FILMJOURNAAL EEN UNIEKE WATERPARTIJ! Luxor Smid je Verholen en de rare alchimist Musis Sacrum De Nieuwe Wiel te Haarsteeg OP HET SPOOR VAN K.K. mmm 2 DE ECHO VAN HET ZUIDEN VAN VRIJDAG 21 JUNI 1963 2 THE ALAMO. The Alamo was een missiepost in Mexico, dat in die dagen nog onder het regime stond van een wrede dic tator uit Texas. Vanzelfsprekend wil den de Mexicanen zo vlug mogelijk onder dit regime uit en een leger van 7000 man ging deze missiepost, die tot een bouwvallig fort was omge bouwd, bezetten. De 185 man die zich in het fort bevonden hebben 13 dagen lang, tegen de vijand, maar vooral tegen honger, dorst en slaap gevochten om deze ongelijke strijd in hun voordeel te beslissen. Door de enorme meerderheid werden zij ten slotte onder de voet gelopen en in het fort, werd toen enkel nog met mes sen of met de blote vuist gevochten tot de laatste man sneuvelde. Deze film handelt over een ware gebeur tenis, n.l. de onafhankelijkheid van de republiek Texas, de slag waarin 185 mannen 1700 vijanden doodden, en waarna zij zelf tot de laatste man werden uitgeroeid. In de hoofdrollen vonden we John Wayne, Richard Widmark en Linda Cristal. Vrijdag t.m. maandag. Toegang 14 jaar. OPDRACHT ZONDER GENADE Brad Ellison, die leeft van zijn re volver, neemt het aanbod aan van de rijke John Forbes, om diens broer te vinden, die 30 jaar geleden verdween in Mexico en waarvan hij niets meer heeft gehoord. Brad gaat op zoek en komt dan op de ranch van O'Reilly en komt daar erg onder de indruk van diens knappe dochter. De voorman van O'Reilly biedt aan om met Brad mee te gaan om te hel pen zoeken. Als zij in een dorpje komen weet Miles de voorman 't leven van Brad te redden, wanneer er een aanslag wordt gepleegd, hij wordt dan echter zelf gewond. Padre Jose, die noch pries ter noch dokter is, maar die allebei de functies uitoefent, behandelt de wond en laat Miles en Brad mee naar zijn berghut komen. Enige tijd later is Miles plotseling verdwenen, maar Brad vindt hem later weer terug. Miles eist dan, dat Brad zijn speur tocht stop zet, omdat andere perso nen er belang bij hebben dat de broer van Forbes niet gevonden wordt. Brad weet echter niet van opge ven en daarom gaat hij toch verder op zoek naar de broer. Die hij ook vindt, maar na enige dingen aan de weet te zijn gekomen, toch weer laat waar hij is. Voor personen van 14 jaar en ou der is deze film zeker de moeite waard om te gaan zien. Zondagmiddag 3 uur. haar man. Dat kan echter niet en een knappe, blonde soldaat, Marge, heeft haar zinnen op Gordon gezet en de ega moet dit allemaal aanzien, zonder dat zij er iets aan kan veranderen. De commandant van het kamp geeft Gordon dan een verlof om weer eens een keer met zijn vrouw te zijn ver enigd. Deze vereniging gaat echter niet door, want zijn vrouw Betty krijgt geen verlof. Zo gaat Gordon naar huis en niet alleen, want Marge heeft zich bij hem genesteld. Betty is het kamp echter ontvlucht en komt ook in de trein. De avond geeft vele verrassingen, waarin alle menings verschillen worden weggewerkt en alles weer tot een goed einde komt. In de hoofdrollen van deze lachfilm vinden we Donald Sinden, Barbara Murray e.v.a. Toegang 14 jaar. Vrijdag t.m. zondag. LATER ZUL JE DANSEN David woont in een woonkazerne in een van de armste buurten van Ro me. Een etage onder hem woont de moeder van zijn zoontje. Zijn vurig ste wens is om zo gauw mogelijk te trouwen en het kind te laten dopen. Daarvoor ontbreekt het hem echter aan geld en dat wil hij verdienen door werk te zoeken. Dat is echter niet zo maar te krijgen. Hoe hij ook via al lerlei manieren hieraan ziet te komen, het lukt hem niet, en ten einde raad gaat hij het benodigde geld dan maar stelen. Dan ziet de toekomst voor Da vid en zijn vrouw en zoontje er wat beter uit en er rest dan enkel nog de vraag, of zijn kind, en dit is het on derwerp van de film, later zal kun nen dansen. In de hoofdrollen van deze dramatische film vinden we Jean Sorel, Jeanne Valérie, Lea Massari en veel andere beroemde sterren. De toegang voor deze film is gesteld op 18 jaar. Maandag en woensdag. Uw mening SOLDATEN IN NYLONS In het begin van de 2e wereld oorlog is Lt. Gordon Brown in een kamp vol vrouwelijke soldaten. Alle meisjes zijn wèg van hem en hij is niet voor niets de „hartenbreker" in het kamp der schietende schonen. De moeilijkheden die hieruit ontstaan, zijn niet te overzien, want zijn vrouw is ook in militaire dienst en ziet deze hele affaire op een afstand aan en vraagt om moeilijkheden te voorko men overplaatsing naar het kamp van JAVA-CHINA-PAKET HERVAT LIJNDIENST OP WEST-IRIAN. De Koninklijke Java-China-Paket- vaart Lijnen zullen nog deze maand de lijndienst op West-Irian, het voormalige Nederlands Nieuw-Gui- nea, hervatten. Dit deelde de direc tie maandag mee in de jaarvergade ring van aandeelhouders. Eind deze maand zal de „Van Noort", een acht jaar oud schip uit de vloot van de Koninklijke Paket- vaart Maatschappij, Kota Baru (Hol- landia) aandoen om daar goederen uit Australië te lossen. De scheep vaartonderneming beschikt over de invoervergunningen van de te lossen goederen. De lijndienst van de Ko ninklijke Java-China-Paketvaart, die op 1 mei stopgezet is, zal iedere maand gevaren worden. Dr. O HOUDT LEVENSLANG De Berkelse arts dr. O moet le venslange gevangenisstraf uitzitten wegens moord op zijn medegevan gene A. L. Lodder. Het cassatiebe roep dat hij instelde bij de Hoge Raad is gistermorgen door dit hoogste rechtscollege van ons land verworpen. Zoals bekend is dr. O. nog eenmaal tot levenslang veroor deeld voor moord op zijn vrouw V FEUILLETON van „De Echo van het Zuiden" door Douglas Grey Vertaling Herman Antonsen „Het is absoluut namaak, Stone," zei hij weer na een poosje, „en dat verklaart ook waarom het niet op die lijst staat." „Maar, als het dan van geen waar de is, waarom lag het dan in die safe, terwijl veel waardevoller dingen zo maar in die vitrines of op de planken liggen?" vroeg Stone triomfantelijk. „We weten immers niet of het wel in de safe gelegen heeft," antwoord de Flint. „Hij kan het net zo goed van een plank gegrepen hebben." Onder het spreken had de detec tive het wapen aandachtig bekeken. Als kreeg hij een plotselinge inge ving hield hij het rechtop tussen zijn vingers met het dikke eind omlaag. Daarop liet hij het vallen. Daar het dikke eind natuurlijk zwaarder moest zijn dan de punt, was het te verwachten, dat de dolk op 't heft tegen de grond terecht zou ko men. Maar dit bleek het geval niet. Tijdens de korte val uit zijn hand naar de grond wentelde het wapen zich om en kwam trillend met de punt in de planken vloer terecht, waar het bijna drie centimeter in doordrong. Flint en Stone kekeen elkaar aan. Daarop bukte de detective zich en trok het wapen uit de vloer. „Merkwaardig!" zei hij, het wa pen nogmaals bekijkend. „Ik geloof te weten wat het is," zei Judson. „Die Maleise krissen..." „Juist Frank, ik geloof dat ik weet wat je wilt zeggen," viel Flint hem in de rede, „kijk maar!" Hij had zijn zakmes te voorschijn gehaald en tikte daarmee hard tegen het heft. Het klonk hol, terwijl de punt een heel ander geluid gaf. Judson knikte. Hij zag dat Flint net zo vlug als hijzelf begrepen had, waarom die dolk zich omgedraaid had. „Verdraaid, daar had ik niet op gelet", riep Stone. „Het is als een werpspies gemaakt. Ik ben benieuwd „Ja, waarnaar, Stone?" vroeg Flint glimlachend. De inspecteur gaf geen antwoord, maar stak zijn hand naar de dolk uit. Hij wikte hem zorgvuldig in zijn hand en wierp hem met grote kracht naar de eiken deur. Het wapen kwam plat tegen de deur terecht en viel klet terend tegen de vloer. „Juist", zei Flint, zich bukkend, „je hebt vermoedelijk nooit aan mes- senwerpen gedaan Stone. Gewoon lijk doet men dat zó..." Flint ging ervoor staan en hield de dolk horizontaal boven het hoofd. Daarop bracht hij met een plotselinge zwaai zijn hand omlaag en de dolk vloog door de winkel heen als een pijl uit een boog en boorde zich in het eikenhout met een venijnig geluidje. „Verdraaid, als daar iemand ge staan had, was dat ding dwars door hem heen gegaan", zei Norton vol bewondering. „Zou het niet kunnen dat dit wa pen geworpen is, Flint?" vroeg Sto ne, toen de detective hem de dolk terug gaf. „Je hebt ons zelf laten zien, hoe het kan... als iemand er slag van heeft." „Maar waar vandaan moet 't ding geworpen zijn?" vroeg Flint. „Denk je soms dat Mullins zo iets heeft kunnen doen?" „Wie weet." „Maar dan was het toch veel ge makkelijker voor hem geweest, de man neer te steken? Voor wat ik zo even deed is lange oefening nodig. Ik heb dat kunstje in de Far West geleerd, al jaren geleden." „Mullens heeft ook heel wat ge reisd en is ook in de Far West ge weest," merkte Stone op. „Er is wel achter te komen, of hij die handig heid bezit. „Ik laat Mullins aan jou over", zei Flint, zijn jas dicht kno pend. „Maar ik herhaal, dat hij, naar mijn mening, die moord niet ge pleegd heeft. Ik zal de zaak verder onderzoeken." „Wil je daarmee zeggen, dat je onze bewijzen niet bruikbaar vindt?" vroeg Stone. „Enfin, ik geloof trou wens dat je er eerder achter komt, als je helemaal op je eigen houtje aan de gang gaat. Tot ziens dan! Daar komt de lijkschouwer al." Dokter Gordon Blackie kwam met veel drukte binnen en scheen als al tijd grote haast te hebben. Flint wenste hem en de inspecteur goeden- nacht, maar de dokter hield hem te gen. „Zeg, Flint, wil je niet even wachten om te zien, wat we in dit ge val doen kunnen? Waarom ga je zo gauw weg?" „Ik hoor het later wel van u, dok ter", antwoordde Flint, hem goede- dag wuivend. „Um medisch onder zoek kan slechts één resultaat heb ben. Vraag het maar aan Stone. Hij zal u vertellen dat het overduidelijk een moordgeval is." „Dat is zo," zei Judson, toen ze op straat waren. „De vraag is slechts Wie is de moordenaar?" „En die hoop ik te vinden. Maar vannacht niet meer. We gaan nu alle drie naar bed. Daar is een bus voor Madison Avenue. Kom mee, jon- gens! HOOFDSTUK V. DE AMATEUR-DETECTIVE. „Er is een expresbrief voor u, mijn heer," zei de huisknecht van Flint, toen hij voor het drietal opendeed. „Een uur geleden gebracht. Ik heb hem op uw schrijftafel gelégd." „In orde," zei Flint. „En nu naar bed. Het is al bijna twee uur. Van nacht doen we niets meer, wat er ook gebeurt.Een uur geleden gekomen? Dan moet het wel dringend zijn. Of misschien verbeeldt de afzender zich dat maar!" Terwijl Flint lenig de trap opliep, fluisterde Norton tegen Judson. „De baas laat zich toch niet gauw van streek brengen. Het zou me niet ver wonderen, als het een nieuw geval was, waarvoor ze hem dadelijk nodig hebben. Dat zal hun tegenvallen." Maar daarin vergiste hij zich toch. Het briefje was kort, maar scheen zo overtuigend, dat Flint zijn wenk brauwen optrok en erbij ging zitten om het nog eens over te lezen. „Heb vernomen, dat K.K. de hand heeft in geval Kitura. Kom dadelijk." Dat was alles; geen ondertekening; geen adres. De detective las het nog maals. Hij hield het papier tegen het licht om te zoeken naar een water merk. Het was doodgewoon papier, waarschijnlijk afgescheurd van een groter vel, want een der zijden was ongelijk en vezelig. „Ik ga er op uit", zei hij plotse ling. Hij nam zijn hoed op en vervolg de: „Jullie hoeft niet op te blijven. Ik denk dat ik niet meer dan een uur wegblijf, misschien korter. Het is een boodschap van Cramp. Als hij zelf niet op zijn kantoor is, kom ik dade lijk terug. Ik moet het met hem per soonlijk afhandelen. „Dat is het Oosterse Informatie bureau, is 't niet?" vroeg Judson. „Dat is het schrift van Cramp zelf. Dan zult u hem daar wel vinden. Ik zou graag meegaan." „Ik ga alleen", antwoordde Flint kortaf en vertrok. Het kantoor van het Oosterse In formatiebureau bevond zich op de 6e verdieping van een hoog en smal ge bouw in de buurt van Madison Square. Eén lift was 's nachts in wer king, doch Flint moest de liftbedien de in het sousterrain gaan wekken, waar hij zat te dutten. Het duurde bijna drie minuten, voordat de man goed wakker was en Flint naar boven bracht. „Goeie nacht, Flint", zei een klei ne man met een rattengezicht achter een bureau gezeten. „Kom binnen, kerel." (Wordt vervolgd) Het gebeurt meermalen dat de natuur drastisch ingrijpt in de gang dér za ken sluimerende krachten barsten los en zaaien paniek en verderf, waarbij de mens pijnlijk zijn machteloosheid moet bekennen. Zie bijvoorbeeld de plotse linge erupties van doodgewaande vulkanen, die voordien als het ware uitno digden door hun schoonheid en vruchtbaarheid tot een argeloos in bezitnemen door de mens. Hierbij is uiteraard het einde erger dan het begin. Ook het om gekeerde komt voor zo lieten ons de grote dijkdoorbraken van vroegere eeuwen de bekende kolken of wielen na, waarvan wij, vooral de laatste tijd, door de veranderde inzichten gaarne bezit nemen als een welkome erfenis. Zij passen wonde'rwel in het nieuwe patroon van natuurschoon, recreatie en reservaten voor flora en fauna. Het bevreemdt ons slechts, dat voorheen de mensen, met uitzondering van een enkele „rare" aan deze schoonheid achte loos voorbij gingen en slechts de bittere herinneringen wisten op te brengen aan de vérschrikkingen uit het verleden, dat de waterwolf zich over het on beschermde land uitstortte, dood en verderf zaaiend. Want maar al te vaak vervulde het onrustbarend wassen van het water de harten met schrik voor het natuurgeweld, waartegen men bijna machtelos stond. Deze voortdurende strijd heeft het karakter van onze voorouders getekend met scherpe stift en heeft zich ook negatief doen gelden op de algemene welvaart. Thans, nu door normalisatie de Maas is getemd, is die ellende van wateroverlast gelukkig geschiedenis gewonden DOORBRAKEN De laatste doorbraak in deze streken is geweest die te Nieuwkuijk in 1880 (een uitvoerige beschrijving hiervan is te vinden in „Met gansen Trou", uitgave van heem kundekring Onsenoort, terwijl door onder getekende ook uitvoerig werd ingegaan op het ontstaan, grootte, diepte enz. van de vele wielen en wieltjes in onze polders). Beperken wij ons thans tot de „Nieuwe Wiel" in Haarsteeg. Deze ontstond uit twee doorbraken, die in elkaar zijn gevloeid, waardoor de on diepte in het midden te verklaren is. De eerste doorbraak had plaats in het zuidelijk gedeelte en wel op 2 febr. 1610. Er is verder slechts weinig van bekend, we weten alleen, dat er geen mensenlevens bij te betreuren waren, maar dat de materi ele schade en verlies van vee zeer groot was. De tweede, bekend als de doorbraak bij Hedikhuizen, had plaats in de Kerstnacht van 1740 en is zeer groot van omvang ge weest. Het is een wonder te achten, dat slechts twee personen het leven verloren, een oude man en een kind; het laatste als slachtoffer van de kou en ontbering. De nu bestaande plas heeft met inbe grip van de „kwebben" een oppervlakte van 17,9 ha, dus bijna 18 bunder en is daarmee de grootste uit de verre omtrek. 23 December stond het water al zeer hoog tegen de dijk en bleef nog drie dagen stijgen met een duim per uur. De angstige bevolking wist weldra 't noodlot onafwend baar en nam zo goed als mogelijk haar maatregelen. Ook het dijkleger deed z'n uiterste best, doch stond verder machteloos, immers het water steeg boven de dijkkruin en liep in de onzalige Kerstnacht even na 12 met een voet hoogte over, waarna door inschuring weldra de breuk plaats had. De bevolking van Haarsteeg heeft met vee en inboedel vele weken op de dijk door gebracht en in de primitieve onderkomens uiteraard veel gebrek geleden. Het jaar 1840 is de geschiedenis inge gaan als een uitzonderlijk en internationaal rampenjaar; allerwege werd de bevolking geteisterd door pest, hongersnood, zware regenslag met zelfs onweders in de winter, aardbevingen en overstromingen, Terwijl na dit alles in de nawinter nog een strenge vorst volgde om de lijst van onheilen te completeren. Om tot de doorbraak terug te keren: het grote verval van ca. 6 m sloeg een verbazen de diepte in het land; bij peiling op 18 jan. bleek dit 72 voet te bedragen. Enige jaren geleden vond ik als grootste diepte 19Vi m onder maaiveld. In de vestingstad Heusden, die al zo vaak dienst had gedaan als invalshaven voor men sen en vee bij inundaties, had men de ha ven omkist, maar kon men toch niet ver hinderen, dat het opdringende water door de stadspoorten binnenkwam en verschil lende straten blank zette. Door een aantal kettingmolens wist men zich echter van ver dere overlast te vrijwaren. HULPVERLENING Direct na de doorbraak kwam de hulp verlening op gang, eerst door de Heusde- naren, daarna vooral door Dordrecht en Rotterdam, die met schuiten, gevuld met levensmiddelen, enz. het overstroomde land bevoeren en de verspreide bevolking zo no dig uit de huizen haalden, welke, in het Land van Altena. tot de zolder in het wa ter kwamen. Bij deze spontane, doch vrij primitieve hulpverlening werd uiteraard nog veel gebrek geleden; de inwoners van Dussen b.v. moesten zich lange tijd met 4 lepels pap en V4 aardappel vergenoegen. Hoe sterk de stroming was moge blijken uit het feit, dat te Heusden van een ophaal brug de balans en de ijzeren leuning weg spoelden! Op 18 januari zou men met de omringing van de doorbraak beginnen, men had vol doende gereedschap aangevoerd, doch de aanvoer van hout en verder materiaal stagneerde, zodat men moest wachten tot 18 febr., waarna men zok rachtig aan pakte dat tussen 1 en 2 maart het gespoel de gat omringd was. Wie thans over deze boogdijk een wandeling maakt (met de auto is haast onmogelijk door de diepte van de kuilen!) kan slechts bewondering hebben voor de werkkracht en de verbeten taaiheid van onze voorouders, die op hun beurt het water wisten te overwinnen. Thans is deze plas een unicum van schoonheid en voor name rust. De plompen met de witte en gele lelies, omzoomd door de groene riet kragen, met daarachter op de verschillende plans de kanadabossen, het al vormt in de zomerdag een lust voor het oog en een on gekende ontspanning voor de rusteloze geest van onze jachtige tijd. De schade, die intussen was aangericht, was, vooral in de benedendorpen zeer groot. Zeer veel vee verdronk, daar men te lang in eigen huis bleef in plaats van uit te wij ken naar vluchtheuvels, kerken en dijken. Zo zag een veehouder in een van deze dor pen al zijn koeien voor z'n ogen verdrinken. Hij sleepte de cadavers op een hoop om voor zijn paarden als vluchtheuvel te dienen. Doch ook deze kwamen in het wa ter om toen de heuvel bezweek. Men zou de ooggetuigeverslagen uit die dagen moeten lezen om 'n indruk te krijgen van het onvoorstelbare leed, dat de mensen trof; ook van de hulp die van alle kanten gul en spontaan werd geboden, waarvan 'n tweetal dankbrieven van de burgemeester en de dominee van Eethen nog getuigen. Op 29 april, toen de drooggevallen vel den weer bezaaid waren, had er nog een doorbraak plaats aan het hulpgat te Wer kendam, waardoor de akkers opnieuw wer den geïnundeerd en er veel schade ont stond. Het College van Gecommitteerde Raden stelde f 20.000 beschikbaar voor veevoer en f 31.000 voor herstel van de dijken. De geschiedenis van het dijkwezen en van de vele dijkdoorbraken is zeer interes sant. De Hoge Maasdijk vooral is nogal eens in het nieuws geweest! Wanneer deze reeds is aangelegd is niet bekend, waar schijnlijk in de 14e eeuw. Zeer vermoede lijk ook niet in éénmaal, doch in wijze van meerdere ophogingen en verzwaringen. Dit ligt trouwens voor de hand; immers in vroe gere tijden steeg het Maaswater niet zo hoog in de nog lage uiterwaarden en werden de dijken eerst nodig, toen door de onverant woorde ontbossingen allerwege en door de belemmeringen in de afvoer, het water steeds hoger winterpeil aannam, wat in de 17e en 18e eeuw de wanhoop werd van alle waterschapskundigen. Ook bleek de dijk tussen Hedikhuizen en Haarsteeg zeer on voordelig van ligging te zijn. De grote boog, ontleend aan de loop van de oude Maas, was in feite een enorme zak, waarin het water werd opgestuwd, wat ook een sterke schurende werking op de flanken uitoefen de. Ook was er nog geen gemeenschappelijk onderhoud zoals thans. Als iemand bij de driedaagse schouw door het Dijk college nalatig werd bevonden, reed dit college binnen, d.w.z. men verbleef op diens kosten in de dichtsbijzijnde herberg tot de schuldige z'n goede wil toonde. In het kort nog de verdere geschiedenis; zoals te doen gebruikelijk, werd het uitge spoelde land met het achtergebleven wa ter in bezit genomen door de Kroondo meinen, waartegen geen enkele eigenaar waarschijnlijk bezwaar had: water had toentertijd immers geen waarde! PUBLIEKE VERKOOP In de 90er jaren werd de wiel publiek te koop aangeboden en ging over in bezit van Hendrik de Jong, Heer van Herpt en Hedikhuizen. Deze liet o.a. enkele zand heuvels opwerpen, wat tesamen met een groepje hoogopgaande eikebomen een uit zonderlijk idyllisch plekje vormde aan de waterkant. Daarna kwam hij in bezit van de erfge naam, Notaris de Jong te Ammerzoden. Omdat deze eigenaren weinig recht uit oefenden had bij de plaatselijke bevolking een soort overtuiging post gevat, dat de wiel gemeenschapsgoed is, wat echter niet in gemoede gedeeld werd door de volgende eigenaar, die de wiel aankocht voor f 4000. Enige jaren geleden ging de gemeente over tot aankoop, ten gebruike voor lossing van het gezuiverde rioleringswater. Daar I G.S. en Natuurschoon hiertoa geen toe stemming gaven, ging de koop niet door. Bij de veranderde inzichten aangaande zwemsport en andere ontspanning deed een door dhr. Pieter Prinsen opgerichte zwem- club alle moeite om dit water en natuur schoon toegankelijk te maken voor de in woners van Haarsteeg. Vooral toen de se cretaris van de club de inrichting in eigen hand nam, voorzag het zwembad in de be hoefte, ook van Groot-Vlijmen, daar de in richtingen te Vlijmen en Nieuwkuijk waren afgekeurd. De gezamenlijke jaarlijkse subsidie van f 350 werd vervangen door een éénmalige, in de vorm van een tiental stenen cabines, die een bedrag eisten van ca. f 1500. Om onbekende redenen werden zij na twee jaar gesloopt, tesamen met duiktoren, afraste ring, ingangspoort enz. Geen enkel raadslid heeft het ooit nodig geoordeeld over de on rechtmatigheid hiervan te interpelleren. In 1958 kwam het definitieve zwemver- bod. Het zwemmen bleek echter niet te stuiten; dor de gemeente werd toestem ming hiertoe gegeven, op uitdrukkelijke con ditie, dat er geen enkele voorziening getrof fen werd, noch cabines, noch w.c., noch af rastering, noch reddingsmateriaal. Intussen blijft de band tussen Haarsteeg en de Wiel onverbreekbaar; verdwenen is de verschrikking van vroeger, nu klinkt uit het water een andere stem omhoog: de lok stem tot genieting van bijzondere en gratis ontspanning. Moge het zo blijven in lengte van dagen. A. van Engelen. 15. Voor de oppervlakkige toe schouwer was er misschien niet veel bijzonders aan die boom te zien. Er zat een gat in, ongeveer op kniehoogte, dat was alles. Er zijn zoveel bomen met gaten, dat nie mand veel acht sloeg op zo iets. Maar smidje Verholen sloeg er wel acht op, want hij zag iets glimmen in dat gat. „Aha!" zei hij verrast. „Dat is een soort radiolamp! Zo'n soort lamp, die onzichtbare stralen uitzendt! En die stralen worden opgevangen door een soort ontvan- gertje! En als er dan iemand tussen dat uitzendende lampje en dat ont- vangertje doorloopt, wordt de reeks stralen even onderbroken en gaat er ergens een rood lampje branden of een belletje rinkelen! Het is een waarschuwingssysteem!" - De smid dacht er nog eens even over na en zei toen grimmig: „Dat spul is van de Zwarte Kludde! Als er iemand het Knekelwoud binnengaat, wordt hij gesignaleerd en dan trekt die Kludde onmiddellijk zijn zwarte pakje aan. Vervolgens gaat hij op zoek naar zijn slachtoffer om hem de schrik op het lijf te jagen! Op die manier ben ik er dus ook inge lopen, net als boer Krelis. Ik door kruiste in het donker de stralen- reeks van de zendlamp en waar schuwde op die manier zelf de Kludde. Hij kwam op me af, joeg me op de vlucht, maar toen ik weer het woud inliep en op het oude kasteel afging, sloop hij me na en sloeg me buiten westen. Vervol gens hoefde hij me alleen nog maar weg te dragen. Ja, ja, nu is alles me duidelijk. De Kludde is geen spook, maar een heel gewoon mens van vlees en bloed. Ik zou alleen wel eens willen weten waarvoor hij die fratsen uithaalt." Op nieuw onderwierp smidje Verholen de in de buurt staande bomen aan een onderzoek, en jawel, een goede honderd meter verder stond wéér een boom met een gat op knie hoogte. „Ik denk, dat daar het ont- vangertje zit!" lachte hij. J 6) f

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1963 | | pagina 14