wAalwijkse en UnqstRaAtse coimnt Gertrui Charpentier exposeert in Waalwijk schilderijen en tekeningen ver weg'i 2 uur rijden 1/4 uur rust "Een jurk van f 9.000,- "IK HEB ALTIJD AL GEDACHT DAT IK HET BETER WIST" Van 1-18 Confectie 't Gekste IN KUNSTGALERIJ VAN SCHOENENMUSEUM Begonnen met het maken van hoedjes Waarom niet f 9000,- Expositie tot 29 augustus Onderwerpen Opnieuw ontdekken „Tijgerkooien" op „Con Son" Zuid-Vêetnam geopend Franciscanen werken samen met Capucijnen WAALWIJK - DRUNEN CARBONADE 2.98 GEHAKT 1.79 ANDIJVIE RODE KOOL Roomschnitzels SAVOYE KOOL MAANDAG 13 JULI 1970 93e JAARGANG No. 56 De tcho yan het Zuiöen Uitgever: Waal wij ksche Stoomdrukkerij Antoon Tielen Hoofdredakteur: JAN TIELEN Gironummer 1069687 Dit blad verschijnt 2 x per week Losse nummers 20 cent Abonnement p. week (0,33+ 2ct. inci.) ƒ0,35 p. mnd. (1,45+10 ct. inc.k.) ƒ1,55 p. kwrt. (3,95+10 ct. incJr.) 4.05 p.kwrt. p.post ƒ4,75 bij girobetaling Advertentieprijs: 15 cent per mm Contractadvertenties: speciaal tarief Brieven onder nummer 50 ct. extra Opgericht 1878 Bureaus: Waalwijk, Grotestraat 205, Tel. 04160-32621-32746 - Kaatsheuvel, Dr. van Beurdenstraat 8. Tel. 04167-2002 Telegram-adres: „ECHO" Op bezoek bij Dick Holthaus (Van een medewerker) AMSTERDAM Dick Holthaus, één van Nederlands meest ge renommeerde mode-ontwerpers, is de zoon van 'n Hengelose ho telier. Hij ging op z'n 19e naar Amsterdam en begon daar 4 jaar later in 'n souterrain hoedjes te maken. Dat wil zeggen: te ont werpen, want hij kan zelf geen draad in een naald steken. Wie nu - zeventien jaar later - een vriendin vertelt: „Ik draag een couture van Dick Holthaus, is zonder meer van goeden huize. Haar man zou wel eens minister kunnen zijn of directeur van een grote fabriek. Misschien heeft zij wel enkele duizende neergeteld voor haar jurk, maar dat is dan ook „gesigneerd" door de mees ter. In zijn „huis" aan de Van Iiaerl est raat 12 in Amsterdam is alles eenvoudig. Chique maar dóódsimpel. De voorsalon waarheen een van zijn 45 vaste personeelsleden mij brengt er werken ook nog vijftien freelancers praktisch alleen voor hem), is een open ruim te met drie hoge ramen waarlangs de witte vitrages tot de vloer angen. In 't midden van 't plafond hangt een kroonluchter en zes schijnwerpers kunnen hun licht naar elk gewenst punt rich ten. Langs de wand staat een vierzitsbank met een muisgrijze bekleding en er tegenover een meer dan vrouwhoge spiegel met een rijk geornamenteerde goudkleurige lijst. Goudkleurig gelakt zijn ook de Empire-stoelen. Op de scheiding tussen de voor- en achtersalon waarin dames middagen doorbrengen met passen en spiegelen, staat op een verrijdbaar wagentje een theeservies. Dick Holthaus ontvangt mij in een piepklein kamertje dat blijk baar zijn kantoortje is. Ook hier eenvoud, tot in het sobere toe. Er staat slechts een houten bureau waarvan het bovenblad los ligt, met twee telefoons. Ver der is er alleen 'n kast en kunnen er net drie stoelen staan; twee ervan naast elkaar. „Ik begon toen ik drieëntwintig was met het maken van hoedjes. Ik wist altijd wel dat ik in de mode wilde en ik had ook wel wat in fabrieken gevolontaird, maar in Hengelo is geen mode laten maar eerlijk zijn. Ik ging dus naar Amsterdam en ik werd leerling aan de kunstnijverheids school. Maar ik heb altijd al ge dacht dat ik het beter wist. Ik ben vreselijk eigenwijs en na 'n half jaar op die school zei de da me, die verantwoordelijk was te gen mij: Ga jij maar gauw wat einders doen. Dat zit haar nu nog hoog. Ze vertelt steeds weer: ik heb me één keer ver gist en dat was in Dick Holt haus. Het gekke is dat al die an deren, die zo steengoed waren, een ander vak hebben gekozen. Maar ik ben doorgegaan De telefoon gaat. Het is Max Heijermans. „Ja. Max.er is net iemand met foto's naar je toe." Op de tafel liggen schetsen. Ach ter hem, aan de wand zijn drie met een pen beschreven kaarten opge hangen. Op een van die kaarten staan meisjesnamen. Tanja, Petra, Annemarie, Sonja De telefoon nummers erachter. Onder Tanja staat een naam met daarachter het woord „kip" en eronder een ande re naam met de toevoeging „sla ger". „Zo, waar waren we ook alweer. O ja, ik ben dus doorgegaan. Ik heb ergens een enorm sterke wil. Ik begon dus met hoedjes. Ik kreeg een maandgeld van thuis en van dat geld nam ik een modiste in dienst, wantdat heb ik al ver teldik kan zelf geen draad door een naald steken. U zult wel zeggen: dan had hij nog wel een aardig maandgeldje, maar dat had ik gelukkig ook. Nou, die modiste is nog bij mij. Die is er nu zeventien jaar. Zij maakte alleen wat ik mooi vond en dat gign goed. Ik reisde zelf met mijn koffertjes vol hoedjes. Ik pakte zelf, was zelf de loopjongen en de directeur en de vertegenwoordiger en ik had er een vreselijke lol in. Ik reisde tot in Frankrijk en in Zwitserland en na korte tijd had ik achttien modis tes in dienst. Ik had ook alleen nog maar een atelier Telefoon. „Je moet eerst zeggen wie je bent, Oh.dag Tanja! Ik heb net een foto van jou meegege ven Hij is wat je noemt een ,beau gargon" maar zonder de lege show en de akelige sfeer van nutteloos heid die valse „beaux gargons" meestal afstralen. Hij is vrij lang en slank, beweeglijk, met bruingrij ze onrustige intelligente ogen. Hij draagt een zwarte broek en een zwart getailleerd jasje met zilver kleurige knopen en gespen. Onder het jasje zie ik een zwarte trui met om de hals een opgebold shawltje. Op de een of andere manier past 't allemaal precies bij hem, ook dat lange haar en die bakkebaarden. „Ik had het nog steeds over die hoedjes. Ik had ook alleen maar de benedenverdieping van dit huis. Ik werkte en woonde hier en had hier het atelier. Maar de klanten zeiden: waarom ga je ook geen jur ken, mantelpakjes en tailleurs ma ken? Ik dacht: ja, waarom doe ik dat niet? Ik heb dat dus gedaan en ik weet nog dat ik met flanel be gon. Ik verkocht ze. Het ging goed en zo is het gegroeid, begrijpt u wel? Ik kon dit hele huis kopen en ik woon nu zelf in de Vondelstraat. Hij spreekt snel en beschaafd, maar zijn woorden zijn even eenvoudig als zijn ontwerpen. In de gang loopt een jonge vrouw met een centimeter om de hals en achter haar komt een oudere man met een wit jasje. Hij draagt een groene koffiekan. Dick Holthaus heeft niets van een man, die het allang heeft be reikt. Uit zijn ogen komt geen gewichtigheid, wel een soort ge amuseerdheid. Hij moet 't druk hebben, maar heeft blijkbaar een methode ontwikkeld om dat niet storend te laten merken. Hij is veertig nu, maar zegt: „Ik wou dat ik jonger was. Ik wou het niet meer overdoen, maar ik zou het, geloof ik, toch ook niet anders doen." „Ik ben met een boetiek gestart en toen ging ik nog een stapje ver der naar de confectie. Mijn dames- confectie wordt in Nederland ver kocht in een tachtig zaken en het loopt geweldig. Ik ontwerp en be paal de stoffenkeus. Die fabriek is dus niet van mij, begrijpt u? Nou, dat is de damesconfectie. Die gaat ook in België, Duitsland en Frank rijk. Ik ben daarna ook met herencon- fectie begonnen, op dezelfde basis. In Nederland in ongeveer honderd zaken en verder in Duitsland en in AmerikaChicago en New York. Wij hebben in Düsseldorf een grote showroom voor confectie. Mijn zaak in Hengelo brengt con fectie en boetiek en couture. Hier, in Amsterdam, gaat het vooral om couture. De dames, die hier kopen, komen uit heel Nederland, van Groningen tot Wassenaar, van Twente tot Den Haag. De coupe het knippen gebeurt hier bij mij alleen door jonge mensen, om dat die meestal een betere kijk op mode hebben i Telefoon. „Ja, ik ben zo klaar.." „Namen en prijzen noem ik nooit. Dat moet u begrijpen. Dat wil zeg gen: ik wil wel grensprijzen noe men. Voor de confectie en de boe tiek variëren de prijzen van hon derd tot zeshonderdvijftig gulden. Voor de couture lopen die prijzen van achthonderd tot achttienhon derd. Dat zijn de prijzen waarmee we hier dagelijks werken. Met de couture is het soms anders natuur lijk. Ik heb, dit seizoen een jurk verkocht van negenduizend gulden. Dat was de duurste tot dusverre Telefoon. „Zeg maar dat ik zo kom „Moet u horenik heb echt de grootste couturezaak in ons land. Dat zal niemand mjj betwisten. Ik heb ook geen vobrbeeld in Neder land. Er is niemand die het op de zelfde manier doet. Ik koop model len in Parijs waarvan ik dan het kopieerrecht heb. Ik leg elk seizoen zeker tien- tot vijftienduizend gul den op tafel bij Franse collega's. Ik moet toch zorgen dat de vrouw zich op haar best kan voelen? Er is trouwens een groot misverstand over dure kleren. Mensen die dure kleren dragen zijn vaak heel een voudig. Die kleren zelf zijn ook heel eenvoudig. Spionage, zegt u? Och, dat komt tegenwoordig toch niet meer voor.Als je met een nieuwe collectie bezig bent, praat je er natuurlijk niet over. Ik heb wel 'ns gehoord dat ik iets nieuws in de etalage had, dat ik dan kort daarna in de confectie zag verschij nen. Er is ook een misverstand over exclusiviteit. Zaken die zeggen dat zij exclusief verkopen, bedoelen dat exclusief alleen voor hun zaak of misschien hun plaats. Maar je kunt een jurk niet eenmaal verko pen. Dat kan niet meer, zelfs met de allerduurste niet. Trouwens, iedere vrouw ziet er toch anders mee uit. Ik hou er uiteraard wel re kening mee waar ze gedragen zullen worden. Als ik een klant een jurk verkoop, ik verkoop hier op modellen dan zeg ik natuurlijk: mevrouw die en die heeft hem ook gekocht voor .die en die gelegen heid. Dan zeggen ze meestal: dan draag ik hem daar niet. Nee, een jurk eenmaal verkopen dat kan niet. Zou zo'n jurk veel te duur worden. Weet u wel dat hij hele maal uitgedokterd en soms wel tweehonderd keer gemaakt wordt? Ja, moet u horen Als Farah Di- ba komt. Als die zegt: ik wil hem echt helemaal alleen hebben Ons gesprek heeft een half uur geduurd; zonder de horten en stoten. Een half uurtje Dick Holthaus, in zijn kantoortje. Een snapshot. „Wat is nou het gekste dat u in uw carrière hebt meege maakt?" Hij bedenkt zich geen seconde. „Ik dacht toevallig aan die jurk van negenduizend gulden. Het gekste dat ik ooit heb mee gemaakt is dat hier bij mij in de zaak twee dames ruzie hebben gekregen over een jurk van vijf en een half duizend gulden van onze verslaggever) WAALWIJK In de kunstgalerij van het Schoenenmuseum in Waalwijk kan men tot 29 augustus schilderijen en tekeningen bewonderen van Geertrui Charpentier. Deze expositie werd vrij dagmiddag geopend door Lambert Tegenbosch, kunstcriticus van De Volkskrant, die daarbij een korte inleiding hield over „de dood van het ezel-schilderij In de tentoonstellingsfolder lezen we over Geertrui Charpen tier, die Waalwijkse uan geboor te is, dat ze altijd twee dingen nastreeft in haar tekeningen, gouaches, aquarellen en schilde rijen: ze heeft altijd gewild dat het materiaal zo puur mogelijk het materiaal zou zijn en tevens dat daar, een buiten het materi aal gelegen betekenis in zicht baar werd. Dat betekent, dat zij in een altijd durende studie van de beeldende middelen altijd, hoezeer ook gede formeerd, de zichtbare realiteit heeft willen oproepen. Zij wil abstracte kwaliteiten in haar werk, maar wil géén abstract werk. Zij is met hart en ziel figuratief. Zij is bezig met thema's en onderwerpen: geliefden, niet in verschillende standen van 't Deense gymboek, maar in de onein dig gevarieerde mogelijkheden van toenadering en verdwijnen: paren vaak, van man en vrouw, van vrou wen, van mannen, van volwassenen en kinderen. En vaak in hun dagelijkse omge ving, hun kamer en hun bed, de zee, het land, soms met dieren: hon den, vogels, kippen, eenden, paar den. Het nieuwste werk geeft vrou wen te zien in verschillende mi lieus. Verscheidene variaties op het thema van de val Icarsus: men ziet een doorsnede van luchtlagen, door Icarsus doorkliefd, vóór hij viel in de rampzalige zee. Verschillende variaties van het land onder wol ken. Nooit tevoren was het werk van Geertrui Charpentier zo tegelijker tijd abstract en figuratief, als die termen al niet wijsneuzig schema tiseren, terwijl tegenwoordig het schilderen telkens weer wordt dood verklaard, is Geertrui Charpentier bezig het opnieuw te ontdekken. De direktie van het Schoenenmu seum hoopt, dat vele Waalwijkers en vakantiegangers in de na de ope ning volgende vakantieweken de tentoonstelling van deze zeer be gaafde schilderes zullen bezoeken. Geertrui Charpentier vervaardigt haar doeken, die internationaal suc ces oogsten, in haar grote atelier te YVintelré. Geertrui Charpentier, die in 1930 in Waalwijk is geboren, studeerde aan de Academie in Tilburg en bij Albert Troost. Eenmanstentoonstel- lingen had ze o.a. in Krabbedans, Eindhoven 1962, Galerie Nouvelles Images Den Haag 1963, Cultureel Centrum Venlo 1968, Galerie Siau, Amsterdam 1970, Kunstcentrum De Vaart Hilversum 1970. Groepsten toonstellingen: Van Abbe Museum Eindhoven, Contour Delft 1963, Keuze 1968, Den Bosch, Braban ders, Antwerpen 1968. De regering van Zuid-Vietnam heeft gisteren toegegeven dat op 't gevangeniseiland Con Son in de Zuidchinese Zee ongeveer 400 men sen gevangen zitten in de zgn. „tij- gerkooien". In de verklaring van Saigon werd gezegd dat in de „tij- gerkooien" op het strafeiland Con Son zich alleen maar communisti sche misdadigers bevinden. Dev erklaring werd gisteren uit gegeven nadat dinsdag twee Ame rikaanse Congresleden gewag had den gemaakt van de onmenselijke toestanden op het eiland, waar ruim 400 mannen en vrouwen - on der wie meisjes van 15 jaar - zitten opgesloten in kleine met tralies af geschermde stenen cellen die de naam „tijgerkooien" hebben gekre gen. Van 15 tot en met 25 juli zijn wij van 2 tot 6 uur namiddag. Vrijdags van 2 tot 8 uur. Zaterdags van 10 tot 6 uur namiddag. Dinsdags gesloten. tel. 04160-32776 Ongeveer 60 vertegenwoordigers van de 1100 Nederlandse francisca nen hebben gisteren aan het slot van het kapittel hun fiat gegeven aan de samenvoeging van hun pro- vincialaat met dat van de kapucij nen in 't streven naar een totale fusie van beide orden achter welk streven het kapittel zich eveneens schaarde. EM-TÉ supermarkt DINSDAG 500 gram WOENSDAG 500 gram panklaar, p. zak 49 ct. panklaar, p. zak 49 ct. DONDERDAG per stuk 49 ct. panklaar, p. zak 49 ct.

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1970 | | pagina 1