buitenland:
BINNENLAND,
verwonderen zoo het eigenbelang van vele
landbouwers en hunne liefde voor 't vee hen
drong tot de toepassing op hunne stallen,
opdat in geval van brand hun veestapel
gered worde.
Ook voor ons vee kan de.T. heilzaam
wezen. We behoeven op 't gebied van vee
teelt geen wonderen te werken om onze
buren vooruit te blijven. Ons vee is de roem
van 't land en de buitenlanders hebben han
den vol geld veil voor een uitmuntend fok-
dier. Die roem nu te bewareu is onze eerste
plicht. Veredeling van ons vee is en blijft
op 't programma. Ten onrechte neemt men
liet in landbouwstreken minder ernstig met
de veeteelt op. De tijd kan komen waarin
ons vee onze rijkste schat wordt, als 't ver-
loopen van 't getij noodzaakt de bakens te
verzetten. In Zeeland is en wordt reeds druk
gesproken over zuivelbereiding, die er in
vroeger jaren gedreven, doch sints lang ver
waarloosd is; de veefokkerij dient daaraan
echter vooraf te gaan.
Zietdaar een en ander ter toepassing. De
stof is op verre na niet uitgeput en laat
genoeg over tot onderlinge samenspreking
om te komen tot doortastend handelen.
Het bericht dat de geheele bemanning der «Ni-
sero« na een gevangenschap van tien maanden,
door den radja van Tenom in vrijheid is gesteld,
is ongetwijfeld zoo hier te lande als in Engeland
met vreugde vernomen.
Het gemeenschappelijk ultimatum der beide ko
loniale mogendheden heeft zijn doel dus volkomen
bereikt en een optreden van de gezamenlijke krijgs
macht. is overbodig geworden. Daar de, op eigen
verzoek en aanraden, afgetreden gouverneur van
Atjeh, de heer Lading Tobias, die met den heer
Maxwell de gevaarlijke reis naar Tenom heeft ge
maakt, die uitkomst heeft verkregen, heeft hij nieuwe
aanspraak op den dank der natie.
Tenom is van de zeezijde gedurende een groot
deel des jaars ongenaakbaar, en ook al ware het den
troepen gelukt er te landen en Tenom zelf te bezetten,
dan zouden de gevangenen kunnen zijn medegesleept
naar de binnenlanden, waar het uiterst moeilijk
ware geweest hen te vinden en te bevrijden, ge
zwegen nog van de mogelijkheid dat de radja, uit
wraak over de tuchtiging, hen op gruwelijke wijze
van het leven beroofde. De goede uitslag eener
expeditie ware dus zeer twijfelachtig geweest.
Vooral daarom is het zoozeer verblijdend, dat deze
treurige zaak op vredelievende wijze is beslecht.
In een staalfabriek bij Kotherham is een bak
met gesmolten metaal omgekanteld, waardoor zijn
inhoud stortte op een troep werklieden, die daar
bezig waren. Verscheidenen bleven als door een
wonder ongedeerd, maar zes werden zeer ernstig
gewond.
Twee treurige gevallen van roekeloos gebruik
van vuurwapenen worden bericht. Het eene had te
Little Malton, in het Eugelsche graafschap Sussex,
plaats. Een 22-jarig jonkman aldaar, die als vrij
williger in dienst getreden was, liet zijn geweer
aan zijn moeder zien, legde het wapen, niet wetende
dat het geladen was, schertsend op haar aan; het
ging af en de arme vrouw viel dood neder.
Het andere viel voor in een Hessisch plaatsje,
bij Laubach. Daar zaten in een bierhuis eenige jonge
studouteu vroolijk bijeen en zongen liederen. Ook
het bekende «Der gute KameracU kwam aan de
beurt en toen men aan den regel «Ein Kügel kam
gedogengekomen was, schoot een jonkman, die
aan een ander tafeltje zat, een pistool, dat hij bij
zich had, af in de richting van de zangers. Het
gevolg van zijn ruwe »grap« was dat een der stu-
het was die haar tot steun en bescherming mocht
strekken haar geheele leven lang.
0, waarom heeft dat niet zoo mogen zijn? En als
hij denkt dat dit alles, al zijn ellende en zijne ver
latenheid de schuld is van eene vrouw, en dat die
vrouw zijne moeder is, dan stijgt hem het bloed naar
het hoofd, zijn vuisten ballen zich krampachtig en zijn
hartstochtelijke natuur laat zich opnieuw gelden.
Al zijn opgekropt gevoel, al de smart van die laatste
oogenblikken, richten zich nu op haar die zijn leven
heeft verwoest. «Voort, voortklink er een stem
in zijn binnenste, «voort naar die vrouwen in zijne
gedachten ziet hij haar reeds met opgeheven hoofd en
uittartende blikkken, zooals hij haar dien laatsten
noodlottigen dag heeft gezien.
Het is hem, als hadde hij nooit liefde voor deze
vrouw gevoeld, de herinnering aan zijne gelukkige kin
derjaren, waarin zij toch de hoofdrol vervulde, gaat
verloren, zijn blik is verduisterd, zijn oordeel beneveld.
Eindelijk heeft hij het huis bereikt waarin hij zoo
vele jaren heeft doorgebracht. Snel doorloopt hij den
tuin, waar alles, de boomen, de bloemen, de welbe
kende paden, alles hem herinnert aan zijne wolken-
looze jeugd, waar alles hem toeroept: Paolo, heb
medelijden, wees u zelf, wees niet hard tegen uwe
moeder, die u toch bij al het leed, dat zij u berok
kende, ook zoo innig heeft liefgehad.
Maar Paolo blijft doof voor die stemmen der natuur
en treedt het huis binnen. De deur van het woon
vertrek staat aan en onbemerkt opent hij haar.
Daar in een hoek van de kamer zit eene oude
vrouw, geheel in 't zwart gekleed; de haren zijn wit
als sneeuw, de gestalte is vermagerd, de oogen staan
hol, het geheele wezen is een toonbeeld van kommer
en verdriet. Paolo kan zijne oogen niet vertrouwen.
Is dat zijse moeder? Is dat die trotsche vrouw,
die hem zijn geluk heeft ontnomen? Hij doet een
stap vooruit om haar beter te zien, en ziet daar slaat
te de oogen op, die oogen, die zich moegestaard
denten met een ernstige wond aan het hoofd in-
eenzakte.
Het blijkt uit officiëele stukken dat het beweerde
tekort van ruim 2500 pd. st. op de rei3-rekening
van de Transvaalsche deputatie een verzinsel is
van de pretmakende Engelsche bladen. Yan de 8300
pd. st. werden te Londen weder 2500 pd. terug
betaaldde werkelijke uitgaven waren 4,169,8,ÏO1/»
en het saldo in kas bij tehuiskomst 1,630,1 RD/g- j
Uit de specificatie der uitgaven blijkt, dat de heeren
zeer zuinig hebben gereisd.
De groote leerlooiersfabriek van de firma J. S.
Stocks Co., te Leeds, is Woensdag afgebrand.
De schade bedraagt 600.000.
Te Koenigshofen, bij Straatsburg, heeft mon dezer
dagen een groot grafteeken vau een Romeinsch
krijgsman opgegraven, dat afkomstig is uit het
tijdperk tusschen de jaren 9 en 43 onzer jaartelling.
Er werden daar tot dusverre vier dergelijke graf-
steenen gevonden; deze i3 de vijfde.
Als een treurig bewijs van partygeest, die de
Antwerpenaars bezielt, deelt het H. v. A. mede:
Een Brussolsche commis-voyageur kwam in een
der Antwerpsche magazijnen en vloog de deur uit;
de man ging daarna in een herberg en vloog ook
daar aan de deur maar nu zeide de commissi
onair die zijn goed droeg op zijn beurt: «Wat?
Zijtde gij van Brussel? Draag dan uw pak zelf.*
Bij het uitbreken der cholera te Cette viel het
spoedig op, dat er meer lijkstatiën, zelfs den ge-
heelen nacht door, in de straten elkander opvolgden
dan er sterfgevallen aangegeven waren.
Van die lijkwagens kwamen er velen van buiten
de stad. De politie, van deze buitengewone rouw-
plechtigheden in kennis gestold, stelde een onderzoek
in en het bleek nu dat men met een smokkelarij
van alcohol, zeep en andere belastbare waren te
doen had.
Het «Witte Huis,« het Paleis van den President
der Vereenigde Staten, wordt elk jaar in de zomer
maanden op nieuw iügericht, hetgeen jaarlijks on
geveer 20,000 dollars 50,000) kost. Meubelen,
tapijten enz., die hoogstens twee jaren gebruikt zijn,
worden dan aan uitdragers verkocht en door nieuwe
vervangen.
Te Shanghai, in China, wordt een boek gedrukt,
inhoudende het Ave Maria (Wees gegroet), in 340
talen.
HEUST)RN, 16 Sept.
t De begrooting dezer gemeente voor het jaar
1885 bedraagt in ontvangst 17,448.965, in
uitgaaf 17,421.35, zoodat het waarschijnlijk
batig saldo bedraagt 27.615.
Onder de inkomsten noemen wij enkele der
grootste posten, als
Batig saldo over 1883 1836.185 opcenten
op Rijks-belasting en 4/5 der personeele belasting
7,996.03 hoofdei, omslag 3000 opbrengst
vergunningsrecht 600; belasting op honden
200 marktgeld 300 havengeld 450
grondrenten 340 huur der lokalen aan kanton
gerecht, godshuizen en postkantoor ƒ900 op
brengst wallen 200.
Onder de uitgaven merken wij onder meer op
jaarwedden der gemeente-ambtenaren en beambten
3,018 aanleg en onderhoud van straten, riolen,
sluizen enz. ƒ1100; rente met aflossing van
1000 op de geldleening bij de godshuizen aan
gegaan 2800.
De bevolking zien wij genoteerd op 1999 in
woners. Eene nieuwe wereldburger, of vreemde
ling die zich hier komt verstigen, hopen we dat
spoedig het getal inwoners weder op 2000 zal
brengen, zooals dat vroeger was. Het getal in-
hebben naar den verloren zoon. Én nu, daar staat
hij voor haarMet een luiden kreet springt zij op
en reeds strekt zij de armen naar hem uit
maar Paolo blijft onbewegelijk staan.
De stemmen, die hem toeroepen Paolo wees
u zelf, heb medelijdenworden al luider ei)
luider, maar nog dringen zij niet tot hem door, hij
wil ze niet hooren. Moeder,zegt hij, »ik
kom niet om me met u te verzoenen; ge hebt mijn
levensgeluk verwoest, ge hebt maar reeds
bij zijn eerste woord is de arme vrouw aan zijne
voeten gezonken en snikkend roept ze uit
Paolo, mijn zoon, zie wat er van me geworden
is, zie wat kommer en verdriet van me gemaakt heb
ben en heb medelijden. O, al het leed dat ge door
mijn toedoen hebt gedragen is nog niets, vergeleken
bij het mijne, want gij hebt niet gekend, wat ik
dagelijks voel en wat mij het leven tot een hel maakt;
gij hebt geen schuld, Paolo! Gij kunt van u zelf
zeggen ik ben ongelukkig omdat het noodlot het
zoo gewild heeft, maar ik, ik ben rampzalig, want
ik ben schuldig.»
Bevend strekt ze de handen naar hem uit en
smeektMijn kind, heb medelijden, zeg dat ge mij
wilt vergeven, neem mij dien vreeselijken last van de
schouders en laat mij kunnen zeggen ik heb mijn
zoon weer gevonden!»
Goddank de stemm en der natuur hebben gezegevierd
over de booze hartstochten en Paolo ligt snikkend
aan zijn moeders borst. In dat oogenblik is alle wrok
vergeten en hij is w eder geheel het kind dat bij zijne
moeder troost en hulp zoekt. De liefde heeft over
wonnen en heeft hen hereenigd.
En zoo is 't ook gebleven. Te zamen hebben die
twee hun verder leven gesleten, elkander opbeurend
en troostend waar 't noodig was, een leven zonder
veel zonneschijn, maar ook zonder stormen.
Eugenia heeft Paolo nooit weergezien en hem steeds
als een doode betreurd.
woner? gaat niet achteruit eu al groeit het ook I
langzaam aan, toch vorderen we.
t Bij de op Donderdag 1.1. alhier gehouden
groote verkoop van vierjarig en driejarig waar
denhout waren de besteede prijzen veel hooger
dan men had durven verwachten. De gemiddelde
prijs van het vierjarig hout per hectare bedroeg j
niet minder dan 680.
t ZUILICHEM, 15 Sept. Met den aardappel-
handel gaat het hier tegenwoordig slap. Er is bijna
geen markt vanmen kan nauwelijks voor de
blauwen 2 maken, en de jammen 2,25. De
uitkomst is over 't algemeen slechts middelmatig
op sommige akkers zelfs slecht. De muizen hebben
ook veel schade aangericht.
De beetwortels staan beter te velde en zullen
een ruim beschot opleverendoor de meerdere
droogte zal het suikergehalte grooter zijn, dan
verleden jaar.
De knolrapen staan ook heel goedals de
muizen niet veel schade aanrichten, zullen er die
dit jaar ook overvloedig wezen.
t ALMKERK, 13 September. Door prachtig
weder begunstigd, had gisteren alhier plaats de
reeds vroeger aangekondigde tentoonstelling van
paarden en vee, met uitloving van premiën.
De volgende personen zijn bekroond
Met den eersten prijs de Wed. W. Straver
te Meeuwen, voor eenen bruinen hengst; H. van
Haaften te Almkerk, voor eenen stierB. Snoek
te Almkerk, voor een handelspaard van 46
jaren (bruine ruin)C. van Dijk te Dussen, voor
eene l1/2jarige bruine merrie; H. Donker te
Almkerk, voor eene 21/2jarige bruine merrie;
Z. Middelkoop te Almkerk, voor eene kalfdragende
koe; J. H. Stael te Dussen, voor eene vaars.
Met den tweeden prijs A. B. Snoek te Alm
kerk, voor eenen zwarten hengst; B. Pellekaan te
Woudrichem, voor eenen stier; Z. Middelkoop,
te Almkerk, (met het lot tegen J. H. Stael) voor
een handelspaard van 46 jaren (vos-ruin); de
Wed. W. Donker te Almkerk, voor eene la/2jarige
bruine merrie; D. Middelkoop Azn. te Almkerk,
voor eene 21/2jarige bruine merrie; B. Snoek
te Almkerk, voor eene kalfdragende koe; A.
Dekker te Almkerk, voor eene melkkoe; L. A.
Donker te Almkerk, voor eene vaars.
Met den derden prijsZ. L. van Herwijnen
te Almkerk, voor eenen zwarten hengst A. de
Man te Woudrichem (met het lot tegen H. Don
ker) voor eenen stier.
WAALWIJK, 13 Sept. Naar wij vernemen-
is de raadscommissie voor de trottoirs met haar
plan gereed en heeft hetzelve aan het collegie
van B. en W. overgelegd, dat er geheel zijn goed
keuring aan gehecht heeft. Wordt dit plan door
den raad goedgekeurd, dan krijgen wij dit jaar
waarschijnlijk nog trottoirs langs de zuidzijde
der straat.
Men gaat steeds voort met den aanvoer
van materieel voor de spoorwegbrug in den Baard-
wijkschen overlaat. Vijf spanningen, aan de zijde
van Druilen, is men bezig te leggen, en, naar het
zich laat aanzien, zullen er spoedig meerdere
volgen.
Door de ijverige en volhardende nasporin
gen der rijks-politie alhier en van de gemeente
politie te Bezooien is het gelukt A. de R. in
handen te krijgen, die verdacht wordt onlangs
een koe van W. B. te Bezooien gestolen te
hebben.
Hij is den afgeloopen nacht alhier gevankelijk
binnengebracht.
RAAMSDONKSVEER, 12 Sept. Een 4 jarig
meisje was, naar hare moeder meende, rustig in
een hoop met zand aan 't spelen, die naast het
huis lag. Stilletjes had de kleine echter eenige
krullen en wat lucifers machtig weten te worden
en het zoo geliefde spelletje //vuurtje stoken", be
gon. Ongelukkig vatten de kleertjes van 't meisje
weldra vuur en hoewel spoedig hulp toeschoot
en de vlammen in een oogwenk uitgedoofd waren,
verkeerde het kind in een deerniswaardigen toestand,
van de voeten tot de borst met brandwonden
overdekt. Tot nog toe schijnt er kans te bestaan
dat de kleine zal genezen.
t DALEM, 14 Sept. De eerste najaars-paarden-
markt, welke te Gorinchem jaarlijks daags vóór
de Brakelsche paardenmarkt gehouden wordt, zal
dit jaar aldaar op Woensdag 24 dezer gehouden
worden.
t De werkzaamheden aan den westelijken
Lingedijk zijn thans geëindigd, zoodat de passage
over dien dijk van Arkel tot Gorinchem eerst
daags weder zal geopend worden.
Door Z. M. is met 17 Sept. e.k., aan M. van
Hooff, op zijn verzoek, eervol ontslag verleend
als burgemeester van Hedikhuizen.
Door Z. M. is op zijn verzoek eervol ontslag
verleend aan den heer J. W. Koeken, als secreta
ris-penningmeester van het waterschap den Boven-
en Benedenpolder 's Lands van Ravestein, Noord-
Brabant, en zijn benoemdin het bestuur van
het waterschap het Laag Hemaal, Noord-Brabant,
tot voorzitter L. Bogaerts, en tot gecommitteerde
J. de Werd Az.tot heemraad van het waterschap
de Hooge Maasdijk van Stad en Lande van Heus-
den c. a., de heer C. van der Heyden.
DEN HAAG, 15 September.
Ten 1 nre wordt de vergadering door den heer
jhr. mr. J. F. F. van Eijsiuga geopend, die den
griffier doet voorlezen het kon. besluit, waarbij hij
benoemd wordt tot voorzitter van de Eerste Kamer
der Staten-Generaal gedurende de heden te openen
zitting.
De voorzitter benoemt eene commissie van acht
leden om de ministers, hoofden van ministeriëele
departementen, tot commissie benoemd om namens
den koning de zitting der Staten-Generaal te openen,
in- en uitgeleide te doen.
Deze commissie bestond uit de heeren Pijnappel,
Schimmelpenninck van der Oije, Merkes van Gendt,
Teding van Berkhout, van Eek, Verniers van der
Loeff, T. Mackay en van der Hoop.
De ministers, allen in costaum, hadden zich twee
aan twee in hofkoetsen, elke met vier paarden
bespannen en met een lakkei naast elk portier, van
het paleis naar de vergaderzaal begeven. De stoet
werd voorafgegaan en gesloten door piketten hu
zaren, zonder muziek.
De kamerheer-ceremoniemeester, de heer J. M. L.
van Bronkhorst, in eene andere hofkoets gezeten,
geleidde, in costuum, de ministers.
Deze door de commissie binnengeleid zijnde,
plaatst de kamerheer-ceremoniemeester zich ter zijde
van den troon, de ministers nemen plaats achter
de minister-tafel.
De heer Heemskerk, minister van binnenlandsche
zaken, tijdelijk voorzitter van den raad van ministers,
houdt de volgende aanspraak
«Wegens den rouw over het smartelijk verlies,
dat voor weinige maanden het koninklijke huis
trof, heeft de koning ons opgedragen Uwe verga
dering van zijnentwege te openen.
«Algemeen en onverdeeld was de deelneming
van het Nederlandsche volk bij het overlijden van
Z. K. H. den prins van Oranje.
«De betrekkingen des konings met de buiten-
landsche mogenheden bleven zeer vriendschap
pelijk.
«De vloot en het leger geven reden tot te
vredenheid.
«Tot nog toe bleef het vaderland behoed voor
cholera, die in dit jaar een gedeelte van Europa
teistert. De binnen het bereik der regering liggende
voorbehoedmiddelen worden aangewend.
«Deze zomer kenmerkte zich door een gezegenden
oogst en met tevredenheid mocht de landbouwer
deelnemen aan de internationale tentoonstelling,
die onlangs te Amsterdam op uitstekende wijze
ingericht, plaats had.
«De algemeene toestand in Nederlandsch Indië
is niet ongunstig; het ophouden van verwoestende
epidemiën en van de veeziekte op Java kan niet
anders dan oen heilzamen invloed hebben op de
welvaart der inwoners.
«Krachtige maatregelen werden genomen om in
Atjeh een staat van zaken te vestigen, die veroor
loven zal in het vervolg van de zee- en landmacht
minder zware diensten te vorderen dan tot dusver
met onbezweken moed en volharding door haar zijn
bewezen.
«De schepelingen, die in Tenom wederrechtelijk
werden gevangen gehouden, zijn in vrijheid gesteld.
«Het is te hopen dat de bijzondere omstandig
heden, die thans den landbouw in Suriname en den
koophandel in Curasao drukken, van voorbijgaanden
aard zullen zijn.
«In het aanstaande parlementaire jaar wachten
U, mijne heeren, belangrijke werkzaamheden.
«Eenige u bekende overeenkomsten met andere
mogendheden betreffende handel en internationaal
recht, vereischen nog uwe bekrachtiging.
«Het zal van u afhangen, door de behandeling
van onderscheidene aanhangige wetsontwerpen, de
invoering van het nieuwe wetboek van strafrecht
mogelijk te maken.
«Een wetsontwerp tot regeling van het algemeen
en bijzonder bestuur van den waterstaat zal u ver
moedelijk eerlang bereiken.
«De voorstellen tot herziening van de grondwet
zijn genoeg gevorderd, om te verwachten dat zij
weldra in behandeling komen.
«De toestand der geldmiddelen zal op uwe be
langstelling weder in ruime mate aanspraak maken,
zeker is het krediet van den staat wel gevestigd
en het tekort, in vergelijking van het vorige dienst
jaar, verminderd, maar de regeering meent niet
te mogen rusten in het stroven om door bezuini
ging binnen de grenzen der mogelijkheid eenerzijds
en door verbetering van middelen in Nederland en
Indië anderzijds, het noodige evenwicht tusschen
uitgaven en inkomsten te naderen en eindelijk te
bereiken.
«Intnsschen roepen wij in de allereerste plaats
uwe aandacht in op de onlangs ingediende wijziging
van een enkel artikel der grondwet, die om gelijke
reden als de aangenomene wet omtrent het regent
schap den voorrang boven andere werkzaamheden
verdient.
«Mogten de Staten-Generaal kunnen goedvinden
dit onderwerp binnenkort te behandelen, dan zou
de tijd voor de gewone najaarswerkzaamheden niet
behoeven te ontbreken.
«Welke intusschen ook de loop uwer gewichtige
beraadslagingen zij, wij hopen dat die onder Gods
zegen tot welzijn van het Vaderland zullen strekken.
«In naam des konings verklaren wij de verga
dering der Staten-Generaal te zijn geopend.
Den ministers wordt door de commissie uitgeleide
gedaan, waarna de vereenigde zitting wordt ge
sloten.
J.l. Zaterdag, den 70sten verjaardag van onzen
gevierden dichter Nicolaas Beets, was 's morgens ten
10 ure de groote zaal van «Tivoli* te Utrecht reeds
vol autoriteiten en geleerden en geletterden, uit alle
oorden opgekomen, om aan het feest ter zijner eere
deel te nemen.
Tegen kwart over elf werd de jubilaris onder de
toonen der muziek binnengeleid, door de commissie, en
begeleid door den Commissaris des Konings.
De heer Yan Lijnden opende de plechtigheid met'
een hartelijken welkorasgroetde heer De Vries hield
eene uitmuntende feestrede tot aanbieding van het
huldeblijk, zijnde een uitstekend fraaie marmeren buste
van Beets, door Stracké vervaardigd.
De heer Hubreeht wenschte geluk namens de Ne
derlandsche Regeering en overhandigde namens Z. M.
O D
Vereenigde zitting der beide Kamers tot opening
van de gewone Vergadering der Staten-Generaal.
Mijne Heeren