yUaa Iwubi W Miljoenen medeschepselen "4bJ DE ECHO VAN HET ZUIDEN VAN MAANDAG 13 JANUARI 1958 BENOEMINGEN. Z. H. Exc. Mgr. W. Mutsaerts, j heeft benoemd tot vqorzitter van het Bestuur der" Bossche Litur gische Vereniging de ZeerEerw. Heer G. Witlox, Pastoor te Waal- re, ter voorziening in de vacature ontstaan door het eervol ontslag van de HoogEerw. Heer Mgr. J. van Susante, en heeft bekrach tigd de keuze van de ZeerEerw. HoogGel. Heer Dr. B. Speeken brink, professor van het Groot Seminarie, en de WelEerw. He ren J. Beex, A. Babou ea A. Pol len tot bestuurslid van de Bos sche Liturgische Vereniging. SCHAAKCLUB WAALWIJK. Woensdag 15 januari om 8 u. schaakavond voor de leden en j belangstellenden in de boven- 1 zaal van de Korenbeurs. AGENDA. Bioscopen. Maandag en woensdag. Musis Sacrum 8 uur: „Wij willen George", alle leeftijden. Luxor 8 uur „De avonturier ster van Beiroet", 18 jaar. Dinsdag. Musis Sacrum 8 uur: „Taloe- lah", blijspel door het toneelge zelschap „Puck" (Kunstkring). Gemeenschapshuis 8 uur: Ou deravond Verkennersgroep Sint Clemens. Woensdag. Zaal F. v. Helvoirt 7.45 uur Repetitie Waalwijks Orkest. Zolang de misère alleen nog maar dreigt en nog niet over de drempel komt, is de mens - optimist als hij is - geneigd zijn vrees voor de toe komstige tegenspoed te verbergen achter wat vrolijke en bitter-zoete grapjes. Zo zijn we eigenlijk allemaal min of meer de in 1957 afgekondigde bestedingsbeperking tegemoet getre den. Zij was de grote misère van het afgelopen jaar, maar in haar uitwer king bleef zij toch overwegend een dreiging. De realiteit ervan heeft ons niet beetgepakt, ze stapte niet het le ven van onze Waalwijkse gemeen schap binnen, dank zij het voortref felijk beleid van ons gemeentebe stuur. Ergens hebben we altijd nog gehoopt, dat ze met wat licht onge mak voorbij zou trekken. Nu echter de cijfers van de wo- ningbouwcontingenten voor 1958 be kend gaan worden, is de bestedings beperking niet langer een dreiging meer, maar een harde realiteit, die de woningnood in ons land nog scherper zal stellen en nog schrijnender zal maken dan hij al was. Wanneer men van deze cijfers kennis neemt, stelt men zich de vraag of de regering bij het nemen van de maatregelen ter uitvoering van de investeringsbeper king en wel goed aan gedaan heeft zo rigoreus in te grijpen in de wo ningbouw, die zo nauw samenhangt met de geestelijke gezondheid van ons volk. Ik heb een onvoldoende in zicht in en overzicht van deze mate rie om daarover een oordeel te kun nen uitspreken, maar wel ben ik er van overtuigd, dat de regeringsmaat regelen op het stuk van de woning bouw een nog groter deel van het Ne derlandse volk zullen confronteren met het verdriet en de ellende die de woningnood met zich meebrengt; een verdriet en een ellende, die voor velen al zo lang duren. Ten gevolge van de bestedingsbe perking zijn de provinciale woning- bouwcontingenten voor dit jaar dras tisch beperkt. Het primaire con tingent voor onze provincie bedraagt 5000 woningen, hetgeen 2500 min der is dan over 1957Elke gemeente zal bij eenzelfde verdeling dus heel wat minder toegewezen krijgen dan in 1957; hierbij zijn uiteraard niet in begrepen de additionele contingenten. Wat er voor Waalwijk uit de bus zal komen is mij nog niet bekend, maar het zal zeer zeker maar een heel be scheiden toewijzing zijn. Daarom is het van een niet hoog genoeg te schatten betekenis, dat de zer dagen de uitvoering van het wo ningbouwplan „Continubouw Bra bant II" definitief is vastgelegd. Dit plan verzekert onze gemeente van een extra contingent van 500 wonin gen, verdeeld over 5 jaar. Honderd woningen extra per jaar zullen de grote nood opvangen, die zou ont staan, wanneer wij het zouden moe ten doen met de minimale primaire toewijzing. De grootste nood van de ze tijd zal ons niet aangrijpen in al zijn hevigheid en daarom zijn we bur gemeester Teijssen bijzondere dank verschuldigd voor zijn vooruitziend en doortastend beleid. We mogen ons werkelijk gelukkig prijzen. HANNIBAL. Uit de PROVINCIE HET BRABANTS ORKEST VOOR DE REGIONALE OMROEP ZUID. Op 14 januari a.s. van 6.15 tot j 7.00 uur n.m. zal door de Regio nale Omroep Zuid op golflengte 189 m. en F.M. 97,5 mH. worden uitgezonden de Eerste Sympho- nie van Brahms, uitgevoerd door Het Brabants Orkest o.l.v. Hein Jordans en opgenomen tijdens het concert te Maastricht op 7 december j.l. BREDA GAAT ZICH UITBREIDEN. Bouwplan tot 1980 bepaald. Met twee stemmen tegen heeft de gemeenteraad van Breda een uitbreidingsplan goedgekeurd, waardoor Tiet bouwplan van de te verstaan gaf, dat het aanne men van dit voorstel zeer moei lijk was, omdat hierdoor 'n aan tal agrarische belangen wondt niet anders te kunnen doen dan geschaad, meende zij uiteindelijk het voorstel aannemen. Er ble ken slechts twee stemmen, n.l. die van de agrariërs, tegen het voorstel te zijn. GASTDIRECTIES, BIJ HET BRABANTS ORKEST. Aangezien het Bernard Hai- tink met mogelijk was, gezien zijn verplichtingen elders, om de wegens zijn ziekte in December uitgevallen gastperiode bij Het Brabants Orkest naar een ande re serie concerten in het thans lopende seizoen te verplaatsen, is de bekende Duitse dirigent Ferdinand Leitner, dirigent van de Staatsopera te Stuttgart, be reid gevonden het 4e abonne mentsconcert in de serie A te Tilburg, Eindhoven, 's-Herto- genbosch en Breda op resp. 6, 7, 8 en 9: februari a.s. te dirigeren. Ferdinand Leitner was in de jaren 1954 en 1955 een der do centen aan de Internationale Di rigentencursus van de N.R.U. te Hilversum en Bernard Haitink behoorde daar tot zijn meest ta lentvolle leerlingen. Voor Fer dinand Leitner had het 'n apar te bekoring om de plaats te moe ten innemen van zijn leerling Bernard Haitink. GEEN ATOOMCENTRALE TE GEERTRUIDENBERG Plannen voor ondergronds lichtnet in Brabant. Het is nog niet zeker of de eerste elektrische centrale in Ne derland die door kernenergie ge dreven wordt te Geertruidenberg zal worden gebouwd. Dit heeft een van de directeuren van de Prov. Noordbr. Elektriciteits maatschappij, de heer J. Rijkes, woensdag meegedeeld in de jaar vergadering van de afd. Noord- Branant van de vereniging van Nederlandse Gemeenten die werd gehouden in hetj kantoor te Den Bosch van de PNEM. Het is ook niet zeker, aldus de heer Rijkesj of een dergelijke centrale wel door de PNEM zal worden gesticht en beheerd. Sprekende over de plannen van de PNEM, zei ir. J. Petit, eveneens directeur van dit be drijf, dat een project op stapel staat tot vervanging van de bo vengrondse nelten op het plat teland door ondergrondse ka- hels, welk project vijfendertig miljoen gulden zal gaan kosten. Voorts is^in 1956 een ondersta tion te beugen gereed gekomen, dat noodzakelijk was door de sterke industrialisatie in Oost- Brabant. De stichting van het fonds voor onrendabele gebie den heeft het mogelijk gemaakt nog twaalfduizend onrendabele percelen aan te sluiten, zodat nu nog slechts vierhonderd huizen in Brabant niet over elektrici teit beschikken. De stroomafna- m>e van het bedrijf steeg sinds het begin van de oorlog van 208 miljoen tot ruim een miljard ki lowattuur. De omzet steeg van zes miljoen tot 80 miljoen gul den. Olleke Bolleke's Wonderland De betoverde rozestruik Op speurtocht in dode natuur stad tot ongeveer 1980 bepaald is. Het gaat hier om 400 hectare grond, die op het ogenblik voor het grootste gedeelte in gebruik is bij land- en tuinbouw. Het aannemien van het besluit bete kent, dat op den duur een 140- tal tuinderijen zal moeten ver dwijnen, wil men in staat zijn het bevolkingsaccres, dat tot 1980 op 50.000 wordt geschat, in zijn geheel te kunnen opvangen. Overigens zal Breda niet in staat zijn om de groei van zijn bevolking de komende tiental len paren binnen de eigen gren zen op te vangen. Hen heeft de hulp daarom ingeroepen van een viertal buurgemeenten en in on derling overleg wordt een ke- deelte" van deze buurgemeenten eveneens met woningen bebouwd om de bevolkingsaanwas van Breda de komende jaren te kun nen opvangen. Ofschoon de raad ABONNEMENTEN en ADVERTENTIES Feu i I leton van „»I ICHO VAN HET ZUIDEN" SCHADUW OVER LEVEN door ©ARRY VAN DER RYKEN. 25) - 't Wordt anders tijd om te di neren. Kan 't niet wachten? - Nee, direct na 't eten moet ik weg... Luister Cora! De laatste tijd heeft ons huishouden schatten geld gekost, nog niet eens gerekend wat jij voor je privé nodig had. - En jij! wierp ze er tussen. Goed, zei Han ongeduldig. - In elk geval, mijn salaris was niet toe reikend. Ik heb gespeculeerd en... enfin, ik zit in grote moeilijkheden. - Bah Han, je gaat me toch niet met een omweg vertellen, dat we arm zijn of zoiets, ellendig vulgair arm, zonder personeel en met één zondag se jurk en twee weekse? - Juist, dat wou ik zeggen, 't Zou het beste zijn, als je tegen de volgen de maand Mademoiselle en 't dienst meisje opzei, dan kun je... - Han! kreet ze. - Dan neem je een werkster 'n paar keer in de week en de rest doe je zelf, eindigde hij. Han, ben je gek? Woedend kwam ze overeind. - Toe blijf nu even zitten. We moeten het nu eenmaal onder ogen zien. 't Ergste komt nog. Even aarzelde hij; dan - Over drie maanden ben ik zon der betrekking. Zorgvuldig, zonder haar aan te zien, paste hij zijn vingertoppen te gen elkaar. Plotseling keek hij op; zag haar ontdaan gezicht. Even toch voelde hij medelijden met haar. - Kom kind, laten we dit rustig samen bekijken. Hij greep haar pols en trok haar naar zich toe. Ze liet hem begaan. Zag in gedachten op de bodem van haar byouteriekistje een tamelijk dik ke enveloppe. Geld! 'n Klein kapi taaltje, de laatste keer gewonnen in 't speelhuis. Zorgvuldig had ze 't be waard. Je kon immers nooit weten! Een moment kwam het in haar op, 't Han te geven. Het zou een kans voor hem zijn, opnieuw te beginnen. De opwelling verdween. Ze trok haar handen terug uit Han's greep. - Wat ben je van plan? - Dat wilde ik juist met je be spreken; een vastomlijnd idee heb ik nog niet. - Ja, wat weet ik daar nu van. Bedenk maar iets, waar je goed geld mee kunt verdienen, maar laat mij alsjeblieft buiten zulke zwaarwich tige besprekingen... Meteen maakte ze er een eind aan door te bellen. Natuurlijk had Han 't binnenko mende meisje terug kunnen sturen. Hij had Cora kunnen dwingen naar hem te luisteren. Hij had een man kunnen zijn. Maar Han was een slappeling. Met een even ophalen van zijn schouders verliet hij de kamer. Hij wist geen raad, zag geen uitkomst. Beschouw de het heden als een poel van ellen de, de toekomst als een donkere dreiging. En steedsdoor 't zelfver wijt: - Had ik Ine maaren Ine zou De voordeur sloeg achter hem dicht. Frisse lucht moest ie hebben, even tot zichzelf komen. Wat had de Directeur vanmorgen ook weer ge zegd? Om even tien uur was hij op 't pri- vékantoor geroepen. Eén van z'n schuldeisers had een schrijven aan de Directie gericht. Hij moest er genoe gen mee nemen, dat de eerstvolgen de drie maanden 't grootste deel van zijn salaris zou worden ingehouden. U begrijpt, mijnheer van Es, dat we iemand, die speculeert niet kunnen handhaven in de vertrouwenspositie die U bij ons inneemt. De naam van onze firma moet absoluut onbespro ken blijven. Het zal dus het beste zijn als u nu reeds naar een andere be trekking uitziet. U kunt zich als ontslagen beschou- Biljarten wen... Hij had nog getracht, zich te verdedigen. Vergeefse moeite. Hij begreep, had al te voren begrepen, dat als 't mis ging op de beurs, ook zijn baan op 't spel stond. Hij had geen keus gehad. Maar wat nu?... Ergens een betrekking zoeken, hoefde hij niet eens aan te beginnen. De dagbladen stonden vol met aange boden personeel. Zo'n duvelstoeja gersbaantje had hij trouwens niets aan. Relaties, in dit vreemde land, had hij bijna geen. Iets voor zichzelf beginnen, was 't enige. Assurantiën, toevlucht der hopelozen, bedacht hij met wrange humor.. Toch zou er niet veel anders opzitten. Hij gooide z'n eindje sigaret weg. Voelde naar z'n koker en greep meteen de dunne, blauwe enveloppe. - Ja, dat was waar ook! Maries- jes brief, waardoor hij vanmorgen nog even zo gelukkig was geweest. Die paar honderd francs konden er ook nog wel af. Morgen meteen maar even een postwissel sturen. Een brief je zou ie 't kind ook schrijven. Ze dacht er zeker niet aan, dat Ine 't na tuurlijk in handen zou krijgen. Erg geheim zou die voetbalgeschiedenis niet lang blijven, lachte hij in zich zelf. Zou Ine nog wel eens aan hem denken? En hoe?... 't Was inderdaad Ine, die de post- wissel in ontvangst nam. Een schok van pijn ging door haar heen, toen ze de naam van den afzender las. - Han! Waarom stuurde hij geld aan Ma- riesje? Was dit de eerste keer? Riesje zou toch niets voor haar verborgen houden? Dat had ze nog nooit gedaan... - Kijk eens Riesje, hoe gewich tig! Voor jou! En binnengekomen gaf Moeder Ine haar buitenlandse wissel. - O Mam, wat jammer, dat U 't nou weet. We hadden 't U expres niet verteld, omdat U er anders boos om zou zijn. Maar Mams, zeg 't nu niet tegen Hans... ik wil hem zo graag verras sen. - Ik snap er tot nu toe geen steek van, lichte Ine. - Expres niet aan mij en ik nou weer niet aan Hans Wat een ingewikkelde geschiede nis! Biechtmaar gauw op... En Riesje vertelde. - Toch niet erg hè, dat ik Papa om geld heb gevraagd? Dat moet U altijd maar doen Mams, als U eens iets nodig hebt, besloet ze haar ver haal. In haar hart vond Ine 't handig verzonnen. En begrijpelijk ook. Maar een herhaling wilde ze toch beslist niét. Ze waarschuwde Riesje dan ook, nooit en nooit meer aan Papa om geld te vragen. Ze zei er niet bij dat d'r eigen trots daarbij in 't ge drang kwam. - Zou er geld overblijven als 't tientje voor Hans er af is? infor meerde Mariesje. - Je zult ongeveer 'n gulden of twaalf hierop krijgen, dacht Ine. - Ik heb er geen idéé van, hoe hoog op 't ogenblik de koers is. Stop de rest maar in je spaarpat. - Bah, die spaarpot, daar heb je nou net niks aan. Mag ik dit nou eens bij me houden? - Wat wil je er dan mee doen? Vroeg Ine benieuwd. Stilte. Mariesje schoof een beetje verle gen met 'n voet over 't kleed, keek haar moeder niet aan. - LI zult 't misschien zo gek vin den en zegt U 't dan niet tegen Grootpa of zo? - Natuurlijk niet, stelde Ine haar gerust. - Morgenmiddag Mams, wil de hele klas, - tenminste ons clubje, - taartjes gaan eten in de Bijen korf. Ze doen 't wel meer hoor, en meestal verzin ik dan iets, zodat ik niet mee kan. Maar als ik dat geld nou heb Mam, dan ga ik mee en dan kan ik hun allemaal rondjes geven. Hè toe... één zo'n middag 't gevoel hebben, dat ik schatrijk ben! Vindt U 't erg raar? Mag 't Ze mocht. (Wordt vervolgd) SLUIMEREN! DE WINTERSLAAP IS NOG STEEDS EEN ONOPGELOST RAADSEL. In deze wintertijd verkeert een groot aan tal dieren in een uiterst merkwaardige toe stand. Zij zijn in een soort slaap, maar een merkwaardig diepe slaap, zodat zij op de rand van het leven verkeren, een toestand die wij de winterslaap noemen. Waarom houden dieren een winterslaap? Het is een vraag waarop de wetenschap nog geen afdoende antwoord weet te geven, al ligt het vermoeden voor de hand, dat dit een middel is om bepaalde dieren door een periode van het jaar heen te helpen, waar in ze moeilijk voedsel en drinken kunnen bemachtigen. Zij ontwaken dan weer, wan neer de temperaturen hoger zijn en zij weer gemakkelijk in hun onderhoud kunnen voorzien. Op dé grens van de dood. Wat is een winterslaap eigenlijk, zullen velen zich afvragen. Het is een soort ver doving, waarvan de verschijnselen uitersf interessant zijn. Wanneer het betrokken dier voor drie, vier, vijf of zes maanden m deze verdoofde toestand verkeert, eet eh dringt het niet en zijn temperatuur daalt. Het lichaam stelt zich in op een zo gering mogelijk verbruik van energie. In de laatste periode voor de winterslaap heeft het dier zo veel mogelijk gegeten, zodat er een grote reservevoorraad is ontstaan in zijn lichaam. Hier teert het gedurende de gehele winter slaap op. Doordat het lichaam in geen enkel op zicht actief is, wordt er minder verbruikt, maar de natuur gaat nog verder. De adem haling wordt aanmerkelijk trager, ongeveer tien tot twaalf ademhalingen per uur. Een aanmerkelijke besparing, wanneer men be denkt dat het dier dan in tweehonderd da gen net zoveel adem haalt als anders in één dag. Het verbrandingsproces in het lichaam wordt minder en hierdoor daalt tevens de temperatuur tot ongeveer veertig procent van normaal. Geen bloedsomloop. Het dier heeft zich in zijn nest, dat zo gebouwd is dat het vorstvrij is, opgerold en heeft de stand aangenomen, die het in on geboren toestand bij de moeder had. Het bloed circuleert trager en bereikt zelfs bepaalde delen van het lichaam niet. Het dier scheidt in die periode geen afval stoffen af. Het verkeert als het ware in een toestand tussen dood en leven. Wij mogen eigenlijk streng wetenschappelijk niet eens spreken over een winterslaap, aangezien deze verdovingstoestand dieper is dan die van de slaap. De winterslaap eindigt wanneer de tijd van het jaar weer gunstig wordt voor het dier. Het wordt dan vanzelf wakker, rilt hevig en alle organen komen weer in actie. Het bloed gaat weer stromen en dadelijk werpt het dier zijn opgehoopte afvalstoffen uit. Aanvankelijk nog een beetje slaapdron ken en stijf herneemt het leven zijn gewone gang. Mocht het dier bij uitzondering te vroeg wakker zijn geworden, dan begeeft het zich weer in zijn nest en even later zet hij zijn slaap voort. Oók zomerslapers. Er zijn echter niet alleen winterslapers, maar ook zogenaamde zomerslapers. Als voorbeeld kikkers, krokodillen en dergelijke. Bij grote hitte en droogte, waardoor water gebrek ontstaat en de levensomstandigheden dus voor deze dieren zeer ongunstig zijn, trekken ze zich diep in de modder verbor gen terug om betere tijden af te wachten, in een toestand, die ongeveer gelijk is aan die van de winterslaap. Wordt het koeler en valt er regen, dan worden ze weer wakker en hervatten hun normale doen. Dat we over het hoe en waarom van de zomer- en winterslaap van de dieren nog niet zoveel afweten, behoeft geen verwon dering te wekken, aangezien we eerlijk moe ten erkennen, dat we zelfs van Onze eigen normale slaap maar bitter weinig weten. Met deze typische slaapperiode bij ver schillende dieren en de daarmee gepaard gaande interessante en onverklaarbare ver schijnselen, heeft de natuur ons voor een raadsel geplaatst, dat vele grote geleerden na jarenlange studie en waarnemingen nog niet hebben kunnen oplossen. (Nadruk verboden). ons bijkantoor ta KAATSHEUVEL an onza agantan In alle plaattan van da Langstraat naman steads gaarne ADVERTENTIES en ABONNEMENTEN aan Op een mooie zonnige morgen wandelde Olleke, die met zijn ouders in een klein huisje aan de rand van het bos woonde, het woud in. Zoals gewoonlijk zocht hij zijn vriendjes, de bosdieren, om zich te vermaken met hen. Maar toen hij bij het hol van de ko nijntjes kwam, was er niemand thuis. Een kraai, die op een boomtak zat, wist hem te vertellen, dat de konijnenfamilie een heerlijk maaltje was halen midden in het bos, waar wilde sappige, groene planten groeiden. Olleke besloot daar ook heen te gaan. Terwijl hij vrolijk fluitend op pad was, kwam hij plotseling zijn vriend de vos te gen. De vos liep zo in gepeins verzonken, dat hij zijn trouwe vriend Olleke helemaal niet zag. „Hé!" riep Olleke. „Zie je me niet?" Geschrokken stond de vos stil. „Eh, jawel", stamelde hij. Olleke lachte. „Waar over liep je zo te piekeren, vriend vos?" wilde hij weten. De vos trok een ernstig gezocht en ging op de grond zitten. De kleine jongen strek te zich naast hem op het mos uit en vroeg: „Nu, wil je het mij niet vertellen?" „Och ja, dat wil ik wel", zei de vos. „Moet je luisteren," En toen deed hij Olleke een wonderlijk verhaal. Rare rozen. „Midden in het diepst van het bos staat zoals je weet, het paleis van de goede fee en sinds énige maanden staat er bij de poort een heel grote wilde rozestruik. Die struik stond er in zijn volle grootte plotse ling op een morgen en iedereen verwonder de er zich over. Zijn lange takken zaten vol vlijmscherpe doornen en wanneer iemand zich in de buurt van de rozestruik waagde, dan bogen de takken in zijn richting als wilden ze hem pakken. Natuurlijk zorgt iedereen er voor om niet in de buurt van die rozenstruik te komen. Dat is heel merk waardig, hé?" Olleke knikte. „Maar dat is nog niet alles", ging de vos verder. Wanneer de goede fee naar buiten komt om een wandeling te maken, dan buigt de rozestruik dadelijk zijn takken in haar richting en dan klinkt er een zachte stem, die roept: Lieve fee help mij. En die stem komt uit de rozestruik. Komt ze nu dichterbij, dan willen de takken haar grij pen, maar natuurlijk gaat de fee dan ach teruit. Wanneer ze vragen stelt aan de struik dan komt er geen antwoord. Het eni ge dat de struik zegt is: Lieve fee, help mij. Niemand begrijpt er iets van en alle tover spreuken van de fee hebben op de struik geen invloed. Ik loop er nu al dagen over te piekeren, want daar zit vast iets achter. Maar wat?" Er naar toe. De vos zweeg en zonk met zijn poot on der zijn hoofd in diep gepeins. Ook Olleke WAALWIJK Competitiewedstrijden van het District Waalwijk van de K.N.B.B. Prachtseries van Ad van Cromvoirt (146) G. Roomer (114) en M. van Bracht (102). 8 - O-overwinningen van Nooit Volleerd I, B.S.V. II en B.S.V. III. In de standenlijst van de competitiewed strijden van het District Waalwijk van de K.N.B.B. begint steeds meer tekening te komen. Zo won b.v. in klasse C Nooit Vol leerd I met niet minder dan 8-0 van Central I. Deze overwinning kan daarom hoog worden aangeslagen, omdat zij werd behaald in het clublokaal van Central. Reeds eerder deelden wij mede, dat Frans Slaats van N.V., na enkele minder geluk kige partijen nog wel in vorm zou komen en dit bewees hij ditmaal door Kees Teur- lings op eigen terrein gedecideerd te ver slaan. Ad Slaats gaf Tiny Teurlings geen schijn van kans, vooral in het laatste ge deelte van deze partij speelde Slaats zeer sterk. Doordat ook L. van Cromvoirt en J, Verheijden van N.V. hun partijen wonnen resp. van N. de Gouw en M. Leensheers, werd het een glansrijke overwinning voor de jongens van Frans Slaats. Hoewel de spelers van Central tot heden weinig op de voorgrond traden kennen we de Gebr. Teurlings te goed om ervan overtuigd te zijn, dat ook zij in de toekomst nog wel eens uit een ander vaatje zullen gaan tap pen. In dezelfde klasse moest 't Zwaantje 1 dacht na. „Ik ga eens naar die struik kij ken", besloot hij. Ook de vos sprong op. „Dan ga ik met je mee", zei hij. En samen gingen ze op stap naar het paleis van de goede fee. Bij het paleis gekomen bleven ze tussen de struiken staan en de vos wees Olleke de rozestruik. Maar voordat ze er naar toe konden gaan, ging de poortdeur open en de goede fee kwam naar buiten. Dadelijk keek ze naar de roos die weer zijn takken naar haar uitstrekte en riep: „Lieve fee help mij". Langzaam kwam ze op hem toe en sprak zacht tegen de struik, maar er kwam geen antwoord. Olleke en de vos besloten nu ook'naar de struik te gaan en ze holden vooruit. De fee hoorde ze aankomen lopen en draaide zich om. Er kwam een lach op haar ge zicht. „Dag Olleke, dag vriend vos", riep ze en strekte haar armen uit. Olleke en de vos liepen het hardst om het eerst bij de fee te zijn. En Olleke won. Een val Op het moment dat hij zich in haar ar men wilde werpen,' struikelde hij in een klein kuiltje en viel met een slag voorover in de armen van de fee, die nu haar even wicht verloor en met Olleke achterover in de rozestruik viel.. Ze gilde van schrik en pijn, want de doornen prikten lelijk in haar lichaam. Olleke zag hoe een paar druppeltjes bloed uit haar arm op de tak van de struik vielen. En ineens hoorde hij een zachte, vriende lijke lach. De jongen kon zijn ogen niet ge loven. Bliksemsnel veranderde de rozestruik in een grote, sterke jonge prins, die nu de goede fee en Olleke in zijn armen hield. Voorzichtig zette hij hen weer op de been en toen de fee omkeek bleef ze als aan de grond genageld staan. Wat een lieve, aar dige, jonge prins was dat. Olleke ging bescheiden achteruit bij de vos staan. „Dank u lieve fee", sprak de prins. „Ik was op weg naar uw paleis om uw hand te vragen. Maar hier voor de poort werd ik plotseling tegengehouden door een boze heks, die mij betoverde en in een rozestruik met scherpe doorns veranderde. Ze zei, dat de betovering slechts verbroken kon worden, wanneer bloed mijn takken zou raken. Daarom strekte ik steeds mijn takken uit naar ieder die in mijn buurt kwam. Maar ieder zorgde er wel voor, dat mijn scherpe doorns hem niet zouden raken. Gelukkig is de ban verbroken door het kleine ongelukje van onze vriend Olleke, die struikelde en u in mijn armen wierp. Ik dank u lieve fee en vraag u nu mijn vrouw te willen worden." De fee stak hem haar hand toe en knikte gelukkig. Olleke en de vos waren-de eersten die het grote nieuws vernamen en zij wa ren het die het bericht in het bos aan ieder die het horen wilde, vertelden. (Nadruk verboden). met 2-6 de vlag strijken voor Ons Ge noegen I. In deze ontmoeting begon Sj. Dijkstra uitstekend door zijn partij gedeci deerd te winnen van J. Philippart, doch toen had 't Zwaantje zijn kruit verschoten, want Dré Hamers moest de overwinning laten aan Cor Rombouts. Piet van Huiten kon het ditmaal niet bolwerken in zijn par tij tegen Jan Passier (die er steeds beter in komt) en tenslotte won G. Roomer met groot machtsvertoon van M. van Bracht, met het fraaie gemiddelde van 18,82 en een hoogste serie van 114. Even liet v. Bracht zien van welke uitzonderlijke klasse ook hij is, doch zijn meesterlijk gespeelde serie van 102, kon ook hem niet voor een nederlaag behoeden. B.S.V. I moest ditmaal genoe gen nemen met een 4-4 gelijk spel tegen Poedelvrees I, die de club van Ad v. Crom voirt in eigen huis ontving. In het begin liep de partij Jan van Helvoirt - Ad van Cromvoirt wat stroef en na 10 beurten was de stand nog zo ongeveer gelijk, doch toen begon Ad van Cromvoirt vat te krijgen op het ivoor en dit demonstreerde deze kleine grootmeester door een schitterende serie van 146 op tafel te leggen, waardoor Jan van Helvoirt schijnbaar zodanig werd ge deprimeerd, dat hij met groot verschil de overwinning aan de eerste speler van B.S. V. moest laten. Frans van Helvoirt bracht de balans echter weer in evenwicht door een verdiende overwinning op G. de Kroon met het fraaie gem. van 6.92. Een compliment voor deze speler. A. v. d. Wiel won zijn partij, hoewel slechts met 9 car. verschil van H. Lombarts en tenslotte moest W. v. Corstanje de overwinning laten aan de jon ge veelbelovende kracht van BSV, P. Maas, zodat in deze ontmoeting de punten broe derlijk werden verdeeld.

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1958 | | pagina 2