Jan de Cock
Emp^re
\siy\oris
Olympia's toer door Nederland
PINKSTER-NYLONS
BRIXON komt van
huize".
EMPIRE-NYLONS
Olleke en het Maanmannetje
Raadsel in Nijmegen
Gildefeesten.
15
DE ECHO VAN HET ZUIDEN VAN VRIJDAG 31 MEI 1957
15
"Dit kostuum staat hem elegant en zeer
persoonlijk".
Brixon brengt speciale zomerkostuums
in zeer fijne, lichtgewicht italiaanse kam-
garens. En in weefsels, waarin de nieuwe
wondervezel terylene verwerkt is. Zelfs
bij tropische temperatuur, heerlijk koel
in het dragen
Draag zo'n kostuum en U zult het
ervaren
Uitsluitend verkrijgbaar bij
NAADLOZE
KOESTRAAT 151 TILBURG b/d OVERWEG
Mode tip:
speciale zomershirts
waarvan boord open e
gesloten te dragen is
12.90-14.90
onze populaire serie
in het betere
BlCHLtTW'
OLLEKE BOLLEREs WONDERLAND
FEUILLETON
van
„DE ECHO VAN HET ZUIDEN"
door
G. PLANTEMA.
2.)
Anders was het gesteld met
een van de twee mensen, die op
de achterbank zaten. Aan de
rechterzijde zat een man met 'n
groot en rood hoofd, volkomen
kaal. Alleen een glimp ving An-
dré Boorneman van dit hoofd
op, dat op een vleesbol leek, die
door zijn rondheid geen scherpe
trekken had gekregen.
Onmiddellijk dwaalde de aan
dacht af naar de derde persoon
in de wagen, een jonge vrouw,
die André Boorneman in een on
derdeel van een sekonde een zui
delijk visioen voor ogen toverde.
Maar een moment had hij de
gelegenheid naar haar te kijken.
Duidelijk zag hij haar niet, maar
wat hij zag, was voldoende om
hem er van te overtuigen, dat
zich daar een schoonheid be
vond. Slechts een ogenblik kon
hij een indruk krijgen van een
fijngetekend gezicht met een
matbleke tint, waarin donkere i
ogen een hartstochtelijk tempe
rament verrieden. Toen had het
wegrijden van de auto haar aan
zijn oog onttrokken.
En terwijl André Boorneman
verder liep, op weg naar het
eindpunt van lijn 2 waar hem de
blonde Madeleine Uittenterpe
wachtte, bleef een paar sekon-
den het beeld van zuidelijke
schoonheid voor zijn ogen zwe
ven. En nog net kon hij naar de
auto kijken, bemerkend, dat dit
een Mercedes was, waarvan de
nummerplaat echter, in tegen
stelling lot zijn verwachting, 'n
Nederlands nummer droeg.
Toen Mr. Ernst Verhagen in
het grote politiebureau van Ko
penhagen voor de eerste maal
een ontmoeting had met inspek-
teur Sven Ohlquist, dacht hij,
dat het een vergissing was. Hij
kon niet geloven, dat de lange
slanke jongen met zijn witblond-
de haren de man was, die met
het advokatenkantoor van mrs.
Dubruy en Stegeman een uiter
mate gedokumenteerde korres-
pondentie had gevoerd. Dit was
immers nauwelijks een man,
eerder een nauwelijks volwassen
jongeling, zo van de schoolban
ken weggestapt.
Mr. Ernst Verhagen was niet de
eerste die zich vergiste bij de
kennismaking met inspekteur
Sven Ohlquist. Sommigen van
de personen, die een dergelijke
vergissing hadden begaan, be
treurden dit kort daarop in hoge
mate. Gelukkig voor Mr. Ernst
Verhagen vloeide zijn relatie
met de inspekteur uit andere
omstandigheden voort dan die
van bedoelde personen. De nog
jonge Amsterdamse rechtsge
leerde stond namelijk aan de
zelfde zijde van de >vet als de in
spekteur, wat niet van allen ge
zegd kon worden, die, echter ook
minder ongedwongen met hem
kenqis maakten.
Het was een ietwat gekom-
pliceerde zaak geweest, die mrs.
Dubruy en Stegeman aanleiding
had gegeven, hun jongste mede
werker naar Kopenhagen te zen
den, maar het fijne daarvan
komt er niet op aan. Het belang
rijkste voor mr. Ernst Verha
gen was niet zozeer, dat hij er,
dank zij de samenwerking met
inspekteur Sven Omlquist in
slaagde, de komplikaties te ont
warren. Natuurlijk, dat was be
langrijk, want het per slot van
rekening de reden van zijn reis
naar de Deense hoofdstad. Van
nog meer betekenis voor de ad-
advokaat met een eigen, hoewel
nismaking te zijn, aangezien in
spekteur Sven Ohlquist hem
spoedig te dineren vroeg.
Zo kon het gebeuren, dat mr.
Ernst Verhagen, sedert enige
tijd geen medewerker meer aan
het kantoor van mrs. Dubruy en
Stegeman, die verder in deze ge
schiedenis geen rol spelen, doch
advokaat mt een eigen, hoewel
nog ietwat bescheiden, praktijk
te Nijmegen, op een middag in
de eerste dagen van augustus 'n
brief ontving uit Kopenhagen.
Naar aanleiding van die brief
riep hij zijn echtgenote en zei:
„Zo, zo, wij krijgen bezoek! Mijn
zwager komt."
Want mr. Ernst Verhagen had
uit Denemarken niet alleen de
oplossing meegebracht van een
gekompliceerde zaak, doch te
vens de herinnering aan Else
Ohlquist, die men zich niet moet
voorstellen als een indrukwek
kende zuster van een strenge po-
litie-inspekteur. Tenslotte zijn
ook politiemannen mensen en
hun zusters ook. Kenden zij in
hun huiselijke leven niet anders
dan de min of meer drukkende
sfeer van het politie-bureau -
zulk een indruk krijgt zelfs de
onschuldigste bezoeker gewoon
lijk - dan zou niemand het ver
trek van Else Ohlquist uit Ko
penhagen hebben betreurd. Nu
was dat wel anders, maar men
diende er zich in te schikken.
„Ik vrees, dat het in Kopen
hagen zonder jou heel wat min
der vrolijk zal zijn!" En die op
merking kwam nog slechts van
inspekteur Sven Ohlquist. Men
moet er niet aan denken, wat
sommige Deense jongemannen
in zich voelden omgaan. Maar
aan de andere kant mag niet uit
het oog worden verloren, dat in
spekteur Sven Ohlquist niet al
leen zijn zuster verloor, maar
bovendien de bestuurster van z'n
huishouding, omdat de jongelie
den sinds de dood van hun ou
ders op elkaar waren aangewe
zen. En aangezien de inspekteur
nimmer te klagen had over de
manier waarop zijn huishouding
werd geregeerd, valt gemakke
lijk in te zien, dat hij door het
vertrek van zijn zuster een gro
ter verlies leed dan broers ge
woonlijk voelen.
(Wordt vervolgd)
extra rekbaar
beschaafde hiellijn
nieuwe zomertinten
STATIONSSTRAAT 28
WAALWIJK
FAMILIEDRUKWÏKK
HANDKLSD&UKWEBK
ANTOON TIRI.F.N Waalwijk
Waalwdjküe Stoomdrukkerij
Op 45.53: 37 Verstraete (Theo Middel
kamp).
Op 47.57: 38 Van Smirren (Zwarte Scha
pen).
Op 56.27: 39 Overveld (Theo Middel
kamp).
Op 1.29.39: 40 De Poorter (Theo Mid
delkamp)
Met volle concentratie zijn ze aan het oefenen, want
over enkele dagen is het zover.
In de krant is een en ander reeds aangekondigd en
de belangstelling zal dus weer groot zijn.
Al het nieuws over het verenigingsleven en dergelijke
gebeurtenissen kan men vast en zeker vinden in
het plaatselijk nieuwsblad. Begrijpelijk dat het
adverteren in een blad, dat zich zo mag verheugen
in de algemene belangstelling, succes oplevert*
Ploegenklassement.
Het slot-ploegenklassement is
1 Theo Middelkamp 93.17.10.
2 Olympia 93.18.56.
3 De Baronie, 93.28.21.
4. Militair team, 93,45,38.
5 De Spartaan, 93.56.34.
6 Rotterdamse Leeuw 94.01.54.
7 De Zwarte Schapen 94.03.02.
ju
ic ia niaasn
bezit. Een enkele misgreep bij de hennen
is niet onoverkomelijk, zo is maar een zeker
gedeelte van de toom, van de tien eieren
welke men daags van de foktoom raapt, kan
er misschien 1 van haar zijn. Maar de haan
heeft zijn stempel op AL die tien broed-
eieren gezet en hier kan een verkeerde keu
ze van noodlottige uitwerking zijn. De ha-
nenkeuze is er dus een van het allergrootste
belang.
Het samenstellen van een foktoom is
daarom voor een ernstig fokker geen ge
makkelijke taak.
Wat is het doel van de foktoom-samen-
stelling? Daarover de volgende keer.
I KIPPENVRIEND.
Na de avondboterham en nog voor het
naar bed gaan, was Olleke even het bos
achter het huis ingelopen. De zon ging bij
na onder en na een kleine wandeling voelde
de jongen zich moe. Hij ging even zitten
met zijn rug tegen de stam van een oude
dikke boom. Heerlijk was het in het bos
zo tegen het vallen van de schemering. Alle
dieren waren druk bezig hun nest klaar te
maken voor de nacht en er hing een eigen
aardige rust.
Zo voor zich uitstarend, zag Olleke in de
verte heel nevelig de maan staan, ja, die zou
zo opkomen en stralen aan de nachthemel.
Zo denkend zat de kleine jongen daar.
Plotseling schrok hij op. Wat was dat nu?
Hij hoorde voetstappen. Vol spanning
wachtte hij af en ja hoor, van tussen de
struiken kwam een mannetje. Het was een
heel klein kereltje, met een erg groot
hoofd, waarop een puntmuts stond met een
veertje erop. Zachtjes liep het mannetje op
Olleke toe en stond voor hem stil. Ver
wonderd vroeg de kleine jongen: „Wie bent
u en wat komt u hier doen?"
Naar de maan.
Het mannetje begon te lachen en sprak
met een heel hoog stemmetje: „Jij bent Ol
leke, nietwaar?" Olleke knikte. „Ik ben het
maanmannetje, je weet wel, de eigenaar van
de maan", ging het kereltje verder. Van
nacht moet hij mooi glanzen, maar ik word
oud en ben moe en daardoor heb ik van
daag geen tijd genoeg gehad om mijn maan
mooi op te poetsen. Ik wilde je vragen, zou
jij mij willen helpen? Ik heb beslist een
iïüTpje nodig."
Olleke keek hem ongelovig aan. „Ik naar
de maan?" vroeg verwonderd. „Ja, hoor",
antwoordde het maanmannetje. Nu Olleke
wilde wel helpen. „Vooruit dan maar", zei
de jongen en samen met het kleine mannetje
ging hij op stap. Het ventje zocht een ste
vige manestraal uit en klom hierlangs met
Olleke naar boven. Onderweg vertelde het
kereltje, dat het op de maan zo heerlijk
was.
Wat stond de jongen raar te kijken, toen
ze op de maan aankwamen. Het was er
dor en bergachtig en in de verste verte was
er geen huis te bekennen. Oh, neen, het
haalde niet bij zijn heerlijke bos op de aar
de. Maar ja, hij had nu eenmaal het maan
mannetje beloofd te helpen, dus wilde hij
ook iets doen. „Zullen we maar beginnen?"
vroeg hij.
Aan de slag.
De maanman kwam dadelijk met
lappen aandragen en samen gingen
ze poetsen. Nu merkte Olleke ook
dat je hier op de maan niet moe
werd. Met een sprong kwam je ze
ker honderd meter ver en zo kon je
snel grote afstanden afleggen. Olle
ke poetste dat het een lieve lust
was en de maan begon steeds hel
derder te stralen. N u moesten de
bergen nog gedaan worden.
Er waren er heel wat. Met een
grote sprong zat Olleke op een hon
derd meter hoge berg en poetste
weer zo hard ais hij kon. Het was
wel leuk die maan onder je doek als
zilver te zien glanzen als je de dof
heid wegveegde.
Nu was er een andere berg aan
de beurt, een heel erge hoge berg.
Olleke begreep dat hij nu wel een
heel erg grote sprong moest maken.
Hij haaide diep adem, spande al zijn
spieren en .sprong! Ais een pijl
schoot hij de hoogte in. Het was een
prachtige sprong, de bergwand zag
hij langs zich heen flitsen. Nu zou
nij zo poven zijn.
Terug.
Maar wat was dat? Hij had zijn
sprong te krachtig genomen. Daar
schoot hij langs de bergtop. Wel
greep hij er nog naar om te probe
ren zich vast te houden, maar hij
miste en daar ging hij steeds hoger.
Het duurde met tang of hij zag in
de verte de maan en daar stond
heel klem het maanmannetje en die
schreeuwde: „Hé, waar ga jij naar
toe? Kom nu hier, je zou mij toch
helpen!"
Het mannetje en de maan werden
hoe langer hoe kleiner en plotseling
voeiae Uiieke dat hij ging vallen en
daar zag hij de aarde steeds sneller
dichterpij komen, het bos en 't huis
je aan de rand, waar zijn ouders
woonden. Oiieite werd verschrikke
lijk bang en kon haast geen adem
meer haren. „Help, ik val dood!"
gilde hij en toenviel hij met
een harde smak op de grond.
Olleke werd wakker en keek
dwaas om zich heen. Hij was tegen
de boom in slaap gevallen en had
alles gedroomd. Hij was langs de
stam weggegleden en zo opzij op de
grond gevanen. Tjonge, het was al
helemaal donker en de maan scheen
aan cte hemel. Hij moest vlug naar
huis en nodig naar bed. Vader en
moeder zouden wel ongerust zijn
geworden en zo snel mogelijk holde
Olleke naar huis. Onderweg moest
hij at en toe toch even naar de
maan kijken en lachte: „Heb ik hem
even netjes gepoetst!"
Het individuele klassement luidt:
1 Roks (De Baronie) 31.07.21.
Op 1 sec.: 2 Huissoon (Theo Middel
kamp).
Op 22 sec.: 3 Schalk-Verhoef (Ned. Mil.
team).
Op 1.23: 4 Kooiman (Olympia).
Op 4.7: 5 Van Vliet (Rotterd. Leeuw).
Op 4.38: 6 De Roo (Theo Middelkamp).
Op 5.13: 7 Theunisse (Ned. Mil. team).
Op 7.22: 8 Theunisse (Ned. Mik team).
Op 9.21: 9 Hofmans (De Baronie).
Op 10.40: 10 Kool (De Spartaan).
Op 12.2: 11 Verwey (Midd. Nederland).
Op 21.31: 12 Van Steenselen (De Kam
pioen)
Op 12.47: 13 Van de Ruit (Olympia).
Op 12.59: 14 v. Egmond (De Spartaan).
Op 13.8: 15 Bravenboer R'damse Leeuw.
Op 14.42: 16 Kiebach (Olympia).
Op 16.38: 17 Lotz (Midden Nederland)
Op 17.48: 18 Wuijst (De Baronie).
Op 23.17: 19 Van de Berg (De Spartaan)
Op 24.35: 20 Snijder (De Bataaf). j
Op 24.57: 21 De Boer (Zwarte Schapen)
Op 25.53: 22 Scholten (Ned. Mil. team).
Op 26.37: 23 Groot (Olympia).
Op 27.5 24 Van der Puten (Ned. Mil.
team).
Op 27.10: 25 De Vree (De Baronie).
Op 28.6: 26 Wuurman (Ned. Mil. team)
Op 28.50: 27 Hermés (R'dams Leeuw).
Op 32.15: 28 Van Selm (De Spartaan).:
Op 32.45: 29 Van Dienst (R'damse
Leeuw)
Op 33.37: 30 Peters (De Kampioen).
Op 34.33: 31 Termoshuyzen (R'damse
Leeuw)
Op 37.28: 32 Zwanenveid (Feijenoord)
Op 38.49: 33 Teyse (Zwarte Schapen).
Op 38.53: 34 Visser (Twente).
Op 41.11: 35 De Boer (Zwarte Schapen)
Op 43.35: 36 Moolenijzer (Olympia).
/feW,- t -
In 't kader van het 50-jarig bestaan van
Waalwijks Belang is in verband mef't 120-
jarig jubileum van het Gilde St. Crispijn
't navolgende programma voor de Gildedag
oj 30 juni a.s. vastgesteld:
Programma indeling.
11.15 uur Gildemis in de parochie
kerk van O. L. Vrouw Onbevlekte Ontvan
genis te Besoijen.
j2.30 uur Ontvangst ten stadhuize van
Koningen, Hoofdlieden der deelnemende
Gilden, alsmede eventueel aanwezige Be
stuursleden der Federatie van Brabantse
Schuttersgilden en Bestuursleden van de
Kring Maasland.
1.00 uur Opstellen van de optocht aan
de Kasteellaan.
1.15 uur Vertrek naar het W.S.C.-ter-
rein. Route: Kasteellaan, Burg. Moonen-
laan, Mr. van Coothstraat, Julianastraat,
Bernhardstraat, Wilhelminastraat, Vredes-
plein, Victoriestraat, Putstraat, Parallelweg
(Zuid), WSCrterrein.
2.00 uur Aankomst feestterrein.
Openingswoord door de Edelachtbare
Heer Burgemeester Teijssen, Beschermheer
van het Gilde St. Crispijn.
Daarna de heer v. d. Mortel als voor
zitter der Kring Maasland.
Hierna Vendelgroet en Wilhelmus voor
het Vorstenhuis.
2.30 uur Aanvang der wedstrijden.
Vanen, Standaarden, Trommels, Zilver
en papegaaien worden overgebracht naar
een nader aan te kondigen plaats op het
feestterrein, waarna deze door de jury zul
len worden gekeurd.
Na 5 uur kunnen deze attributen worden
bezichtigd, waarna ze om 6 uur door de
Koningen moeten worden teruggehaald.
6 uur Begin uitreiking der prijzen.