waaLwij kse en LAnqstRAAtse couRAnt
Wet op de burgerrechten ondertekend
I
I
Twee kleuters
vermoord
Rundvlees goedkoper
varkensvlees duurder
door Kolonel C. Koster
I
I
I
I
I
I
VRIJ ZIJN
HOENDERVANGERS
Ogen vragen brillen
van STASSAR
18
HERENMODE
Koninklijke Marine
Koninklijke Landmacht
Koninklijke Luchtmacht
Posihuum eerbewijs aan President Kennedy
MAANDAG 6 JULI 1964
85e JAARGAN No. 52
De ucho vAn het Zuióen
Uitgever
Waalwijksche Stoomdrukkerij
Antoon Tielen
Hoofdredacteur JAN TIELEN
Gironummer 1069687
Dit blad verschijnt 2x per week
Abonnement
p. mnd. (1.00 5 ct. inc.k.) 1.05
p. kwrt. (3.00 10 ct. inc.k.) 3.10
p.v/eek (0.24+ let. inc.k.) 0.25
p. kwrt. p. post 3.35 bij girobetaling
(bij incasso p. postkwit. 30 ct. extra)
Advertentieprijs: 11 cent per mm.
Contractadvertenties: speciaal tariel
Opgericht 1878
Bureaux: Grotestraat 205, Waalwijk Tel. 04160 - 2621 Kaatsheuvel: Dr. van Beurdensstraat 8 Tel. 04167 - 2002
DE NEDERLANDSE
STRIJDKRACHTEN
Telegram-adres: „ECHO"
EN DE N.A.V.O.
Sedert 1568, toen de 80-jarige
worsteling om de vrijheid van de
lage landen bij de zee onder lei
ding van Willem van Oranje, stam
vader van ons vorstenhuis, begon,
kunnen de Nederlandse strijdkrach
ten op vele roemrijke wapenfeiten
terugzien. Admiraal De Ruyter en
Tromp waren grote en gevreesde
vlootvoogden. De legeraanvoerder
Prins Maurits van Nassau leeft
nog voort als de grote tacticus en
legerhervormer. Beroemd was de
grote vestingbouwer Menno van
Coehoorn waarvan nog steeds vele
bouwwerken in Nederland zijn te
rug te vinden. Tweemaal is Neder
land in zijn geschiedenis door een
vreemde mogenheid bezet geweest.
De eerste maal in de Napoleonti
sche tijd, waaruit het in 1813 als
een koninkrijk herrees. De jaren
1813 en 1814, toen vele krijgsmacht
onderdelen opnieuw werden opge
richt, worden veelal gezien als de
hystorische oprichtingsdata van
thans bestaande onderdelen van de
krijgsmacht, zodat in deze tijd bij
na in elke kazerne een 150-jarig
bestaan wordt herdacht.
De tweede wereldoorlog trof Ne
derland na een langdurig vreedza
me periode van meer dan een eeuw.
Tijdens de grote Europese oorlogen
van 1870 en 1914 was het Nederland
gelukt, dank zij de „deterrént" van
een krachtige strijdmacht, neutraal
te blijven. Uit de laatste oorlog
kwamen de Nederlandse strijd
krachten wel zeer gehavend te
voorschijn. Alleen de koninklijke
marine was, ondanks ernstige ver
liezen in het bijzonder in het verre
oosten, als organisatie in stand ge
bleven. Na het einde van de ge
vechten in 1940/42 bleven echter
niettemin ook enkele squadrons
van de strijdkrachten, welke wer
den ingedeeld bij de RAP en de
RAAF, vanuit Engeland of Austra
lië opereren. De landmacht wist
met grote inspanning een Prinses
Irene Brigade samen te stellen, ge
formeerd uit Nederlanders uit alle
werelddelen, die daadwerkelijk mee
konden helpen aan de bevrijding
van ons land. Land- en Luchtmacht
moesten echter toch in 1945 prac-
tisch van de grond af aan worden
opgebouwd.
Een rustige opbouwperiode was
daarbij voor de drie krijgsmacht
delen na 1945 niet weggelegd. Na
het einde der krijgsverrichtingen
in Europa werd onmiddellijk ge
start met de opbouw van eenheden
voor deelname aan de gevechten in
het Verre Oosten. Toen ook daa.r
al spoedig de vrede werd gete
kend, bleek dat de inspanning zich
nu moest richten op het herstel van
orde en vrede in Indonesië. In het
bijzonder voor de landmacht is de
ze periode een wel zeer inspannen
de geweest. Eenheden ter sterkte
van ongeveer 4 a 5 infantriedivi-
sies zijn in die periode '46-'50 uit
gezonden. De luchtmacht heeft van
Nederland uit in deze periode een
squadron lichte vliegtuigen en 'n
squadron Spitfires in Indonsië ge
stationeerd. Daarnaast werden daar
de uit Australië overgevlogen een
heden ingezet. Door een snelle
uitbreiding, waarbij veel hulp van
de Westelijke geallieerden werd
ondervonden, beschikte de lucht
macht hier ten slotte over 11 squa
drons, waaronder 2 squadrons bom
menwerpers en 4 squadrons jacht-
Zorgeloos vrij zijn, dat kan
pas met
sport- en vakantie-kleding,
die zalig zonnig, licht en luch
tig is.
Kom en kies uit een grootse
vakantie-kollektie in
sportshirts, Poplinshorts,
zomerpolo's, strandsets,
strohoeden en zomerpetten.
TILBURG HEUVELSTRAAT 133
Filiaal
v. d. BRAND-HENS
Waalwijk
M
Grotestraat 155
vliegtuigen. De Koninklijke Mari
ne verrichtte in hoofdzaak patrouil
lediensten in de Indonesische ar
chipel.
In die jaren was het moederland
in Europa practisch zonder troe
pen. Toch bleek al spoedig, dat ook
in West-Europa aan de zelfbescher
ming moest worden gewerkt. Ne
derland was dan ook medewerker
bij het tot stand komen van eerst
de West-Europese Unie, daarna van
de NAVO. Laten wij nu bezien hoe
de drie krijgsmachtdelen in dit NA-
VO-concept hun bijdrage leveren
en wat sedert 1949 tot stand is ge
bracht.
Zoals reeds gezegd kon de Ma
rine ondanks de verliezen in West
en Oost als organisatie gedurende
de laatste oorlog blijven bestaan
en met de restanten van de vloot
en met schepen en vliegtuigen van
onze geallieerden konden waarde
volle bijdragen aan de oorlogvoe
ring worden geleverd. Direct na de
oorlog werd begonnen met ver
nieuwing en vervanging van ver
ouderde schepen.
Zodoende kon Nederland in 1950
aan de regionale planning teams,
die na de ondertekening van het
Noord-Atlantische verdrag waren
gevormd, een vliegkampschip, twee
kruisers, vier onderzeeboten en zes
destroyers leveren. Dit waren alle
schepen, die aan het einde van de
oorlog of er na waren gebouwd en
dus een moderne vloot vormden,
die door militaire autoriteiten van
de NAVO dankbaar werden aan
vaard. Een aantal schépen, waar
onder zes escorteschepen moest
voor nationale taken worden ge
reserveerd. De vorming van mij-
nenbestrij dingsstrij dkrachten was
gezamenlijk met de landen van de
Westerse Unie aangevat en verkeer
de toen nog in een stadium van op
bouw.
In 1951 stelde de NAVO voor het
eerst „Forces Requirements" op en
daarin werd van Nederland ver
langd, dat nog zes „Ocean Escorts"
extra zouden worden geleverd, bui
ten de al genoemde eenheden. De
ze eis werd door Nederland afgewe
zen, daar de defenties-inspanning
niet meer kon worden verhoogd.
Een gelukkige oplossing werd toen
gevonden, doordat de Verenigde
Staten zes schepen ter beschikking
stelde onder het „Mutual Devel
opment and Assisance Programme
(MDAP). Gezamenlijk met Canada
leverde dit land ook nog vliegtui
gen en ander belangrijk materieel,
zoals mijnenvegers en „Coastal Es
corts". Inmiddels was ook het ei
gen nieuwbouw-programma goed
op gang gekomen en in de loop van
de volgende jaren werden verou
derde schepen door nieuwe vervan
gen. Dit proces vindt nog steeds
voortgang. Zo werd het vliegkamp
schip in 1957/1958 voorzien van 'n
versterkt „angled deck", nieuwe ra
dars en een stoomkatapult, zodat
het thans geschikt is voor het ge
bruik van anti-onderzeebootvlieg-
tuigen.
Kon de Koninklijke Marine en
zoals wij later zullen zien, ook de
Koninklijke Landmacht van de
aanvang af aan de NAVO parate
strijdkrachten leveren, bij de Ko
ninklijke landmacht was dit helaas
niet mogelijk. De gehele inspanning
was hier sedert 1945 gericht op In
donesië. De hieruit terugkerende
troepen moesten na twee of drie
jaar in de tropen te hebben ge
diend gedemobiliseerd worden.
Toch zijn in die spannende jaren
onmiddellijk uit de gedemobiliseer
de eenheden zogenaamde „mobili
sabele" eenheden geformeerd ter
sterkte van twee divisies en de oud-
Indië-gangers werden weer enige
tijd onder de wapenen geroepen
voor herscholing op de NAVO-taak.
De Koninklijke landmacht had na
1945 de Engelse organisatie overge
nomen, te verklaren uit het feit,
dat alle beroepskader in 1945/1946
in Engeland is herschoold en in
die jaren veel Engels materieel werd
aangekocht. In 1949 echter toeh
het reeds genoemde MDAP-pro-
gramma een aanvang nam, werd
om begrijpelijke redenen overge
schakeld op de Amerikaanse orga
nisatie met echter weer vele her
scholingsproblemen.
Aanvankelijk is in NAVO-veri
band overeengekomen, dat Neder
land vijf infantriedivisies met bij
behorende gevechtseenheden en lo
gistieke eenheden zou bijdragen, 't
geheel georganiseerd in Legerkorps-
verband. Een van de vijf divisies
diende paraat aanwezig te zijn, de
overige snel mobilisabel. De roep
om parate schildstrij dkrachten werd
gebracht tot twee divisies. Zo is de
situatie op dit moment nog steeds.
De le Divisie, „7 December" en de
4e Divisie vormen met de bijbeho
rende tactische en logistieke leger
korpstroepen 't parate Legerkorps.
Slechts enkele eenheden ontbreken
nog aan dit parate legerkorps. De
personeelssituatie, niet alleen van
het beroepspersone'el, maar ook de
sterkte van de dienstplichtigen is
hier de hoofdoorzaak van.
Een afzonderlijke staf is belast
met het zo snel mogelijk paraat ma
ken van alle mobilisabele eenhe
den. Ook in vredestijd een omvang
rijk werk, zoals het voortdurend bij
houden van de personeelsorganisa
tie met zo mogelijke lichtingen, af
gezwaaid van de parate legerkorps,
en het in goede staat houden van
het in organiek verband opgesla
gen materieel van deze eenheden.
Ook is deze staf belast met het re
gelmatig houden van de zogenaam
de herhalingsoefeningen van deze
eenheden. Een pracht prestatie werd
vorig jaar geleverd door het hou
den van herhalingsoefeningen met
de mobilisabele 5e divisie op het
oefenterein La Courtine in midden
Frankrijk.
In tegenstelling tot de andere le
gers in Centraal Europa zijn geen
Koninklijke Landmacht eenheden
na de oorlog in Duitsland gestatio
neerd geworden. Begrijpelijk is dit
door de taken die in het verre Oos
ten moesten worden verricht. Door
de voorwaartse strategie werd de
roep in NAVO kringen steeds ster
ker om ook Nederlandse strijd
krachten in het eventuele operatie
gebied te legeren. Ook dit probleem
is thans, zij het nog slechts ten dele
opgelost. In bilaterale besprekingen
is met Duitsland vorig jaar een ka-
zerneruil tot stand gekomen. Een
parate Nederlandse brigade woont
en werkt thans in Seedorf, tussen
Bremen en Hamburg, terwijl op
leidingseenheden van Duitsland in
het Zuiden van Nederland ingebur
gerd raken. Voorwaar een staaltje
van samenwerking in NAVO geest
De in de begin-jaren overgeno
men Amerikaanse organisatie is
vervangen door de z.g. „LAND-
CENT"-organisatie. Dit betekent
dat de parate divisies thans elk
zijn samengesteld uit twee pantser-
infantriebrigades en een pantser
brigade.
Wanneer in de komende jaren
deze „LANDCENT"-organisatie is
voltooid, wil dat zeggen dat beide
divisies volledig zijn gemechani
seerd en een deel van de infantrie
gemotoriseerd in gepantserde wiel
voertuigen met grote terreinvaar
digheid. De nationale inspanniri(g
voor directe beveliging van 't moe
derland met territoriale troepen is
geleidelijk aan het afnemen, maar
kan nog steeds niet verwaarloosd
worden, hoe „voorwaarts" de stra
tegie ook is of wordt. Voorts heeft
de Koninklijke Landmacht nog een
taak in de beveliging van ons Ko
ninkrijk in Suriname.
Toen de NAVO ook wat de lucht
macht betreft een beroep deed om
bijdrage te leveren aan de gemeen
schappelijke verdediging van de
Westelijke wereld, trof zij in Neder
land een wapen aan, dat reeds be
schikte over verscheidene goed ge
oefende squadrons. De Nederlandse
luchtmacht, welke na de oorlog in
fase van volledige reorganisatie en
wederopbouw verkeerde, beschikte
in die dagen reeds over verschei
dene squadrons dagjagers van het
type Gloster Meteor, terwijl zij te
vens een transport-squadron bezat
en een aantal lichte vliegtuigen.
Daarenboven waren er 11 squadrons
in de Indische archipel uitgerust
met diverse typen Amerikaanse
vliegtuigen (Mitshells, Mustangs,
Kitty Hawks, Dakota's etc.) Deze
vliegtuigen vormden een uitsteken
de grondslag voor de uitbouw tot
een in aantal weliswaar niet grote,
maar wat betreft zijn uitrusting en
geoefendheid op de moderne eisen
afgestemde luchtwapen. Bij de ver
dere opbouw kwam hierbij niet al
leen de ervaring van pas welke
verschillende van de reeds beschik
bare eenheden hadden opgedaan
tijdens de oorlog in West-Europa en
in het verre Oosten, maar kon ook
uitstekend gebruik worden gemaakt
van de ervaring, welke in de oor
logsjaren was opgedaan in samen
werking met de Westelijke gealli
eerden.
Deze ervaring in het opereren in
bondgenootschappelijk verband is
een factor van het allergrootste be
lang geworden, toen het weldra
noodzakelijk bleek om bij verdere
uitbouw van de Nederlandse lucht
strijdkrachten wat betreft de sa
menstelling van de gevechtseenhe
den weliswaar het nationale ele
ment te handhaven, maar wat de
organisatie en de bevelvoering in
hoger verband betreft toch in aan
zienlijke mate tot een integratie
over te gaan met de strijdkrachten
der bondgenoten. De omschakeling
van een luchtmacht welke in de
allereerste plaats door de nationale
omstandigheden naar een strijd
macht waarvan de taak primair
werd bepaald door de behoefte van
de gemeenschappelijke verdediging,
verliep zonder noemenswaardige
moeilijkheden. Dat deze omschake
ling zo vlot kon geschieden, viel in
de eerste plaats te danken aan de
grote steun welke werd ontvangen
van het Verenigd Koninkrijk en
van de Verenigde Staten.
Daarnaast hadden echter de Ne
derlandse vliegtuigindustrie en de
Nederlandse electronische industrie
een zeer belangrijk aandeel in de
uitrusting van de Nederlandse
luchtmacht met het allermodernste
materieel. Alle operationele een
heden van de Koninklijke Neder
landse Luchtmacht zijn thans ge
ïntegreerd in het bevelsverband van
de Tweede Geallieerde Tactische
Luchtmacht (2 ATAF). Hun taak
betreft zowel het uitvoeren van
luchtverkenningen, het verlenen
van directe en indirecte steun aan
de grondstrijdkrachten en het deel
nemen aan de geïntegreerde NAVO-
luchtverdediging. Voor de verken
ning houdt de Nederlandse Lucht
macht een squadron gereed, dat is
uitgerust met vliegtuigen van het
type F-104G. Voor het verlenen van
steun aan de grondstrijdkrachten
zijn 4 squadrons aanwezig waarvan
squadrons jagerbommenwerpers van
het conventionele type (fighter
bomber-attack), uitgerust met de F-
84F en de nucleare slagsquadrons,
welke in de naaste toekomst zullen
beschikken over 'vliegtuigen vah'
het type F-104G. De strijdkrachten
voor de luchtverdediging omvatten
een aantal jagersquadrons, waarvan
de vliegtuigen thans grotendeels
worden vervangen door de F-104G
Tevens behoren tot de luchtverde
digingsstrijdkrachten (6, spoedig 8)
squadrons geleide wapens van het
type NIKE tegen vliegtuigen op
grote hoogte en weldra tevens 12
squadrons geleide wapens van het
type HAWK tegen vliegtuigen op
geringe hoogte. Daarnaast beschikt
de Nederlandse Luchtmacht voor
NAVO-gebruik over. een squadron
transportvliegtuigen van het type
Fokker Friendship en telt zij bo
vendien een aantal groepen lichte
vliegtuigen, waaronder helicopters,
voor indeling bij de Nederlandse
Landmacht. Wat de Nationale sec
tor betreft telt de Luchtmacht he
den ten dage rond 21.000 man aan
militair en rond 4000 man aan bur
gerpersoneel.
Tot besluit moet worden vermeld
dat de drie krijgsmachtdelen bij
hun naoorlogse opbouw zeer grote
steun hebben ondervonden van
Engeland, Canada en, via het MD
AP, van Amerika. Nu de West-Eu
ropese landen weer op eigen benen
staan, dank zij de grote economi
sche vooruitgang, is deze steunver
lening begrijpelijk aan het afne
men, zo niet volledig gestopt. Al
deze landen dienen thans met eigen
middelen hun strijdkrachten in
stand te houden en uiteraard op
het allerhoogste peil. Enerzijds is
het een voordeel dat de gehele in
spanning en de programmering in
eigen handen is, anderzijds zou kun
nen blijken, dat destijds met de ge
stelde doelen financieel en econo
misch te hoog werd gegrepen.
Een inschakeling van de Neder
landse industrie voor de defensie
inspanning blijft uiteraard ook
voortdurend een grote rol spelen.
Voor de drie krijgsmachtonderde
len bestaan in deze inschakeling on
derling grote verschillen. Voor de
Koninklijke Marine is dit welhaast
gehéél mogelijk, voor de Koninklij
ke Luchtmacht weliswaar minder,
maar toch nog in aanzienlijke ma
te slechts voor de Koninklijke
Landmacht is dit zeer beperkt, om
dat Nederland nooit een eigen gro
te conventionele wapenindustrie
heeft gekend. Voertuigen makefi
hierop echter een uitzondering.
Op het gebied van de research en
ontwikkeling beschikt Nederland
over de Rijks Verdedigings Orga
nisatie - Toegepast Natuurweten
schappelijk Onderzoek (RVOTNO)
ien afzonderlijke instituten voor de
lucht- en ruimtevaart. Instellingen
met een uitstekende naam in bin
nen en buitenland, ten bewijze, dat
een klein land in bepaalde secto
ren groot kan zijn.
Bij La Chapelle sur Loire, een 40
km stroomafwaarts van Tours, heeft
maandag een hengelaar een op een
zandbank gestrande koffer gevonden,
die de stoffelijke overschotten van
een 5-jarig meisje en een 3-jarig jon
getje bevatte. De kinderen waren op
beestachtige wijze vermoord.
Deze vondst stelt de Franse politie
voor nieuwe raadsels, waarvan men
zich wederom moet afvragen of zij
ooit opgelost zullen worden. Want de
stoffelijke overschotten, die waar
schijnlijk zes maanden in de koffer
hebben gelegen, zijn onherkenbaar en
de politie heeft in wijde omtrek geen
enkel geval van verdwijning van twee
jonge kinderen geregistreerd.
De prijzen van het rundvlees be
ginnen lager te worden. Eerste kwa'li-
teits rundvlees zakte de afgelopen 14
dagen 35 cent per kilo in prijs op de
Rotterdamse markt, op andere mark
ten minder. Voor tweede en derde
kwaliteit was de prijsdaling minder of
nihil. De prijzen voor varkensvlees
zijn echter gestegen en stijgen nog.
Voorzitter Dink'la van het Pro-
duktschap voor vee en vlees ziet in
deze prijsontwikkeling de bevestiging
van een juist beleid. Veertien dagen
geleden verlaagde het schap de ruil
voet tot een op vier. Dat betekent, dat
er 70 kilo rundvlees moest worden
uitgevoerd om 280 kilo te mogen in
voeren. Op de vergadering, woens
dagmorgen in Utrecht gehouden, zei
hij geen reden te zien voor verdere
maatregelen.
De slagersvertegenwoordiger in 't
schap, de heer van 't Hoff vond de
daling van de prijs voor het rundvlees
nog niet zo sterk. Hij meende dat een
verdere verlaging van de ruilvoet
noodzakelijk was. Volgens hem kan
het vlees 20 tot 30 cent per kilo goed
koper worden voor de, consument, als
de invoeraccijns wordt verlaagd van
14,4 tot 12 percent en de invoerver
gunningen goedkoper worden.
De prijsstijging van varkensvlees
wordt veroorzaakt door een hogere
vraag en dalend aanbod. In het na
jaar en in het volgende voorjaar zul
len de prijzen echter sterk gaan dalen.
Volgend jaar wordt er 'n aanvoer van
zes miljoen varkens op de markt ver
wacht. Dit jaar waren het er vijf mil
joen. Ook in het buitenland zal de
varkensaanvoer dan groter zijn.
Een jaar nadat President Kennedy een van de meest ingrijpende voor
stellen in de Amerikaanse geschiedenis aan het Congres heeft voorge
legd, kon President Johnson de Wet op de burgerrechten bekrachtigen.
2 Juli 1964 zal in de Amerikaanse geschiedenis een historische dag
blijven. De President zette zijn handtekening onder de Wet, anderhalf
uur nadat zij door het Huis van Afgevaardigden met 229 tegen 126
stemmen was aangenomen.
Met de wet in de hand kan voortaan de gelijkheid van alle rassen in
de Verenigde Staten worden afgedwongen"
Dominee Martin Luther King, de grote voorvechter van deze gelijkheid,
zal samen met een blanke vriend de wet "uitproberen"door te gaan
dineren in hetzelfde restaurant in St. Augustin (Florida), waar hij en
kele weken geleden voor de zoveelste keer in zijn leven werd gearres
teerd.
GEF1L1BUSTER
Het ontwerp van de thans defini
tief aanvaarde wet werd in februari
met 290 tegen 130 stemmen in het
Huis van Afgevaardigden aangeno
men. Daama moest het naar de Se
naat, waar conservatieve zuidelijke
senator een vertragingsactie voer
den. Uren en uren voerden zij het
woord, vaak nauwelijks terzake. De
bedoeling was door dit "gefilibuster"
het aannemen van de wet te verhin
deren.
Maar enkele weken geleden beslo
ten de goedwillende senatoren hun
langpratende collega's aan banden te
leggen. De spreektijd werd beperkt.
Op 19 juni werd het ontwerp in
gewijzigde vorm door de Senaat aan
vaard met 73 tegen 27 stemmen.
Omdat het ontwerp gewijzigd was
moest het terug naar het Huis van
Afgevaardigden. Daar wist de in
meerderheid uit Zuidelijke senatoren
bestaande commissie van orde de zaak
nog tien dagen te vertragen.
Maar het einde van Amerika's na
tionale schande kwam donderdag
avond laat, toen het Huis van Afge
vaardigden besloot de wet aan te ne
men.
Voor het forum van het gehele
Amerikaanse volk, de televisie, on
dertekende President Johnson de wet,
nu het begin van een nieuwe ontwik
keling.
Daarna hield de President een plei
dooi voor een royale uitvoering van
de wet.
„U moet zich niet in een wraak
zuchtige geestesgesteldheid aan de
wet onderwerpen", zo sprak de Pre
sident. "Haar doel is niet te straffen
of te verdelen, maar een eind te ma
ken aan de verdeeldheid, die al lang
genoeg heeft bestaan. Ik roep u op
om mee te helpen alle bronnen van
rassenvergif te dichten. De wereld
kijkt naar de Verenigde Staten."
De president sprak vanuit de ka
mer in het Witte Huis, waar Abra
ham Lincoln en John Kennedy heb
ben opgebaard gelegen.
DE WET
De wet voorziet in federale hulp
bij de tot dusverre moeizame pogin
gen de negers gelijk burgerrechten te
verlenen. De belangrijkste onderdelen
zijn
discriminatie van negers in hotels,
winkels en restaurants is verboden;
discriminatie van negers bij tewerk
stelling en lidmaatschap van vakbon
den is verboden;
Het stemrecht van de negers wordt
bekrachtigd; dit betekent, dat de
kiesrechteisen in sommige staten ten
opzichte van de negers moeten wor
den aangepast;
de federale minister van justitie
krijgt meer macht bij het afdwingen
van rassengelijkheid op scholen.
GEEST
Natuurlijk kan deze wet alleen geen
verbetering geven in de verhoudin
gen tussen de rassen. Daarvoor is no
dig, dat in brede lagen van de Ame
rikaanse bevolking meer begrip voor
de positie van "de anderen" komt.
Dat echter de wet wel bevorde
rend kan werken is al bewezen
door het feit, dat de Nationale Raad
voor Arbeidsverhoudingen donderdag
nog voor het eerst in de geschiedenis
een vakbond het bestaansrecht heeft
ontnomen wegens rassendiscrimina
tie. In Houston, Texas, had n.l. een
vakbond een oneerlijke arbeidspoli
tiek gevolgd jegens negers.