No. 46.
ZATERDAG 4 MAART.
1882.
LICHT.
FEUILLETON.
Maroussia.
Uitgever: L. J. YEEEMAN, Heusden.
VOOR
Dit blad verschijnt eiken WOENSDAG en Z ATERDA G.
Abonnementsprijs: per 3 maanden f 1.Eranco per post
verhöoging.
zonder prijs-
Advertentiën 16 regels 60 ct. Elke regel meer 10 ct. Groote letters naar plaatsruimte.
Advertentiën worden ingewacht tot Maandag- en Donderdagavond 10 uur. Ingezonden
stukken tot Maandag- en Donderdagavond 8 uur.
Binnenlandsche ADVERT E N TIE N
waarvan de plaatsing driemaal wordt opgegeven
worden slechts tweemaal in rekening gebracht. Bij
toezending gelieve men vooral duidelijk den naam
van den Uitgever op het adres te stellen.
Verbazend is de opgang geweest die de
petroleum over onze gansche aarde gemaakt
heeft. Deze olie heeft het gebruik van hare
vette zusters nagenoeg geheel verdrongen
en alleen de hardnekkige vasthouder van
't eenmaal bestaande stookt nog zijn licht
van patentolie, om 't gevaar, zoo 't heet.
Dat gevaar echter kan door 't bezigen van
doelmatige werktuigen en de noodige voor
zichtigheid geheel ontweken worden. De
brandbaarheid van eenige vloeistof hangt af
van de hoeveelheid warmte, benoodigd om
ze gasvormig te maken. Petroleum gaat reeds
bij een betrekkelijk lagen graad van hitte
tot gas over en brandt dan geweldig. Daar
dankt ze aan hare beruchtheid als middel
tot brandstichting, in Parijs, meer dan de
stad lief was, gedurende den burgeroorlog
toegepast. De industrie, die nooit stil zit,
heeft echter ook aan die spoedige gasvorming
perk gesteld; tegenwoordig wordt er een
soort ter markt gebracht onder den liefelijken
naam van /sneeuwvlok", die hare duurte
slechts tegen zich heeft om allerwege ge
bruikt te worden, en waardoor niet dan ten
gevolge van verregaande onvoorzichtigheid
of moedwil ongelukken kunnen ontstaan.
P. J. STA H L.
2)
Ten noorden breidde zich de eindelooze steppe,
de balsemgeurige steppe uit. Men zou het een
Oceaan van groen hebben kunnen noemen, hier en
daar afgewisseld door bloemen. Zuidwaarts verhieven
zich de bergen, hier met bosschen beplant of als sma
ragden schitterend onder het welig struikgewas, ginds
weer onbebouwd en steenachtig van aard. De bekoor
lijke vallei, waar de diepste eenzaandieid heersclite,
waar geen wegen of paden te vinden waren, strekte
zich oostwaarts uit. De donkerblauw getinte rivier
bespoelde de oevers der vlakte. Hier weerkaatste ze
in haar strooming het azuur des hemels tusschen de
buigzame riethalmen, verderop weer slingerde zij
zich tusschen de rotsen en kronkelde zij schuimend
voort onder een gewelf van donker grauw graniet.
Goden! wat was het heerlijk in dat hoekje van
de wereld! Als de zon opging, fonkelde het rijkbe-
dauwde veld als onder een regen van diamanten. De
vogels, halverwege tusschen de twijgen verscholen,
begonnen te fladderen en te zingen, en een lichtbe
wogen nevelsluier, door de stralen der ochtendzon
als verguld, wiegelde zich zachtkens boven de rivier.
Tusschen het gebruik van peter-olie
gelijk het volk niet zoo geheel ten onrechte
zegt en gas, bestaat oogenschijnlijk een
groot verschil, doch dat is zeer gering. De
zaak is dat het gas door daartoe ingerichte
fabrieken uit steenkolen gestookt wordt, ter
wijl ieder verbruiker van olie zijn eigen
gasfabriek in den oliehouder heeft. De warmte
der vlam is genoegzaam om olie in gas te
doen veranderen, doch om uit steenkolen
gas te bereiden, 't welk bruikbaar is, kan
slechts in 't groot geschieden. Opmerking
verdient, dat de groote vlucht die het gas
verbruik genomen heeft, te zamen valt met
den verbazenden handel in petroleum. Zeker
heeft de laatste de gasfabrikatie veel schade
berokkend, want zelfs bij lagen gasprijs houdt
de particulier zich om 't voordeel aan de olie
en wanneer de lichtsterkte, zindelijkheid en
't gemak niet in 't voordeel van 't gas spraken,
zou de petroleum den strijd glansrijk ge
wonnen hebben. Do eindelijke overwinning
hangt thans uitsluitend af van den meer of
minderen grooten voorraad der grondstoffen.
Worden de petroleumbronnen in Amerika
schaarsch, dan zal men zich naar het gas
wenden, doch ontstaat de schaarschheid 't al
lereerst in de kolenmijnen, dan wint de
petroleum het, tenzij het eene zoowel
als de andere overvleugeld wordt door wat
men thans met recht kan noemen het nieuwe
licht.
Dat nieuwe licht levert ons die machtige,
geheimzinnigein haren aard onbekende
kracht, die electriciteit heet. Niemand kan
zeggen wat nu bepaaldelijk die electriciteit
is; in de wetenschap is zelfs lang strijd ge-
Mijn hemel! hoe liefelijk geurde heel die stille
vallei onder den eersten aanblik der zon.
En de toppen der bergen? Zij schitterden als me
taal. En het bosch? Het begon langzamerhand te
ontwaken. En de steppe? Het was er één en al
mengeling van schaduw en van licht, zoover het oog
door kon dringen in haar diepten en haar vlakten.
Zoo was er de dageraad, de ochtendstond; maar
de dag, hoe u dien of te schilderen? Een stortvloed
van licht onder een azuren-gewelf, de zegekreeten der
vogelen, het gemurmel der golven, heel de natuur
zich hadende in een zee van vreugde en van vrede!....
Als de avond kwam, die vreedzame en liefelijke
avondstond in de Ukraine gij vermoedt het reeds
de sterren allengskens zich vertoonend om hare hulde
te brengen aan de maan, als deze in al den glans
harer zachte majesteit verschijnten, aan den horizont,
violetkleurige streepen van allerlei schakeering, die
straks geheel verdwenen zullen zijn, maar nu nog een
laatste schijnsel werpen op de half sluimerende en
zwijgende steppe. De zoom van het woud wordt
somber, bijna gestreng; een groote rots, in een ge
heimzinnig duister gehuld, laat haar schaduw vallen
op een andere rots, haar zuster, die er uitziet als een
blok zwarte git, waarop van boven het licht valt. En
eindelijk de kleine, lommerrijke tuin, vol bloeiende
kerseboomen, waar achter het aardige venster van het
huisje tusschen de takken der wilde rozenstruiken
heen schemert. Zoo was het huis van Danilo. Maar
misschien heb ik vergeefs beproefd u dingen te be
schrijven, aan wier beschouwing het oog zich niet kan
verzadigen.
En dan bij al die heerlijkheden, bij al die wel
daden van den goeden God, hadden de bewoners van
het huisje bovendien vlak naast hen opperbeste buren,
beproefde vrienden
voerd tusschen hen die haar een onzichtbare
vloeistof en zij, op wier voetspoor wij ze een
kracht noemen. Men kan ze als kracht het
best verklaren en daarom houden we ons
aan die uitdrukking. Ze is overal voorhanden,
doch treedt slechts onder zekere voorwaarden
op. De gansche aardbol is van haar vervuld
en hoewel 't mogelijk is een deel electriciteit
van het geheel af te scheiden, tracht dit deel
toch weer met de massa zich te vereenigen
en wendt daartoe een zekere kracht aan.
Die kracht nu tracht de mensch te benut
tigen en om te zetten naar zijn wil.
In volle majesteit treedt de electriciteit
op bij het onweer, zonder rumoer, maar
hoogst nuttig niettemin, bij de telegraphie,
en komen eenmaal de idealen onzer natuur
kundigen tot verwezenlijking, dan doet ze
verlichtend haar intrede in onze huiskamer,
gelijk ze nu reeds doet in groote plaatsen,
op pleinen, in schouwburgen, te Rotterdam
b. v. in de Passage, te Amsterdam in 't post
kantoor, bij Krasnapolsky en bij Mast.
Zoover zijn we echter nog niet en de niet
dadelijk invoering van 't electrisch licht doet
daarom menigeen schouderophalend over
die toekomst spreken. In onze stoomeeuw
gaan de zaken naar veler meening nog niet
spoedig genoeg en men lacht Edison uit
omdat de man tot heden toe beneden de
meer dan hoog gespannen verwachting bleef.
Over de toekomst willen we verder niet
spreken doch liever trachten in een kort
bestek den lezer eenig denkbeeld te geven
van dat allernieuwste, dat electrische licht.
Met zwavelzuur, zink en kool is men in
staat electriciteit op te wekken, die te voor
schijn treedt, wanneer men het zink door
een koperdraad met de kool in aanraking
brengt. Knipt men den draad door en brengt
men de beide einden naar elkander dan
ziet men een vonk. De overspringing der
electriciteit behoeft men nu maar zonder
ophouden te doen voortduren en men heeft
een sterke lichtbron. Daartoe verbindt men
de einden met spitstoeloopende stukken kool,
waartusschen dan een zeer heldere lichtboog
ontstaat, die een warmte heeft, waarin zelfs
ijzer smelt. Ziedaar 't electrisch licht in z'n
eerste periode.
Men heeft het op deze wijze aangewen; S
bij sommige plechtige gelegenheden, maar
het onderhoud der elementen (elke vereeni-
ging van zink, kool en zuur, noemt men
een element) is te kostbaar en het licht
zeer onstandvastig, dewijl de koolspitser.
verbranden en er een zeer samengesteld
mechanisme toe vereischt wordt om ze steed;
op dcnzelfden afstand van elkaar te houden.
Het electrisch licht, zooals 't tegenvvoordig
vervaardigd wordt, ontstaat door een all er-
vernuftigste toepassing van de verwantschap
tusschen magneetkracht en electriciteit. Wan
neer een magneet bewogen wordt in de
nabijheid van een koperdraad, wordt in die
draad een electrischen stroom opgewekt.
Van dat beginsel uitgaande heeft men thans
zeer gecompliceerde door stoom bewogen
toestellen vervaardigd tot het opwekken van
electriciteit.
De koolspitsen zijn gebleven. In de bekende
kaarsen van Jablochkoff zijn ze in koperen
busjes gevat, die dicht tot elkaar naderen,
terwijl de ruimte daartusschen met gips
Op zon- en feestdagen kwamen er bij de familie
Danilo Teliabane veel menschen, ja, heel veel menschen.
Soms was liet Semène Vorochilo die eens kwam in
kopen dan weer Andry Kroukdan boorde men in
de verte de frissche, diepe stem van de mooie vroolijke
Manna, of zag men de kleine boot van Yassil Grime
in de nabijheid stilhouden.... en, na hem, vijf, tien
anderen nog, mannen en vrouwen, jonge meisjes en
jonge knapen, kinderen zoo goed als grijsaards. Het
was of men om het hardst liep om Danilo te bezoeken.
Maar waar zou het voor dienen, u al die vrienden
op te sommenGij ziet wel dat ze zeer talrijk waren
als ik nu nog zeg dat zij houw en trouw waren, dat
het echte vrienden waren, wat zou ik er dan nog
meer van vertellen? Ik heb het er niet op aangelegd,
u onder het oog te brengen hoe uitnemend de vriend
schap is. Als gij dit gevoel koestert voor iemand die
waardig is het bij u op te wekken, dan weet gij wat
het te beteekenen beeft.
Het woord van een vriend, de bhk van een vriend,
zijn hand in de uwe, vormen soms het drievierde
gedeelte van uw levensgeluk. Als gij het nooit ge
kend hebt, dat geluk, zult gij het uit mijne woorden
toch nooit leeren kennen. Maak u het bezit van
vrienden waardig, en dan kunnen wij later nog wel
eens over de vriendschap zelve pratenmaar tot zoo
lang, al waart ge scherpzinniger dan de groote Sa
lomo zelf, gij zoudt er tittel noch jota van begrijpen.
Voorzeker, men zou zeer gelukkig leven in een
hoekje als het boven beschrevene, wanneer de men
schen op de schapen geleken, wanneer zij niets an
ders begeerden dan grazige weiden.
Maar ik heb er u reeds iets van gezegd, en gij
zult het wel dadelijk begrepen hebben: er heerschte
overal een geweldige gisting. Het uitgeputte land, in
de eene richting medegesleept door de Russen, in een
andere door de Poolsche aristocratie, van beide kan
ten schier verpletterd, het land was in vollen op
stand en betreurde ten diepste zijn verloren onafhan
kelijkheid. De Ukraine was bezet door de Russische
troepen. Het opperhoofd der Moscovitische partij werd
overladen met gunstbewijzen en geschenken van den
Gzaarde aanvoerder der Poolsche partij had zich ver
sterkt in een stad en noodigde alle vrienden der vrij
heid uit, zich bij hem aan te sluiten.
Welken weg in te slaan?
liet waren moeielijke, zeer moeielijke tijden! Zelfs
de hardvochtigste werd tot tranen geroerd, en de
verstandigste koppen raakten het spoor bijster.
II.
Een onbekende reiziger.
Er waren gasten bij Danilo Teliabane. Het was
echter een treurige avond eu de bezoekers bleven
meest peinzend en zwijgend bijeen zitten. De liuisge-
nooten zeif liadden moeite om te glimlachen. Men
keek elkander meer aan dan dat men sprak. Het was
merkbaar, dat al die lieden door éénzelfden kommer
gekweld werden.
Van tijd tot tijd wendde men zich tot Andry Krouk
waren de muren van Tchiguirine er op berekend om
weerstand te bieden aan een bestorming? Waren de
verdedigers
krachtig
genoeg?
Als men de laatste
proclamatie van het opperhoofd nog eens las? Sommigen
hadden er nog geen kennis van genomen. Wist men
ook of er zich veel vrijwilligers aanboden?
Wordt vervolgd.
VÏÏM
BLAD
el Land van Hensden en Allena,
DE
OMMELERWAARD.
Advertentiën voor Duitschland worden alleen
aangenomen door het Advertentiebureau van ADOLF
STEINER te Hamburg.
DOOR
j