TE WAPEN
Zwitsaletten
TOT IN DEN TREURE!
BINNEN- EN BUITENLAND
Waalwijkse en Langstraatse Courant
STASSAR
BRILLEN
WAALWIJK
VRIJDAG 4 OKTOBER 1957
Uitgever
Waalwijkse Stoomdrukkerij
Antoon Tielen
Hoofdredacteur
JAN TIELEN
Dit blad
verschijnt 2 x per week
80e JAARGANG No. 74
Abonnement
22 cent per week
per kwartaal 2.85
3.10 franco p. p.
Advertentieprijs
10 cent per mm.
Contract-advertenties
speciaal tarief
Bureaux GROTESTRAAT 205, WAALWIJK TEL. 2621
VOOR ONZE UITVOER
KAATSHEUVEL - TEL. 2002
Dr. van BEURDENSTRAAT 8
OPGERICHT 1878
TELEGR.-ADRES: „ECHO'
Zes jaar geleden vertoonde
onze betalingsbalans evenzeer
een. slechte ontwikkeling als
thans. Nu heeft ons nationale
planbureau wel uitgerekend, dat
er toen bijzondere oorzaken van
tijdelijke aard aan het tekort de
bet waren, terwijl thans 'n nood
toestand aanstaande schijnt; een
feit blijft dat er toen van alle
kanten stemmen opklonken, die
goede raad verkondigden ter
verbetering van de uitvoer. Ook
nu zullen die stemmen weer ge
hoord worden. Willen wij een
kans hebben op verdergaande
industrialisatie, dan zullen wij
elk exportwapen moeten hante
ren.
De adviezen beginnen reeds
uit pen en mpnd te vloeien. Zo
kwamen de r.k. werkgevers met
een roep om een nieuwe export
nota, zoals die destijds ook door
minister van den Brink werd ge
lanceerd. Men wenst een ruime
re exportkredietverzekering, be
tere exportkredietfinanciering,
uitbouw van de voorlichting en
verbetering van onze buiten
landse exportorganisatie.
De directeuii van de jaarbeurs
heeft gewezen op de noodzaak
tot uitbreiding van de uitvoer,
en de secretaris van de Ned.-Ca
nadese Kamer van Koophandel
kwam met het plan om onze
emigranten in Canada meer te
steunen bij de afzet van het Ne
derlandse product.
Wel energie, maar geen geld.
Allereerst willen wij nader in
gaan op de laatste geboden mo
gelijkheid. Vanzelfsprekend zijn
er in de jonge landen (Canada,
Australië en Zuid-Afrika) vele
Nederlanders, die steunend op
hun relaties in het moederland,
trachten onze producten daar
ingang te doen vinden. Het ont
breekt hun echter meestal aan
vermogen om voorraden te vor
men en leveranties op krediet
mogelijk te maken.
Geen wonder, want de emi
granten mogen dan over een
grote dosis energie beschikken,
zij bezitten meestal weinig geld.
Voor zover dit aanwezig is, moet
dit worden aangewend om een
nieuw bestaan te bouwen. Ze
kerheid aanbieden, waarop een
krediet kan steunen, kunnen zij
zelden en alle leningen, die hun
worden verstrekt, gemeenlijk
door ondernemende zakenlieden
in het nieuwe land, geschieden
op hun eerlijke gezicht.
Uit hetgeen wij vernamen in
gesprekken en briefwisseling
met emigranten blijkt ons, dat
ook het bankwezen in de nieu
we werelden een soepeler hou
ding aanneemt bij het verstrek
ken van kredieten dan bij ons.
De regering zou dus contact met
onze 'financiële deskundigen op
kunnen nemen in hoeverre wij
daar hulp kunnen bieden. Bo
vendien zal de overheid middels
de Herstelbank en andere wegen
bepaalde garanties kunnen ge
ven inzake de terugbetaling van
op meer riskante voorwaarden
verstrekt krediet.
De kat in 't nauw.
Overeenkomsten tussen Ne
derland en de betrokken landen
liggen binnen het mogelijke.
Wanneer geconstateerd wordt
dat b.v. (West-Duitsland grote
successen boekt bij deze risico-
rijke kredietpolitiek, dan mo.
gen wij zeker niet achterblijven.
Want wij hebben veel meer be-
Over de hele wereld vinden
meer mensen baat
hij RENNIES dan bij enig ander
maagtablet.
lang bij een sterk uitgebreide
export dan onze oosterburen.
Laten wij risico's durven nemen
want daarmee is Nederlands
handel eenmaal groot geworden
en wij, zouden zelfs het spreek
woordvan de kat, die in 'tnauw
rare sprongen maakt, in de her
innering willen roepen.
De suggesties, gedaan door de
r.k. werkgevers, zijn het over
denken alleszins waard. Zoals
meermalen is gesteld, mag de
export geen voorwerp worden
van internationale krediet-con-
currentie met alle gevaren van
dien, maar de vraag is of wij
met onze export-kredietpolitiek
die gevaarlijke zone reeds heb
ben bereikt. Zo neen, dan dienen
wij terwille van de noodzaak tot
de grens te gaan. Ook aan de
mogelijkheid tot krediet-verze
kering blijkt nog een en ander
te ontbreken. De regering kan
hier stimulerend optreden.
Vanzelfsprekend zal het be
drijfsleven in Nederland zelf veel
exportwapens mtaeten smeden.
In hoever heeft men succes ge
had met de export-combinaties,
waarbii bedrijven uit verschil
lende branches samen een ex
portmarkt trachtten te verove
ren Heeft men op dit terrein
de maximale prestatie bereikt
Eendracht maakt macht.
De sterke uitbreiding van de
binnenlandse afzet heeft er toe
geleid, zo leren ons de weten
schappelijke onderzoekingen, dat
een deel van de gestegen binnen
landse omzet ten koste is gegaan
van de uitvoer. Hieruit blijkt
reeds dat vele bedrijven zelfstan
dig meer uitvoer tot stand kun
nen brengen. Wanneer men nu
met uitvoerplannen begint, lig
gen de kanskaarten ongunstiger
dan vijf, zes jaar geleden.
In een aantal landen begint
men aan conjunctuurafremming
en bestedingsbeperking evenals
bij ons. Niettemin zal de beste
dingsaanpassing een aantal be
drijven wel dwingen klanten in
het buitenland te zoeken. Voor
vele midden- en zeker voor de
kleinbedrijven zal dit grote of
fers vragen. De aanloopkosten
voor de export zijn meestentijds
zeer hoog.
Opnieuw moet er in dit ver
band nog eens op worden gewe
zen dat men veel in eendracht
kan bereiken, waartoe men als
enkeling niet in staat is. Laat
men bedrijfstakgewijze dit vraag
stuk aanpakken en zo dit te uit
gebreid is, dan in elk geval
groepsgewijze. Het exportonder
zoek kan grondig gebeuren door
voorafgaande wetenschappelijke
research-arbeid. het kan ook op
pervlakkiger gebeuren door het
zenden van goede verkopers.
Veelal is de eerste methode op
iets langere termijn goedkoper,
maar wij kunnen ons indenken
dat veel praktisch ingestelde za
kenmensen geen rapport meer
kunnen zien. Laat men dan, de
praktijk laten spreken, maar
laat men in elk geval iets doen
om onze internationale machts
positie te versterken.
Onze vertegenwoordigers zijn er.
Ook de overheid zal, bij de ex
portslag zelf actief moeten ope
reren. Wij beschikken overal
ter wereld over een uitgebreide
en... 'n dure buitenlandse dienst-
Zitten de door ons land uitge
zonden vertegenwoordigers in
den vreemde om ons politiek
dan wel commercieel te repre
senteren Voor beide zal men
zeggen. Welnu, politiek kunnen
wij internationaal nog nauwe-
j lijks meespelen. Laten wij 't ac-
cent dan naar het commerciële
I verleggen.
Krijgen onze commerciële ver-
tegenwoordigers, zoals de han-
f delsaltaché's, een bepaalde taak
mee op hun post Wordt er ook
l eens naar de resultaten van hun
activiteiten gevraagd Worden
hier Opbrengst en kosten wel
eens tegenover elkaar afgewo
gen? Wij kunnen het nauwelijks
geloven.
Wij willen de vraag concreet
stellen. Worden er door onze
Twee ZWITSALETTEN en
vroeg naar bed.
overheid gewiekste zakenmensen
uitgezonden naar alle oorden der
wereld of geeft men de voorkeur
aan mensen met klinkende na
men, die schitterend kunnen pa
raderen, maar niet kunnen ver.
kopen, althans geen basis kun
nen leggen voor een exportkans?
Te wapen
Onze overheid wijst er wel het
zakenleven op dat het exporte
ren noodzakelijk is. Heeft men
het gehele apparaat, dat onze
uitvoer kan vergroten of daar
aan kan meewerken, zo georga
niseerd dat wij kunnen spreken
van een „uitgeslapen" onderzoek
in alle delen der wereld
Zo neen, dan dient onze bui
tenlandse dienst gereorganiseerd.
Want in het Nederland van he
den gaat het er niet om of wij
het koninkrijk voldoende luister
verlenen, maar of wij onze pro
ducten in den vreemde kunnen
slijten. Wanneer onze regering
ons oproept om daarvoor de be
stedingen in te krimpen, dan
wordt dat geaccepteerd, mits
daar tegenover staat dat onze
representanten in den vreemde
bij geliike inkomsten en dus
bij gelijke bestedingen een
grotere steun worden voor onze
export dan tot heden.
Voor allen die betrokken zijn
bij onze koophandel, geldt te
wapen voor onze uitvoer.
Drs. M.
(Nadruk verboden).
Nieuw - Guinea
Ondanks de zwakte van haar
positie, ondanks het feit, dat zij
haar eigen rijk voor haar ogen
ziet uiteenscheuren, voert de In
donesische regering nog steeds
de politiek van de afleidings
manoeuvre. Opnieuw brengt zij
haar vordering op Nieuw-Gui-
nea voor de Verenigde Naties en
zij heeft reeds het succes ge
boekt dat de zaak is geplaatst
op de agenda der vergadering en
dit zelfs met een aanzienlijke
meerderheid van stemmen.
Dit besluit kan Nederland
voor moeilijkheden plaatsen.
Want de kans dat op deze uit
spraak een nieuwe uitspraak
volgt, waardoor ons land op eni
gerlei wijze gedwongen zal wor
den, zich aan de tussenkomst
van de volkerenorganisatie te
onderwerpen, is niet uitgesloten.
Zijn de Verenigde Naties in
staat rechtvaardige arbiters te
zijn in een conflict tussen twee
harer leden.? Wij krijgen de in
druk, dat vele leden van dit in
ternationale college meer gedre
ven worden door algemene ge
zindheden dan dat zij 'de beoor
deling van een kwestie op haar
feitelijke inhoud in beschouwing
nemen. Dit is in het bijzonder 't
geval, wanneer er verschil van
mening aan de orde is tussen een
kesterse en een oosterse mo
gendheid.
Daarbij moet men acht {geven
op de ontwikkeling van de Ver
enigde Naties, die steeds worden
aangevuld door Aziatische en
Afrikaanse staten, zodat 't Oos
terse element voortdurend wordt
versterkt. Staten die zojuist ge
boren zijn, zitten als gelijkwaar-
digen tezamen met staten, die
over een politieke ervaring van
eeuwen beschikken en daardoor
de wereldsituatie beter overzien
en tot billijker en zakelijker be
oordeling kunnen komen. Een
toevallige combinatie van sta-
ten-leden kan tot een besluit ge
raken dat in zijn gevolgen heil
loos is.
o
De gedachtengang, die door de
Nederlandse afgevaardigden ge
volgd werd, daar is geen speld
lussen te krijgen. Aan Neder
landse zijde deed men uitkomen
dat Nederland de plechtige be
lofte had gegeven, alle maatre
gelen te nemen, die tot ontvoog
ding kunnen leiden van de in
heemse bevolking en het woord
niet kan breken, dat in die be
lofte is vervat en minister Luns
voegde daaraan toe, dat de we
derzijdse samenwerking tot op
bouw van de economische en
sociale structuur der overzeese
gebieden eerder een vorm is van
ontkolonisatie dan van kolonia
lisme.
Is de bevolking van Nieuw-
Guinea in de gelegenheid gesteld
zich uit te spreken over de be-
stuursregeling en rle nationali
teit, die! zij wenst Neen. Waar
om niet Omdat dezelfde Indo
nesische minister, die thans als
afgevaardigde de annexatie van
Nieuw-Guinea door Indonesië
gaat bepleiten, zich tegen een
vrije uitspraak van de inheemse
bevolking heel't verzet. Wij ci
teren de uitspraak van minister
Luns „Het is werkelijk verba
zingwekkend dat de Indonesi
sche vertegenwoordiger, die nog
slechts drie dagen geleden van
dit spreekgestoelte voor 't zelf-
bestemmingsrecht op kwam, nu
de Algemene Vergadering ver
zoekt om handlangersdiensten te
verrichten zij het onthouden aan
de bevolking van Nieuw-Guinea
van dé uitoefening van het zelf-
bestemmingsrecht, dat de Ne
derlandse regering haar plech
tig heeft beloofd."
Terecht concludeerde de mi
nister, dat een discussies door de
Algemene Vergadering of wel
onderhandelingen of druk door
een commissie van goede dien
sten geen resultaat kunnen op
leveren behalve een slechter
worden van de betrekkingen
tussen Nederland en Indonesië.
Het beroep op de Verenigde
Naties kan zijn enige rechtvaar
digheidsgrond vinden in 't zelf-
bestemmingsrecht der volkeren-
Wat Indonesië in feite doet, is
dat zelfbestemmingsrecht weer
streven, niet alleen ten aanzien
van Nieuw-Guinea, maar ook
ten manzien van onderdelen van
het eigen gebied. Nederland
daartegenover stelt alles in het j
werk om de emancipatie van de j
bevolking te bevorderen. En niet I
met met woord, maar met de
daad. In de laatste troonrede is j
een wetsontwerp aangekondigd i
ter regeling van de zaken van i
Nieuw-Guinea.
Maar het lijkt er op, of de Ver-
enigde Naties als een instrument
worden beschouwd om, nu het
westers kolonialisme! aan 't ver
dwijnen is en andere vormen
.heeft gekregen (de rnandaatsge-
dachte) een fonkelnieuw oosters
kolonialisme te vestigen.
Afgescheiden van de kwestie
of de wensen van Indonesië een
voldoende aantal stemmen zul
len krijgen om Nederland te stel
len voor een onaanvaardbare be
slissing, achten wij het plaatsen
van het punt op) de agenda reeds
een bedenkelijke geschiedenis.
Er heeft zich een gebeurtenis
voorgedaan, die wij nog willen
hespreken in het verband van
dit artikel.
In enkele bladen komt het be
richt voor, dat de vroegere voor
zitter van de ministerraad, prof.
Schemerhorn, een bezoek heeft
gebracht aan president Soekar-
nol. Wij hebben tot dusver nog i
geen commentaar in de pers ge- J
lezen over dit raadselachtig feit.
Juist op het ogenblik, dat Indo- j
nesië Nederland aanvecht in de
Verenigde Naties en de verhou-
ding tussen beiden scherp is, j
verlaat de hoogleraar de parle-
nientaire commissie, waarin hij
plaats had, om de toestand in
Nieuw-Guinea tei onderzoeken en
meldt hij zich aan in het Merdc-
ka-paleis te Djakarta,
fck Men kan zulk een bezoek van
een bekend Nederlands politicus
niet afhandelen met de dooddoe
ner, dat er niet over politiek is
gepraat. Het bezoek is opmer
kelijk en het sticht verwarring.
Wij achten deze daad gevaarlijk
en wij menen dat er ten spoedig
ste opheldering over moet kó
men. Ligt het niet op de weg van
een Kamerlid, er een vraag over
te stellen aan de regering
(Nadruk verboden).
Provinciaal Nieuws
Dl ECHO HET ZUIDEN
Rennies blussen brandend maagzuur on
middellijk. Gewoon laten smelten op de
tong en Uw pijnen verdwijnen in korter tijd
dan U nodig had om deze advertentie te
lezen.
w fe# Sar UP W m
„SERVEERSTER"
EEN NIEUWE OPLEIDING AAN DE
HUISHOUDSCHOOL TE OISTERWIJK.
In overleg met de Inspectie van het Nij-
verheidsonderijijs en de Stichting Vakon
derwijs Horecabedrijven is aan de huis
houdschool te Oisterwijk besloten te begin
nen met een opleiding voor serveerster en
een facultatieve aanvullende opleiding voor
kamermeisje. Deze in ons land nog onbe
kende opleiding zal eveneens gegeven wor
den te Maastricht, Leiden en Lochem. De
cursus zal 15 weken duren en per week
wordt gedurende twee dagen les gegeven.
Het vaktechnisch onderwijs, dat op 8
lestijden per week door een instructeur van
de Stichting Vakopleiding Horecabedrwven
zal worden gegeven, omvat o.a. serveren,
dekken, enige kennis van de bereiding-wijze
en de bewerking van de gerechten, keuze
van menu's en wijnen en omgang met de
gast.
Door leerkrachten van de school zal ge
durende 6 lestijden per week algemeen vor
mend onderwijs en voorlichting over hygië
ne worden gegeven. Eerstgenoemd pro
gramma omvat Nederlandse taal en Franse
vaktermen, rekenen, ook in vreemde valu
ta's, gebruik van gidsen en kaarten en der
gelijke.
De facultatieve 18 lestijden voor huishou
delijke arbeid, die over 9 cursusdagen
worden verdeeld, omvatten onderhoud van
kamers, strijken, bloemen schikken enz.
Na afloop van de cursus zal een examen
worden afgenomen en 'n getuigschrift wor
den uitgereikt, eventueel met de aanteke
ning voor kamermeisje. De cursus wordt
beschouwd als applicatiecursus voor be-
roepskaart café-restaurant-serveerster.
De opleiding begint in november, en de
lessen zullen worden gegeven op donderdag
en vrijdag. Aanmeldingen en inlichtingen
bij de Directrice der Huishoudschool te
Oisterwijk op woensdag en donderdag tus
sen 2 en 5 uur.
WERELDKAMPIOEN PLOEGEN
KWAM TERUG IN ONS LAND UIT
DE U.S.A.
De 27-jarige Wim A. de Lint uit Ze-
venbergse Hoek (N.B.), die op 20 sep
tember j.l. in Peebles in de Amerikaanse
staat Ohio het wereldkampioenschap ploe
gen won is zaternamiddag op Schiphol in
ons land teruggekeerd. Óp het platform
werd hem direct een grote lauwerkrans
om de hals gehangen en moest hij met zijn
vrouw ten gerieve van „het plaatje" lang
durig poseren voor en op een tractor met
ploeg die voor het vliegtuig stond opgesteld.
Wim heeft op de twee dagen durende
wedstrijden een stoppelveld van tarwe en
een stuk grasland moeten ploegen. De be-
Leverancier alle ziekenfondsen
langstelling en de publiciteit voor deze wed
strijden waren Amerikaans groot.
Aan deze wereldkampioenschappen na
men 27 ploegers uit 14 landen deel. Wim
vertelde, dat zijn grootste tegenstander de
Noor Arne Broud was geweest. De nieuwe
wereldkampioen heeft drie dagen, ongeveer
vier uur per dag, getraind. Hij vertelde,
dat er echter ook deelnemers waren die
voortploegden tot het donker werd.
Wim bracht als trofee een kleine gouden
ploeg mee. De grote wisselprijs moest in
de States achterblijven.
De heer de Lint was ongeveer twaalf
jaar toen hij, na schooltijd met ploegen was
begonnen. In 1954 en dit jaar behaalde hij
het Nederlandse ploegkampioenschap en bij
de wereldkampioenschappen in 1954 te
Ierland eindigde hij als derde. Doch Wim
ploegde voort met als resultaat nu wereld
kampioen. Hij zeide van plan te zijn aan de
wedstrijden te blijven deelnemen.
NOODWATERKERING
KEIZERSVEER - NIEUWENDIJK
't Bestuur van het Waterschap „De Zuid
Hollandse Polder" te Dussen heeft aanbe
steed het aanbrengen van een noodwater-
kering op de buitendijk vanaf Keizersveer
tot Nieuwendijk, een afstand van ruim
5.5 km. Het werk was geraamd op
f 251.103.-. Er waren niet minder dan
37 inschrijvingen. De hoogste was die van
Kortewegs Bouwmij. te Breda met
f 277.700. -de laagste die van M. de
Oude en K. T. de Jonge te Zierikzee met
f 154.775.-.
BRABANT HEEFT GEBREK AAN
CULTURELE ACCOMODATIE.
In een belangrijk artikel in het zaterdag
blad van „de Tijd" wijst de Brabantse re
dactie op het feit dat op dit terrein een
groot tekort heerst in Brabant. Steden als
Tilburg, Breda en Eindhoven wachten op
uitvoering der hangende plannen, maar
deze zijn toch zover dat alles bestedings-
gereed is, maar wanneer zal de mogelijk
heid tot uitvoering er zijn. Op dit punt is
het vooral met Tilburg heel droevig ge
stemd. Den Bosch is met z'n Casino nog
het best geoutilleerd, maar ook hier zijn er
de plannen voor een Stadsgehoorzaal, waar
o.m. een fatsoenlijk onderkomen voor het
Brabants Orkest is geprojecteerd, wat geen
overbodige luxe genoemd mag worden.
Maar ook zullen de midden-grote ge
meenten ten deze niet achter kunnen blij
ven, om in deze tijd van bestedingsbeper
king hun plannen gereed te maken. Men
ziet aan Cuyk a/d Maas wat zelfs een be
trekkelijk kleine gemeente ten deze kan be
reiken.
Het is ons overigens bekend dat ons ge
meentebestuur zich onledig houdt met dit
onderwerp om gereed te zijn wanneer de
tijd er is en dat is voor plaats en streek
wel dringend nodig.
Naast de grote en grootse schouwburgen
in de steden, moeten er in de centrum-ge
meenten ten platte lande accomodaties ver
schijnen voor uitvoeringen, congressen, de
monstraties enz. geschikt voor een gehele
streek. Men moet gereed zijn om de groei
ende culturele behoeften, die het gunstig
gevolg zijn van de industriële ontwikkeling
tijdig te kunnen afwegen.
STADSFEESTEN 1958 TE
OOSTERHOUT.
Reeds meerdere malen in het verleden
heeft de stad Oosterhout bewezen tot bij
zondere prestaties in staat te zijn. Wij den
ken hierbij b.v. aan de „MENTO '56",
onder welke naam in 1956 grote stads
feesten werden georganiseerd die ondanks
het zeer slechte weer ruim 105.000 bezoe
kers trokken en aan de taptoe „Exbando"
welke we zouden kunnen noemen de Tap
toe Delft voor de amateurcorpsen, en die
eveneens een goede naam in den lande
begint te verwerven.
Mede ter stimulering van het vreem
delingenverkeer, hetwelk reeds een voor
name plaats in Oosterhout ipneemt, waar
bij de aanwezigheid van de twee grote na
tuurbaden „De Warande" en „Surea", als
mede het internationale kampeercentrum
„De Katjeskelder" niet vreemd zijn, is
thans besloten de organisatie van nieuwe
stadsfeesten ter hand te nemen.
Deze feesten, waarvan de organisatie we
derom is opgedragen aan het bestuur van
de „Stichting Mento", zullen weliswaar 'n
geheel ander karakter hebben dan de fes
tiviteiten. van 1956, doch zullen in opzet
daarvoor niet onderdoen.
Ditmaal zal de organisatie plaats vinden
in de tweede helft van de maand juli 1958
en wel rond een muziekfestival op natio
naal niveau. Hoewel het in het voornemen
ligt de gehele gemeente in de feesten te
betrekken, zal vermoedelijk het centrum
van de feestviering weer liggen in de beide
stadsparken, die weer feestelijk geïllumi
neerd zullen worden en alwaar weer ten
toonstellingen hun plaats zullen vinden,
waarbij echter ditmaal in hoofdzaak het ac
cent zal gelegd worden op de energievoor
ziening.
Tal van attracties zullen daarbij wor
den gebracht, die het bezoek aan Ooster
hout zeer zeker zullen veraangenamen.
WERELDDIERENDAG 1957.
Nu wij vandaag, de vierde oktober we
derom Werelddierendag herdenken, gaan
onze gedachten vanzelfsprekend uit naar
Franciscus van Assisi, de grote dieren
vriend, die zevenhonderdéénendertig jaar
geleden op deze datum overleed.
Eigenlijk moest Werelddierendag een
overbodige instelling zijn, omdat de men
sen - evenals Franciscus - de dieren behoor
den lief te hebben en deze, als hun mede
schepselen, goed dienden te behandelen.
Helaas voeren de feiten in dit opzicht
maar al te vaak een andere taal. Men be
hoeft slechts de kranten op te slaan om te
zien waartoe de mens in deze in staat is.
Zeker: wij willen niet al te pessimistisch
zijn, want bij vroeger dagen vergeleken,
is er op het gebied van de dierenbescher
ming een grote vooruitgang te constateren.
Het ledental van „de Nederlandse Vereni
ging tot Bescherming van Dieren" - waar
van onze geëerbiedigde Vorstin Bescherm
vrouwe is - nam de afgelopen jaren met
enige duizenden toe en bij de „Wereldfe
deratie tot Bescherming va nDieren", welke
alle dierenbeschermingsverenigingen uit de
in 1950 werd opgericht, zijn thans vrijwel
gehele wereld aangesloten. Verheugend is
verder, dat de zaak der dierenbescherming
de Kerken hoe langer hoe meer ter harte
blijkt te gaan en last not least, dat binnen
afzienbare tijd in de Staten-Generaal een
ontwerp van wet tot wijziging van de ar
tikelen 254 en 455 van het Wetboek van
Strafrecht en andere voorzieningen op het
gebied dfer dierenbescherming behandeld
zal worden.
Toch mag deze verheugende ontwikke
ling ons niet blind maken voor het onnoe
melijke leed, dat de dieren nog dag in, dag
uit, wordt aangedaan. Gelukkig behoeft
niet alle dierenmishandeling uit een soort
sadisme worden verklaard, want meestal
geschiedt dit kwaad uit onnadenkendheid.
Maar moedwillig of ondoordacht, het mis
handelen van dieren wijst op_ een onjuiste
instelling, die liever vandaag dan morgen
correctie behoeft. Met blijdschap mag wor
den vastgesteld, dat de tijd voorbij is, waar
in men de liefde voor dieren als iets „sen
timenteels" beschouwde en de dierenvrien
den voor niet geheel en al volwaardig aan
zag. Wat deze liefde dan wel is?
In één van zijn toespraken heeft de Di
recteur van de Nederlandse Vereniging tot
Bescherming van Dieren, de heer G.
Nieuwenhuijsen, het zo waar en kernachtig
gezegd: „De liefde voor het dier is een
opdracht!"
Wat een opdracht is weten wij allen; het
is een eis, een soort categorisch imperatief,
een „Gij zult!" Het spreekt vanzelf, dat
voor de godsdienstige mens deze opdracht
op andere gronden berust dan voor degene,
wien het geloof ontbreekt. Zal de eerste
haar met Franciscus aanvaarden, uit han
den van Hem, die mens èn dier het leven
schonk, de tweede zal dit doen als een
plicht, welke de eerbied voor het leven
ieder weldenkende oplegt. Maar van welke
kant men de kwestie van de liefde voor
dieren en de dierenbescherming ook bena
deren mag, hoofdzaak is, dat zij in praktijk
wordt gebracht.
En het is dan ook in deze geest, dat wij
de vierde oktober willen herdenken, na
melijk als een dag, waarop de mens zich
bij vernieuwing bewust wordt van zijn ver
plichtingen tegenover het weerloze schep
sel, dat zo in alle opzichten van hem af
hankelijk is.
Dr. H. A. ten Bruggencate.
REGERING WIJST MIJN
VERORDENING AF.
De Regering heeft besloten, de veror
dening van de Mijnindustrieraad (MIR) in
zake de premieregeling voor onder- en bo
vengrondse arbeiders, niet goed te keuren,
omdat ze de verordening in strijd acht met
het algemeen belang. Tegelijkertijd heeft
de Regering aangegeven, wat ze wel aan
vaardbaar acht, zodat de MIR daarbij met
het opstellen van een nieuwe verordenig
rekening kan houden.
Volgens de regeling is aanvaardbaar:
1. een tijdelijke bijzondere premie voor on-
dergronders ter grootte van 1.50 gul
den per dienst, die later zou moeten
wtorden omgezet in een prestatiebelo
ning.
2. Invoering van de premieregeling voor
1 ondergronders meif terugwerkende
kracht tot 1 augustus van dit jaar.
3. verbetering in de beloning van onder
grondse mijnbeambten en adspirant-be-
ambten.
4. in afwachting van de invoering van de
werkclassificatie enige inkomensverbe
tering op korte termijn voor bepaalde
groepen van het bovengronds personeel.
De Regering acht niet aanvaardbaar:
1. de invoering van een premieregeling
voor bovengronders.
2. verbetering van de beloning voor bo
vengrondse technische en administra
tieve beambten en adspirant-beambten.
OLIE GOEDKOPER.
Met ingang van a.s. woensdag worden
de prijzen van de verschillende soorten
zware stookolie verlaagd met 6.50 gulden
per duizend liter of kilogram. De prijs van
lichtpetroleum zal een verlaging ondergaan
van 114 cent per liter.
KAB EN ARKA UITEEN.
Met ingang van 1 oktober is er geen so-
lidariteitsband meer tussen de Katholieke
Arbeidersbeweging en de Algemene R.K.
Ambtenarenvereniging. Het beraad, dat
na het ARKA-congres van 14 en 15 sep
tember tussen de KAB en de ARKA is ge
voerd, heeft niet tot een overeenstemming
geleid. De opzegging van de overeenkomst
(per 1 oktober) was reeds in maart door
de KAB aangekondigd.