dpaJit Veertig jaar geleden werden de gemeenten Baardwijken Besoijen bij Waalwijk geannexeerd BELEVENISSEN VAN SMIDJE VERHOLEN 2 DE ECHO VAN HET ZUIDEN VAN MAANDAG 8 JANUARI 1962 3 In tegenstelling met Waalwijk, dat altijd een deel van Brabant is geweest, maakten Besoijen en Baardwijk tot 1815 deel uit van Zuid-Holland Besoijen als een van de zes Zuid-Hollandse dor pen, die ressorteerden onder het baljuwschap van Dordrecht, ter wijl Baardwijk tot het land van Heusden behoorde. De grens tus sen Brabant en Holland liep juist midden door de Waalwijkse to ren, die vóór 1580 aan de westzijde van de tegenwoordige kerk aan de haven stond. Het grondgebied Waalwijk met Gansoijen, drong als een wig in Holland, zodat het Baardwijk oostelijk en Be soijen westelijk liet liggen. De grootte van Besoijen bedroeg in 1843, volgens „Statistiek Ta bleau van de polders in Noord-Brabant", opgemaakt door de hoofdingenieur van de Rijkswaterstaat 776 bunders, terwijl de grootte van Baardwijk een totaal van 899 bunders telde. De gren zen van eerstgenoemde gemeente waren Drongelen, Waalwijk en s-Grevelduin-Capelle; de grenzen van Baardwijk Doeveren, Oud-Heusden, Drunen, Loon-op-Zand en Waalwijk. Doordat in 1765 de Baardwijkse Overlaat werd aangelegd, die door het graven van de Nieuwe Maasmond (Bergse Maas) en het kanaal van Den Bosch naar Gansoijen zijn bestaansrecht verloren heeft, werd de binnen polder van Baardwijk weer enkele hectaren verkleind. BESOIJEN. Het ontstaan van Besoijen, dateert van ongeveer 1300, toen het werd ge sticht door graaf Floris V of door graaf Jan I. De eerste uitgifte als ambachtsheerlijkheid geschiedde in 1339, toen graaf Willem van Hene gouwen er Jan van Besoijen mee be leende. Het woord Besoijen, vroeger meestal Bysoeyen genoemd, is ge vormd uit een samenvoeging van By en oeyen (met de daartussen gevoeg de euphonische s), het betekent ,,bij grasland" (ooi of hooi). Tot onge veer het midden van de vijftiende eeuw bleef de heerlijkheid aan de heer van Besoijen, maar in 1447 kwam het aan het geslacht van Van Assendelft. In de daarop volgende jaren verwisselde het verschillende malen van eigenaar. Waarschijnlijk kort na 1339 werd het sterke kasteel van Besoijen, ach ter het voormalige raadhuis gebouwd. Het kasteel heeft daar 300 jaar ge staan, maar in 1625 - het had reeds veel geleden van de 80-jarige oorlog - toen te Besoijen 40 huizen af brandden, werd ook dat kasteel in brand gestoken. Een mijlpaal in de geschiedenis van Besoijen was het stichten van de Her vormde kerk in 1610, kort na het sluiten van het twaalfjarig bestand. Er ontstond een grote scheiding tussen de bewoners, een derde ge deelte werd Hervormd, maar het grootste gedeelte bleef Katholiek. De ze laatsten gingen tot 1648 in de Waalwijkse parochiekerk aan de Ha ven naar de kerk. Gedurende het ruim 600-jarig be staan heeft Besoijen talrijke rampen door moeten maken, zoals overstro mingen, dijkdoorbraken, branden etc. De grootste ramp was de St. Elisa- bethvloed van 17 op 18 november 1421, toen het dorp helemaal werd overstroomd en verwoest en kort daarna 1 kilometer meer naar het Zuiden moest worden verlegd. BAARDWIJK. De stichting van de vrije heerlijk heid Baardwijk dateert, evenals die van Besoijen, van omstreeks 1300. De betekenis van de naam is niet hele maal duidelijk. In de loop van de vier daarop volgende eeuwen ging ook de ze heerlijkheid verschillende malen in andere handen over. De oudste R.K. kerk, toegewijd aan de heilige Cle mens, dateert van vele jaren voor de St. Elisabethvloed van 1421. Door deze vloed hadden dorp en kerk veel geleden, maar de toren, - waarvan men zegt, dat het water bij die vloed tot over de helft moet hebben ge staan, - is overeind gebleven en biedt nu nog een fraaie aanblik. Rond 1900 werd de oude bouwval lige kerk, die inmiddels aan protes tanten noodgedwongen was afge staan, gesloopt. In de 16e eeuw werd het „Oud Mannenhuis" opgericht. Vroeger schijnt deze gemeente ook nog een adelijk slot, genaamd Val- ckenoord, op zijn grondgebied gehad te hebben. Uit het groot aantal wie len, die in vroegere jaren in Baard wijk hebben gelegen, mag men con cluderen, dat deze gemeente meerma len door dijkdoorbraken geteisterd is. De gemeente Baardwijk heeft in vroegere jaren het wapen van Heus den aangenomen een wiel of rad van keel op een gouden veld, maar met dit onderscheid, dat Heusden een achtspakig wiel bezit, terwijl dat van Baardwijk zesspakig was. .GROOT WAALWIJK' EEN FEIT Eind 1921 werd in de Tweede Ka mer een wetsontwerp ingediend, tot vereniging van de gemeenten Waal wijk, Baardwijk en Besoijen. In de memorie van Toelichting vermeldde de regering, dat de gemeenten Waal wijk, Baardwijk en Besoijen, ten Zui den van de Bergse Maas, in de z.g. Langstraat gelegen, samen een na tuurlijk geheel vormden, met een eengebouwde hoofdstraat. De rege ring beschouwde de streek als een nij verheidscentrum, met een totaal aan inwoners, gerekend naar de toestand van 31 december 1920, van 8897, die allen een gelijksoortige aard en op vatting hadden. Verder werd in deze memorie van toelichting gezegd, dat de ingezete nen sedert jaren samenwerkten in ver enigingen en andere instellingen, bo vendien werden de gemeenten Baard wijk en Besoijen door Waalwijk van gas, electriciteit en drinkwater voor zien. Van het openbaar en bijzonder onderwijs in Waalwijk, werd zowel door de bewoners van Baardwijk als Besoijen gebruik gemaakt. De vereniging werd voorgesteld, terwille van het algemeen belang, dat vooral verbonden zou zijn aan vereen voudiging van de 3 administraties en besturen, ook omdat de economische en sociale verzorging van de betrok ken gemeenten, na de opheffing van de belemmerende administratieve scheiding, op eenvoudiger en doel treffender wijze zou kunnen worden behartigd. Een maand na dit wetsontwerp, kwam de regering met een nota van wijziging van het wetsontwerp be treffende de bovengenoemde vereni ging van gemeenten. De nota stelde voor, het tijdstip te verschuiven tot 1 januari 1923, zodat de betrokken ge meenten meer tijd zouden hebben om de nodige maatregelen te treffen, ter wijl anderzijds, aan hen die niet in dienst van de nieuwe gemeente zou den overgaan, tijd werd gegeven uit te zien naar een nieuwe betrekking. Evenwel werd in het Staatsblad no. 1392 de wet opgenomen, waarin stond vermeld dat de vereniging der drie gemeenten zou geschieden op 1 januari 1922. Hiermee was de ver eniging een feit geworden en werd 1 januari een historische datum voor de gemeente Waalwijk. WIELRENNEN BINNENLAND BELANGRIJKE MEDEDELING Met het oog op de invoe ring van de 5-daagse werk week in 't typografisch be drijf op 1 januari en de voortdurende groei van ons abonnementental en de om vang van ons blad, zijn eni ge maatregelen noodzake lijk. le. In de toekomst moeten de berichten, verslagen en advertenties voor ons MAANDAGNUMMER uiterlijk in ons bezit zijn ZATERDAGOCHTEND ne gen uur. Voetbalverslagen en an dere berichten uiterlijk zon dagavond (nacht). Plaatsing zoals ruimte en tijd toelaat. Voor ons nummer van vrijdag, dat donderdagmid dag wordt afgedrukt, moet een en ander, ook adverten ties, uiterlijk in ons bezit zijn WOENSDAG 12 uur. Wij moeten hieraan voort aan streng de hand houden, wil het ons mogelijk zijn ons blad hier en buiten tij dig te kunnen verspreiden en vertrouwen op de mede werking van corresponden ten en adverteerders. De Administratie Nederland heeft dit voorstel met in genomenheid ontvangen, doch Soe- karno heeft geantwoord dat hij al leen besprekingen voert als vooraf overdracht plaats heeft. Ondertussen heeft Soekarno de mobilisatie in Oost-Indonesië gelast en is men in Nieuw-Guinea op alles voorbereid. Jammer is, dat men niet beter is voorbereid. Alleen maar dat onze vloot, die krachtig genoeg is, in de wateren om Nieuw-Guinea vertoefde. „DER ALTE" 86 JAAR „Der Alte von Rhoendorf", bonds kanselier dr. Konrad Adenauer, vierde vrijdag j.l. zijn 86e verjaar dag. Hij is de oudste, nog actieve staatsman ter wereld. 5). Sinidje Verholen vond, dat er geen enkele reden voor hem was om nu op zijn dooie eentje in de smidse achter te blijven. Ilij volg de daarom het voorbeeld van boer Gradus en liep ook zijn werkplaats uit. Maar terwijl boer Gradus naar links ging, de kant van huis op, ging sinidje Verho len naar rechts, de kant van do herberg op. Dat was natuurlijk niet zo verstandig, want we heb ben in onze vorige verhalen ge noeg kunnen lezen, waartoe dat overmatige herbergbezoek alle maal leiden kan. Maar goed, we kunnen aan de loop van dit ver haal toch niets veranderen en we zullen de smid daarom rustig volgen op zijn pad naar de Ver gulde Zon. Dat was trouwens he lemaal niet zo'n prettig pad voor de smid. want Piet en Jopie van de sigarenwinkelier hadden hem al gauw in de gaten. „Daor gaot zatte Verholen!" riep Piet uit. „Kom Jopie, we gaon hem pes ten!" Dat was natuurlijk niet voor dovemansoren gezegd en weldra dansten de twee rakkers achter de arme Verholen aan. Ze staken hun tong tegen hem uit, trokken lange neuzen en zongen: Sinidje Verholen, smidje Verholen, Zonder klanten en zonder kolen, Zonder ijzer en zonder lood, Ach, was smidje Verholen maar dood! Nu wil het feit, dat de meeste mensen er niet erg op gesteld zijn met dit soort liederen toege zongen te worden. Het is dus be grijpelijk, dat onze smid daar al evenmin van gediend was. Hij draaide zich om naar zijn kwel geesten, schudde zijn zware vuis ten en schold ze de huid vol. Dat hielp echter niet veel, want het getier en gejoel werd er nog er ger op. Nu werd Verholen eerst recht kwaad. „Akelige, miskleu rige bolknakkies!" riep hij uit. „Beschimmelde stukken dekblad! W... wacht maar, ik z... zal jul lie!" Maar wat hij zou, dat zei hij niet meer, want in zijn pogingen achter de twee kwajongens aan te rennen, lieten zijn stuurloze benen hem in de steek. Pats...!! Daar sloeg hij voorover op de grond tot groot vermaak van de achtenswaardige Piet en Jopie. „De smid gaot dubbeltjes zuuken veur 'n borrel!" gierde Jopie. Doch Piet maakte het nog een beetje erger. Die gebruikte name lijk de smid als bok en sprong brutaal haasje-over! FEUILLETON van „DE ECHO VAN HET ZUIDEN" DE JEUGD VAN TONY ROMAN door A. v. ENGELEN 10) Maar goed: de liefde van Marietje, haar échte liefde, dié kan nog voor Tony zijn! Hoor je dat, gelukskind? Haar lief de, voor jou! Alleen: je zult dan af stand moeten doen van je oude idea len! Is de prijs te hoog? Het geeft een zware strijd. Maar nóg erger zal het worden; ook het li chaam meent rechten te hebben! Be koringen komen zijn gedachten ver troebelen met voorstellingen van din gen, die hij vroeger wel zag bedrij ven door andere jongens en die hij dan vrij onbetamelijk vond, doch die hij nu zelf óok best zou willen doen, o neen, niet met andere meisjes, maar met Marietje; wat zou het heerlijk zijn een streling over haar wang, een kneepje in haar mollige arm, een kus!, doch dan verbleekt hij bij het geweldig bonzen van zijn hart en het angstzweet breekt hem uit, want wel zwaar zondig zijn deze gedachten I Zó ver is het dus al gekomen met zijn on beheerste hartstocht! Intussen uit de verte blijft het lieve meisje hem wenken. Hij zou er heen willen, maar... er is nog zo wei nig concreets; want hij heeft wel eni ge zekerheid, dat zijn liefde zal be antwoord worden? Als eens moest blijken, dat hij op het verkeerde paard gewed had, hoe zou hij de schande kunnen verdragen en de teleurstelling overleven? Hij is maar weer opgestaan. Doelloos gaat hij de schuur binnen. Een kakelende kip schiet fladde rend langs hem heen naar buiten, als schuldbewust om haar nog laat weg gelegde ei... Op een kist zet hij zich neer, maar weet weinig méér te doen, dan zich de vuisten ballen om zijn beslui teloosheid... En toch zal er een beslissing geno men moeten worden, zó gaat het niet langer! Zal hij een cent omhoog gooien, kruis of munt? Neen, dat ware te gek! Liever het vóór en tegen nog eens nauwgezet overwegen? Ja, dat is de weg! Dus allereerst is het nog mogelijk om af te breken met zijn ge heime verlangens, om daarna weer de oude Tony van Berkel te zijn? Ja ze ker kan dat!; niemand weet er im mers van, en na de vacantie kan hij gewoon met de studie verder gaan! Later zal hij, als priester, de men sen een voorbeeld geven van ont hechting aan de wereld, maar... dan zal hij toch zélf eerste déze liefde moeten dooddrukken in eigen hart, direct en volledig, en alles, gedach ten en begeerten, ongedaan moeten maken door vergiffenis te vragen aan de beledigde majesteit Gods! Het wordt Tony beangst om het hart; al de gierig opgespaarde weten schap omtrent 't lieve Marietje komt in opstand; o, dit is in waarheid bo venmenselijk! Het kan werkelijk niet! Maandenlange dromerij laat zich niet zo maar weer uitwissen; het is dui delijk: het nieuwe heeft de beste pa pieren! Alleen wat moet hij doen? Allereerst uiteraard, méér zeker heid hebben, of het bij Marietje in goede aarde zal vallen, want in feite heeft hij geen enkel bewijs van hare genegenheid; o, het moest toch eens zijn, dat zij hem, de eendagsheld, een blauwtje liet lopen! Het wordt hem opnieuw zwaar te moede en een die pe neerslachtigheid komt over hem heen; schreien zou hij kunnen van wanhoop en vertwijfeling! Zijn ogen nochtans hebben geen tranen, maar... opstand groeit in zijn hart! Somber staart hij voor zich uit door de open deur, waar de zon haar stra len brandt, zonder zich ook maar iets te bekommeren om hetgeen hier bin nen aan de gang is... Ten einde raad besluit Tony om al les maar aan de tijd over te laten! Wel ja, de tijd is goed en geduldig en hij helpt de mensen steeds in hun moeilijkheden; de dagen gaan voort, vooruit en verder, teruggang is niet mogelijk. De wisseling der jaargetij den voltrekt zich naar welomschreven wet, en wij gaan de eendere weg, met eendere vaart; de zon zuigt de voe dingsappen omhoog door de dorre stam, bloesem en bladeren botten uit, de vrucht gaat zwellen en wordt rijp- gestoofd door dezelfde zon, met meerder warmte, dan komt tenslotte de dag waarop alles - vrucht en blad - wordt afgestoten, als zijnde van onnut, en het einde is: de dood! Ogenschijnlijk slechts, want zie, uit het doodgewaande, kiemt weer nieuw leven! Tony van Berkel voelt zich een mislukking in de wrede wereld. Hij ziet naar de konijnen van Toon, die in een ruw getimmerd hok hun verblijf hebben. In een hoek van de kooi liggen de ronde krenten op het bruin- natte stro. Dicht opeen zijn de wit- en grijsharige dieren daar gezeten. Nu zij volk horen, komen zij met hun voorpoten tegen het gaas omhoog staan en hun neuzen maken grappige mienekes... De jongen zet zich weer neer en bekijkt het onschuldige konijnenspel. Hij steekt hun een groen blaadje toe, waaraan zij knabbelen; ook trekken ze het bij elkaar uit de bek en vechten daarbij een beetje, gelukkige beesten, die geen verdere problemen kennen! Waarom kan ook hij niet onbe kommerd zijn? Wat is zijn misdaad, ja, wat? Opeens wat gebeurt er met Tóny van Berkel?; zijn borst begint te zwoegen, hij springt overeind en trekt met een rauwe grijns aan zijn ruige haren... Verschrikt door deze plotselinge aanval van razernij zakt hij terug op de kist en staart geruime tijd als we zenloos vóór zich uit. Dan krijgen zijn gepijnigde hersens opnieuw vat op iets; een wilde schit tering vaart in zijn ogen, hij rilt en klappertandt, terwijl het angstzweet hem uitbreekt Als hij dan tóch een verlatene is van God en mensen... en met mate loze drift stampt hij op de grond en sist tussen de tanden uit „Ik doe 't, en daormee uit!" Het is beslist nu, voor eens en voor goed! Is dit noodlot? Of de beschikking van God, Die, naar eigen getuigen, een jaloerse God is, en het liefdes leven van een minnend hart niet wil delen met een schepsel? Wat ook zij de lokstem van een meisje heeft het pleit gewonnen en een onervaren knaap heeft richting gekozen voor het leven. Ofschoon gans onvoldoende voorbereid en met gerede kans dus tot algehele schip breuk!... Zullen de vele uren van overwe ging en gebed, doorgebracht in de stille abdijkerk, tevergeefs zijn ge weest? Of is het misschien al hieraan toe te schrijven, dat hij, terugkerend in de wereld, aan het meisje van zijn keuze een ongeschondenheid kan aanbieden van ziel en lichaam beide? Tony staat op en gaat naar buiten, om met enige verwondering vast te stellen, dat daar alles nog hetzelfde is gebleven, ondanks zijn grote be sluit de zon schijnt nog met een dere stralen! Maar och. waarom ook niet?; zij staat hoog boven de wereld met het gekrioel van de vele kleine mensen; waarom zou zij in opstand komen tegen de haar opgelegde wet ten, terwille van de dingen, die daar beneden gebeuren?; die moet de machtige mens zelf maar zien te be redderen! (Wordt vervolgd 1 januari 1922 was de beslissende datum MICHEL STOLKER RENNER VAN HET JAAR door Ad Vingerhoets. Den Bosch, 4 januari. Michel Stolker werd door een comité van journalisten gekozen tot wielrenner van het jaar 1961. Vijf verschillende punten worden bij deze verkiezing in ogenschouw genomen pres taties, karakter, sportiviteit, wedstrijdinzicht en strijdlust. Michel kwam er met glans, hoewel hij toch op moest tornen tegen twee wereldkampioenen Henk Nijdam en Leen van der Meulen. Het was bij Gerrit Schulte weer een ge zellige boel, toen Mr. Jan Veenhoven de aanwezigen welkom heette. Onder die aan wezigen waren heel wat wereldkampioenen; wij zagen Henk Faanhof, wegkampioen bij de amateurs, Gerrit Schulte, Frans Mahn, Piet van Heusden, Arie van Houwclingen, Henk Nijdam, Leen van der Meulen, Toine Mazaraic, stuk voor stuk knapen die het regenboogshirt gedragen hebben. Ook Ko Willems, Olympisch kampioen, was present, evenals de koning der Zesdaagsen, good old Piet van Kempen, iets dikker geworden, maar nog rad van tong. Mr. Veenhoven had nog een nieuwigheid, naast de renner van het jaar, werd er ook nog „de belofte van het jaar" gekozen. Henk Nijdam werd de eerste die voor deze titel in aanmerking kwam. De genodigden namen daarna aan een diner deel, waarbij verschillende sprekers de loftrompet staken op de gekozenen. De renner en de belofte van het jaar. Michel Stolker, geboren 29 scpt. 1933 te Zuilen bij Utrecht, debuteerde in 1952 als nieuweling, twee overwinningen, 1953 tot en met 1955 amateur: Winnaar Ronde van Overijsel 1953; 2e Ronde van NoordHolland 1953; 4e Ronde van Drente 1954; Winnaar Ronde van Lim burg 1955; 3e Olympia's Tour 1955; Win naar Ronde van Waalwijk 1955; Winnaar Ronde van Overijsel 1955; Winnaar Ronde van Midden Brabant 1955; 2e Omloop van de Kempen 1955; 5e Kampioenschap van Nederland 1955. Sinds 1956 bcroepsrenner: Winnaar 13e Etappe Giro d'Italia 195G; Winnaar le Etappe Ronde van Luxemburg 1956; 8e Ronde van Catelonië 1959; 10e Ronde van Nederland 1958; 4e Gent We- velgem 1959; 2e Omloop der Vlaamse Ge westen 1959; 6e Driedaagse van Antwerpen 1960; 4e Ronde van Picardië 1960; 2e Pa rijs-Tours 1960; 4e Ronde van Lombardije 1960. In 1961 won Stolker 5 wedstrijden: Wezembeek-Oppem, Dintcloord, Ronde van Picardië, 2e etappe Ronde van Picardië, Grote Prijs Puteaux. In de klassieken kwam hij ook prima voor de dag: 5e Ronde van Vlaanderen, 8e Parijs -Vimontiers, 12e Parijs - Brussel, 7e F.i- land Man, 7e Parijs-Tours. Hij nam aan 5 etappecoursen deel: Parijs - Nizza 22e, Dwars door België 24e, Ronde van Champagne 18e, Giro d'Italia 93e, Ron de van Picardië le. Henk Nijdam, 26 jaar terug in Eelder- wolde geboren, begon te fietsen in 1953, 1 overwinning; in 1954 reeds 12 zegepralen. Hij stapte in 1955 over naar de amateurs, 5 overwinningen. In 1956 door militaire dienst gehandicapt, 1 overwinning; 1957 11 over winningen, o.a. een etappezege in de Ronde van het IJsselmeer, 3e in Ronde van Gel derland. 1958 10 overwinningen, o.a. een etappe in de Ster van Vlaanderen vóór Fr. Demulder (winnaar Ronde van Spanje). 1959 3 overwinningen, o.a. Kampioen schap van Drente; 8e Ronde van Gelderland» 8e Ronde van Zeeland; 1960 Nederlands achtervolgingskampioen; 2e in Wereldkam pioenschap poursuite achter Marcel Delet- tre. Afgevaardigd naar Olympische Spelen. In 1961 was Nijdam opgenomen in het Remington-team van Gerrit Schulte. Hij werd tweede in Olympia's Tour, 2e in het kampioenschap 50 km; 2e in het Ned. ach tervolgingskampioenschap. Winnaar Ronde van Midden-Nederland vóór Cees Lute en Jan Jansssen 3e in Ronde van Limburg, 2e in Omloop van de Kempen. Zijn grootste succes boekte hij in Zurich, waar hij wereld kampioen bij de amateurs achtervolgers werd. Nijdam ging 1 januari over naar de onafhankelijken en zal 12 jan. in Antwerpen debuteren als zodanig. De tulpcnkwekerij laat hij voortaan aan anderen over en hij re kent er vast op, een dikke boterham in de wielersport te vinden. GEMEENTEN KRIJGEN RIJKS PREMIE VOOR DE KROTOPRUIMING De minister van Volkshuisvesting en Bouwnijverheid heeft aan de ge meentebesturen medegedeeld, dat 't rijk met ingang van 1 januari 1962 voor elk ontruimd en afgebroken krot aan de gemeente een premie van 600.zal verlenen. De gemeenten dienen van deze premies een fonds te vormen. Hier uit kunnen zij naar eigen oordeel in daarvoor in aanmerking komen de gevallen aan bewoners van te ontruimen krotten bijdragen toe kennen. i Deze bijdragen kunnen dienen als tegemoetkoming in de verhuiskos ten en in het bijzonder voor het overbruggen van het verschil tussen de lasten van het krot en die van de nieuw te betrekken woning. In het laatste geval zal de uitkering zich veelal over een aantal jaren uit strekken. De gemeenten kunnen behalve aan krotbewoners ook uitkeringen doen aan degenen die door opschui ving woonruimte voor krotbewoners vrijmaken. De grondgedachte van de rege ling sluit aan bij de voorstellen, die de commisise krotopruiming en sa nering in dit opzicht heeft gedaan. Met inwerkingtreding van deze regeling vervalt de mogelijkheid van een extra rijks-bijdrage voor krotvervangende woningwetwonin gen. Deze had de bedoeling de huur prijs van deze woningen gedurende enige jaren op een lager bedrag dan normaal vast te stellen. NIEUW-GUINEA De secretaris-generaal van de V.N. heeft aan Indonesië en Neder land het verzoek gericht om onder zijn leiding besprekingen te voeren. copyright avar»

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1962 | | pagina 2