wAAlwijkse en UnqstRMtse couRAnt Hoopgevend jaar Was 1961 aen gelukkig jaar voor U B0GAERTS' BRILLEN OPTICA B0GAERTS VRIJDAG 29 DECEMBER 1961 «""viiiiiDBiv ifoi 83e JAARGANG No. 103 gitgever: ffaalwijkse Stoomdrukkerij An toon Tielen Hoofdredacteur: JAN TIELEN Gironummer 50798 Dit blad verschijnt 2 x per week 04160 - 2621 Kaatsheuvel: Dr. van Beurdenstraat 8 TeL 04167 - 2002 Abonnement: 22 cent per week per kwartaal 2.85 3.10 franco p.p. Advertentieprijs; 10 cent per m.m. Contract-advertenties: speciaal tarief Telegram-adres „Echo" Het wordt tijd, hoog tijd, dat we afscheid gaan nemen van 1961. Dat zal geen droevig afscheid zijn, voor velen althans niet. En wij, die er misschien in dit af gelopen jaar wat beter zijn afgeko men, kunnen slechts hopen, dat 1962 wéér zo zal zijn, als het kan nog wat gunstiger. Maar dit blijft bij een ho pen, want als wij zien, wat dit jaar voor vele mensen bracht, hoeveel el lende en leed er is geleden, dan be kruipt ons een huivering voor wat 1962 ons brengen zal. Groter dan ooit tevoren was de oorlogsdreiging die over West-Euro pa hing. Scherper werd de tegenstel ling tusen west en oost, nog duidelij ker de afscheiding, door het optrek ken van een kilometers lange muur. De sombere beelden, die vluchtelin gen vanuit de oostzone mee naar het westen brachten, vervullen ons maar al te vaak met woede en angst. Maar wat hebben wij er aan gedaan om verbetering in deze toestand te bren gen! Konden wij daar iets aan veran deren, of waren wij enkelingen te on machtig om deze noodlijdende mensen van 1961 de helpende hand te rei ken? Is het zo, dat wij bij voorbaat al, die mogelijkheid hadden uitgeslo ten en er daarom in berustten. Wat dacht U van een vrede op aar de, van een bidden om deze vrede? Was 1961 een zó gelukkig jaai voor U, dat u zich daarom niet meer kon bekommeren. Was 1961 dan ook een gelukkig jaar voor die onder drukte Oost Duitsers, voor wie niets anders overbleef in deze dagen, dan het staren naar een grijze muur, waarachter misschien de glans van een verlichte kerstboom nog even op lichtte. Was 1961 een gelukkig jaar voor de negers iu Kongo, Zuid-Afri- ka, Noord-Amerika? Voor de Alge rijnen, voor de bewoners van Zuid- Oost-Azië, van China? 1961. Het leed is bijna geleden, althans dat kan het zijn. Maar wanneer de grote machten van deze wereld geen betere plannen hebben, dan die, welke, zij in het afgelopen jaar hebben gedemonstreerd, dan zal ook 1962 voor velen geen betere tij den kennen. Dan zullen wij weer op nieuw d.m.v. radio, - televisie en pers geconfronteerd worden met mensen die niet terug deinzen voor geestelijke doodslag. Hoe vaak heeft U het hoofd geschud over de heer sende corruptie en leugenachtige ver klaringen van die mensen, naar wie wij eigenlijk zouden moeten opzien? Zal 1962, dat nu vlak voor de deur staat, betere tijden brengen; zou nu na de laatste slag van twaalf, de wereld een andere aanblik krijgen? Wij mensen hebben vroeger, om dat wij behoefte hadden aan een ze kere ordening, een jaarwisseling in gesteld: de 31ste dag van de twaalf de maand betekent het einde van het jaar. Wij werden sentimenteel, door in die laatste dagen vol weemoed te rug te gaan denken aan wat voorbij was. En als de laatste slag van twaalf is geslagen, schudden wij elkaar de hand, wij heffen het glas en wensen elkaar veel voorspoed toe voor het komende jaar. En de machthebbers en vertegenwoordigers van landen put ten zich uit in mooie bewoordingen, over vrede, welstand, en gelijkheid voor alle volkeren, ongeacht hun huidskleur. Zij beloven de noodlij denden tegemoet te zulen treden, be langeloos. Het is traditie, een mooie gewoonte, waarbij zij niet achter kun nen blijven, het past zo mooi in hun programma vol propaganda. Wij hebben het feest van de vrede gevierd, zonder dat het werkelijk vre de was; de volkeren zullen elkaar een gelukkig 1962 toewensen, zonder dat zij gelukkig zijn. Maar dit is geen re den voor de goedwillenden om te wanhopen. Het kan nog steeds an ders, er kan vrede zijn voor iedereen. Wij hopen, dat U die vrede voor Uzelf heeft gevonden bij het Kerst kind, dat zich niet te hoog achtte zich naar ons toe te buigen. Zolang U de „nederigheid" op heeft kunnen brengen voor de vrede te bidden, zolang ook, durven wij U het beste voor het komende jaar, 1962, toe te wensen. voor de vrije wereld Geen „München" in Berlijn Geboorte van een derde wereldmacht Slinkende communistische aantrekkingskracht De dreiging van het internationale communisme wordt kleiner en de dag nadert, waarop de vrfje wereld zich met verbazing zal afvragen, hoe zij ooit heeft kunnen vrezen, dat er tussen rood-zijn en dood-zijn geen alternatief zou liggen. Deze con clusie draagt misschien de schijn van een al te rooskleurig optimisme, maar zfj wordt wel degelijk gerechtvaardigd door de politieke ontwikkelingen en gebeurtenissen in het zich nu snel ten einde spoedende jaar 1961. DREIGING WERD EEN DODE LETTER Als bewijs is daar in de eerste plaats het verloop van de Berlijn- se kwestie. Een half jaar geleden ontmoette Kroetsjef Kennedy in Wenen en hij vertelde daar aan de Amerikaanse president, dat hij voor 1 januari 1962 zijn greep naar Berlijn zou doen en hij dreigde eenieder, die hem dit zou willen verhinderen, met oorlog. In de daaropvolgende drie maanden kreeg een groot aantal Westéuropese leiders van de Russische _premier te horen, hoe veel atoombommen er precies nodig waren om hun landen te vernietigen en de wenk werd er bij gegeven dat deze bommen wel eens spoedig zouden kunnen val len. Maar op het ogenblik, op de drempel van de jaarwisseling, is het ultimatum van Kroetsjef een dode letter. In plaats daarvan schijnt men aan het begin te staan van een nieuw vredesoffen sief der sovjets. Het contrast tussen toen en nu is hemelsbreed. Wij kunnen er slechts één conclusie uit trek ken: Kroetsjef had gehoopt dat hij met naakte dreigementen zijn zin in Berlijn zou kunnen krij gen. Maar de vastbesloten reactie van Amerika en West-Europa haalden een streep door zijn re kening. Geen München Er zijn in het westen ongetwij feld lieden, die menen, dat de on derhandelingen met de Russen over Berlijn, die nu voor de deur staan, tot een nieuw „München" moeten leiden. Een bestudering van de ontwikkelingen in het af gelopen jaar leert, dat dit non sens is. Oppervlakkig bezien, helstaat er misschien enige gelijkenis tus sen de huidige situatie en die wel ke aan de overeenkomsten van München vooraf ging. Maar de verschillen zijn veel groter en wezenlijker. Zij houden verband met de aard van de regiems, die tegenover elkaar staan, met de strategische positie en met de bedoelingen van de westelijke mogendheden. Hitier hield van de oorlog en wenste deze tot elke prijs. Kroet sjef schakelt de oorlog als in strument van de communistische politiek niet uit, maar hij houdt er geen bloed-en-staalcomplex op na. Bovendien heeft hij, in tegen stelling met Hitier, geen haast. Hij heeft geen bezwaar tegen wachten, omdat hij er zeker van is tenslotte toch te zullen winnen. H-bom bluf Een nog groter verschil is ge legen in de strategische situatie, zulks vooral als gevolg van de ontwikkeling der moderne wa pens. Hitier kon in 1938 en 1939 nog veronderstellen, dat zijn land in een succesvolle oorlog grote voordelen zou kunnen behalen. Maar Kroetsjef kon daarop niet hopen. Al zijn gedreig met de H- bom, zo is duidelijk gebleken, was bluf. Hij weet, dat wanneer de raketten gaan vallen, zijn land daar even erg of nog erger onder zal lijden dan dat van de tegen stander. Nog belangrijker echter is het verschil tussen de bedoelingen van de westelijke alliantie van nu en die van de Britten en Fran sen in 1938. In de kwestie Tsje- choslowakije waren vele Britten en Fransen geneigd, Hitier zijn zin te geven, omdat zij geloofden dat het verdrag van Versailles onrechtvaardig was geweest en dat men de Duitsers in de Sude ten het recht op zelfbeschikking niet mocht onthouden. Boven dien wisten zij, dat zij militair slecht op een oorlog waren voor bereid. Thans is de situatie geheel an ders. Er zijn onrechtvaardighe den genoeg de door de com munisten in Berlijn opgetrokken muur bijvoorbeeld maar die liggen aan de andere zijde. Mo reel staat het westen sterk en morele elementen spelen in de buitenlandse politiek van demo cratische landen een grote rol. Ook is de militaire kracht van 't westen geenszins minderwaardig aan die van het communistisch blok. Als brandend maagzuur laaiend opstijgt soms tot boos in de keel Wanneer derhalve de vrije we reld aan het eind van dit jaar, waarin Moskou de spanning op voerde, maar tenslotte, toen dit te gevaarlijk werd, aanzienlijk redelijker geluiden liet horen, bereid blijkt met de Russen te praten, is het zeker niet met de bedoeling door de knieën te gaan. De enige intentie, die het westen daarbij heeft, is bepaalde vaag heden bijvoorbeeld die om trent de verbindingswegen met WestBerlijn welke tot onno dige botsingen zou kunnen lei den, op te ruimen. Derde grote mogendheid Het zou voor de hand liggen in Kroetsjef's intrekking van het Berlijnse ultimatum de grootste westelijke winstpost op de ba lans over het jaar 1961 te zien. Van veel meer, ja zelfs van adem benemende betekenis, omdat zij in staat is op de duur de gehele machtsverhouding tussen de vrije wereld en 't internationale com munisme in het voordeel van de eerste te beslissen, is de groei van de economische en politieke kracht in de Europese Economi sche Gemeenschap, waarvan dit jaar overtuigende bewijzen heeft gebracht. Van welk gering be lang zijn in vergelijking daarmee de crises in Laos, Zuia-Vietnam, Cuba en zelfs Berlijn, die door de communisten werden gefabri ceerd. En van hoe weinig gewicht ook de moeilijkheden in Kongo, het Frans-Algerijnse geschil (dat nu zijn oplossing snel tegemoet schijnt te gaan), het ook dit jaar nog niet opgeloste vraagstuk van de toekomst van Nederlands N.- Guinea en al die andere geschil len en geschilletjes, problemen en probleempjes, waarmee de wereld op 1 januari 1962 nog zit opgescheept. Deze even aan te stippen, naast feiten als het ver schijnen van de eerste ruimte vaarders (twee Russen en een Amerikaan), de krappe verkie zingsoverwinning van Adenauer, de moord op de Dominicaanse dictator Trujillo en het ideologi sche, overigens uit zeer materi ele tegenstellingen voortvloei ende geruzie in het communisti sche kamp, moet voldoende zijn om des te meer aandacht te kun nen besteden aan de wording van de derde grote wereldmacht. Machtiger dan VjS; en U.S.S.R. Dit is gedurende het jaar 1961 geschied: in plaats dat de weste lijke allianties, zoals Moskou gaarne had gezien, uit elkaar zijn gevallen, zijn de Westeuropese naties begonnen aan een aaneen sluiting, waarvan de gevolgen, naar het zich laat aanzien, ont zagwekkend zullen zijn. De Euro pese Economische Gemeenschap op dit ogenblik nog bestaande uit Frankrijk, West-Duitsland, Italië, België, Nederland en Lux emburg, heeft in de achter ons liggende twaalf maanden econo mische en ook politieke succes sen geboekt, waarvan zelfs de meest enthousiaste voorstanders van een verenigd Europa niet ge droomd hadden. Zo groot zijn die successen ge weest en zo goed de vooruitzich ten, dat de Britse regering, alle tradities ten spijt, besloot, het lot van Groot-Brittannië aan dat van de gemeenschappelijke markt te binden. Om dat te be reiken zijn de Britten bereid, hun betrekkingen met de leden van het gemenebest te herzien en af stand te doen van hun bijna een eeuw oude politiek van 't machts evenwicht tegenover Frankrijk en Duitsland. Zij zijn zelfs gene gen om een deel van hun souve- reiniteit over te dragen aan de politieke instellingen, die nodig zijn om leiding te geven aan de E.E.G. Noorwegen, Denemarken, Ier land en andere Westeuropese lan den, die nog geen deel uitmaken van de gemeenschappelijke markt, zullen het Britse voor beeld bijna zeker volgen. Dit be tekent de schepping van 'n West europese eenheid met 250 mil joen inwoners, consumenten en producenten, waarin goederen, Tandbouwprodukten en arbeiders zich binnen afzienbare tijd bijna even vrij over de nationale gren zen zullen kunnen bewegen als in de Verenigde Staten van Ame rika het geval is. Met andere woorden: de oude droom van een Verenigde Staten van Europa is dit jaar voor onze ogen welhaast werkelijkheid ge worden. Een groot deel van het gebouw is reeds opgetrokken en aan de rest wordt met ijver ge werkt. Reeds nu produceert de E.E.G. een bruto nationaal pro- dukt, dat slechts tien procent kleiner is dan dat van de Vere nigde Staten. Met Engeland en de andere landen er bij zal het spoe dig dat van de U.S.A. overtreffen. D eSovjct-Unie blijft daarbij ver ten achter en ondanks alle groot spraak van Kroetsjef heeft zij geen schijn van kans de achter stand in te halen. In de landen van de gemeenschappelijke markt is de economische groei in 1961 bijna dubbel zo groot geweest als in Amerika, de meest welvarende staat van de wereld. West-europa als voorbeeld De enorme betekenis van deze ontwikkeling is duidelijk. West- Europa is niet langer de „gijze-, laar" van het Kremlin, zoals eens Kroetsjef het bluffend noemde. En het is evenmin nog de arme, ongelijke partner van Amerika. De gevaarlijke politieke situatie, waarin alle beslissingsmacht ge concentreerd ligt in Washington en Moskou, gaat een snel einde tegemoet. Minstens even belangrijk is dit: de aantrekkingskracht, die de U.S.S.R. en het rode China op de staten van Azië, Afrika en Zuid-Amerika uitoefenen, zal niet met een slag verdwijnen. Er zullen nog wel enkele zwakke en onderontwikkelde naties zijn, die zich zullen laten verleiden tot het drogbeeld, dat het communis me het snelle en gemakkelijke antwoord is op hun problemen. Maar het kan niet anders, of het Westeuropese voorbeeld zal een toenemend aantal volken er van overtuigen, dat het economische en politieke systeem van de vrije wereld doelmatiger en ook mo derner is dan 't communistisch- totalitaire systeem. De mogelijk heid daartoe, in dit jaar gescha pen, stelt alle andere feiten en gebeurtenissen van 1961 in de schaduw. Grotestraat 220 Waalwijk Tel. 356 Alle Ziekenfondskortingen worden direct afgetrokken. Enkele malen op het randje van een kabinetcrisis Minister Luns in de internationale politiek Bont binnenlands gebeuren Nog vóór de kalenders van dit jaar werden opgehangen, werd Nederland in 'n kabinetscrisis ge stort. De A.R. was ontevreden over het beleid van haar eigen ministers. De kabinetscrisis heeft in de A.R. heel wat deining ver oorzaakt. De regeringspartijen waren echter over het algemeen wel te vreden met het kabinet, met als gevolg dat door bekwaam bemid delen en hard werken van de in middels aangewezen informateur prof. mr. W. G. de Gaay Fort man, prof. dr. de Quay koningin Juliana heeft verzocht de ont slagaanvrage van zijn kabinet als niet gedaan te beschouwen. Het geen neerkomt op het terugkeren van het oude kabinet in ongewij zigde vorm. Zowel de Kamer als de minis ter hebben wat water in de wijn gedaan en in wezen bleef de toe stand dus zoals hij was. De Twee de Kamer had door dit incident slechts een achterstand van een week opgelopen. De Nederlandse regering kwam Trouwens voor verschillende be langrijke zaken te staan in de loon van het jaar 1961. Begin maart werd na een langdurige nachtelijke spoedzitting besloten het Duitse voorbeeld na te vol gen en de Nederlandse gulden te revalueren met 5 Aanvanke lijk vreesde men dat de gevolgen voor Nederlands export misschien bijzonder onprettig zouden zijn, aangezien het Nederlandse pro- dukt met 5 zou stijgen in prijs. Het blijkt echter, dat de zwart kijkers ongelijk hebben gekre gen. Natuurlijk heeft de revalua tie wel een zekere ongunstige in vloed op de export gehad, maar toch niet in die mate als velen hadden verwacht. Dreiging bleef Even dreigden er weer ernsti ge moeilijkheden toen de minis ter voor O. K. en W., mr. Cals, dreigde zijn portefeuille neer te leggen wanneer «Ie Mammoetwet tot regeling van het voortgezet onderwijs zou worden verworpen of daarin fundamentele wijzigin gen door amendementen zouden worden aangebracht. Ook deze kwestie is met een sisser afgelo pen. Even vroeg men zich af, of het kabinet De Quay andermaal ge spietst zou worden op de pieken der oppositie. Het ging in dit ge val over de nieuwe regeling van de algemene kinderbijslag. De verdere ontwikkeling heeft geleid tot het ontslag nemen van mi nister Van Rooy van sociale za ken en volksgezondheid. De mi nister had zo ontaktisch gehan deld en een zo star standpunt in genomen dat hij de Kamer bij zonder boos had gemaakt. Zijn conclusie was ontslagaanvrage. Het kabinet steunde hem niet, met als gevolg dat er geen rege ringscrisis uit voortvloeide. Hij werd opgevolgd door dr. G. M. J. Veldkamp, staatssecretaris van economische zaken. Maar ook het pad van deze nieuwe bewindsman ging niet over rozen. De K.V.P. bleek niet accoord te kunnen gaan met het gewijzigde wetsontwerp algeme ne kinderbijslag. Tenslotte komt die kinderbijslag er toch. Toch ontsnapte Nederland ter nauwernood aan een kabinets crisis op het einde van het jaar, toen in de Tweede Kamer de mi nister van financiën, prof. dr. J. Zijlstra, „het onaanvaardbaar voor mij en het hele kabinet" liet klinken in antwoord op de vraag wat er zou gebeuren als een van zijn belastingontwerpen zou worden verworpen. Na een langdurige schorsing kwam de leider van de K.V.P. mededelen, dat zijn fractie in ver band met de gespannen wereld situatie op het ogenblik geen ka binetscrisis wilde riskeren. „Wij zullen de minister steunen, maar verplichten ons tot niets in de komende maanden." Dat is wel een dreigende taal, die misschien VUURWERK voor Oudejaarsavond zou kunnen wijzen op de kans van een kabinetscrisis in het ko mende jaar, of althans zeker een zware strijd tussen de minister en de Kamer over belastingza ken. Wanneer we daarbij nog rekenen de gevaren die dreigen rond de algemene kinderbijslag wet, dan mogen we concluderen, dat het kabinet een spannend 1962 tegemoet gaat. Diplomatieke verwikkelingen In het prille begin van het jaar 1961 achtte Moskou het noodzakelijk de Nederlandse re gering een nota te doen toeko men, waarin op vaderlijke toon werd gewaarschuwd tegen de toe stemming die Nederland verleend had tot het toelaten van atoom wapens op Nederlands gebied. Nederland zou zich hierdoor blootstellen aan vergeldingsac ties met atoomwapens, wanneer het ooit tot een gewapend con flict zou komen. Met de Russen hebben we trou wens verschillende onaange naamheden beleefd in de loop van het jaar. Twee Nederlanders werden in de Sovjet-unie gearres teerd op beschuldiging van spio nage voor de Verenigde Staten. De Nederlandse ambassadeur werd niet toegestaan contact met deze landgenoten op te nemen. Deze toestemming kreeg hij eerst nadat de twee mannen waren veroordeeld. Hier is het echter niet bij ge bleven. Nadat een Russische che micus asyl had gevraagd in ons land, trachtten leden van de sov jet-ambassade in Nederland de echtgenote van deze Rus per vliegtuig te doen terugkeren naar haar land. Aangezien de Neder landse regering er niet zeker van was, dat deze terugkeer vrijwillig was, besloot m'en het deze dame onder vier ogen op Schiphol te vragen. Dit kon, aangezien haar paspoort in Nederlandse handen was. De mannen van de mare chaussee, die hun opdracht cor rect uitvoerden, kregen moeilijk heden met de begeleidende Rus sen, die de vrouw geen moment alleen wensten te laten. Het liep tenslotte uit op een ruig vuist gevecht, waarin zelfs de rode am bassadeur Ponamarenko zich mengde. Natuurlijk gaven de Russen in de U.S.S.R. hun visie op deze af faire en noemden zij Nederland een land van barbaren. Als ge volg hiervan heeft de Nederland se regering de Russische ambas sadeur uitgewezen en haar am bassadeur in Moskou, mr. Helb, teruggeroepen. Voorlopig doen beide landen het maar met een zaakgelastigde. Natuurlijk heeft Nederland zich eveneens aangesloten bij de lan den die protest aantekenden te gen de door de sovjet-unie voor genomen explosie van 'n atoom bom met een kracht van niet minder dan 50 megaton. Het heeft niet mogen baten, trou wens, wat had men anders mo gen verwachten? Een bom van 80 a 90 megaton explodeerde. Luns bijt van zich af Als een van onze bewindslie den zich wel bijzonder spectacu lair geweerd heeft in het afgelo pen jaar en daar ongetwijfeld in ternationaal naam mee heeft ge maakt, dan is 't wel Nederlands minister van buitenlandse zaken, mr. Luns. Deze uiterst vakbe kwame diplomaat heeft zich van een wel zeer taaie kant laten zien toen hij het in het begin van 1961 als eenling opnam tegen de grote De Gaulle en Adenauer. Er werd in Parijs een topcon ferentie der zes E.Ë.G.-Ianden ge houden en die had een bedenke lijk verloop. President De Gaulle wenst geen supranationale poli tieke organen. Het liefst ?ou hij de bestaande gemeenschappen terugbrengen tot technische uit voeringsorganen, die hun direc tieven krijgen van de gezamen lijke nationale regeringen. Een dergelijke vorm is slechts in het belang van de twee grote landen in dit gezelschap, te we ten Frankrijk en West-Duitsland. Deze twee wensten deze vorm om De echo van het Zuióen Opgericht 1878 brengen een paar Rennies baat. Die blussen de zwaarste zuurbrand in een handomdraai. Gewoon laten smelten op de tong en prompt is alle leed geleden, 'n Wondermiddel, die Rennies, en een uitkomst voor de mensen die zonder Rennies nauwelijks hun dagelijk se maaltijd aandurven - uit angst voor de zuurbrand daarna... VEEL BETER, VEEL SECUURDER EN ZEKER NIET DUURDER BRILLEN SPECIALIST NEDERLAND IN 1961 Stationsstraat 51a, Waalwijk

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1961 | | pagina 1