Waalwijkse en Langsiraaise Courant
Indonesische tragedie
Overspannen arbeidsmarkt wekt ernstige bezorgdheid
PROVINCIALE ASPECTEN
DE WERELD ROND
1955 een economisch gunstig Jaar
DE JUISTE WEG
Af A AREN
JUISTE B BIL!
Brillenspecialist VAN
MAANDAG 5 MAART 1956
Uitgever
Waalwijkse Stoomdrukkerij
Antoon Tielen
Hoofdredacteur
JAN TIELEN
Dit blad
verschijnt 2 x per week.
79e JAARGANG No. 16
Abonnement
19 cent per week
f 2.45 per kwartaal
f 2.70 franco p. p.
Advertentieprijs
10 cent per m.ai.
Contract-advertenties
speciaal tarief.
Bureaux GROTE STRAAT 205, WAALWIJK TEL. 2621
Dr van BEURDENSTRAAT 8, KAATSHEUVEL TEL. 2082.
OPGERICHT 1878
TELEGR.-ADRES „ECHO
J)e voorspellingen van hen, die
gewaarschuwd hebben tegen
de overijlde afstand door Neder
land van de Indische Archipel,
komen thans uit. Het gezag werd
overgenomen door een rechtsop
volger, die geen orde kan hou
den in eigen huis en die in zijn
buitenlandse betrekkingen de
spot drijft met alle begrippen van
internationaal fatsoen en inter
nationaal recht.
De eenzijdige opzegging van
tractaten, die bij de Verenigde
Naties zijn geregistreerd, zonder
dat de onderhandelingen over be
twiste punten zijn afgelopen, is
een zo buitensporige daad, dat
men mag vaststellen: geèn an
dere rechtsstaat (en Indonesië
beweert dat het een rechtsstaat
zou zijn) zou zich tot zulk een
handeling laten verleiden.
En middelerwijl, ten tijde waar
in beide partijen met haar be
sprekingen aan de conferentieta
fel bezig zijn, heft Indonesië de
stok op, die het achter de deur
heeft staan. Nederlandse levens
worden bedreigd. Een strafpro"
ces is op touw gezet, dat alle te
kenen vertoont van een rechts
geding met politieke toeleg. De
eerste voorwaarden voor een be
hoorlijke rechtsbedeling ontbre
ken daarbij. De getuigen, die voor
de verdachten opkomen, worden
gediskwalificeerd, aan de moedi
ge verdedigster wordt vuil toege
worpen en men spuwt haar in 't
gelaat. Onder martelingen wor
den getuigen gedwongen tot val
se mededelingen.
't Gevoerde proces tegen Jung-,
schleger en Schmidt vertoont al
le overeenkomst met het inder
tijd tegen de Franse kapitein
Dreyfus opgezet geding, die klas
sieke rechtsverkrachting, waar
over de hele wereld op haar ach
terste benen heeft gestaan.
'Perwijl de hoofden van twee
Nederlanders hingen onder 't
zwaard van Damocles, hebben de
Indonesiërs aangedrongen op 'n
conferentie over de tussen de
beide landen bestaande moeilijk
heden. De Nederlandse regering
heeft daarin bewilligd, ofschoon
er alle aanleiding was voor een
diplomatiek uitstel, totdat wij
ons zouden verzekerd weten van
een wederpartij, die vast in het
zadel zit. Het is een conferentie
geworden onder druk.
De Indonesiërs hebben de situ
atie, waarin de Nederlanders in
Indonesië verkeren, eenvoudig
uitgebuit om hun verlangens
vervuld te krijgen. Zij beoogden
economische belangen, die Ne
derland nog in hun land heeft,
eenzijdig te beheersen, zij beoog
den Nieuw-Guinea te annexeren
en toen Nederland niet bereid
bleek zich terstond te buigen
voor de Indonesische wil, gingen
zjj over tot vijandige handelin
gen. Men koos de vorm van het
overleg, maar in wezen kan deze
politiek als revolverpolitiek aan
gemerkt worden.
Men heeft de mond vol gehad
van verbetering der Nederlands-
Indonesische verhouding, maar
deze kan in Indonesische ogen
alleen tot stand komen wanneer
Nederland op korte termijn aan
alle Indonesische eisen voldoet.
En feitebik kunnen al onze in
Indonesië woonachtige landgeno
ten als gijzelaars voor dit doel
worden beschouwd.
Wij schrijven deze bittere
woorden niet neer omdat wij
haat willen zaaien. Het Neder
landse volk heeft zich bij de sou-
vereiniteitsoverdracht, het gevolg
van een onberaden diplomatie,
neergelegd. De regeringen heb
ben tot aan de mislukte confe
rentie tegenover Indonesië altijd
de weg van de minste weerstand
gevolgd. De ners is gematigd ge
bleven, zelfs toen op uitdagende
wijze de Nederlandse rechten en
onze nationale waardigheid wer
den weerstreefd.
Niemand hier droomt van een
terugkeer van Indonesië tot ons
rijk, hoe schrijnend wij in ons
binnenste de afscheuring van 'n
gebied, waar wij welvaart en so
ciale verbeteringen brachten,
hebben ervaren. Ook nu staat de
deur nog open voor normaal
overleg tussen ons en onze suc-
cessiestaat.
In Nederland wenst ieder alleen
maar vrede met volken, waaraan
wij eeuwen lang waren verbon
den. Maar nu gaat de wederpar
tij zo ver, dat zij Nederlandse
rechten met voeten treedt en dat
zij Nederlandse burgers mishan
delt en voor hen de doodstraf
eist. Men ziet thans tot welke ge
volgen ons beleid van eindeloze
tegemoetkoming heeft gevoerd.
Onze Regering heeft zich, als
antwoord op de onbehoor
lijke internationale gedragingen
van een staat, die zich rechts
staat noemt, bepaald tot de ken
nisgeving van de eenzijdige op
zegging der verdragen aan de
Verenigde Naties.
Men kan zien er over verwon
deren, dat zij elk protest over de
schending van de rechten van de
mens, die in Indonesië tegenover
Nederlanders heeft plaats gehad,
achterwege heeft gelaten. Zij wil
afwachten, zij neemt een lijdelij
ke houding aan. Men kan zich
voorstellen, dat zij geleid wordt
door humanitaire overwegingen.
Indonesië heeft mensenlevens in
handen. En het kan een spel drij
ven met economische belangen
van Nederland, die nog in het ge
ding zijn. Maar zonder krachti
ger weerstand zullen die belan
gen niet worden gered.
Het is moeilijk denkbaar, dat
men enig vertrouwen kan heb
ben in de steun der Verenigde
Naties. Dit college oordeelt niet
volgens rechtsbegrippen, het han
delt volgens politieke overwegin
gen. Een groot gedeelte van de
vertegenwoordigers aldaar be
hoort tot het oostelijke blok en
de houding van onze angelsaksi-
sche bondgenoten, speciaal van
Amerika, bracht een reeks van
teleurstellingen. Waarom dan
deze Nederlandse gelatenheid
Qns volk heeft de reeks van
smartelijke ondervindingen,
die het met Indonesië ervaren
heeft, gedragen met het flegma,
dat tot zijn kenmerkende eigen
schappen behoort, 't Was slechts
een dappere minderheid, die zich
van de aanvang af tegen het be
leid inzake Indonesië der opeen
volgende regeringen heeft verzet.
Maar wat een reeks van neder
lagen niet vermocht, dat heeft de
doodseis tegen Jungschleger ver
richt. Brede lagen van onze be
volking zijn tot kookhitte geko
men, nu zij het Indonesische on
recht tastbaar vóór zich zien in
de persoon van een slachtoffer.
Kookhitte kunnen wij niet ge
bruiken. Wij moeten, ondanks
onze laaiende verontwaardiging
en de felle smart over de waar-
schijnliike moord op een schul
deloos landgenoot, ons hoofd
koel houden. Wij staan, onbe
schermd, tegenover een gevaar-
I"ke tegenstander. Maar een
krachtiger houding is noodzake
lijk, na' al wat men ons heeft
aangedaan.
(Nadruk verboden)
Aan het verslag over het 4de kwartaal 1955 van het Economisch
Technologisch Instituut voor Noord-Brabant ontlenen wij 't vol
gende:
Wanneer wij onze gedachten laten gaan over het sedert enige
weken verstreken jaar 1955, dan is stellig de hoofdindruk, die 1955
op ons achterliet, die van een in economisch opzicht gezegd jaar.
Onbetwistbaar was 1955 een jaar van practisch volledige werk
gelegenheid, ja zelfs meer dan dat Voor zover voorlopige cijfers
ter beschikking zijn, nam de industriële productie in haar totale
omvang, evenzeer als per werknemer, belangrijk toe. De industrie-
Ie uitvoer gaf een voortgaande ontwikkeling te zien, terwijl de in
vesteringen in de verschillende industriële bedrijfstakken stegen
tot boven hetgeen waarschijnlijk werd geacht.
Niet te ontkennen valt, dat wij in
ons economisch leven op een niveau
zijn gekomen, waarop voor enkele
jaren terug niemand durfde, ja zelfs
niemand kon rekenen, hoe zeer men
ook alle maatregelen trof om de in
dustriële productie en industriële
uitvoer blijvend te vergroten.
Hoezeer wij thans in de gelukki
ge omstandigheid verkeren, dat ie
der die wil werken, thans ook kan
werken en hoe weinig recfen er op
het eerste gezicht lijkt te bestaan
de aandacht voor het werkgelegen
heidsvraagstuk te vragen, toch zijn
er op het stuk van de werkgelegen
heid verschillende symptomen, sa
mengevat onder de niet geheel
fraaie, maar gebruikelijke term
„overspannen arbeidsmarkt", die
ernstige bezorgdheid wekken. Ten
einde het algemeen belang in dit
opzicht recht te doen wedervaren,
is het nodig dat hiervoor een stand
punt wordt bepaald en eventueel
maatregelen worden genomen.
Naar onze overtuiging neemt het
personeelsverloop in het bedrijfs
leven thans afmetingen aan, die het
algemeen belang ernstige schade be
rokkenen.
Het is een bekend feit, dat onder
de meest aanlokkelijke voorwaar
den werkgevers trachten werkne
mers over te halen om bij hen in
dienst te treden. De cijfers omtrent
het personeelsverloop bewijzen, dat
werknemers daar al te gemakkelijk
op ingaan en aangevangen of vol
tooide opleidingen en bindingen
aan het oorspronkelijk bedrijf vrij
gemakkelijk prijsgeven, soms om
wille van schijnvoordelen of gerin
ge verhogingen van de geldelijke
beloning.
Inderdaad moet hier van een be
nauwende toestand worden gespro
ken. Niet alleen omdat vele indus
triële bedrijven de plaatselijke ar
beidskrachten ontvallen, doordat
deze aan het werken elders, in een
gemeente met èen hogere loonklas-
se de voorkeur geven (mede omdat
veelal hun reistijd als werktijd
wordt vergoed en achter de vergoe
ding van hun reiskosten veelal nog
een steekloon schuil gaat). Ook
moet het waarschijnlijk worden ge
acht, dat dit dagelijks werken op
vaak zeer grote afstand van de
woongemeente meerdere voor 't ge
zinsleven minder gunstige gevolgen
heeft. Voor zover er werk ter plaat
se of meer in de onmiddellijke om
geving aanwezig is, kan men daar
om stellen, dat door de lange af
standspendel niet alleen de belan
gen van het plaatselijk bedrijfsle
ven, maar ook de belangen van het
gezinsleven onnodig worden opge
offerd, zeker wanneer dit werken in
milieu's plaats heeft, waartegen me
nig Brabander van het platteland
niet is opgewassen.
Voor zover er werk te vinden is
in de meer nabije omgeving van de
woongemeente, groeit de aanvaar
ding van werk op vaak zeer grote
afstand van onze overtuiging op de
duur tot een moeilijk oplosbaar so
ciaal vraagstuk. De aanpassingsvra-
geri, waarvoor deze mensen komen
te staan, zijn ontegenzeggelijk groot,
en zij worden veelal opgeroepen
door wat grotere vrijheden en een
tijdelijk wat meer aantrekkelijke
beloning.
Afgezien van deze redenen, die op
zich al voldoende zouden zijn om
zich op deze situatie ernstig te be
zinnen, heeft deze aantrekkelijkheid
van het in een hogere loonklasse
beloonde werkmilieu, voor de klei
nere en middelgrote industriecen
tra in deze provincie, het gevolg,
dat deze gemeenten hun taak op 't
gebied van industrialisatie eenvou
digweg moeten staken.
De middelgrote gemeenten, op
wier schouders een taak Van indus
triële werkgelegenheidsbevordering
is gelegd, om te bereiken dat. daar
op de duur de werkgelegenheid en
welvaart gelijke tred houdt met de
groei dier gemeenten en hun om
geving, zien zich in de huidige si
tuatie voor de onmogelijkheid ge
plaatst deze taak te vervullen.
Zij moeten lijdelijk aanzien dat
de werkgelegenheid, die de aan hun
overheidszorg toevertrouwden kie
zen, een tijdelijke is en zijn ge
dwongen bij enige teruggang van
de conjunctuur, de voor dezen on
afwendbare werkloosheid t.e aan
vaarden.
Het komt ons voor, dat door het
handhaven van de verschillen in de
loonclassificatie, alsmede door be
rekening van de loonklasse van de
werkgemeente, ook voor hen die
daar feitelijk niet woonachtig zijn,
de loonpolitiek ernstig wordt door
kruist. Dit geldt nog te meer wan
neer de hoogte van de reisvergoe-
dingen de normale proporties te bo
ven gaat en de reistijd bovendien
als werktijd wordt gerekend. De
hiermede gepaard gaande gevolgen
op economisch en, niet het minst,
op sociaal terrein, vragen om maat
regelen.
Een beroep op 'de werkgevers en
hun organisaties om de loonvoor-
schriften reëel in acht te nemen,
lijkt ons hier op zijn plaats even
zeer als op de werknemers om een
zekere kortzichtigheid plaats te
doen maken voor datgene dat meer
op de lange duur toch als hun eigen
belang moet worden beschouwd.
lie reeks van beschouwingen over
de economische situaties, wel
ke in ons land rond de jaarwis
seling plegen te verschijnen, heb
ben ditmaal voor een groot deel ge
meen, dat zij de aandacht vestigen
op de spanningen op de arbeids
markt, welke welhaast in het ge
hele land optreden.
Een aanduiding hiervan is niet al
leen te vinden in de werkloosheids
cijfers, welke maandelijks door de
Directie van de Arbeidsvoorziening
van het Ministerie van Sociale Za
ken worden gepubliceerd, maar te
vens in de ontwikkeling die 't aan
tal bij de arbeidsbureaux openstaan
de aanvragen van werkgevers te
zien geeft.
Terwijl gemiddeld over de laatste
3 kwartalen van 1955 de vraag naar
personeel in ons land ruim de helft
meer was dan het aanbod, overtrof
in Noord-Brabant de vraag het aan
bod met ongeveer 140%. Het aan
tal werkzoekenden in Noord-Bra
bant bedroeg over de laatste drie
kwartalen van 1955 resp. 4.400, 3.400
en 4.900, terwijl het aantal open
staande aanvragen over deze perio
den de cijfers: 9.200, 11.300 en 9.300
te zien gaf.
Hieruit kan dus worden afgeleid,
dat de metaalnijverheid een steeds
meer belangrijke plaats gaat inne
men in de industriële structuur der
provincie. Bovendien is het gerecht
vaardigd de verwachting uit te spre
ken zeker wanneer de in onze
provincie traditionele bedrijfstak
ken als textiel- en lederbewerking
ook in de naaste toekomst nog
slechts een kalme werkgelegen-
heidsuitbreiding zullen bewerkstel
ligen dat de betekenis van de me
taalsector in ons gewest nog zal toe
nemen. Juist in de metaalnijverheid
staan binnenkort nog zeer belang
rijke nieuwe vestigingen te ver
wachten, terwijl eerst sinds kort ge
vestigde en reeds langer bestaande
bedrijven hun personeelsbezetting
nog steeds vergroten. Men denke
aan de vestiging van Excelsior-bui-
zenfabriek, Nickelson File, de regel
matige uitbreiding van bedrijven
als Tornado, Thomassen Drijver
en Verblifa, alsmede van Philips,
DAF, Asselbergs e.d.
j n het licht van de ontwikkeling
doet het op zijn zachtst uitge
drukt toch wel vreemd aan, hoe het
Centraal Plan Bureau bij zijn „Ver
kenning der economische toekomst
mogelijkheden van Nederland 1950
1970", de provincie Noord-Brabant
kan rekenen tot de z.g. „expulsie
gebieden", waarvan wordt verwacht
dat zij bevolking naar andere delen
van ons land zal afstoten.
Men kan immers vaststellen dat
het groeitempo van de werkgelegen
heid in ons gewest duidelijk sterker
is dan in het gehele land, terwijl de
binnenlandse vertrekoverschotten
uit onze provincie niet alleen op
droogden, maar zelfs omsloegen in
hun tegendeel, zodat Noord-Brabant
thans reeds jarenlang als „vesti-
gings"-provincie in het binnenlands
migratieverkeer fungeert.
Wij zijn er van overtuigd, dat 't
Brabantse volk zich allerminst on
gerust behoeft te maken over de in
deze „verkenningen" gesuggereerde
herhaling van de „trek naar 't Wes
ten" waarvan de deprimerende ge
volgen nog vers in het geheugen lig
gen. Wanneer wij uitgaan van de
veronderstelling die ook 't Cen
traal Plan Bureau als uitgangspunt
kiest dat de conjunctuur gemid
deld over de gehele periode 1950
1970 „redelijk gunstig is", dan zal
dit gewest, onder de leiding van het
Provinciaal Bestuur, er ongetwij
feld in slagen zodanige werkgele-
genheidsuitbreidingen binnen de
grenzen van de provincie te verwe
zenlijken, dat deze in overeenstem
ming zal zijn met de groei van de
beroepsbevolking.
Het Provinciaal Bestuur houdt
zich permament bezig met de ont
sluiting van de provincie met goede
verkeersverbindingen, om aldus de
unieke ligging van dit gewest mid
den in het economisch krachten
veld van Benelux, volledig te be
nutten. De scholing der in ruime
mate aanwezige arbeiders neemt
sterk toe; goedkope en bouwrijpe
industrieterreinen zijn in ruime ma
te beschikbaar, alles wordt dus ge
daan om de ontwikkeling van de be
staande nijverheid te bevorderen
en naar ruimte zoekende nieuwe on
dernemingen huisvesting te ver
schaffen.
De dichtheid van de industriële
werkgelegenheid.
Onder dichtheid van de industrië
le werkgelegenheid verstaan we 't
aantal arbeidsplaatsen in de indus
trie uitgedrukt per 1000 inwoners.
Van het sterk geïndustrialiseerde
gebied en Langstraat kan worden
opgemerkt, dat het op normale wij
ze in de provinciale industriële ont
wikkeling meespeelden, aangezien
het aandeel van de gebieden in de
provinciale industriële werkgelegen
heids-expansie van 1950/1955 vrij
wel overeenkomt met het aandeel
van de gebieden in de provinciale
bevolking.
Het cijfer der industriële dicht
heid van de Langstraat steeg van
188 op 31-12-'49 naar 194 op 21-12-
1954.
Daling werkloosheid.
De werkloosheid in het rayon van
't Gewestelijk Arbeidsbureau Waal
wijk is van 0.7% der totale be
roepsbevolking gedaald tot 0.5%, in
het tijdvak van 31-12-'54 t/m 31-12-
1955, het laagst van allen met Don
gen.
Telkens weer komen wij tot
de conclusie dat wij het verkeer
de beroep gekozen hebben en dat
wij altijd maar achter ons ideaal
blijven aanhollen als een hond
achter de worst. En daaruit
xnoogt ge dan wel opmaken dat
wij nog lang niet volwassen zijn
en het misschien ook nooit zul
len worden, want vandaag willen
wij dit, morgen dat. Daarom had
den wij het best in de politiek
kunnen gaan om met Evert Ver
meer van steeds weer andere ge
dachten te wisselen. Maar wij
hebben dat nooit kunnen berei
ken, en dat is bijna ons grootste
verdriet, dat moogt ge ook nog
van ons weten.
En nu hebben wij weer iets
anders. Nu zouden wij de schrij
verij de rug willen toewenden en
het aan u overlaten om de krant
te vullen met alles was er ge
beurt van Tiètjerksteradeel tot
Montevideo toe. Wij zouden ons
niet meer willen bemoeien met
het Binnenhof, met W.S.C. en de
Cyprioten, waarover ge toch
nooit uitgepraat raakt. Wij zou
den willen zien wat gij er van
maakt en zelf achter de jury-ta
fel gaan zitten als vrouwensor
teerder, een beroep dat zich met
rasse schreden omhoog heeft ge
werkt. Naast andere, dikke man
netjes met mollige handjes en
knotsen van glimmende ringen
en gepommadeerde hoofdjes en
donkere brillen, die veel te groot
zijn voor hun gepatenteerde ge
zichtjes. Om te kijken naar meis
jes in cocktailjurken en nog be
ter naar de meisjes in badpak
ken, die langs ons heen parade
ren. Wij zouden dit iedere dag
doen, van hier tot ginder, en
geen pukkeltje, geen krom been
tje en geen scheef neusje zouden
ons ontgaan, daar kunt ge wel
zeker van zijn. Elke Miss zouden
wij kiezen en met alle gepom
madeerde mannetjes zouden wij
stiekem zitten lachen achter on
ze sigaar.
Wij zouden dan in het Amster
damse Casino gezeten hebben om
„Miss Holland 1956" te kiezen, en
daarna met de 20-jarige Rita, die
de Miss geworden is, in een sche
merig hoekje bij Lido, met de
sluijxende obers glimlachend om
ons heen. Zij in haar cocktail
jurkje wij met een cocktail
glaasje. Wij hadden dan met
haar gepraat over dit belangrijk
ste ogenblik van haar leven, en
over de ansichtkaarten, die ze
toch vooral moet sturen vanuit
Parijs, Londen en Long Beach,
en over de tranen die ze niet
moet vergieten als ze toch niet
de mooiste van allemaal blijkt te
zijn, zelfs niet in badpak. Wij
hadden haar dan gezegd dat wij
elke dag aan haar zullen denken.
Elke dag en tijdens elke reis van
ons naar de keuring van een
nieuw assortiment.
televisie? Niet met hetgeen mi
nister, Drees u geeft en ook niet
voor niets, want de radioman
ziet u aankomen. Uw enige kans
is de duvel, die misschien ook
wel eens een keer iets op een
kleine hoop doet.
En dat heeft hij gedaan, vrien
den, die goeie ouwe duvel! In
het bejaardentehuis „Aonnehof"
te Koedijk is de 50.000 gevallen
op een half lot. De oudjes waren
er beduusd van. De moedertjes
zeiden: gut, gut, en de pijpjes
van de Krasse mannetjes scho
ven van links naar rechts. En al
le koeien op de dijk in Koedijk
stonden te loeien. En toen de
eerste schrik voorbij was, heb
ben ze de grijze hoofden bij el
kaar gestoken en gezegd: wij
kopen een televisietoestel.
Wij geven de duvel (voor deze
keer) een hand en de oudjes van
de „Aonnehof" ook en wij zullen
ons beste beentje voorzetten, nu
we ons bespied weten vanachter
een jury-tafel in Koedijk.
Naast de vele bespiegelingen
die wij telkenmale ten beste ge
ven (en waaraan ge tenslotte niet
veel hebt) voelen wij toch ook
wel de noodzaak de praktijk des
dagelij ksen levens niet uit het
oog te verliezen. Naast bezonken
wijsheid zult ge toch ook over
een dosis parate kennis moeten
beschikken, wilt ge het in uw
leven verder brengen dan ge nu
bent. Bij de „tip" die wij u nu
gaan geven, zijn wij uitgegaan
van het feit dat de mens van na
ture ten kwade geneigd is. Dit
moet uiteraard de basis van elk
advies zijn. Het zal ons derhalve
niet verbazen wanneer ge u bin
nenkort op het inbrekersvak
gaat werpen, enerzijds omdat het
min of meer uw roeping is, an
derzijds (en dat is belangrijker)
om uw beslist ontoereikend in
komen aanzienlijk te vermeerde
ren. En wellicht zult ge u dan
naar Amerika begeven, waar dit
vak nog in aanzien staat en goe
de perspectieven opent. En ge
gaat dan natuurlijk naar Chica
go, het Mekka der onderwereld.
Ï2n op een goede dag zult ge dan
komen te staan voor de winkel
van mej. Hellen Rejlik en ge
stapt naar binnen voor de poen.
Als Hellen uw filmgezicht ziet,
valt ze flauw, en dat is nu iets
wat ge net niet hebben kunt. Ge
mag dan een rover zijn, 'n flauw
gevallen dame snelt ge ter hulp.
Ge buigt u over het meisje heen,
maar op hetzelfde ogenblik treft
de knie van Hellen u als een mo
ker in 't gelaat, en gij valt flauw,
maar dan echt. De nolitie komt
en neemt u mee, met het gevolg
dat ge voorlopig werkloos zuil
zijn. Hellen heeft deze truc nu al
viermaal uitgehaald, daarbij
steunende op het spreekwoord:
naar de
le 'n ver wasbriefje van Uw
buisarts
2e 'n recept van Uw oogarts
3e De juiste BRIL van
Secuur en niet duur
DEN BOSCH TILBURG BREDA
Vughterstr- 25 Markt 32 Nwe. Ginnekenstr. 23
Leverancier voor alle Ziekenfondsen.
Als ge de morgen en de mid
dag van het leven achter de rug
hebt, dan bent ge niet meer haan
tje de voorste bij alles en uw
glimlach heeft de verstilde glans
van een herfstbos. De dagen zijn
stiller. Ge maakt uw wandeling
door het laantje met de oude bo
men, die u vertrouwd zijn als
goede vrienden, of ge zit wat in
de zon op een bank in het park
of voor uw huis en ge praat met
de herinneringen, die ge meer
hebt dan geld, maar ge vecht er
ook wel eens mee, want er zijn
ook felle vogels bii. Aan touwtje
springen komt ge dan niet meer
toe en de voetbal blijft in het
schuurtje, leeg, oud en beschim
meld. Ge hebt zogezegd achter de
jurytafel plaats genomen om te
zien wat wij er van terecht bren
gen, want belangstelling voor de
jeugd hebt ge om de bliksem
nog wel. En ook zonder touwtje
en "voetbal bent ge nog jong ge
noeg om te genieten van al het
goede der aarde, van al de gloed-
nieuwigheden die de jeugd u
voorzet. Van de bioscoop waar
ge uw ogen uitkijkt aan Vista-
Vision en aan de televisie, die de
hele wereld in uw huiskamer
brengt. Maar hoe komt ge aan
een vrouw in nood is der dieven
dood.
Gaat dus niet naar Hellen Rej
lik, want gij zult de vijfde zijn.
En niet naar ons, want meer
dan 0.83 zult ge niet vinden.
Er zijn heel veel dingen waar
aan ge maar beter niet denken
kunt. Dingen die ge maar moet
laten voor wat ze zijn, omdat het
u toch niet helpt wanneer ge uw
vreugde prijsgeeft aan bittere
verontwaardiging en angst en
verdriet. Ge kunt u beter niet af
vragen wat er allemaal gebeuren
kan en wat gé nog allemaal zult
moeten beleven voordat ge bent
waar ge wezen moet. De toe
komst is een vreemde vlinder
die zich niet vangen laat, en ge
moet u daar niet druk over ma
ken, want dan zult ge een soort
Don Quichote worden en een
klap van de molen krijgen. En
wat hebt ge daar aan, niets me
nen wij. Ge kunt nog zoveel krij
gen, van een kunstgebit tot de
100.000 toe. Maar de vreugden
die ge hebt, zijn veel belangrij
ker, en daarop moet ge u bezin
nen om het leven goed te leven.
Gij en wij, met onze rommelige
bol en ons begerig hart. Ge hebt
de vreugde dat ge er bent, dat ge