wAAlwijkse en LAnqstRAAtse couRvnt
De Miljoenennota 1964 vertoont een tekort van
„slechts" f 1.628 miljoen
Hoogste prioriteit
oplossing woningnood
Samenvattend
begrotingsbeleid
Omschrijving
komsten
1963
ting
1964
Gewone Dienst
Uitgaven
Middelen
9.852
10.217
10.413
11.097
Saldo
365
684
Buitengewone Dienst
Uitgaven 2.399
Middelen 486
2.443
379
Saldo
- 1.913
- 2.064
Gehele Dienst
Uitgaven
Middelen
12.251
10.703
12.856
11.476
Saldo
- 1.548
- 1.380
VRIJDAG 20 SEPTEMBER 1963
85e JAARGANG No. 75
e tcho vAn het Zuióe
Uitgever
Waalwij ksche Stoomdrukkerij
Antoon Tieiei:
Hoofdredacteur JAN TIELEN
Gironummer 1069687
Dit blad verschijnt 2 x per week
Opgericht 1878
Bureaux: Grotestraat 208, Waalwijk Tel. 04160 - 2621
Kaatsheuvel: Dr. van Beurdenstraat 8 Tel. 04167 - 2002
Abonnement
22 cent per week
per kwartaal f 2.85
3.10 franco p.p.
Advertentieprijs: 10 cent per m.ra.
Contractadvertenties: speciaal tarief
Telegram-adres: „ECHO"
Regering is ernstig bezorgd over een aantal
met de zeer krappe arbeidsmarkt
samenhangende verschijnselen
de Nederlandse landbouw. Ter tegemoetkoming in de moeilijke om
standigheden, waarin vooral de veehouderij en het gemengde bedrijf
verkeren, wil de regering, mede door een hogere bijdrage uit de Rijks
middelen, de uitkomsten van de melkveehouderij trachten te verbe
teren.
Structuele aanpassing van de landbouw is noodzakelijk. Het Ctat-
wikkelings- en saneringsfonds zal daarvoor een waardevol hulpmid
del zijn. In de begroting zijn voorts meer middelen dan voorheen aan
gevraagd voor de ruilverkaveling en andere cultuurtechnische werken.
De regering is voornemens de verschillende vraagstukken, die ver
band houden met de ruimtelijke ordening, sterk te coördineren en in
te passen in één beleidspatroon.
De regering is verontrust over het toenemen van het aantal ver
keersongelukken. Zij zal verdere maatregelen treffen ter verhoging
van de verkeersveiligheid.
Dinsdag 17 september heeft Koningin Juliana tijdens de opening
van de Staten Generaal in Den Haag, zoals ieder jaar gebruikelijk de
Troonrede uitgesproken. In deze Troonrede zijn een gedeelte van de
plannen kenbaar gemaakt, die de regering heeft voor het komende
regeringsjaar. Wij laten hieronder de letterlijke tekst van de Troon
rede volgen, zoals die afgelopen dinsdag door H.M. Koningin Juliana
is uitgesproken.
„Leden der Staten Generaal,
In deze tijd van dynamische ontwikkeling groeit het bewustzijn van
onderlinge afhankelijkheid en neemt ook het verlangen naar samen
werking toe. In dit bewustzijn en in dit verlangen vindt het streven
naar vereniging van de vrije Europese landen zijn uitgangspunt.
Het is voor ons Koninkrijk van veel belang, dat hetgeen in de Ver
dragen van Rome en van Parijs is neergelegd in zijn geheel wordt
verwezenlijkt. De opvatting van de regering is steeds geweest, dat
deze verdragen de totstandkoming beogen van een open en democra
tische Europese gemeenschap, een gemeenschap, die niet een verdelen
de, maar een verenigende functie moet hebben. Slechts een op brede
en' hechte basis georganiseerd Europa zal in staat zijn op voet van ge
lijkwaardigheid samen te werken met de bondgenoten aan de andere
zijde van de oceaan. In Atlantisch verband kunnen wij vruchtbaar
blijven werken aan het behoud van de vrijheid, de groei van de
Westerse samenleving en de ontwikkeling van de constructieve krach
ten in de wereld.
Het stemt tot voldoening, dat inmiddels vele landen het Verdrag tot
stopzetting van bovengrondse kernproeven hebben ondertekend. Het
voorstel tot goedkeuring van dit verdrag, dat tot vermindering van de
internationale spanningen kan leiden, zal U weldra bereiken.
Ondanks deze mogelijkheid tot ontspanning blijft het defensiebeleid
er onverminderd op gericht naar ons beste vermogen een aandeel te
leveren tot de gezamenlijke verdediging in Atlantisch verband.
De Regering zal het hare ertoe bijdragen om de tarief onderhande
lingen, die het volgend jaar te Genève zullen plaats vinden, te doen
slagen. Deze onderhandelingen, waarbij ook de internationale proble
men van de landbouw zijn betrokken, zullen naar zij hoopt een nieuwe
fase in de ontwikkeling van 't internationale handelsverkeer inluiden.
Zowel tijdens de tarief onder handelingen als tijdens de Wereldhan
delsconferentie, die eveneens het volgend jaar zal plaats vinden, ver
dienen de problemen van de ontwikkelingslanden bijzondere aandacht.
Vermindering van de belemmeringen in het handelsverkeer met die
landen moet daarbij voorop staan. Het economische leven in de ont
wikkelingslanden moet voorts een bredere grondslag verkrijgen, opdat
zij in staat geraken op eigen kracht hun welvaart te verhogen. De
thans helaas nog toenemende welvaartsverschillen in de wereld maken
het des te noodzakelijker op ruime schaal financiële en technische
hulp te bieden. De Regering streeft naar een evenwichtig programma
van hulpverlening binnen het Koninkrijk en daarbuiten in verschei
dene bilaterale en multilaterale vormen.
Het verheugt de Regering, dat de betrekkingen tot Indonesië be
langrijk zijn verbeterd. Nu de eerste stappen zijn gezet naar normali
sering van het handelsverkeer, heeft zij goede hoop, dat dit zich
geleidelijk zal ontplooien.
De samenwerking in Benelux-verband acht de Regering van des te
meer betekenis, nu de internationale betrekkingen zoveel hechter
worden.
Het verdrag inzake een verbeterde Schelde-Rijnverbinding, dat voor
de verhouding van ons land tot België zo belangrijk is, zal U ter goed
keuring worden voorgelegd.
De regering is ervan overtuigd, dat de goede verstandhouding bin
nen het Koninkrijk der Nederlanden zal worden bestendigd. De Ko
ninkrijksgedachte moge daarbij ook komend jaar weder onze drie
landen bezielen.
Het sociaal-economische beleid richt zich zowel op een zo krachtig
mogelijke en evenwichtige groei van de economie op lange termijn
als op de beheersing van de conjunctuur.
Ten behoeve van de economische ontwikkeling zal in samenwerking
met het bedrijfsleven een onderzoek worden ingesteld naar de voor
uitzichten op middellange termijn voor onze volkshuishouding als geheel
en voor verschillende sectoren afzonderlijk. Daarbij zal rekening wor
den gehouden met de wijze waarop de commissie van de Europese
Economische Gemeenschap zich een dergelijk onderzoek in Europees
verband heeft gedacht.
Mede ten gevolge van een bijzondere verhoging van de landbouw
uitgaven zal de Rijksbegroting voor 1964 een groter toeneming van de
uitgaven vertonen dan past bij het door het Kabinet als grondslag aan
vaarde financiële beleid. Dit beleid is erop gericht, de stijging van de
uitgaven in de periode tot en met 1967 als geheel genomen, achter te
doen blijven bij de groei van het nationaal inkomen. Uit een oogpunt
van conjuctuurbeinvloeding voldoet de begroting aan de eisen die
daaraan moeten worden gesteld.
Een ontwerp voor een nieuwe Comptabiliteitswet zal U deze zittings
periode worden aangeboden.
De Regering vertrouwt, dat het georganiseerde bedrijfsleven, dat in
eerste instantie verantwoordelijk is voor het loonbeleid, de loonkosten
stijging voor 1964 binnen aanvaarbare grenzen zal houden. Naar haar
mening worden deze grenzen primair bepaald door de macro-econo
mische productiviteitsontwikkeling, maar daarnaast acht zij van grote
betekenis het verband tussen de loonontwikkeling en het prijspeil, het
investeringsniveau en de concurrentiepositie ten opzichte van het bui
tenland.
Intussen is de Regering met zorg vervuld over een aantal met de
zeer krappe arbeidsmarkt samenhangende verschijsnelen die een ern
stige inbreuk maken op een verantwoorde loonvorming. Zij zal in
nauw overleg met het georganiseerde bedrijfsleven dit vraagstuk on
der ogen zien.
Gelet op de aanhoudende spanning in de conjuctuur en de opwaartse
druk op de prijzen zal de Regering een krachtig prijsbeleid blijven
voeren. Zij ziet ook dit in nauw verband met een verantwoord loon
beleid. Voorts zal zij een juiste prijsvorming door een actief mededin
gingsbeleid bevorderen.
De grote zorg, die de Regering draagt voor de sociaal en economisch
zwakken van onze samenleving, brengt mede, dat zij in het geheel van
haar beleid een voorname plaats toekent aan de verhoging tot een
sociaal minimum van de uitkeringen krachtens de algemene ouder
domsvoorziening. Voorstellen terzake zal zij spoedig na ontvangst van
het advies van de Sociaal Economische Raad uitwerken.
Nadat het georganiseerd overleg in ambtenarenzaken het beraad
over een nieuwe pensioenwet heeft beëindigd, zal de Regering een
desbetreffend wetsontwerp indien en.
Met het indienen van een voorstel tot uitbreiding van de werkings
sfeer van de Interimwet mvaliditeitsrentetrekkers beoogt de Regering
een verdere verbetering van de voorzieningen ten behoeve van de
gehandicapten. Een wetsvoorstel om de inkomensgrens in de Alge
mene kinderbijslagwet te doen vervallen, zal U binnenkort bereiken.
De Regering acht de publiekrechtelijke bedrijfsorganisatie een be
langrijk instrument om ondernemers en werknemers gezamenlijk een
grotere verantwoordelijkheid te geven voor de gang van zaken in het
bedrijfsleven. Zij ziet met belangstelling het advies van de Sociaal
Economische Raad over de herziening van de Wet op de bedrijfsorga
nisatie tegemoet.
In een tijd, waarin de toenemende industrialisatie en verstedelijking
van ons dichtbevolkte land de gevaren' van de mens in zijn levens
milieu doen stijgen, worden hoge eisen gesteld aan het beleid op het
gebied van de volksgezondheid.
De Regering hoopt, dat de Ziekenfondswet en de Wet op de zieken
huistarieven in de komende zittingsperiode tot stand zullen komen.
De zorg voor geestelijk zieken zal haar bijzondere aandacht hebben.
Het ligt in het voornemen de Algemene bijstandswet op 1 januari
1965 in werking te doen treden. Voorts is in voorbereiding een nieuwe
regeling van het consumptieve geldkrediet.
In de loop van het zittingsjaar zal een ontwerp-Woonwagenwet wor
den ingediend, waarmede de aanpassing van de woonwagenbevolking
aan de gevestigde samenleving wordt beoogd.
In de regeringsverklaring van 31 juli is uiteengezet van hoevee]
belang de Regering de opheffing van de woningnood acht. Aan
de bestrijding van dit maatschappelijk euvel heeft zij de hoogste pri
oriteit toegekend. Daarvoor zal zo nodig inbreuk worden gemaakt op
de norm, die voor de laatste stijging van de uitgaven is aanvaard.
De Regering wil door een saiheristel van maatregelen de producti
viteit en de totale productie van de bouwnijverheid opvoeren. Eén
van deze maatregelen is de bevordering van de continuïteit in deze
bedrijfstak. Een nota over dit beleid zal zij spoedig indienen. Het
overleg met het bedrijfsleven is inmiddels ver gevorderd. Alles zal in
het werk worden gesteld, boven het in het bouwprogramma vermelde
totaal van 90.000 woningen uit te komen.
De Regering zal blijven streven zowel naar ontplooiing van het
Europese landbouwbeleid als naar verhoging van de rentabiliteit van
De handhaving en de vernieuwing van het recht nemen een belang
rijke plaats in het regeringsbeleid in. In het komende zittingsjaar zul
len wetsontwerpen worden ingediend met betrekking tot het verbin-
tenisrecht en onderdelen van het burgerlijk procesrecht. De Regering
acht de voorgestelde vernieuwing van de regelen omtrent de rechts
positie van de vreemdelingen van veel belang.
Het aandeel der lagere organen in het geheel van de landelijke
ontwikkeling is van grote betekenis, omdat daardoor het eigen karak
ter van de provincie en de gemeente tot zijn recht komt. De regering
hoopt daarom, dat spoedig de wetsontwerpen tot verruiming van het
gemeentelijk belastinggebied en wijziging van de Gemeentewet met
betrekking tot de binnengemeentelijke decentralisatie zullen worden
behandeld.
Er bestaat een wisselwerking tussen de toeneming van de materiële
welvaart en de geestelijke en culturele ontplooiing van ons volk.
Biedt immers de welvaartsstijging ruimere mogelijkheden tot ontwik
keling van onderwijs en cultuur, zij stelt er tegelijkertijd ook nieuwe
eisen aan.
Het snel veranderende wereldbeeld dwingt meer nog dan in het ver
leden er zorg voor te dragen, dat onze jeugd in het gezin, op de school
en daarbuiten terdege wordt voorbereid op de taken waarvoor zij zich
gesteld zal zien.
Een goed onderwijssysteem is zowel voor de opvoeding van de jeugd,
als voor de krachtige groei van onze volkshuishouding noodzakelijk.
Om deze redenen zal de Regering de uitbreiding van de instellingen
voor wetenschappelijk onderwijs en onderzoek krachtig bevorderen.
Zij zal zowel voortwerken aan de vernieuwing van ons onderwijsbestel,
als de nodige zorg besteden aan de vorming buiten schoolverband.
Daarnaast acht zij ook voor volwassenen een doelbewuste bevor
dering harerzijds van de sport, evenals van alle andere vormen van
actieve vrijetijdsbesteding, een taak van groot gewicht.
Vele problemen vragen een oplossing en velerlei doeleinden dienen
te worden nagestreefd. De mogelijkheden zijn evenwel beperkt, zodat
steeds met wijsheid een keuze zal moeten worden gedaan. De door de
Tweede Kamer beoogde verandering in de procedure van de begro
tingsbehandeling, waartoe dit jaar wederom een proef zal worden ge
nomen, kan mettertijd het overleg over deze keuze verbeteren.
De regering heeft het vertrouwen, in gemeen overleg met de Staten-
Generaal, in het thans aanvangende parlementaire jaar een vrucht
baar beleid te kunnen voeren.
Ik wens U voldoening toe bij de vervulling van Uw verantwoorde
lijke en veelomvattende taak. Dat Gods zegen op Uw arbeid ruste!
Met deze bede verklaar ik de gewone zitting der Staten-Generaal
voor geopend."
17 september 1963.
In de ontwerp-begroting 1964, die de minister van Financiën dinsdag
middag aan de Tweede Kamer heeft aangeboden, worden de totale
rijksuitgaven geraamd op f 12.856 min. en de middelen op f 11.476
min. zodat het tekort wordt geschat op f 1.380 min. Met inbegrip van
enkele additionele posten, grotendeels leidende tot hogere uitgaven,
ontstaat een tekort van f 1.628 minIn de Miljoenennota vestigt de
Minister er de aandacht op dat de ontwerp-begroting 1964 voor wat
het overgrote deel van de posten betreft opgesteld is door het vorige
Kabinet.
De financieringsbehoefte van het Rijk in 1964, waarbij mede rekening
is gehouden met een bedrag van ongeveer f 125 min. ter dekking
van het tekort van het Gemeentefonds, wordt berekend op f 1,7 mil
jard. Hierin zal tot een bedrag van f 750 min. kunnen worden voor
zien met middelen van de voorinschrijfrekeningen; voor het overige
deel zal een beroep nodig zijn op de kapitaalmarkt
Aangezien in het budgettaire kastekort bijna f 500 min. is begrepen
wegens aflossing van de binnenlandse staatsschuld, zal het Rijk voor
eveneens bijna f 500 min. een beroep moeten doen op netto bespa
ringen van andere sectoren. De verhoudingen tussen totale besparin
gen en investeringen geeft de minister van Financiën het vertrouwen
dat hetmogelijk zal zijn het tekort geheel op de kapitaalmarkt te fi
nancieren.
m
Realisering van de vele wensen
met betrekking tot overheidsvoorzie
ningen is slechts mogelijk binnen de
grenzen die door het reële nationale
inkomen worden gesteld. Tegen deze
achtergrond is de regering voorne
mens voort te bouwen op de door het
vorige Kabinet gelegde grondslag
voor een structureel begrotingsbeleid.
Bij de verdeling van de beschik
bare ruimte geeft het Kabinet zoals
in de regeringsverklaring van 31 juli
1963 is vermeld, de hoogste priori
teit aan de oplossing van de woning
nood. In een nota die op korte ter
mijn aan de Staten-Generaal zal wor
den overgelegd, zullen uitgebreide
beschouwingen worden gewijd aan
een groot aantal onderwerpen die het
woningbeleid betreffen. Het geven
van de hoogste prioriteit aan de be
vordering van de woningbouw heeft,
voor zoverhet realisatie van het wo
ningbouwprogramma betreft, vrijwel
geen invloed op de ramingen voor de
uitgaven in de ontwerp-begroting
1964, daar deze betrekking hebben
op de reeds vóór 1964 in uitvoering
zijnde woningen. Naar de regering
verwacht zal een geleidelijke verwer
kelijking van de gedachte, neerge
legd in de hiervoor bedoelde nota,
leiden tot hogere uitgaven dan in de
ontwerp-begroting zijn geraamd.
Voor 1964 zullen zij echter van
beperkte betekenis zijn.
Het Kabinet is voorts van oordeel
dat eliminering van de invloed der
progressie op de opbrengst van de
belasting dringend geboden is, voor
zover dit althans in overeenstemming
is te brengen met het toekennen van
voorrang aan de bevordering van de
woningbouw. Ook aan de uitvoering
van het landbouwbeleid, zoals dit in
de regeringsverklaring is uiteengezet,
dient een hoge prioriteit te worden
toegekend. Voorts is van grote bete
kenis dat voldoende middelen ter be
schikking worden gesteld voor de
uitvoering van een doeltreffend be
leid ten aanzien van de ontwikke
lingslanden, sociale zorg en andere
bestaande staatstaken, waaronder on
derwijs en waterstaat een kwantita
tief belangrijke plaats innemen.
Uitgaande van een structurele
groei van het nationale inkomen met
4 kan de toelaatbare stijging van
de rijksuitgaven voor de jaren 1964
tot en met 1967 gesteld worden op
ongeveer f 425 min. De minister van
Financiën betreurt dat deze stijgings
norm in de ontwerp-begroting 1964
wordt overschreden. De oorzaak
hiervan is gelegen in het treffen van
voorzieningen ten behoeve van de
landbouw, die, zoals reeds is opge
merkt, een hoge prioriteit hebben.
Het is niet mogelijk gebleken voor
het grote hiermede gemoeile bedrag
volledige compensatie te vinden bin
nen de begroting 1964 die bij het
optreden van het Kabinet reeds gro
tendeels was voorbereid. De over
schrijding zal in de komende jaren
moeten worden ingehaald.
Naar het oordeel van de regering
maakt de voor 1964 verwachte ex
pansie een voorzichtig beleid ten aan
zien van de bestedingen gewenst.
Met het oog op de gespannen ar
beidsmarkt zal van de overheidsfi
nanciën eerder een remmende dan een
stimulerende invloed op de economie
moeten uitgaan. De regering is voor
nemens de extra stijging van de be
lastingopbrengst tengevolge van het
progressie-effect in 1964 nog te la
ten doorwerken, waardoor de ont
werp-begroting 1964 aan de hier
voor geformuleerde eis zal voldoen.
Deze globale conjunctuurpolitiek kan
worden versterkt door maatregelen,
die er op gericht zijn partiële on
evenwichtigheden in de economische
situatie - met name in de bouw
sector - op te heffen.
Vermoede- Ontwerp-
lijke uit- Begro-
Bij het opstellen van de begroting
is uitgegaan van de volgende punten
1. Voor 1964 zal het woning
bouwprogramma een minimum van
90.000 woningen omvatten, te weten
45.000 woningen op grond van de
Woningwet, 25.000 premiewoningen
en 20.000 ongesubsidieerde wonin
gen. Voor de financiering van de
woningwetbouw is voor 1964 een be
drag van f 925 min. in de begroting
opgenomen.
2. De uitgaven ten behoeve van