Keukenmeid I'. 6., Reizigers ofAgeuteu, VERKOOPEN: VEMKOOPEN: LAND- EN TUINBOUW. AANBESTEDINGEN. INGEZONDEN. Gemengd Nieuws. MA RKTBER IC FIT EN. AD VE LtTENTIEN. GEVRAAGD Thomas Leendert Kuijl, Verbeterde Opgaaf. GorinehemHeusden. Voorloopige Zomerdienst, Maandag 30 Maart 1885, Een HUIS en ERF, te Heus- den, op de Markt, letter O 73, kadaster sectie A, no. 197, groot 90 Centiaren. 2170.— Een HUIS, ERF, TUIN en BOOMGAARD te Andel, sectie A, nos. 289, 290 en 563, groot 1 hektare 17 are 17 centiare. Een perceel WEILAND, on der Giessen, sectie A, no. 187, groot 74 are 90 cen tiare. Een perceel WEILAND, on der Andel, sectie A, no. 273, groot 2 hektare 26 are 10 centiare. Een perceel BOUWLAND, onder Andel, sectie A, no. 362, groot 1 hektare, 52 are 60 centiare. is de uit de gevangenis te FTaarlem ontvluchtte voormalige makelaar G. Visser naar Engeland overgestoken. Vermomd ging hij te IJinuiden aan boord van eene boot. Men zal zich herinneren, dat in de maand Dec. 11. een groote kerkdiefstal te Bleijberg (Bel gië) heeft plaats gehad, zonder dat men tot heden de gestolen voorwerpen heeft kunnen ontdekken. Dit is thans gelukt aan den ijverigen wachtmees ter der brigade marechaussee te Maastricht, Engers. Deze heeft zich Dinsdag naar Bleijberg begeven en aan de Justitie van Verviers de plek aange wezen, waar alle ontvreemde gouden en zilveren kerksieraden in den grond verborgen waren, zijnde een met struiken beplante plaats ongeveer een half uur van Bleijberg. Zooals dezer dagen is medegedeeld, bevindt zich een der vermoedelijke daders van dezen diefstal in hechtenis te Maas tricht en zullen zijne verklaringen, voor den rechter-commissaris afgelegd, wel tot bovengemelde ontdekking hebben geleid. In het Meedemer-diep onder Muntendam is het lijkje van een pasgeboren kind gevonden. De wachtmeester-schrijver L. van het detachement 3e reg. veld-artillerie te Roermond, die tevens met den dienst van brievenbesteller belast was, heeft met achterlating van vrouw en kinderen zijn garnizoen sinds eenige dagen verlaten. Te den Helder zijn twee krankzinnigen aange komen, die uit het gesticht Meerenberg waren ontsnapt. Zij waren langs de kust naar Den Helder gewandeld. KERKNIEUWS. ■f- Door het bestuur van den Calamitensen pol- dor Scherpenisse zal worden overgegaan tot de aanbesteding van het onderhoud, herstel en vor- nieuwing der aarden-, kram-, rijs- en steenglooi- ingswerken van dat watorschap. Raming 12,000. bleef niet zonder uitwerking en het is een van J Dieffjnbach's grootste triumphen geweest, dat hij der dame met het doodshoofd niet enkel eeu kunst- matigen neus heeft gegeven, maar ook de overige mismaakthedon van het gelaat zoodanig wist te wijzigen, dat de ongelukkige zich weder onder hare medemenschen kon bewegen, ongesluierd schouw burgen bezocht en Berlijn met het vroolijk bewustzijn verliet, door hare energie den chirurg tot een ope ratie gedrongen te hebben, die hij aanvankelijk voor onmogelijk hield en waarvan het welslagen hem een kostelijke belooning toescheen. m Mevrouw de Wed. VERHAGEN'—Tie4 rens, te H e u s d e n vraagt tegen 1 Mei eene fatsoenlijke boven 25 jaar, die goed koken en werke i kan en van goede getuigen is voorzien. voor alle plaatsen tegen zeer hooge Provisie die HH. Broodbakkers bezoeken, voorden verkoop van een NIEUW ARTIKEL, dat zeer gewild is. Zonder de beste referentiën onnoodig zich aan te melden. Fr. Br. Letter V, aan den Boekh. J. KRAAN, Lange Niezel, Amsterdam. Bij beschikking van den Hoogen Raad der Nederlanden van 12 Maart 1885, goedgekeurd bij 's Ko- nings Besluit van 18 Maart 1885, no. 20, zijn aan den Heer wonende te OUDHEUSDEN, verleend Brieven van meerderjarigverklaring, hem gevende al de rechten, bij de wet aan meer derjarigen toegekend, behoudens de bepaling van art. 178 van het Burgerlijk Wetboek. 's-Gravenhage, 23 Maart 1885. De advocaat en procureur bij den Hoo gen Raad der Nederlanden, Mr. GERARD VAN ROSSEM. Stoombootreederij L. de Beer Co. Do Notaris A. P. BOLSIUS te 's-Bosch, zal op voormiddags elf uur, te Heusden in het Koffijhuis i/De Koornbeurs/ finaal Gehoogd met f 100.staande alzoo op Te aanvaarden bij betaling der koopsom, 15 Mei 1885. Grondlasten van af 1 Januarij 1885, ad f 6.86. Bij Me.jufvrouw SASSEN is de sleutel te bevragen tot bezichtiging van het huis. Do Notaris VAN MOOCK te Woudri- chem zal, krachtens art. 1223 B. W., ten herherge van Antonie van Andel Govert- zoon te Andel, WOENSDAGEN 1 en 15 APRIL 1SS5, voormiddags 10 uur, EERSTE KOOP. TWEEDE KOOP. DERDE KOOP. VIERDE KOOP. t HEUSDEN, 24 Maart. Het voornemen tot op richting eener vereeniging tot veredeling ran hot paardenras in Hensden en zijne omstreken, die zich meer speciaal ten doel zou stellen de aauschaffiug van een of meer deugdelijke dekhengsten, i3 reeds spoedig tot werkelijkheid gebracht. Reeds toch is het aantal personen, dat als aandeelhouder wil me dewerken, zoover geklommen dat de vereeniging als gevestigd kan beschouwd en tot aankoop van een dekhengst zou kunnen besloten worden. Een reglement is vastgesteld en een bestuur ge kozen, bestaande uit do volgende leden: P. L. IIou- coop, voorzitter, P. F. Michels, A. Straver Jz. en J. van Bokhoven, commissarissen, L. J. Voerman, secr.-penningm. Voorts is bepaald dat de aan te schaffen hengst zal worden gesteld bij den landbou wer K. Buijs te Herpt, die do daaraan verbonden verplichtingen op zich wil nomen. De voordeden aan het lidmaatschap toegekend zijn van dien aard, dat wij vertrouwen, dat menig een zich nog zal aanmelden om als lid toe te treden, zoodra hij met het reglement zal kebben kennis gemaakt. Hoewel wij hierboven mededeelden dat het aan vankelijk succes bevredigend kon heeten, toch zou eene vermeerdering van aandeelhouders gewenscht zijn, om, zoo dat noodig mocht zijn, zich zuinigheids halve niet den aankoop van de keur te behoeven te ontzeggen; maar ook, om zoo noodig een tweede hengst te kunnen aanschaffen, waardoor nog meer aan het inzicht van een ieder kan worden tegemoet gekomen. Wanneer men in Maart of later erwten zoo dicht mogelijk zaait en de jonge stengels, zoodra zij ruim 1 decimeter hoog zijn, afsnijdt, kan men deze, vol gons de »Zwolsche Ct.«, als eene smakelijke groente eten. Zij moeten dan op dezelfde wijze als spinazie worden toebereid. In den winter en het voorjaar zaait men de erwten in bakjes, die men op eene warme plaats neerzet. Hoe dnnner de jonge stengel tjes zijn, hoe beter zij ook kunnen worden gaar gekookt. Als bewijs dat de ajuinteelt op hot eiland Tolen van vrij groot belang is kan dienen, dat in de ha ven der gemeente Sint-Maartensdijk ingeladen zijn 34,094 Hectoliters ajuin van de teelt van 1884. De opbrengst hiervan beliep 54,291.70; het welk een gemiddeld bedrag van ongeveer 1.60 per Hectoliter oplevert. Men schat de nog in den om trek voorhanden zijnde onverkochte ajuin op 2000 Hectoliter. Nederl. Herv. Gemeente. Aangenomen naar Werkendam, door Ds. J. J. van Noort, te Eemnes-binnen. Bedankt voor Dedemsvaart, Ds. Van den Berg, te Well. Eerstdaags zal de aanbesteding plaatsheb ben van het onderhoud, gedurende 1885/86, van de zeewerken aan den Calamitensen Burgh- en Westlandpolder. t 22 April. Het onderhoud en herstel der werken aan den Hoek van Holland, van 1 Mei 1885 tot en met 30 April 1886. Raming 188,600. Aanwijzing 16 April. SCHOOLMEESTER c BANGMAKER. Schoolmeesters schijnen altijd goed genoeg te zijn geacht, om voor «duivelstoejager» te spjlen. Eeuwen geleden werd hun prestige reeds als bangmaker misbruikt, om de kwajon gens in toom te houden. Ziehier als een staaltje daarvan een voorbeeld uit velen. Het is uit 1655, en vervat in het navolgende «Reglement voor de Nederduytsche scholen binnen de stadt Goes. Capittel iii i. Sullen de schoolmeesters sorge draghen, dat de kinderen reynelyk gewasschen in eerbaarhevt ter schooien komen eu wedsrom naer huys toegaen, sonder haer te verloo- pen in de schooien of daer buyten, als zij ter schooien konen of naer huys gaen, in 't misbruiken van des Heeren heylighen name, in vloecken. sweren, lasteren, ontuchtich spreken, stelen, dobbelen, caertspelen, dat zij ooc malcanderen niet slaen, by- pamen geven, haer ofte hare ouders ofte vrienden faulten onderlynge verwijtende, ooc geen bynamen gebruicken omtrent de schoolmeesters, by welcke sy te vooren mochten ter school gegaen hebben eu voorts haer wachten eenixe andere onge- regeltheyt, oneerbaerheyt, ontuchtigheyt, en dertelheyt met te loopen tyeren, spelen, gebaren, vechten ofte roupen en soo voorts, iets tegen de zedicheyt en godsalicheyt strijdende te pleghen, maar ter contrarien sullen vooral bevlytighen om de kinderen in de vreese des Heeren en goede manieren, soo bin nen als buiten de schooien, te ouderhonden en dat zij haer ouders, magistraat, predicanten, meesters en alle eerlijcke luyden, bysouder die in of&tie in den Staet sijn, behoorlycke eere en respect bewijzen, waerin de schoolmeesters haer met eeu gosd exempel sullen voorgaan en voorts eenige van de bequaemste harer discipulen bij geoeurte stellen, die op de voornaemste zeden der schoolkinderen sullen regeard nemen.» Wat dunkt u Zijn bij dit recept vergeleken de aanschrijvingen der ge meentebesturen van de Hoofdstad, Utrecht, de Residentie, Leeuwarden e. t. q. geene peulschilletjes. Allicht zou meu kunnen meenen, dat we ons aan overdrijving schuldig maakten, door een enkel geval in een bijzonder gewest als regel te willen doen doorgaan. Het tegendeel echter is waar. Ten bewijze daarvan het navolgende In de school-ord re ten platten lande van Utrecht van May 1654 ende van woor 1 tot woord geronoveert 24 Maart 1674". l.;est men in art. 21 «De Meester zal ook daarop wel letten, dat de kinderen in én buyten de schoole, het vloeken ende zweem afwennen, dat se na huys gaende, goede manieren houden, dat se in sulken ordere als sij in schoole sitten, uyt de school gaan, dat se bnyten de schoole niet en loo pen spelen, roepen, ende vechten." De schoolmeester morst „sijne scholieren met alle neerstigheid aanporren tot err- dinge, die sij hare overheid, predikanten, leeraars en meesters, ouders, mombers ende andere eerlijcke luyden schuldig zijn en tot bohoorlijcke ecrbiedigli i l jegens eerlijcke luyden." Hij inoest zes dagen in de week schoolhouden en den kin deren twee halve speeldagen in de week geven, «tot sulke dagen als de schoolarchen best geraden vinden en den kinderen verbieden sulke spelen, die met mis'oruyck van het lot, met peryekel van hasr selven, ende andere Invden, hare glasen, hnyzen, mitsgaders geldqnistinge zijn vermengt, noch te gaan swemmen op periculeuse plaatsen, ende tot dien eynde nota- tores stellen, die op hare medediscipulen letten, opteekenen, ende den schoolmeester aandienen-" De ordonnantie op de scholen in Gelderland, ten platten lande, van 3 Juni 1681, bevat in art. 14 de bepalingen die hier volgen „De schoolmeesters sullen ook sorgh dragen, dat de school kinderen haer niet komen te verlopen, off in de school off in het huys gaen, in 't misbruyek van des Heeren heylige naem, in vloeken, zweren, lasteren, ontugtigh spieken, stelen, liegen, dobbelen, kaart-spvlen, dat se malkanderen niet slaen, bijnaem geven, haer of hare ouderen of vrinden fouten onderling niet en verwijten, off eenige andere ongeregeltheyt, met tieren, roepen en andere gebeerden tegen de sedigheyt en Godtsalig- heydt strijdende, en plegen. Art. 15. Sullen ter contrairie haer beneerstigen om dekijn- deren in alle goede manieren buyten en binnen de school te onderhouden, en haar inscherpen behoorlijke eere en respect aan alle eerlycke luyden waerin de schoolmeesters haer met een behoorlyck exempel sullen voorgaen." Nu nog eens Wat dunkt u Die „goede" oude tijd, niet waar? wordt, helaas! nog maar al te zeer door den tegenwoordigen tijd bestendigd of voortge zet. Treurig verschijnsel, voorwaar We meenden... ja, wat meer is, we zeggen stellig recht te hebben om te mogen aannemen, dat gezonde begrippen over paedagogie, in dagen waarin men zelfs van „Christelijke" pae- dagogie hoort spreken, ten minste in die mate zouden zijn doorgedrongen bij gewestelijke en gemeente-autoriteiten, dat zij niet zouden toonen onbekend te zijn of ignoreert men't? dat het een eerste eisch voor de schoolgaande kinderen is dat hij, hun meester en opvoeder, geen boeman voor hen zij, maar hun beste vriend enmen wil hem, nota bene 1 pro- moveeren tot politie-agent of diens aanvulsel PRONO. DE DAME MET HET DOODSHOOFD. Het was ia oen stormachtigon herfstnacht van het jaar 1840, dus vertelt »Schorer's Familiöublatt,* dat de oppasser van den beroemden chirnrg Dief fenbach te Berlijn, eene gesluierde dame in het stu deervertrek van zijn meester liet binnentreden de man staarde hoofdschuddend de groote, rijzige ge- daaute aan, die eene hem onbekende spraak sta melde en haar naam niet noemde. Het was wel is waar midden in den nacht, maar de menschlievende operateur was steeds bereid on- gelukkigen bij tu staan en hij kwam dan ook on middellijk en vroeg wat de dame wenschte. Hetgeen thans volgde wordt het best door de eigen woorden van Dieffenbach teruggegeven, die het merkwaardige voorval in het vierde stuk zijner operatieve chirurgie beschrijft Zwijgend stond de zwartgesluierde gedaante voor mijangstig keek zij om zich heen en toen sloeg zij den sluier op. Ik heb in mijn leven veel verschrikkelijks gezien, maar thans deinsde ik met ontzetting terug, want een doodshoofd, golijk ik dat nog nimmer op een. menschelijk lichaam had go- zien, stond voor mij en grijnsde mij op afschuwe lijke wijze aan. De beenderen van het gelaat werden slechts spaarzaam door eene dunne roode huid overdekt en in hot midden er van was eene opening, waar door men wel drie vingers kon steken men zag door die opening heen onmiddellijk tong en keel, daar het geheolo verhemelte en de huig ontbraken en uit die afgrijselijke holte kwam de tong bij het spreken telkens te voorschijn de onderste oogle den waren omgekruld en gaveu de roode binnen zijde te aanschouwen, terwijl van de bovenkaak slechts eene kleine en tandelooze strook voorhan den was. Rondom de opening bevouden zich overal dunne, vuurroodo lidteekens, terwijl een rood lid- teeken in het beenweefsel tusschen de wenkbrau wen door zich tot het voorhoofd eu de haren uitstrekte.* Dieffenbach was ontsteld en ontroerd, toen hij, de anders zoo kalme en bedaarde man, in het holle van den nacht tegenover deze ongelukkige, zonder spraak en zonder neus, stond; uit de opening van het gelaat stegen slechts sissende, ongearticuleerde tonen op. De kundige man begreep echter onmid- dolijk wat de ongelukkige verlangde, toon zij, die zich slechts door gebaren verstaaubaar kon maken en bovendien slechts Poolsch verstond, met den vinger naar zijn neus wees. Het gelukte Dieffenbach ten slotte om de arme vrouw aan het verstand te brengen dat het doen eener operatie geheel onmogelijk was en dat hij haar geeu anderen raad kon geven dan een masker te dragen; hij bracht eeu vreeseljjken nacht door, doordien het gelaat der ongelukkige hem steed3 voor oogen zweefde. Den volgenden dag moest hij te Weenen eene operatie verrichten, maar nauwelijks was hij in die stad aangekomen, of de dame met doodshoofd stond weder voor hem; als eene schim was zij hem in zijn hotel gevolgd. Het medelijden van den grooten chirnrg was ten zeerste opgewekt; hij ging naar den beroemden dentist Carabelli en wist dezen er toe over te halen om voor de ongelukkige een kunstmatig gebit en gehemelte te maken, waardoor het eten vergemak kelijkt en de spraak duidelijker werd. De vrouw bleef echter aauhnud.m zij volgde- Dieffenbach weder naar Berlijn en bad en smeekte/ hem op de roerendste wijze om haar door middel det kunst eeu nens to verschaffen dit beroep op do wetenschappelijke eerzucht van den operateur Dit is de feitelijke grondslag van al de akelige fabelen over de dame met het doodshoofd die, velé jaren achtereen, in de dagbladpers de ronde deden Dieffjnbach's patien'e was een achttienjarige dame uit eene Poolsche adelijke familie ea een klierziekte had haar reeds op zeer jeugdigen leeftijd zoo af*: schuwelijk verminkt. Na Dieffenbach's dood kwam in het jaar 1847 eene dame met het doodshoofd te voorschijn, die in Rusland niet enkel opzien verwekte door* dien zij prachtig zong, maar nok omdat zij steedA gemaskerd het tooneol betradze was dan ook/ onder den naam »la mascherata* bekend. Niemand: wist wie zij was, maar men vertelde dat zij de spruit eener oud-adelijke familie was of zij de door Dieffenbach geopereerde Poolsche is geweest, is nooit uitgemaakt. Nooit voldaan! Luitenant. >0, lieve dame,, één kus van uwe schoone lippen en dau Jonge dame (angstig). »Nu wat dau?« Luitenant. »Nog één.* Rechter. «Dus ge hebt nwe ouders verloren. Hebt ge broérs of zusters Gevangene. »Een broer.* Rechter. »Wat doet die?* Gevangene. »Studeeren!« Rechter, »Dan zal hij zorg en droefheid genoeg' hebben over jou, die reels vijfmaal voor stelen veroordeeld zij t. Wat bestudeort hij Gevangene. Hij bestudeert een nieuwe inbrekers- methode. Josia Benson, een groot koopman, nam een neef in zijn zaak op, die eenigzins zwak van vermogens was. Op zekeren dag komt neef zich bij zijn oom beklagen over Jones, de eerste klerk. »Wat denkt u oom dat hij tegen iedereen van mij zegt?* »Ik heb er geen idéé van.* Hij vertelt een ieder dat ik gek ben.* »Ik zal hem spreken,* antwoordde Benson, »en zeggen dat hij zich voortaan wachten moot; want hij hoeft het recht niet om over de gehei-. men van mijn zaak te spreken Wederkeerige aangename gewaarwording. Rei ziger. Mijnheer, veroorloof mij u mijn monsters te laten zien.* Koopman. Gij doet beter het te laten mijnheer, weet dat ge reeds de 52ste van daag zijt en liet ik het niet uit persoonlijke vriendschap, dan zou ik je reeds lang uit mijn winkel gesmeten hebben.* Het hoogste cijfer. Eene oude vrouw, die de wekelijksche sterftabellen had gelezen, dacht dat »Totaal« eene verschikkolijko, kwaadaardige ziekte moest zijn, omdat er meer aan stierven dan al de ove rige te zamen. i i i ui—»— Vagebondentrots. Nu kan ik wederom duide lijk zion, hoe goed het is, dat mijn vader mij zulk een opvoeding gegeven heeft, dat ik niet zoo als do timmerlieden en metselaars daarginds in 't zweet mijns aangezichts mijn brood moot ver-, 1 dieneu. Aangenaam vooruitzicht. Kleine Frits (tot zijn vader, die in de herberg zit). Vader, moeder vraagt of u spoedig thuis wil komen, zij wacht all een nar met den stok. - Wf Beknopte correspondentie. De apotheker X. te L. schrijft aan een bediende, dien hij wenscht te engageeren >Ik neom u in mijn dienst. Salaris 150 galden 'sjaars, vrije kost, kamer op de vijfde ver dieping.* De bediende antwoordt per keerende pist: »Dank u, kamer te hoog, salaris te laag.* Het een voor hot andere. A. Zeg eens, amice, leen me een rijksdaalder; ik moet mijn horloge in: den lomberd brengen. B. Maar daar heb je toch geen geld voor noodig. A. Zeker, ik moet het eerst bij den horlogema ker halen. Onderscheid. Rechter van instructie. Hoe ver is de herberg van uwe woning verwijderd? In hoe veel tijd logt ge dien weg af? Getuige. Ja, mijnheer de rechter, dat hangt er van af of ik er hoen ga of er van terugkom. Merkwaardig. Nooit waren de straten zoo lijn-// recht als thans en toch ziet men juist iu onze da-/ gen zoo zelden iemaud den rechten weg gaan. Eigenaardig verlangen. Mozes Lzig (die me zijne vrouw eene voorstelling in de menagerie bij* woont). Zeg eens, mijnheer do directeur, dat bees ten-temmen is wel zeer moeielijk Beestentemmer. Toch niet, ons gansch ge-hein® ligt in de oogen. Met dezen blik (Meier scherp aan-./ ziende), maak ik het meest weerspanuigo karakter tam. Itzig (tot zijne ega). Dat is toch zeer merkwaar* dig, Saartje och, mijnheer de directeur, kijk zoq mijn vrouw ook eens aan. t Bussen, 26 Maart. Op de heden alhier gehouf den botermarkt werden aangevoerd 285 kilo boter] Zij gold van ƒ0.88 tot ƒ1.13. t Dordrecht, 27 Maart. Grasboter, stukken: a tonnen fa Kunstboter 0.45 a 0.36. Hooiboter 0.60 a f 0.42. ton nen ƒ10.a ƒ9.Weiboter ƒ0.40 a ƒ0.36 Eioren 3.80 a 3.25 per 100. t;- In correspondentie en rechtstreeks verkeer met de Stoombootreederij Pop Smit Co. aanvangende 28 Maart 1885. Van Ileusden naar Gorinehem. Maandag: voorm. 2.30, c.a. 4.30, 6.30, 8 u. en um. c.a. 1.30 en 3.u. (In corresp. vin. 4.30, 6.30, 10 u. en um. 4.45 naar Rotterdam.) Overige dagen: voormiddag 5.30 en namiddag 1.15. (In corres pondentie voormiddag 7.30 en namiddag 3 uar naar Rotterdam.) Zondags, voormiddag 8 en namiddag 1.15 uur. Van Gorinehem naar Ileusden. Maandag: voorm. c.a. 4.30, 6.30 en 11.30 u., nam. 1, 3.30 cn 5 n. na aankomst der boot van 9.15 vm. en 2 uurnm. uit Rotterdam. Overige dagen: voorm. circa 9 unr en nam. 5 uur, na aankomst der boot van 6 en 2 u. nit Rotterdam.

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Nieuwsblad het land van Heusden en Altena de Langstraat en de Bommelerwaard | 1885 | | pagina 3