wAaLwijkse en LanqstPAAtse couRAnt
Nieuw Guinea-akkoord ondertekend
Russische Kosmonauten maakten
in totaal 112 omwentelingen
Nederland weggedrukt
Nederland stond alleen tegenover overmacht
Regering stond voor
moeilijke beslissing
Bezorgdheid en onbehagen bij de Nederlan
ders, verslagenheid in Nieuw Guinearaad,
opluchting in Amerika.
VRIJDAG 17 AUGUSTUS 1962
atuuaiUS 1304 84e JAARGANG No. 64
De tcho van het Zuióen
Uitgever:
tvaalwijkse Stoomdrukkerij
Antoon Tielen
Hoofdredacteur: JAN TIELEN
gironummer 1069687
Dit blad verschijnt 2 x per week
Opgericht 1878
Bureaux: Grotestraat 205, Waalwijk Tel. 04160-2621 - Kaatsheuvel: Dr. van Beurdenstraat 8 Tel. 04167-2002
Woensdagavond om 23.19 uur is
in het UNO-gebouw te New-York,
tijdens een koele plechtigheid, het
I akkoord tussen Nederland en Indo
nesië getekend, dat in grote trekken
hierop neerkomt
Op 1 oktober a.s. zullen de Ver.
Naties het beheer van Nederland
overnemen.
Op 1 mei 1963 wordt het beheer
aan Indonesië overgedragen.
Op 1 januari 1963 neemt Indone
sië reeds symbolisch" bezit van
Nieuw-Guinea door de Indonesische
vlag naast die van de V.N. te hangen.
Men behoeft er de rede van de mi
nister-president Prof. De Quay maar
op na te lezen om te kunnen consta
teren dat de regering voor een pijn
lijke beslissing stond en tenslotte voor
de overmacht heeft moeten zwichten,
toen haar bleek dat zij in haar verzet
tegen de Indonesische agressie niet
op de steun van bondgenoten, met
name op Amerika, kon rekenen. Het
zou voor Nederland en voor de Pa
poea's zinloos zijn geweest een gru
welijke, uitzichtloze oorlog tegen In
donesië te gaan voeren.
Hier volgt een uittreksel uit het 29
hoofdstukken tellende akkoord
Rond 1 oktober zal Nederland dan
het bestuur over Nieuw-Guinea over
dragen aan de United Nations Tem
porary Executive Authority, afgekort
UNTEA.
Zolang Nieuw-Guinea onder UN-
TEA-bestuur staat, zal de VN-vlag
gevoerd worden. Indonesië krijgt op
1 januari 1963 het recht op Nieuw-
Guinea zijn vlag te hijsen en op die
manier het gebied reeds symbolisch
in bezit te nemen.
Zodra Nieuw-Guinea aan de VN
is overgedragen zullen de Nederland
se militairen zo spoedig mogelijk
worden gerepatrieerd. In Haagse
kringen rekent men er op, dat voor 1
januari iedereen thuis is. De UNTEA
administrateur zal de beschikking
krijgen over een VN-politiemacht van
naar schatting 1000 tot 1500 man.
De politiemacht zal uit enkele Afro-
Aziatische landen gerekruteerd wor
den. De UNTEA-administrateur zal
voor het handhaven van de orde ook
gebruik maken van het Papoea-poli-
tie-korps. De Indonesische infiltran
ten zullen ter beschikking van de UN
TEA-administrateur worden gesteld
voor elk doel, dat hij noodzakelijk
acht.
De UNTEA-administrateur zal zo
spoedig mogelijk de leidende Neder
landse functionarissen (letterlijk
..top Netherland officials") vervan
gen door personen, die geen Neder
lander of Indonesiër zijn. Deze VN-
functionarissen zullen tot 1 mei 1963
jn dienst blijven, de datum waarop
I 'ndonesië Nieuw-Guinea definitief
I in zijn bezit krijgt. De Nederlandse
ambtenaren, die geen leidinggevende
functie hebben, zullen voor de UN-
IEA kunnen blijven werken. Voor de
«zetting van administratieve en tech-
j nische plaatsen zal zoveel mogelijk
I san de diensten van Papoea's gebruik
worden gemaakt. Zijn er dan nog va
catures dan zal Indonesië personeel
mogen leveren. I
Indonesische vliegtuigen met VN-
I Personeel aan boord zullen vóór 2
september pamfletten uitwerpen bo-
ïen die gebieden waar Indonesische
Paras zijn geland. In de pamfletten
®°et de infiltranten worden meege-
ee'(l, dat de vijandelijkheden ge
bakt zijn.
Een VN-vertegenwoordiger, bijge
daan door deskundig personeel, zal
moeten toezien op het zelfbeschik-
4U1gsrecht van de Papoea's. Dat recht
®°et voor het eind van 1969 geëf-
ttfueerd zijn. In overleg met de VN-
;trtegenwoordiger moet Indonesië
n ^fum vaststellen waarop de Pa
poea's moeten kiezen tussen aanslui
ting bij Indonesië of zelfstandigheid.
Alle volwassenen mogen aan die ver
kiezingen deelnemen.
De UNTEA en Indonesië zullen
alle rechten van de Papoea's waar
borgen. De UNTEA zal de bestaande
Nederlandse verplichtingen met be
trekking tot concessies en eigendoms
rechten overnemen.
De kosten van het UNTEA-be-
heer (begroot op 400.000 dollar per
maand) zullen door Nederland en In
donesië op fifty-fifty basis gedragen
worden.
Minister-president prof. dr. J. E.
de Quay, heeft na de ondertekening
van het akkoord tussen Nederland en
Indonesië voor radio en televisie de
volgende rede uitgesproken
„U hebt zojuist vernomen, dat het
akkoord tussen de Indonesische en de
Nederlandse delegatie inzake Nieuw-
Guinea is getekend. Indien de Staten-
Generaal aan dit akkoord hun goed
keuring hechten en de Algemene Ver
gadering van de Verenigde Naties
hun desbetreffende resolutie hebben
aangenomen, zal Nederland het be
stuur over Nieuw-Guinea met ingang
van 1 oktober overdragen aan een tij
delijk uitvoerend orgaan van de Ver
enigde Naties. Dit orgaan zal na 1
mei 1963 het bestuur overdragen aan
Indonesië."
U zult begrijpen, dat dit voor de
Nederlandse regering een moeilijke
beslissing is geweest. Bij het handha
ven van de band met Nieuw-Guinea
stonden geen Nederlandse belangen
op het spel. Het ging om de toekomst
van een volk, waarvoor Nederland
zich verantwoordelijk had gesteld.
Wij hebben onze roeping in Nieuw-
Guinea zo verstaan, dat wij de Pa
poea's tot ontwikkeling zouden bren
gen, zodat zij zelf hun toekomstig lot
zouden kunnen bepalen. In deze gang
van zaken paste volkomen een mo
ment, waarop de autochtone bevol
king van Nieuw-Guinea zijn eigen
weg zou gaan en de staatkundige
band met Nederland zou verbreken.
Het werd steeds duidelijker, dat in
de stroomversnelling der tijden na de
Tweede Wereldoorlog Nederland niet
de gelegenheid zou krijgen dit pro
gram voor Nieuw-Guinea rustig ten
uitvoer te brengen. Vandaar dat de
regering reeds enkele jaren bedacht is
geweest op internationalisering van
dit probleem. Onder leiding van de
minister van Buitenlandse Zaken, mr.
Luns, heeft de Nederlandse delegatie
bij de Verenigde Naties nog in 1961
getracht deze taak over te dragen aan
een internationaal bestuurslichaam
onder de Verenigde Naties. Dit voor
stel vermocht niet de steun van de
twee-derde meerderheid van de Alge
mene Vergadering van de UNO te
verkrijgen. Het feit, dat wel de ge
wone meerderheid achter het Neder
landse voorstel stond, mocht wel
waarde hebben als een moreel oordeel
- met name omdat daarmee voor
ieder duidelijk kwam vast te staan,
dat Nederland geen koloniale ambi
ties had - een politieke grondslag
voor een verwerkelijking van de Ne
derlandse plannen bood het niet.
Ik zal niet trachten op deze plaats
een chronologisch overzicht te geven
van de gebeurtenissen na deze uit
spraak van de Algemene Vergadering
van de Verenigde Naties. Evenmin
zou ik daarover een oordeel willen
uitspreken. Ik wil er aan herinneren,
dat de Nederlandse regering daarna
gemeend heeft de weg van onderhan
delingen met Indonesië te moeten
gaan met gebruikmaking van de
diensten van de waarnemend secreta
ris-generaal der Verenigde Naties.
Toen Indonesië tot daden van
agressie overging, heeft Nederland
zich ter verdediging van lijf en goed
van zijn onderdanen op Nieuw-Gui
nea, alsmede ter handhaving van de
internationale rechtsorde, te weer ge
steld en daartoe versterkingen naar
Nieuw-Guinea gezonden. De Neder
landse regering was zich haar verant
woordelijkheid bewust alles te ver
mijden wat de weg naar een vreedza
me oplossing zou kunnen versperren.
Zij heeft daarom onze krijgsmacht in
Nieuw Guinea opdracht gegeven zich
te beperken tot het afweren van ge
weld. Met grote zelfbeheersing heb
ben onze militairen zich van deze
uiterst moeilijke taak gekweten. Met
deernis gedenk ik de jonge mannen,
Nederlanders zowel als Papoea's, die
bij het volbrengen van deze taak zijn
gevallen.
Niettegenstaande grote terughou
dendheid aan Nederlandse zijde,
spitste door voortdurende acties in
woord en daad van Indonesië het
conflict zich toe en dreigde in een
werkelijke oorlog over te gaan. Ge
steld voor deze verantwoordelijkheid
en constaterende, dat Nederland
daarbij niet meer op steun van bond
genoten zou kunnen rekenen, heefr
de regering gemeent het (op basis van
de Bunker-voorstellen) gesloten ak
koord te moeten aanvaarden.
In het bijzonder zag zij zich tot de
ze beslissing gebracht op grond van
de overweging, dat bij een gewapend
conflict geen sprake meer zou kun
nen zijn van welke garantie dan ook
ten behoeve van het zelfbeschikkings
recht van de autochtone bevolking.
De regering is ervan overtuigd, dat
zonder steun, voortzetting van de
strijd nooit in het belang kan zijn van
de Papoea-bevolking, noch in dat van
Nederland. Bij de onderhandelingen
heeft de Nederlandse delegatie er bo
venal naar gestreefd de garantie van
de Verenigde Naties te verkrijgen
voor de uitoefening van het zelfbe
schikkingsrecht der Papoea's"
In het slot van zijn toespraak
richtte minister-president De Quay
zich tot die Nederlanders, die thans
nog hun waardevolle werk in Nieuw-
Guinea verrichten
,,Ik behoef u niet uit te leggen
welke gevoelens mij beheersen, nu
Nederland in de naaste toekomst hel
bestuur over West-Papoea zal moeten
overdragen. Onder de administratie
van de organisatie der Verenigde Na
ties blijft echter de verantwoordelijk
heid voor het welzijn van de Papoea's
ook nog voor een deel op ons rusten.
In het bijzonder op dat deel van het
Nederlandse volk, dat in Nieuw-Gui
nea nog werkzaam is bij de instand
houding der administratie en be
stuursvoering. Op deze Nederlanders
moge ik een ernstig beroep doen om,
waar zulks mogelijk is, op hun posten
te blijven. Wij hier in Nederland heb
ben oprecht meegeleefd met u allen
in de beproevingen, die ge het laat
ste jaar hebt doorstaan. Thans staat
gij voor de nog moeilijker taak om
mee te werken aan de loyale uitvoe
ring van dit akkoord, loyaal tegen
over de autoriteiten van de Verenig
de Naties en loyaal tegenover de
ambtenaren van Indonesië, die deze
taak zullen overnemen. De regering
deelt de gevoelens, welke u allen zul
len bezielen in dit uur. Wat er op
het spel staat is de toekomst van een
volk, de toekomst van het volk der
„Papoea's".
Vertrouwen
Tot deze Papoe's richtte de minis
ter-president in het bijzonder het
woord
„Ik betreur het, dat het ons niet is
gegeven om met u samen het begon
nen werk te voleindigen. Ik wil u,
Papoea's in Nieuw-Guinea, met alle
overtuiging die in mij is, toeroepen
ziet de toekomst tegemoet met het
volle vertrouwen in de rechtvaardig
heid van uw zaak. De ogen van de
hele wereld zijn op u gericht en de
ogen van de Verenigde Naties blij
ven op u gericht. Gij zult, met alle
waardigheid welke uw volk eigen is,
dit vertrouwen tot uiting kunnen
brengen door rustig op uw post te
blijven.
Wie trouw zijn werk in het belang
van eigen land en volk blijft verrich
ten behoeft niet te vrezen. Blijft ge
zamenlijk aan het welzijn van uw volk
bouwen. De gedachten en de beste
wensen van het Nederlandse volk zul
len u hierbij blijven vergezellen."
Met de bede; „Moge God u bewa
ren", besloot minister-president De
Quay zijn toespraak, die ook werd
uitgezonden door de Wereldomroep.
LUCHTGEVECHT BIJ
NIEUW-GUINEA
Marine-jager schoot Indonesiër neer
Laatst gelande para's nog niet
gevonden
De Nederlandse Marineluchtmacht
heeft dinsdag in alle vroegte zeer
waarschijnlijk een Indonesische Mus
tang uit een formatie van drie, die de
kust van Nieuw-Guinea naderde,
neergeschoten. Een marine-jacht
vliegtuig opende het vuur op de
Mustangs. De piloot zag, dat een der
vijandelijke toestellen daalde, terwijl
het slierten rook achterliet. Op het
ogenblik, dat het luchtgevecht werd
gehouden, waren zeven Hercules
transportvliegtuigen, die dezelfde
nacht parachutisten boven Nieuw-
Guinea hadden gedropt, alweer uit
het Nieuw-Guinese luchtruim ver
dwenen.
Mariniers maakten gevangenen
Inmiddels hebben de piloten van de
verkenningstoestellen, die dag en
nacht boven Nieuw-Guinea vliegen,
nog weinig gezien van de in de nacht
van maandag op dinsdag gelande In
donesiërs. In het gebied van Merauke
zijn enkele tientallen parachutisten
waargenomen. Maar op de andere
vermeende landingsplaatsen - Temi-
naboean, Kaimana en Sorong is
geen spoor van vijandelijke activitei
ten te zien geweest.
Nederlandse mariniers hebben bij
de kampong We- op het eiland Mi-
sool, waar vorige week infiltranten
met boten aan land kwamen, vuurcon-
tact gehad. Bij deze actie werd de
dienstplichtige marinier der tweede
klasse P. M. G. C. Mannie gedood.
De eerste luitenant J. A. Woortman
werd aan een arm gewond. De dag te
voren hadden mariniers een speed
boot en een hoeveelheid munitie en
voedsel op Misool buitgemaakt.
Doorgevaren
In Hollandia is bekend gemaakt,
dat de infiltranten, die op het eiland
Was waren geland, inmiddels zijn
doorgevaren naar het schiereiland
Onin. Ook daar hebben Nederlandse
patrouilles contact gehad met de vij
and. Een aantal Indonesiërs werden
gevangen genomen.
MARINIER OP NIEUW-GUINEA
GESNEUVELD
De regering heeft bekend gemaakt
dat tot haar leedwezen bij 'n vuur
gevecht nabij de kampong We op
het eiland Misool op Nederlands-
Nieuw-Guinea de dienstplichtige
marinier der tweede klasse P. M. G.
C. Mannie gesneuveld is. Mannie
was 20 jaar, ongehuwd en afkom
stig uit Tilburg.
Tevens werd bij een vuurgevecht
ter plaatse de eerste luitenant der
mariniers J. A. Woortman aan de
arm gewond. Hij is 25 jaar oud,
gehuwd en woonachtig te Mano-
kwari.
WEER 400 INDONESISCHE
PARA'S GEDROPT
Naar schatting zijn in de nacht
Yn,? .nJ9,an(^aS op dinsdag ongeveer
400 infiltranten rond de steden Me-
rauke, Sorong, Teminaboean en
Kaimana neergelaten. Er is nog
geen vuurcontact met de para's ge
weest. Wel hebben Neptunevlieg
tuigen vluchten boven de infiltra-
tiegebieden uitgevoerd en talrijke
parachutes in bomen zien hangen
De luchtlandingen van maandag
nacht waren de grootste tot nu toe.
GEEN NIEUWE LANDINGEN
Hoewel het staakt het vuren op
Nieuw-Guinea pas zaterdagmorgen
van kracht wordt, zal Indonesië
geen nieuwe landingen uitvoeren.
Dit hebben welingelichte kringen
in New York verteld. In Nederland
se regeringskringen zou de vrees
voor nieuwe grootscheepse landin
gen op Nieuw-Guinea groot zijn.
Indonesië zou er op uit zijn om voor
zaterdag een grote troepenmacht op
Nieuw-Guinea aan land te brengen.
DE NEDERLANDSE MILITAIREN
OP NIEUW-GUINEA SPOEDIG
NAAR HUIS
Het ligt in de bedoeling van de
regering om de Nederlandse militai
ren op Nieuw-Guinea, die niet wen
sen te blijven, zo snel mogelijk naar
Nederland terug te brengen.
Met die repatriëring op grote
schaal zal na 1 oktober worden be
gonnen. Voor het geval dat nodig
mocht zijn, zullen de Nederlandse
militairen en burgers ook op nog
kortere termijn afgevoerd kunnen
worden. Zij zullen zich dan terug
trekken op enkele versterkte pun
ten, met name op Biak.
In de periode van het UNO-beheer
zullen de nog aanwezige Nederland
se strijdkrachten voornamelijk wor
den belast met de beveiliging van
Nederlandse onderdanen.
INDONESIË EN DE BUITEN
LANDSE INVESTERINGEN
President Soekarna heeft verklaard,
dat zijn land geen buitenlandse in
vesteringen meer zal toestaan, die in
de oude klassieke vorm geschieden.
Dit vanwege „bittere ervaringen in
het verleden". Hij zei, dat buiten
landse investeringen en kredieten aan
tijdsbepalingen gebonden moeten zijn
en als lening beschouwd zullen wor
den.
Indonesië wil, dat alle buitenlandse
investeringen geschieden op basis
van een deelgenootschap in de pro-
duktie, omdat het land alle beschik
bare gelden zowel van vreemde als
van plaatselijke herkomst nodig heeft
om zijn ontwikkelingsplan, dat zich
over acht jaar uitstrekt, te kunnen
financieren.
Directe overdracht van winsten naar
het buitenland is niet langer in over
eenstemming met de geest van de tijd
en leidt slechts tot het eisen van
nationalisatie, aldus de president.
Met een tussentijd van 6 minuten
landden woensdagmorgen, na in to
taal 112 omwentelingen rond de
aarde te hebben afgelegd, de beide
Russische kosmonauten Popovitsj
en Nikolajef op een gebied in de
republiek Kazakstan. Onmiddellijk
na hun vluchten van resp. drie en
vier dagen, onderzochten de dokto
ren de beide ruimtevaarders of zij
enige schade van hun langdurige
ruimtevlucht hebben ondervonden.
De 32-jarige majoor Andrian Ni
kolajef had in 95 uren tijd 64 om
wentelingen rond de aarde gemaakt
en daarbij 2.600.000 kilometer afge
legd.* De 31-jarige overste Pavel Po
povitsj landde na 48 omwentelin
gen in 71 uur, waarbij 2 miljoen ki
lometer op zijn naam kwam te
staan.
De grote huldiging in Moskou zal
waarschijnlijk zondag de dag van
de Rode Luchtmacht plaats vin
den.
Rond tien uur Moskouse (8 uur
West-europese) tijd, kwamen de
ruimtevaarders zes minuten na el
kaar de eerste om 7.55 uur, de
tweede om 8.01 uur terug op
aarde.
Aangenomen wordt dat de kosmo
nauten met hun ruimteschepen
landden en niet per parachute.
De Russische ruimtevaartspecia
list prof. Fedorof maakte de Ame
rikaanse ruimtevaart-successen be
lachelijk en gaf hij ook Telstar, ,,'n
kunstmaan die slechts voor korte
tijd seinen kan overbrengen" een
propagandistische veeg uit de pan.
Abonnement:
22 cent per week
per kwartaal ƒ2.85
3.10 franco p.p.
Advertentieprijs: 10 cent per m.m.
Contract-advertenties: speciaal tarief
Telegram-adres „Echo"
t Is gelopen zoals wij en velen
onzer verwacht hadden in de kwestie
Nieuw Guinea.
Soekarno is de overwinnaar op alle
fronten geworden.
Na de verwerping van 't plan-
Luns, dat onze terugtrekking op lan
gere termijn bedoelde, volgde 't plan-
Bunker, dat op de eis van Soekarno
en de zegen van de secretaris-gene
raal der V.N. en president Kennedy
is geworden tot een niets zeggend
vod, dat de Papoea's met St. Jutte-
mis een volksstemming belooft, als
het land reeds 5 jaar geheel onder
Indonesisch bewind staat.
Hoewel Oe Thant zelf voorstelde
een 2-jarig bewind van de V.N. en
dus zelfbeschikkings-verkiezingen, is
de V.N.-termijn teruggebracht tot 1
mei 1963, dus ruim een half jaar en
of dit nog niet genoeg is, gaat de
Nederlandse vlag op 1 januari 1963,
dus over een paar maanden omlaag
en komt naast de V.N.-vlag de vlag
van Indonesië te wapperen en kan
Soekarno, ondanks de secretaris en
ondanks Kennedy en ondanks alle
onderhandelingen, zijn volk de be
lofte gestand doen, dat de vlag van
Indonesië met 1 januari 1963 boven
West-Irian zal wapperen.
En dit zuiver door de dreigementen
van Soekarno en Oe Thant en Kenne
dy, die geen oorlog in dit gebied
wensen, maar deze wel trachten te
voorkomen in Kongo, Lagos, Viet
nam enz.
Maar voor een bondgenoot als Ne
derland durft Kennedy zijn zevende
vloot niet als een dreigende vinger
omhoog te steken, al weet hij dat
dit Soekarno wel van zijn boze plan
nen zou hebben afgehouden, terwijl
de secretaris-generaal Soekarno al
beloofd had dat de Indonesische vlag
1 januari symbolisch boven W.-Irian
zou wapperen.
En al die dreigementen en achter
bakse onderhandelingen, hebben geen
enkele mogendheid bewogen met
kracht te protesteren tegen een der
grootste rechtsverkrachtingen dezer
eeuw, tegen 't feit dat tijdens offi
ciële onderhandelingen steeds meer
en meer troepen op het omstreden ge
bied worden gezet en Soekarno uit
roept, terwijl men officiële bespre
kingen voert „Met of zonder be
sprekingen in Washington: Irian is
met 1 januari in ons bezit."
Door leger-leveranties op enorme
schaal door bevriende en onbevriende
mogendheden, heeft men Soekarno in
staat gesteld een enorm leger op te
bouwen en te legeren vlak bij Nieuw-
Guinea, dat 1800 km van 't moeder
land, Nederland, is gelegen. Hoewel
er, zeker wat onze marine betreft,
meer versterkingen konden zijn aan
gevoerd, zou de Nederlandse defen
sie, bij uitblijven van hulp, kansloos
zijn geweest tegen deze Indonesische
overmacht.
Maar opnieuw is gebleken dat er
geen recht meer bestaat, misschien
juist door de V.N. en haar Ceylonse
secretaris en de wil van allen om
voor zichzelf te zorgen, en zo heb
ben wij deze vernedering, deze enor
me schade voor land en volk weer
moeten slikken, omdat we ondanks
onze rechten en de plichten die wij
zo mooi vervullen, een klein volk
zijn, welks belangen in de wereld
politiek niet meetellen!
A/pi ti
VAUXHALL VERDUBBELDE
PRODUKTIE PERSONEN-
f WAGENS.
De Vauxhall Division van General
Motors produceerde gedurende de
eerste zes maanden van 1962 twee
maal zoveel personenwagens als in de
overeenkomstige periode van het vo
rige jaar, namelijk 81.005 stuks te
gen 40.779 in 1961.
Deze sterke stijging is voorname
lijk het gevolg van de grote vraag
naar de in september 1961 geïntro
duceerde nieuwe Vauxhall Victor mo
dellen. Op 3 juli j.l. verliet reeds de
100.000ste wagen van dit type de
produktielijn.
De totale produktie van de Vaux-
hall/Bedford-fabrieken gedurende 't
eerste halfjaar van 1962 bedraagt
121.437 personen- en vrachtwagens,