EENE PIANO.
in ie 40 morgen te Meeuwen.
Dc Notaris J. KERKHOVEN, te Werkendam,
Afloop van Aanbestedingen.
LAND- EN TUINBOUW.
Gemengd Nieuws.
MARKTBERICHTEN.
ADVERTENTIEN.
fatsoenlijke Dienstbode.
Te koop voorTwintigGuldem
86,80 aren
Ruim 8 Hectaren Weiland,
onder Meeuwen aan de
Sluis, in 4 perceelen, en de
kleinste helft van een per
ceel Weiland, genaamd „de
Lutterdijk'' onder Dron
gelen.
KERKNIEUWS.
GEDACHTEN.
lsraëlitiesche inboorlingen in de Transvaal.
WERKMANSLIED.
PUBLIEK YERHURENI
is voornemens op Donderday den 31 Juli
1884, des voormiddags ten 10 ure, op den
polder i,de Zalm,11 onder Wei ken dam, tegen
contante betaling,
PUBLIEK TE VERKOOPEN:
18 PAARDEN van verschillende jaren eri
haar.
6 172-jarige PAARDEN.
6 VEULENS.
18 hokkeling OSSEN.
6 VAARZEN.
1 DORSCHMACHÏNE.
1 MOESMAKER.
1 BOONENBREKER.
6 BOERENWAGENS.
5 KARREN.
6 PLOEGEN.
4 VIJFBALKSEEGDEN.
2 KOPPEL EEGDEN.
PAARDENTUIG.
2 KAFMOLENS.
2 ROLBLOKKEN.
Eenig MEUBILAIR, waaronder Veêren
Bed met toebehooren en hetgeen verder te
voorschijn zal worden gebracht.
Nadere inlichtingen zijn te bekomen bij
A. VAN VUGT, bouwman op genoemden
polder ude Zalmen ten kantore van den
Notaris.
nog wordt beweerd, belangrijk zal verhoogen, zal toeh niet meer,
ïooal» vroeger, worden ontkend. Nadat door de Staten van
Noordbrabant in bunne zoinerzitting van 1883 aan het heem
raadschap van Mark en Dintel eene bijdrage was verleend van
*/j in de kosten van de verbetering dier rivier en aanleg van
een nitwateringskanaal naar den Amer, werd door het heem
raadschap aan den Minister van Waterstaat, Handel en Nijver
heid verzocht een# gelijke bijdrage van het Rijk. Bij brief van
20 September 1883, opgenomen in de notulen van de najaars-
ritting der Staten van Noordbrabant van 1883, schrijft die
Minister: dat Zijne Eictllentie op grond vau bedenkingen in
eene nota, bij dien brief gevoegd, geen termen vond om de
uitvoering van dat plan te bevorderen. Eene dier bedenkingen
luidt woordelijk: «daarenboven zal de gemiddelde lage water
stand aan de plaats der uitmonding, zoo die thans al niet hooger
is dan in het tijdvak 18621870, indien eenmaal door de her
opening van het Oude Maasje, het Maaswater naar den Amer
afgeleid wordt, zoxdeb twijfel ekxige vebhooging ondeb-
«AAif.Zal dit aan de uitmonding het geval zijn, hoeveel te
meer zal zich die verhooging aan het Keizersveer doen gevoelen,
waar de lage ebben, die voor de uitwatering reeds nu onmis
baar zijn, nimmer zullen terugkeeren en uitwatering zonder
Stoomgemaal onmogelijk is. Tevens zal zonder het aauleggen
der bekadingen langs de rivier tot voorbij Drimrueien en langs
de Donge alle tot de hoogte van 2.64 plus A. P. een groot
gedeelte van den Biesbosch, dat met groote zorgen en belang
rijk# offers tot riet- en bieslanden is aangelegd, totaal verloren
zijn. Verhooging van den waterspiegel, hoe gering ook, werkt
reeds daarop en ook op de uitwatering van verschillende polders
nadeelig en wanneer bij vloed door het Spijkerboor 4.400.000 M3
van den Amer, volgens de memorie van toelichting, moeten
worden afgeleid om die langs het Steurgat, de Reugt, het Gat
van de Noorderklip en het Gat van Kampen op het Gat van dc Vis-
schen te brengen en door deze Kil als ebwater af te voeren, behalve
dat daarbij bij eb het afstroomende rivierwater komt, dat dan mede
voor een gedeelte door het Spijkerboor wor It afgevoerd,dan zal
die verhooging, welke volgens den Minister reeds aan de uit
monding van den Amer zal ontstaan, aldaar belangrijk zijn
en onberekenbare schade ten gevolge hebben. Boveudicn wordt
de stelling dat elke rivier haar eigen water moet afvoeren en
alle zijdelingsche aftappingen moeten vermeden worden, geheel
uit het oog verloren en tevens de ondervinding van de Nieuwe
Merwede, die eerst aan hare bestemming heeft beantwoord,
nadat langs den linkeroever in plaats van bekadingen, eene
bedijking is aangelegd.
Op pag. 6 der Memorie van Toelichting wordt verder door
de Regeering te kennen gegeven, dat des zomers in het gebrek
aan watsr in de polders bewesten Heusden door opzetting
van het kanaal kan worden voorzien. Waarschijnlijk zal dan
volgens den Minister het gedeelte kanaal boven Doeveren door
een schotbalksluisje afgezonderd moeten wofden, teneinde dit
gedeelte ten behoeve der landen met laag zomerpeil hooger te
kunnen opzetten. De Minister acht het derhalve nog slechts
onzeker, dat de hoog gelegen landen in den zomer gebrek aan
water zullen hebben eene onderstelling die zou blijken, ge
heel onjuist te zijn. Niet alleen zal een keersluisje in het
kanaal moeten worden gelegd, maar bovendien komt het ons
hoog noodzakelijk voor, dat zoo na mogelijk ter plaatse, waar
het Noorder Kanaal êen aanvang neemt in den Bandijk een
inlaatduiker worde daargesteld, om het vee van drinkwater te
voorzien.
Eindelijk vonden wij eene groote teleurstelling in de mede-
deeling der Regeering, dat als middel van commhnicatie
tusschen onze streek en de gemeente Heusden een stoomboot-
veer voldoende wordt geacht.
Wij verklaren niet te begrijpen, hoe hier van een voldoend
gemeenschapsmiddel sprake kan zijn, waar met een eeuwen
ouden toestand wordt gebroken; waar twee streken, die als 't
ware onafscheidelijk aan elkander zijn verbonden, worden van
een gerukt.
Door den aanleg van een stoombootveer, zal geheel het sehoone
N.W. deel van Noordbrabant, ter grootte van 20.000 H.A. met
zijne 21.000 inwoners gedoemd zijn tot een isolement. Wij
zullen verstoken blijven van het voordeel, dat de spoorweg
Zwaluwe's-Boseh ons breng.n kan; wij worden afgesneden
van de hoofdplaats van het kanton en beinoeielijkt in het be
reiken der Arrondissemeuts-Rechtbank te 's-Bosch, terwijl be
langen, in verband staande met landbouw en nijverheid, beide
landen in onafgebroken aanraking brengen. Neen! zelfs geen
vaste brug kan terruggeven, wat wij in onze onverbeterlijke
land-communicatie verliezen I
Eu wat zal de toekomst zijn van het grijze Heusden, wan
neer dit niet door eene brug aan Altena verbonden blijft? In
brochures en dagbladen is er op gewezen, dat die stad in dat
geval aan totale vernietiging wordt prijsgegeven: eene ver
oordeeling, welke zij toch waarlijk niet heeft verdiend.
Wat nu betreft de bewering des Ministers, dat de verkeers
beweging tusschen Gorinchein en Sleeuwijk grooter zou zijn,
dan die over den Maasdijk bij Heusden, deze is met grond
voor tegenspraak vatbaar wanneer men bedenkt, dat het ge
middeld verkeer bij Heusden, waar niet alleen de Maasdijk,
maar boveudien de provinciale weg over Geuderen, Eethen,
Meeuwen, Dussen en Almerk naar Werkendam wordt afge
sneden, volgens opzettelijk (in den winter) gedane opneming
gemiddeld per dag bedroeg 700 personen en 200 voertuigen. Blijk
baar echter heeft het finantiëel bezwaar op den voorgrond gestaan
en daartegen zij het ons veroorloofd aan uwe Vergadering de
vraag te onderwerpen of,dat bezwaar kan opwegen tegen het
onrecht, dat eene geheele landstreek zou worden aangedaan.
Het is op deze gronden, dat de ondergeteekenden zich met
vertrouwen tot uwe Kamer wenden met eerbiedig verzoek
dat uitvoering worde gegeven aan de bepalingen der wet
van 26 Januari 1883 (Staatsblad no. 4); dat te Heesbeen in
den Noorder Bandijk een duiker worde gemaakt en dat in de
oumiddelijke nabijheid van Heusden een vaste brug worde
aangelegd en alleen op deze voorwaarden het wetsontwerp aan
te nemen.
Meeuwen, 26 Juli 1884,
't Welk doende, enz.
(Volgen de onderteekeningen).
t EETHEN c. a., 25 Juli. Heden werd alhier in
het openbaar aanbesteed het jaarlijksch onderhoud
van schoollokalen en onderwijzerswoningen. Inge
schreven werd door H. Kleinloog voor 233, door
li. Haspels voor 272.25, door P. Smits 't Hooft
voor 265 en door J. van Wijnen voor 315,
allen te Genderen. Gegund aan den laagsten in
schrijver H. Kleinloog. Begrooting 240.
t DRONGELEN c. a., 25 Juli. De op heden ge-
houdeu aanbesteding van de jaarlijksche schoon
maak van het schoollokaal en het jaarlijksch onder
hond van schoollokaal en onderwijzerswoning had
tot uitslag dat is ingeschreven door H. Kleinloog
te Genderen voor 76, door B. Haspels te idem
voor 82, door P. Smits 't Hooft to idem voor
85 en door J. Treffers te Drongelen voor 130.
Gegund aan den laagsten inschrijver. Begr. 73.
Men schrpft uit den Bommelerwaard
Begunstigd door droog weêr is het hooi hier
meerendeels puik gewonneu, enkele boeren hebben
nog partijen in het veld, maar het meeste was
voor nat weêr thuis.
Al liet de opbreBgst iets te wenschen over, de
kwaliteit, ook van het lage land, is in jaren niet
goo geweest, een gevolg van dat hot in de laatste
jaren in het voorjaar op tijd droog was.
Van prijs hoort men nog niets; enkele partijen
oud hooi voor de pers is dezer dagen verkocht
tegen /9a lCP/s per 500 kilogram.
TILBURG, 23 Juli. De bijenteelt, die in 't be
gin van den zomer zeer slecht stond, is veel beter
geworden, zoodat een zeer voordeelig honigjaar te
wachten is. In de baronnie legt men zich vooral
op de jachthonig toe. Te Breda en 's Bosch wordt
die voor 16 en 18 ct. verkocht.
Nederl. Hekv. Gemeente.
Beroepen:
naar Enkhnizen, Kutsch Lojenga te Zwartewaal
Veldhoven, J. VV. Nijenhuis te Est bij Tiel; Leer
dam, E. J. Homoet te Putten; 's Graveland, J. G.
Klomp te Broek op Langendijk; Westbroek K. E.
van Griethnyzen te Sneek; St. Johannisga en Delf-
strahuizeu, P. Eringa te Wouterswoude; Bergum
(toez.) J. Helder te Wijnaldum; Groote Lindt en
Heer Ondelands-Ambacht, J. J. A. Ploos van Amstel
te Reitsum; Berg-Ambacht, A. Knol te Ter-Aar;
Cillaarshoek, ds. L. C. Terneden te Brakel.
Aangenomen .-
naar Weesp, J. G. Steenbeek te Ketel.
Bedankt
voor Hornhnizen, J. Gruno-Aldershoff te Zweeloo;
Oldemarkt, Van Noort te Eemnes-Binnen Renkom,
C. P. N. Pikaar te Ouwerschie.
Chr. Geref. Gemeente.
Bedankt .-
voor Aksel, P. Nieuwenhuis te Brielle; Vrooms-
hoop, A. van Apeldoorn J.Lz. te Holten.
Op 1 Juli waren 287 plaatsen bij de Ned. Herv.
kerk vacant, of 3 meer dan op 1 Januari 1.1. Slechts
17 candidaten zijn alsnog beroepbaar, waarbij 10
die blijkbaar geen plaats meer begeeren.
Sommigen ontwikkelen zich, zonder zich te ver
heffen anderen verheffen zich, zonder te ontwik
kelen. De eersten zijn schrander en nuttig; do
laatsten bekrompen en bijgeloovig.
Men moet d6 wereld nemen zoo als zij is, doch
daarbij er in en voor werken zooals men kan.
Moedeloosheid is een kanker, die velen doet ten
ondergaan.
Werk zoo lang het dag is, eer de nacht komt
waarin gij niet werken kunt.
Werken is een eerste plicht; werken met hart
en ziel, en daarbij met verstand.
Doldriftig onverstand heeft meuig goed denk
beeld, zelfs beginsel, voor een tijdlang doen be
graven.
Eiken dag de begrafenis van een millioenste
deel van de »ik-heid,« doet een Engel geboren
worden.
Er zijn menschen, die we terecht Engelen noe-
noemen; maar ook Duivelen. De eersten zijn waar
deering, neen bewoudering en navolging waard;
de laatsten zijn te beklagen en zoo mogelijk op
te heffen uit huu diepen val.
Dr. Isaac Gregory d'Arbulla, geneesheer van den
sultan van Zanzibar, die een tocht onderneemt
langs de oostkust van Afrika, maakt molding van
een belangrijke ontmoeting op zijn reis.
Op eeu plaats genaamd Chiloane, ongeveer 20
mijlen van Safala (alwaar volgens verschillende
geleerden het Ophir van Salomo en Hariin was),
had zich een groot aantal zwarte inboorlingen
ingescheept om te gaan werken in de goudmijnen
in de Transvaal. Toen dr. d'Arbella hen nauw
keurig beschouwde was hij getroffen door de Jood-
sche type waarvan hun gelaat de sporen droeg.
Hij deelde zijn indruk mede aan een reisgenoot,
een Dnitschen zendeling, die in deze landstreek
ongeveer drie jaar had gewoond. De zendeling gaf
als zijn gevoelen te kennen, dat dr. d'Arbelia's
mededeoling volkomen overeenstemde met zijn (des
zendelings) vermoeden, dat de zwarten uit deze
landstreken afstammelingen waren van do dienaren
van Salomo, die naar Ophir waren gezonden om
goud en edelgesteenten te halen. Hij werd in dit
gevoelen gesterkt, omdat de bewoners van Safala
en omstreken verschillende Mozaïsche voorschriften
in acht nemen. O. a. de besnijdenis, zij eten geen
onreine dieren en visschen en honden zelfs den
zevenden dag voor hun Sabbat. Een werk, ge
schreven door den heer Merensky, die aan het
hoofd der zendelingen staat, in de Transvaal, be
vestigt ten volle hetgeen hierboven is gezegd en
geeft voornamelijk de Amatonga's volksstammen
die in de goudopleverende streken wonon, aan, als
het meest de Joodsche type nabijkomende. De schrij
ver voegt er bij, dat bijna alle reizigers getroffen
werden door de gelijkenis tusschen deze Kaffers
en de Joden, en ter verduidelijking verklaart hij:
De dienaren van Salomo namen naar het zoo ver
afgelegen land Ophir Joodsche vrouwen met zich,
maar daar zij een gernimen tijd in dit »gondland«
vertoefden, kunueu we gerust aannemen, dat zij
ook met inlandsche vrouwen huwden. Hon afstam
melingen znllen zich, ook nadat de handel met
Ophir ophield, hebben vermengd met de Kaffers.»
Dezelfde schrijver geeft nog als zijn meening
aan, dat Safala, zeer waarschijnlijk is afgeleid
van het Hebreenwsche »Shefélah, een dal, en dat
de bergen welke dit dal omringen in het Arabisch
»Afurha« heeten, con woord dat met »Ophir« zeer
overeenstemt.
Een nader onderzoek vanwege do >Alliauce Is-
raélite Universelle» zou, naar het Weekblad voor
Israëlieten meent,misschien nog tot belangrijker
ontdekking leidon.
Ik ben gezond en werk met lust
Reeds van den vroegen morgen
En d' avond brengt mij zoete rust,
Do nacht geen bange zorgen.
Mijn arbeid dient als kapitaal,
Doet onbezorgd ons leven
Geen kleêrenpracht, geen pronk of praal
Werd ons ten deel gegeven.
Mijn vrouwtje, opgeruimd eu blij,
Zoo kloek vau hart eu ziunen,
Houdt ons van hangen kommer vrij,
En laat geen arraoê binnen.
Zij gunt aan ieder zijn geluk,
En houdt niet van bespieden;
Spreekt nimmer kwaad, en heeft het druk
Haar eigen hof te wieden.
De rustdag wordt met vreugd begroet,
Daar wij dien samen vieren
Zij maakt het mij dan thuis zoo zoet,
Dat ik niet denk aan zwiere».
De kindren zijn ons tot een vreugd
Nu leereu zij veel zaken,
Dan kunnen ze eens bij vlijt en deugd
Hun eigen weg wel maken.
Mijn huisje zeker is niet hoog,
En mist bordes en vanen
Maar keurig netjes, sterk en droog,
Weerstaat het zelfs orkanen.
Is een der buren in den nood,
Eu loopt hom alles tegen
Om troost en raad, om hulp en brood,
Klopt hij nooit oogelegen.
B.
Aan vrienden heb ik geen gebrek,
Bij armen niet en rijken
Zij doen vaak in een zoet gesprek
Den avond ras verstrijken.
De tafel druipt wel niet van vet,
Ik handel in geen schatten,
Maar kan, ook zonder donzen bed,
Den zoeten slaap dra vatten.
Wat zich laat gissen, in 't verschiet
Soms nog ligt opgesloten,
Verstoor mijn rust en vrede niet,
Dat gun ik aan de g r o o t e n.
Zoo blijven wij, bij deel en lot,
Op hooger zegen bouwen
En stellen op den goeden God
In alles ons vertrouwen.
Uit het Berlijnsche volksleven. Eeu kleine
Berlijnsche schooljongen uit een brave arbeiders
familie had geen A B-boek en verontschuldigde
zich al schreiend bij den meester daarover met
deze woorden: Vader heeft het uit mijn tasch ge
nomen en vergeten het er weder in te leggen.»
De onderwijzer: »Wat voert je vader dan uit
tnot jou leesboek?»
De jongen: »Hij leert er lezen uit.»
Onderwijzer: »Maar als hij daarvan nu niets be
grijpt?»
De jongen, nog altoos snikkend: »Dan vraagt
hij het mij
Do onderwijzer was ontwapend.
Een nieuwe reclame. Een practisch en, men
zal het ons toegeven, zeer origineel middel om
klanten te lokken, heeft een groot huis in manu
facturen te Chicago bedacht en in toepassing ge
bracht. Het heeft een zoogenaamd »Laucb Counter»
voor dames ingevoerd waaraan de koopster koffie,
gebak, taart en oestersoep om niet kan bekomen,
als zij voor een waarde van ten minste één dollar
koopen. Het buffet moot den ganschen dag druk
bezocht zijn.
'tWas al meer dan tijd; de diligence, die ge
reed stond te vertrekken, zat overvol met studen
ten, die naar hunne colleges te Oxford terugkeer
den. »Is er nog één plaats binnen?» vroeg op 't
laatste oogenblik een allerliefst meisje.
»Dat's iets moois!» riep er een.
»Een lieve deern!» zeide een ander.
Alleraardigst!» zuchtte een derde.
»Net vol, dame,» antwoordde de conducteur.
>Maar misschien toch nog wel plaats voor een
tje,» vleide de lieftallige vraagster, met een paar
onwedersfaanbare oogen.
Onmogelijk, dame! tenzij de heeren willen op
schikken.»
O, plaats genoeg,» werd er van binnen geroe
pen. »Wo kunnen 't best schikken.»
»Nu, als de heeren er niet tegen hebben, ik ook
niet,» zeide de conducteur, een zoo goedhartig man
als er maar op twee beeneu liep.
>Wij vinden het allen zeer goed,» riep men van
binnen.
>Best dan!» zeide de conducteur. De vracht
werd betaald, de conducteur opende het portier
en liet do trede neder.
»Kom, grootvader, stap maar in,sprak de jonge
dame tot een eerwaardigen grijsaard, »de vracht
is betaald; u kunt instappen en moogt den heeren
wel bedanken.»
Terwijl zij dit met een ondeugend lachje zeide,
hielp zij haar grootvader in de diligence.
»Maar dat is eene vergissing; ge zult ons dood
drukken,» klonk het op vrij wat veranderden toon
van binnen.
»A1 klaar! Voornit maar!» riep de conducteur
op 't zelfde oogenblik, en voort reed de diligence
met haar pleizierig gezelschap naar Oxford.
Japansch diner. Eeu uit Japan teruggekeerd
Engelsch reiziger heeft in een tijdschrift een zeer
belangrjjke schets gegeven van een gastmaal in een
Japansch huis. Aan zijn beschrijving ontleent men
de volgende bijzonderheden:
Midden op de tafel stonden op kleine schoteltjes
verschillende, den eetlust bevorderende spijzen, als
oranje's, amandelen, uoten, eieren, kaas, en van
welke ieder naar believen nam. Voor elk couvert
bevoud zich peper, zout, suiker eu soja. Ia deze
orde werden de schotels gediendschildpad, ge
kookte eenden, duivengehakt, soep van vogelnestjes,
lamsbout met groenten en bamboesknoppen, mos-
seleu, gekookte kreeften, gebakkeu visch, thee met
gebakjes, ham, schildpadsoep, gehakte eu gebraden
honden, gekookte ratten, macaroni soep, gebraden
zwarte ratten, gezouten visch, gebraden varkens-
vleescb, kip met groene groenten, lijst met pa-
stijtjes, ingemaakte meloenen-pitten, gemeste zeo-
kikvorschen, noten met ingemaakte betelbladen en
verschillende dranken. Daarenboven stond nog op
tafel een gedekte schotel, waarin men bij het begin
van den maaltijd een flosch wijn uitgestort had.
Hij bevatte zeevlooieu, die toen men bij het dessert
het deksel van den schotel oplichtte, geheel dronken
waren en kris en kras door elkander sprongen en
door de Japanners met een elpenbeeuen staafje
gevangen en daarop levend verorberd werden. Tot
sorvetteu diendon groote bruine stukken papier.
Christelijke liefde. Voorname dame: Maar
Elsa, lief kind, je zult toch die grasgroene appels
niet willon opeten? Zij zijn nog geheel onrijp. Er
zijn reeds tal van kinderen gestorven, die onrijp
ooft hadden geget en. Smijt ze weg, of liever, geeft
ze aan de kleine Theroes hierover, het meisje van
den houtklover.
Voor het postkantoor te Vlissingen staat een
brief, als onbestelbaar, met bet volgend adres:
»Aan Den Wed we Ant te gravonswert doen
een winkelik van snoep war in eeu manken vron.»
t Heusden, 26 Juli. De prijs der boter is 0.97, 1
a/1.02 per stuk van 6 ons. Eieren 3 a 3V2 ct. per stuk.
's-Bosck, 28 Juli. Op de heden Maandag gehouden
markt van vette kalveren waren aangevoerd 180
stuks.
De le kwaliteit gold van ƒ0 49 tot ƒ0,54,
2e kwaliteit van ƒ0.44 tot 0.49, 3e kwaliteit
van 0.40 tot 0.44 per Kilogram.
De handel was zeer levendig, zoodat al het aan
gevoerde spoedig was opgeruimd.
De prijs der boter was 1.30 a 1.60.
f Gorinchem, 28 Juli. Bij eeu aauvoer van onge-
reer 160 stuks vee, was de haudel heden weder
tamelijk vlug.
Prijzen: Eukele zware kalf koeien golden 260
a 325 mindere qoal. 180 a 230 dito vaar
zen 160 a 220.
Melkkoeien 170 a 250.
Vare koeien 180 a 230.
Vaarzen j 125 a 150.
Pinken 50 a 90.
Nuchtere kalveren 7 a 13.
Varkens, zware vette op levering 44 a 46 ct. p.
KG.; minder zware 40 a 42 ct. per KG.
Fokvar'iens van 6 a 8 weken 4.50 a 7.
per stnk.
De prijs der goêboter was 1.40 a 1.64 per
KG. der weiboter ƒ1.04 a ƒ1.14 per K.G.
Kipeieren golden 1.a 1.10 de 26 stnks.
Dienstbode.
Wordt gevraagd tegen 1 Aug. a.s. eene
Adres in persoon bij den Boekh. J. A. VIS
SER, Langendijk, Gorinchem.
wegens gebrek aan plaats,
Te bevragen bij den uitgever van dit blad.
De ondergeteekende, bij beschikking der Arron-
dissements-Rechtbank te 's-Her togenboseh be
noemd tot voorloopigen bewindvoerder over zijnen
vader AUGU8TINUS DE MANDT te Aalburg,
verzoekt de schuldeischers van genoemden AUGUS-
TINUS DE MANDT hunne pretentiën in te zen
den bij den Notaris P. H. VAN BAASBANK te
Heusden.
Aalburg, 24 Juli 1884.
JAN DE MANDT.
De Notaris VERBER-
NE te Dussen, zal te
Meeuwen bij Dirk Bonis,
opWoeosdagen 6 en 20 Augustus 1884,
telken dage voonniddags 10 ure, in het openbaar
BOUWLAND
MWLMT
De Notaris J. KERKHOVEN te Werken
dam, zal Zaterdag 2 Augustus 1884,
\s namiddags 6 uur, in het Rechthuis te Meeu
wen, voor den heer Z. D. J. W. Gulden, om
over het nog loopende seizoen te beweiden,
Aanwijzing doet G. SMITS te Meeuwen.