FILMJOURNAAL
Luxor
DE ECHO VAN HET ZUIDEN VAN VRIJDAG 2 FEBRUARI 1962
100 is 6496 werkzaam, waarmede
ook de omvang van de totale werk
gelegenheid is bepaald, een omvang,
welke, in een percentage van het in
wonertal uitgedrukt, wel ver uit
reikt boven het overgrote deel van
de Noord-Brabantse gemeenten.
Al deze gegevens spreken een dui
delijke taal.
Zéér in het bijzonder valt scherp
in het oog te houden de mogelijkheid
om een groot aantal dagelijkse pen
delaars nog in Waalwijk te huisves
ten en de noodzakelijkheid om de
werkgelegenheidsstructuur voortdu
rend méér te schakeren.
Dit brengt mij tot een bespreking
van de woningbouw en van de ver
dere industrialisatie.
De woningbouw
In 1961 leverde de basis-overeen
komst inzake de continubouw Bra
bant II weder een aantal van 100 wo
ningwet-woningen op en ook in 1962
- het laatste van de 5 jaren, waarop
deze overeenkomst betrekking heeft
- zal dit het geval zijn.
Deze basis-overeenkomst heeft de
mogelijkheid geboden om twee riante
woonwijken te scheppen, n.l. in het
uitbreidingsplan Baardwijk en in het
uitbreidingsplan Waalwijk-Noord.
Beide woonwijken leveren een be
langrijke bijdrage tot de verstedelij
king, zoals deze zich ook in andere
delen der gemeente steeds pregnanter
openbaart.
Naast de woningwet-bouw kwam
de vrije-sector-bouw in zeer beteke
nende mate tot ontwikkeling.
In het uitbreidingsplan Bloemen-
oord werd aangevangen met de bouw
in de vrije sector van complexen tot
een aantal van 305 woningen.
Ook in het uitbreidingsplan St.
Antoniusparochie kwam in de vrije
sector een aantal woningen van 10 en
8 en 6 is 24 in uitvoering.
In de loop van dit jaar zal de wo
ningvoorraad dus zeer belangrijk
worden uitgebreid.
Het college van burgemeester en
wethouders blijft er naar streven om
de woningbouw ook in volgende ja
ren op grote schaal voort te zetten.
Daarbij dient echter bedacht te
worden, dat de woningbouw in alle,
sectoren op dit ogenblik gecontingen-
teerd is en dat het zich laat aanzien,
dat dit nog geruime tijd zal voortdu
ren.
Niettemin treft het college thans
reeds alle voorbereidingen voor een
onverzwakte voortzetting van de wo
ningbouw in de komende jaren, want
hier geldt wel heel in het bijzonder,
dat regeren vooruitzien is.
De verdere
industrialisatie
Naast de woningbouw vormt de
verdere industrialisatie een belang
rijk punt van het bestuursprogram.
In 1961 leverde het gevoerde in-
dustrialisatie-beleid weder .betekenen
de resultaten op, welke resultaten
zichtbaar aanwezig zijn in de aange
vangen bouw en ook in de totstand
koming van een aantal nieuwe bedrij
ven op de industrieterreinen aan de
Elzenweg ten zuiden van de spoorlijn
en op de industrieterreinen ten westen
van de haven.
Weldra zullen de industrieterreinen
aan de Elzenweg geheel zijn uitgege
ven, terwijl op de industrieterreinen
ten westen van de haven geen ruimte
meer beschikbaar is.
Onlangs werd door U reeds beslo
ten om de industrieterreinen ten wes
ten van de haven verder uit te leggen
door ook ten westen van de Zomer-
dijkweg gelegen gronden in het uit
breidingsplan in hoofdzaak te be
trekken en daaraan de bestemming
van industrieterrein te geven.
Overigens houdt het college van
burgemeester en wethoudes zich be
zig met de vraag in welk deel van de
gemeente verder industrieterreinen te
projecteren zijn.
Het stedebouw
kundig stramien
Bij de snelle voortgang van de wo
ningbouw en van de industrievesti
ging vraagt 't stedebouwkundig stra
mien een niet aflatende zorg.
De uitgroei van de gemeente naar
alle zijden in een telkens weder ver
rassend tempo heeft het nodig ge
maakt om het uitbreidingsplan in
hoofdzaak, zoals dat in 1957 door U
werd vastgesteld en daarna door Ged.
Staten werd goedgekeurd en dat mo
gelijkheden biedt voor de groei van
het inwonertal tot 25.000, nu al weer
op de helling te halen om tijdig de
cirkel van de uitgroei ruimer te trek
ken en binnen deze cirkel de nodige
gevarieerde en aan de behoeften
aangepaste bestemmingen aan de
gronden te geven.
Het college van burgemeester en
wethouders stelt zich voor, nadat
door U reeds enkele incidentele en
dringend noodzakelijke wijzigingen in
het thans geldende uitbreidingsplan
in hoofdzaak zijn aangebracht, zo
spoedig mogelijk bij U ter tafel te
brengen een geheel nieuw uitbrei
dingsplan in hoofdzaak, bevattende
de grondslag voor de verdere stede-
bouwkundige ontwikkeling der ge
meente naar de huidige perspectie
ven.
De gemeente had in 1961 zeven
door Gedeputeerde Staten goedge
keurde uitbreidingsplannen in onder
delen, waarin - gebaseerd op het
plan in hoofdzaak - de volledige
detaillering van de nieuwe stadsge
deelten is vastgelegd.
Deze zeven plannen zijn
1. het plan Besoijen
2. het plan Besoijen-west
3. het plan Waalwijk-noord
4. het plan Baardwijk
5. het plan St. Antoniusparochie
6. het plan Kloosterweg
7. het plan Bloemenoord.
De voltooiing van deze 7 plannen
is - met uitzondering van het plan
Kloosterweg - ver gevorderd.
Inmiddels werden door U vastge
steld
1. het plan Laageinde I
2. het plan Laageinde II
3. het plan Meerdijk, waarin het
plan Kloosterweg zij het dan
ook gewijzigd - is opgenomen.
Het plan Laageinde I is door Ged.
Staten op 23 jan. 1962 goedgekeurd,
terwijl de verwachting aanwezig is,
dat de goedkeuring van het plan
Laageinde II zal volgen.
Deze plannen Laageinde I en II
bevatten de stedebouwkundige grond
slag voor de totstandkoming van een
woonwijk, waarin ongeveer 1000 wo
ningen een plaats kunnen krijgen.
Het college van burgemeester en
wethouders zal nu het plan Laag
einde I deze dagen is goedgekeurd en
de goedkeuring van het aansluitende
plan Laageinde II ook spoedig zal
verkregen zijn - de grondwerving in
het door deze plannen bestreken ge
bied met kracht ter hand nemen, ter
wijl de onteigeningsprocedure, welke
in geval van het ontbreken van min
nelijke overeenstemming gehanteerd
zal moeten worden, reeds is aange
vangen.
In het gebied van de plannen Laag
einde I en II zal in 1963 al met wo
ningbouw worden aangevangen.
De agenda voor deze vergadering
vermeldt reeds het eerste voorstel be
treffende aankoop van gronden in het
gebied van deze genoemde plannen.
Hier zal op korte termijn grondver
werving in grote omvang moeten
plaats vinden.
De grondverwerving
Ten einde de stedebouwkundige ont
wikkeling van de gemeente mogelijk
te maken, moest in de loop der na
oorlogse jaren over grote complexen
grond worden beschikt. Deze aan
koop kwam in 1947 op gang en heeft
zich daarna fors voortgezet.
Ik heb van alle grondaankopen, ge
specificeerd per jaar, een overzicht
doen samenstellen en dan blijkt, dat
sedert 1947 in totaal een oppervlakte
van 435.43.97 ha werd aangekocht.
Het hieronder staande overzicht
vermeldt al deze aankopen per jaar
en in totaal
in 1945 0.00.00 ha; in 1946 0.00.00
ha; in 1947 4.70.54 ha; in 1948
0.35.61 ha; in 1949 19.94.15 ha; in
1950 6.89.26 ha; in 1951 5.58.57
ha; in 1952 12.34.13 ha; in 1953
26.25.23 ha; in 1954 39.83.46 ha;
in 1955 46.31.76 ha; in 1956
100.47.94 ha; in 1957 60.24.87 ha;
in 1958 49.80.62 ha; in 1959 32.97.
13 ha; in 1960 16.43.74 ha; in 1961
23.26.96 ha.
Totaal 435.43.97 ha.
De havenwerken
In het uitbreidingsplan in hoofd
zaak vormt de geprojecteerde buiten
haven aan de Bergse Maas een domi
nerend onderdeel.
Vorig jaar heb ik in mijn nieuw
jaarsrede de trits van besluiten opge
somd en toegelicht, welke moesten
volgen om de nieuwe binnenhaven
verder te kunnen afbouwen en voor
al om met de werkzaamheden van de
aanleg van de buitenhaven te kun
nen aanvangen. Toen kon de conclu
sie zijn, dat alle besluiten waren ge
nomen en alle goedkeuringen waren
verkregen - de Minister van Volks
huisvesting en Bouwnijverheid had
juist de ingevolge de Wederopbouw-,
wet benodigde rijksgoedkeuring ver
leend -doch dat het wachten nog
was op het Kon. besluit, waarbij in
gevolge de wet van 1904, houdende
bepalingen omtrent het ondernemen
van droogmakerijen en indijkingen,
concessie wordt verleend voor het
watervrijmaken van een zeer kleine
oppervlakte, welke bij de uitvoering
van de plannen is betrokken.
Deze concessie heeft een wel uiterst
trage procedure beleefd met een vol
komen remmende werking, want het
was en is onmogelijk om met de wer
ken aan te vangen zolang de conces
sie niet is verkregen.
Ik wil niet in bijzonderheden tre
den over de vraag hoe het in ambte
lijk Nederland toch mogelijk is, dat
- als ik dit beeld mag gebruiken -
de aanwezigheid van een kiezel op de
weg het verkeer voor een tijdsperiode
kan stop zetten, doch mij in de ge
geven omstandigheden beperken tot
de mededeling, dat Ged. Staten bij
brief dd. 10 jan. 1962 aan de Minis
ter van Verkeer en Waterstaat heb
ben bericht, dat zij zich met het ver
lenen van de concessie kunnen ver
enigen.
Overigens heeft, afgescheiden van
de geringe oppervlakte, welke water-
vrij gemaakt dient te worden, de te
verlenen concessie practisch nage
noeg geen feitelijke betekenis meer,
omdat de indijking van dit zeer klei
ne stukje van het boezemgebied eerst
behoeft plaats te vinden en zal plaats
vinden als de te bouwen - schutsluis
gereed is - en deze bouw zal enkele
jaren duren -terwijl het boezem-
gebied omstreeks 1968 reeds zal ver
vallen, omdat dan in het kader van de
Deltawerken het Haringvliet en het
Volkeraa zullen zijn afgedamd met als
gevolg een vrijwel stabiele waterstand
zonder behoefte aan een boezemge
bied.
Het colege van burgemeester en
wethouders heeft alle mogelijke acti
viteiten ontwikkeld om zéér spoedig
het laatst nodige „papiertje" op tafel
te hebben, waama onmiddellijk de
aanbesteding van de bouw van de
schutsluis en het uitvoeren van de
daarbij behorende werken zal volgen.
Gaarne breng is dank aan de ver
schillende instanties van de Rijkswa
terstaat, die bij de gehele voorberei
ding van de plannen een waardevolle
en gewaardeerde medewerking heb
ben verleend.
De weg
verbindingen
Van de haven-plannen kom ik tot
de wegen-plannen.
Een aantal jaren achtereen heb ik
in mijn nieuwjaarsrede telkens ge
sproken over de komende nieuwe pro
vinciale weg 's-Hertogenbosch -
Waalwijk - Geertruidenberg, een
geprojecteerde wegverbinding, welke
door Ged. Staten in officiële stukken
wordt aangeduid met de veel verwach
tingen wekkende naam van Maasrou
te.
Vorig jaar heb ik U gezegd, dat
Ged. Staten toen juist aan de gemeen
tebesturen van de streek weder een
nieuwe planning voor de uitvoering
van de werken voor de aanleg van de
ze nieuwe weg hadden verschaft en
dat daaruit viel af te leiden, dat einde
1962 zou gereed zijn een nieuwe
snelverkeersweg 's-Hertogenbosch -
Waalwijk en einde 1963 een nieuwe
snelverkeersweg Waalwijk - Geer
truidenberg.
Zéér recent is door officiële mede
delingen van Ged. Staten komen vast
te staan - overigens was het bepaald
geen verrassend nieuws - dat het
nog wel enkele jaren langer zal duren
vóórdat de Maasroute zal zijn open
gelegd.
De lijdensweg heeft nog geen ein
de. Er zullen ongetwijfeld weer nieu
we perikelen komen. Een tijd-schema
is niet meer aanwezig. Alle benodigde
gronden zijn nog steeds niet ter be
schikking. Er wordt nog geschoven
met het tracé. Zó moeizaam en moei
lijk, zó traag en sukkelend zal wel zel
den in Nederland een weg zijn aan
gelegd.
Méér wil ik er niet over zeggen,
maar ik heb er méér dan genoeg over
gezegd om aan het onbehagen, de on
tevredenheid en het ongeduld van het
college van burgemeester en wethou
ders zéér duidelijk en zéér nadrukke
lijk uiting te geven.
Wat de nieuwe rijksweg Tilburg -
Waalwijk - Gorinchem betreft, is het
van belang te weten, dat de rijkswa
terstaat zich met de voorbereiding
van de aanleg van de Zuid-Noord
verbinding intensief bezig houdt en
dat het tracé steeds meer uitgewerkt
komt vast te saan.
Deze rijksweg, die in het rijkswe
gennet een internationale functie te
vervullen krijgt, is voor de ontwikke
ling van Waalwijk en de streek van
primaire betekenis. De geprojecteer
de wegverbinding zal de infrastruc
tuur zeer verbreden en verdiepen en
een nieuwe economische levensader
voor het gehele gebied betekenen.
Van vele zijden wordt op gro
van verschillende motieven, variëren
de van plaatselijke tot international
beweegredenen, een uiterst sterkt
druk. uitgeoefend om dit wegenpro
ject tot uitvoering te brengen en hei
college van burgemeester en we
houders neemt, geleid door eigen mo
tieven, daaraan actief en doelbewu;-
deel in het meest geëigende kader.
Het gehele stramien van rijks, et
provinciale wegen beïnvloed in grC[f
mate de structuur van de uithre1
dingsplannen, omdat dit strams
daaraan als het ware een onderlaak
geeft.
Daarom blijft het college van bm.
gemeester en wethouder de projectie
van dit stramien op de voet volgen en
worden de nodige contacten onder
houden.
(ZIE VERVOLG PAG. n
Musis Sacrum
„SERGEANT X IN HET VREEM
DELINGENLEGIOEN"
Michel is gelukkig getrouwd
inel de mooie blonde Frangaise.
Het enige wat hun geluk in de
weg staat is, dat Michel na de de
mobilisatie moeilijk aan 'n baan
kan komen, terwijl een grote
speelschuld afgelost moet wor
den. Dit dwingt hem tot het aan
nemen van een gevaarlijk kar
wei. Hij moet een vrachtwagen
ergens in Noord-Afrika oppikken
en deze dwars door de woestijn
naar de Algerijnse grens bren
gen. Michel stort ergens in Alge
rije met zijn vrachtwagen in een
ravijn en wordt daar door twee
legionaires zwaar gewond gevon
den. Zijn vrouw, die teleurgesteld
is door zijn wegblijven, trouwt
met een directeur van een petro-
leummaatschappij. Dit doet Mi
chel besluiten dienst te gaan ne
men bij 't Vreemdelingenlegioen.
Wanneer het Franse gouver
nement jaren later opdrachten
gaat uilgeven aan ondernemin
gen voor olieboringen in de Sa-
nara, wordt Michel geconfron
teerd met zijn vroegere vrouw.
Na felle ruzies en twisten ziet
Michel in dat hij het geluk van
de twee mensen niet mag versto
ren.
Toegang 14 jaar.
„DE SLAVIN VAN HAROEA"
Een koningsmoord in de oude
stad Khemnis verwekt grote be
roering. Het gerucht doet de ron
de, dat Haroea, leider van een
bende ontsnapte slaven, de moord
gepleegd zou hebben. In werke
lijkheid is het de kanselier van
de koning Horadef geweest. Na-
ila, de dochter van de ex-koning,
doet verschillende pogingen om
de moordenaar te achterhalen,
om hem zodoende zijn straf niet
te laten ontlopen. Zij vermomt
zich als reizigster, maar wordt
gevangen genomen. Wanneer zij
daarna in de gelegenheid komt
aan een paardenrace deel te ne
men, weet zij over een onbeken
de, in het zwart geklede ruiter te
triomferen. Voordat Naïla de
werkelijke dader te pakken heeft,
neemt het verhaal nog talrijke
wendingen, maar uiteindelijk
ontkomt Horadef niet aan zijn
straf. Toegang 14 jaar.
LA FRANgAISE ET L'AMOUR
De Franse producenten heb
ben tijdens hun voorbereidingen
van de film „La Frangaise et
l'amour" 'n beroep gedaan op 't
Institut Frangais d'Opinion Pu-
blique. Het I.R.O.B. bezocht dui
zenden vrouwen, van allerlei
stand en rang, gehuwd, on<>e-
huvvd of gescheiden, zowel in
grote stad als in de provincie. Zij j
legden al deze vrouwen een reeks
vragen voor, waarmee de hue-1
ding van de moderne Franse
vrouw ten opzichte van de pro.
blemen liefde, huwelijk, echt
scheiding etc. werd gepolst. De
film „La Frangaise et l'amour"
is een bijzondpre film geworden
die hoogst interessant "genoemd
kan worden en daardoor het zien
..cker waard is. Het Nederland
commentaar is gesproken door
Guus Ostcr.
Toeeang 18 jaar.
„HET LAATSTE SALVO"
In een afgelegen dorp in Nor-
mandië, dat door de Duitsers is
bezet, woont een dokter. Leprous
genaamd, die ondanks het feit
dat hij een goed patriot is, vóór
alles een dokter is. Dit brengt
hem dikwijls voor een dilemma
Want ook gewonden en Duitsers
neemt hij, evenals Engelsen en
Maquisstrijders op en verpleegt
ze dan liefdevol. Een Duitse dok
ter, majoor Wicland, raakt ge
wond en wordt bij Leproux inge- I
kwartierd. Hij maakt dan kennh
met diens dochter. Later komen
de iMaquisstrijders dit te weten I
en ze besluiten de Duitse majoor
gevangen te nemen. Dr. Leproux
wordt hier echter in hel geheim
van op de hoogte gebracht en zo
kunnen de majoor en zijn doch
ter nog op tijd vluchten. Later,
als de Duitsers komen om de ma
joor weer op te halen, kan dr.
Leproux niets anders doen dan
zich te verontschuldigen en te
zeggen dat Wicland weg gegaan
is. Uiteraard geloven de Duitsers
dit niet en wordt Leproux buiten
het dorp gefusilleerd.
Toegang 14 jaar.
„DOKTER OF MISDADIGER"
Dr. Conway en zijn assistent
nemen samen proeven .om op
mensen een kunstmatig door hen
geprepareerde zeventiende klier
aan te brengen, die het eeuwig
leven betekent. Het is een ver
haal, op een dergelijke wijze ver
filmd, dat men nogal over sterke
zenuwen moet beschikken, bijna
alle experimenten met het over
brengen van de zeventiende kiier
mislukken en de slachtoffers van
dr. Conway veranderen dan ook
in monsters.
Voor hen die graag griezelen,
biedt deze film een uitstekende
gelegenheid.
Toegang 18 jaar.
FEUILLETON
van
„DE ECHO VAN HET ZUIDEN"
DE JEUGD VAN
TONY
ROMAN
door
A. v. ENGELEN
18).
Toen was het uiteraard maar
een willekeurig meisje, maar nu,
zes jaar later, weet de jongen in
eens, dat het... Marietjc Swin-
kcls is geweest! Ja, hij ziet nog
duidelijk vóór zich dat krulle-
kopje met de ogen, die hem sme
kend aanzagen om haar geen
leed te doen.
En hij was er niet door verte
derd geworden!
Hij moet er thans om glimla
chen, ja, bij nader inzien wordt
de speling van het noodlot hein
zó koddig, dat hij in een schater
lach uitbarst en in 't gras moet
omrollen. Hij... hij... heeft Ma-
rietje Swinkels geschopt gehad!
Maar dan vraagt hij zich toch
ernstig af, hoe hij zoiets heeft
kunnen doen. Door haar liefheid
was hij niet vertederd geworden,
want hij had haar getrapt, zodat
zij huilde van pijn en schrik!
Als het nu nog stond te gebeu
ren, zou hij liever dat heerlijke
lichaampje in zijn armen sluiten
en toefluisteren, dat zij niet het
minst bang voor hem behoefte te
zijn, want dat hij haar lief had
en dat... Maar dan schrikt Tony
toch van zijn onbeheerste fanta
sie. Wat mankeert hem toch!
Het zou anders wel heerlijk zijn!
Alleen, wist hij maar hoe ver hij
gaan mocht in deze dingen! Hij
sluit de ogen en duizelt er van!
Het is moeilijk, om er wijs uit
te kunnen! Een gerustheid is het
intussen, dat hij het nooit gedaan
heeft, alleen maar erg verlangd!
Onder de hoge bomen ligt To
ny van Berkel te dromen. Daar
staat het lieve meisje vóór hem,
te voeten uit, hij ziet haar dui
delijk!
En hij bedelt een antwoord
van haar lippen, wat ze hem niet
weigert ditmaal: „Ja, Tony, ik
hou ook van jou
Hij draait zich om op de ande
re zij en knijpt van louter aan
doening z'n kleine vuisten tesa-
men tussen de opgetrokken knie-
en en een rilling van geluk loopt
over heel zijn rug. Hij is de ge
lukkigste man van heel de we-
reld
Door de kruinen van de hoge
bomen, die nog een ietsje van de
blauwe lucht doorlaten, glim
lacht en knipoogt de jongen in
de beste verstandhouding tegen
de hemel!...
Wat is het leven mooi en wat
een voorrecht is het een meisje
te mogen liefhebben!
Het enigste, wat nog in staat
zou zijn om zijn vreugde te ver
storen, is zijn verloochening van
roeping, waarmee hij misschien
O. L. Heer erg beledigd heeft!...
Als hij daar eens iets tegen
over zette voor penitentie? Zal
hij wat weesgegroetjes bidden?
Ja, dat zal hij doen.
Gedurende enige tijd is zijn ge
zicht met de gesloten ogen zeer
ernstig, want hij bidt! Aan zijn
vinger telt hij de weesgegroeten
af. Maar... de tussenpozen wor
den onregelmatig en horten af en
toe. Tenslotte vallen de grepen
geheel stil en met de rechterhand
om zijn pink gekneld, soezelt de
jongen weg in een diepe slaap.
Op de dijk trippelen vlugge
voetjes. Van een meisje, dat daar
henen stapt. Een zonnelachje ligt
op haar gezicht, dat door weelde
rige krullen is omlijst. Een ver
schijning, waarvoor jongens zou
den willen vechten. Zij is nog
i jong, een jaar of zeventien op
z'n hoogst.
De zon is warm, maar hier op
de dijk is het heerlijk lopen! Het
water van de wiel, dat daar rus
tig ligt tc blikkeren, geeft koelte
alleen al door er naar te kijken.
De lucht er boven is blauw als
thuis de horretjes voor de ramen
maar waar de zon staat is 't zil
ver en zo scherp, dat je de tranen
in de ogen komen.
Aan de andere kant ligt de
polder. Groot is die! Vijf, zes to
rens spitsen in de verte boven de
bomen uit, terwijl hier en daar
een zeil van een schip wit op
blinkt.
Vanaf de Maas komen vlug ge
kuchte pufknalletjes van een mo
torbootje... Het meisje is in een
goede stemming en glimlacht al
maar door. Geen wonder, ge
moest eens weten waar zij zoal
aan denkt.
Vanuit een hoopje bloemen te
gen de dijkhelling plukt zij een
handjevol. Het zijn er met ste
kels, paarse andoorns.
Au, daar prikt zij zich en lang
niet mis. Het bloed drupt uit
haar vingertje. Maar het geeft
niets hoor, dat heeft zij er wel
voor over. Zij heeft een mooi
plannetje: om met deze bloemen
haar minnaar te verrassen! Wat?
Minnaar? Heeft dit meisje...?
Zij steekt haar neusje tussen
de rose bloempjes, haar gezichtje
kleurt zich warm en haar handen
strelen de tere blaadjes...
Deze bloemen zullen dan voor
hem zijn! Maar... was het niet
veel te voorbarig van haar om
aan te nemen dat... O zeker, hij
is lief geweest, heel lief, maar...
als alles nu eens een spelletje ge
weest was?
Neen, neen, dat niet, zij hadden
in ernst elkaar heerlijk toegela
chen. Haar jongen, die... O, nu
schrikt zij toch een beetje. Zijn
haar gedachten niet veel te ver
vooruit? Een paar keer heeft zij
hem nog maar gesproken...
Maar... deze bloemen wil ze
hem toch geven
Even blijft zij staan en komt er
droefheid in haar hartje; is het
eigenlijk geen idiote gedachte, te
denken, dat hij terug zal komen;
moeite doen om zo'n onbedui
dend meisje? Ja, het is duidelijk,
hij zal niet terugkomen, zij heeft
weer eens gefantaseerd
De zon gaat schuil achter een
wit wolkje, dat als 'n verdwaald
schaapje was komen aandrijven.
Schaduw plakt zich, als een ver
stoord wenkbrauwfronsen van de
hemel, aan de aarde vast. Neen,
toch niet, het is beweeglijk, het
komt naderbij. Zie, daar is 't al,
vluchtend voor de zonneschijn,
die er achteraan zit! Voorbij is
het al, het loopt over het water
naar de verte, en het zonlicht, die
geweldige klaarte van geelheid, is
opnieuw over alles heen...
Het meisje stapt door.
I)e kerk van het dorp komt in
zicht, het haantje en de wijzer
plaat schitteren in de zon als wa
ren zij van goud...
Het slaat zeven uur.
Het is minstens nog een half
uur lopen. Maar wacht, zij kan
ook een kortere weg nemen,
rechts af, langs de Wiel en daar-1
na door het veld. Ja, dat zal zij
doen, dan behoeft zij ook niet
met die bloemen door het dorp,
want daar schaamt zij zich toch
wel een beetje voor, zo'n groot
meisje bloemen wezen plukken.
De mensen zouden kunnen vra
gen of die soms bestemd waren
voor een hartedief. O foei, daar
had je het weer. Als zij nog eens
daaraan durfde denken, zou zi]
voor straf de bloemen weggooien.
Hier moet zij dan heen.
Een paar honderd meter ver
der, o jé, een beekje, dat haarde
weg verspert. Vlug schoenen en
kousen uit, niemand zal 't/-'en;|
Dapper steekt zij de benen in
water. j
Even later stapt zij over heil
smalle paadje langs de Wiel er.
zo dadelijk zal zij komen aan d
plek, waar gewoonliik jongens
pootje baden. Eigenlijk geeft he.
heel geen pas zo als meisje alleen
hier te zijn. Maar gelukkig, er l j
niemand.
(Wordt vervolgd