector of beneficiant tot het protestantisme zou zijn overgegaan is uit geen enkel kerkelijk archief geble ken. We hadden dezer dagen het voorrecht om zowel het uitwendige van dit fraaie gebouw als het interieur te bezicht gen en stonden verbaast over het vakman schap en de toewijding waarmede, zowel uitvoerder als werklieden het historische gebouw restaureren. De voormalige sacristie (thans consis toriekamer) is geheel in zijn oorspronke lijke toestand hersteld en toont in haar bovenbouw een-juweel van gewelf-jnet- selkunst. Bovendien verraadt dit gewelf het technisch kunnen der vaklui. Op twee van de pijlers aan de Evan geliezijde van het schip der kerk wer den van onder de kalklaag een fresco te voorschijn gehaald, voorstellende de H. Apostel Paulus en de H. Bartholo- meus, beiden met de atributen van hun marteling. Zeer waarschijnlijk zullen er aan de kant van het presbyterium meer dere volgen. Het fraaie tongewelf met zijn sobere beschildering met bloemmo tieven in het midden en aan de sluit stukken tegen de muren doet zeer voor naam aan. De oude vierkantige doopvont, die volgens meester Panken in 1869 van onder de vloer der kerk zou zijn te voor schijn gehaald, werd door ons niet ont dekt, wel echter de grafzerk van de pre dikant 'Ds. Brons, die in 1629 werd be last met de protestantizering der Meije- r.J en in 1669 op 75-jarige leeftijd te Sprang overleed en diens echtgenote Geertrui de Werck overl. 15 Oct. 1668. Naast de zielszorg oefende Joh. Brons ook te Sprang en gelijk we vonden aan getekend ook te Loon het ambt van ge neesheer uit. Loonopzand. P. Adr. v. Beers. Wij wensen vrienden en kennissen in Holland FRITS v. d. LINDEN—LUXEMBURG Sask. 2117 Laconstreet Regina CANADA. De R.K. Toneelvereniging „UTILE DULCI" wenst haar Geestelijk Adviseur, Ere-leden, Leden,*bonateurs en begunstigers een Zalig Kerstfeest en een Gelukzalig Nieuwjaar Gasthuisstraat 138 KAATSHEUVEL leveren w(j U tegen ONGEKEND LAGE PRIJS. O.a.tuinlatten, panlatten, stroken, 2 x 3, 2 x 4, gordings, baddings, zware balken, planken duims en 3/4, enz. enz. Duizenden meters voorradig, deuren, spijkers, scharnieren, sloten, dakleer, golfplaten, enz. Alle soorten HOENDERHOKKEN, WERKPLAATSEN, SCHUURTJES, KETEN EN GARAGE'S worden door ons NAAR OPGAVE GELEVERD EN GEPLAATST. Laat thans Uw hoenderhokken maken, zodat ze in het voorjaar gereed staan. Vraagt prijs, het verplicht U tot niets. Aanbevelend, HENRY VRINTEN, Houthandel, KAATSHEUVEL Gasthuisstr. 89 Tel. 2584 Verderkozijnen, ramen. Ze zijn er weer de nieuwe oogst SUNKIST SINAAS APPELEN volsappig en zoeten niet duur. 10 stuks voor f 1.00 BANANEN f 1.25 kilo 7 stuks voor f 1.00 MANDERIJNEN 10 stuks 6 stuks voor f 1.00 i( groot 8 stuks f 1.00 f 1.00 i/2 Liters blik CHAMPIGNONS f 1.75 f 10.— 6 blikken voor verschillende soorten NOTEN, ZOUTJES, KASTANJES De fijnste soorten TAFELAPPELEN o. a. Goudreinetten, Sterappelen, Jonathans, Golden Delicious, Cox Orange en Groninger Kroon. Prima Westlandse DRUIVEN en FIJNE HANDPEREN Grote keuze HORS D'OEUVRES ARTIKELEN. Groot blik ANANAS f 2.25 het 2e blik voor f 1.95 Dit vindt U alleen bij Stationsstraat 18 W A A L W IJ K. Telefoon 2635 EEN BOEIEND FAR-WEST VERHAAL door PIKE NORTON WILL'S. 11) „Hadden we geen tijd voor. En bovendien zie ik geen kans om aan de overkant te komen, zonder van deze pas gebruik te maken". Ze hadden ondertussen hun paar den bereikt en met Jim aan 't hoofd reden zij om de uitlopers van Colo rado Mountains heen. „De lui waren handiger dan wij en lieten hun paarden aan de ande re kant staan", moest Buck beken nen. „Afijn, zij kenden het terrein en ik niet". Zoekend naar sporen reden zij 'n tijdlang heen en weer. Vruchteloos. Op de harde rotsgrond viel geen spoor te bekennen. Toch moesten zij hier langs gekomen zijn, want een andere weg bestond er niet, be weerde Jim. Nog even zochten de cowboys door, maar Buck zon al weer op iets anders. „Hou maar op, jongens, verder zoeken heeft geen zin. Zij wisten hun sporen goed te verbergen. Is er hier nog ergens een farm in de buurt?" „Verder op ligt „Cupperfarm" van Glan Silverring". „Dan gaan we daar eens horen of zij iets gezien hebben", besliste Buck. „Vooruit, jongens, op de paarden". Jim keerde terug naar de restan ten van zijn blokhut en de anderen reden naar „Cupperfarm". Billy scheen niet bijzonder inge nomen met dit plan. Het gebeuren in Humbercity, enkele dagen tevo ren, lag hem nog vers in het geheu gen, evenals het dreigement van i Glan. j De „Cupperfarm" lag beschut door de Noordelijkste heuvelruggen van de Colorado Mountains, tegen de helling aangebouwd. Nog maar nauwelijks waren zij over de top van de heuvel heen en constateerden zij een merkwaardige stilte op de onder hen liggende ran- che, toen een salvo geweerschoten klonk. Verbluft, door deze ietwat eigenaardige ontvangst, keken de cowboys elkaar aan. Dit duurde echter niet lang. Een tweede salvo deed hun van de paarden springen en een veilig heenkomen zoeken. Voor de tweede maal moesten zij dekking zoeken. Dat de aanvallers van daarnet nu opeens op de farm waren, kwam Buck onwaarschijnlijk voor. Wan neer zij immers hun hoofdkwartier hier hadden opgeslagen, zouden zij dit niet laten blijken, want dan konden zij er op rekenen spoedig de sheriff te zien verschijnen. Hier moest een vergissing in 't spel zijn. Hij bond een witte lap aan de loop van zijn geweer en zwaaide hier mee. Even later waagde hij het op te s staan, maar was gereed om on middellijk weer weg te duiken als hij iets verdachts bemerkte. Geen schot weerklonk echter, maar van uit de farm werd ook gezwaaid. Men had hem begrepen. De cow boys bestegen weer hun paarden. Een paar ruiters kwamen hen te gemoet. Buck greep Billy bij zijn arm. „Wij blijven iets achter. Het is beter dat Glan ons niet onmiddel lijk ziet". Larry Joker, die nu voorop reed, ontmoette het eerst een der bewo ners van „Cupperfarm". Het waren Glan en zijn voorman. De eigenaar van de farm veront schuldigde zich met de woorden: „We wisten niet dat jullie het wa ren. Het is tegenwoordig zo onvei lig dat we eerlijk gezegd aan een overval dachten, toen we zo'n mas sa mensen ineens zagen opduiken. Niemand getroffen, hoop ik?" Buck reed nu naar voren. „Nie mand dood", merkte hij rustig op. „Enkel een schampschot je. Meer niet." Hij stroopte de mouw van zijn shirt op en liet een vurige streep zien. „Geluk gehad. Het was geen bes te schutter, die het op mij gemund had". „Hoe komen jullie hier zo ver zeild", vroeg Glan, Buck's laatste opmerking negerend. Larry Joker vertelde het hele verhaal van de overval en besloot met de vraag of zij soms iets gezien hadden. „Bij mijn weten is hier niemand geweest. Alles is thuis en geen van de jongens is sinds vanmorgen uit geweest". „Niemand?" vroeg Buck scherp. „Neen, niemand, is het niet, Clark?" Hij wendde zich tot zijn voorman, die bevestigend knikte. „All right", zei Buck. „We gaan terug, jongens, er is hier niets te halen". „Goed spoor", wenste Glan hen toe. Gedurende de terugtocht was Buck stil en een peinzende trek lag op zijn gezicht. Billy kwam naast hem rijden. „Waar denk je aan?" vroeg hij een beetje spottend. „Aan het meisje uit het Westen?" (Den ken aan het meisje uit het Westen is onder de cowboys de gangbare uitdrukking voor „zwijmelen"). Buck ging niet op zijn spot in. „Niemand is er uit geweest", zei Glan, „en toch zat het paard van zijn voorman dik onder het zweet, dat nog niet eens opgedroogd was. Ra, ra, hoe kan dat?" Wordt vervolgd.

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1954 | | pagina 11