Biiitenlandsch Overzicht. BINNENLAND. Brieven uit de Residentie. We hebben gedaan wat onze vaderen ver zuimd hebben: we hebben den Indiër als mensch behandeld en uit den slaven-toe- stand verheven. Het spreekt van zelf dat we daardoor in zeker opzicht in ongelegenheid komen. Na zooveel getrokken te hebben, zijn we gaan leven boven onzen stand, we hebben een staats inrichting zoo weelderig als men zich denken kan en nu de koe ophoudt melk te geven, moeten we ons spenen van vele gemakken, of meer belasting betalen. Dat is de schaduwzijde, maar ze mag ons niet verleiden tot berouw over 't geen we in Indie veranderd en verbeterd hebben- We zullen na jaren in 't goede spoor komen, doch de tijd van overgang, waarin we ver- keeren, is de slimste- En om nu niet meer in de verleiding te vallen van weer de oogen naar Indie te slaan en van Java ondersteuning te vragen, heeft onze ver tegenwoordiging wijselijk begrepen onze financieële verhouding bij de wet te regelen en voortaan die verhouding op het geschre ven recht te grondvesten. Nederland neemt daarmede op zich de plichten als Souverein naar eisch te vervullen en heeft daarvoor aanspraak op een vergoeding van vier raillioen 'sjaars. Daarmede komen we in een vast spoor en eenmaal dien weg op, kunnen we nog veel goedmaken, wat ginds jaren misdaan en verwaarloosd is. Bijzondere moeilijk heden staan er niet in den wegIndie geeft tegenwoordig geen batige saldo's meer, want behalve ons ontwaakt rechtvaardig heidsgevoel is daar nog de oorlog met Atjeh, die wel zorgt dat er niets meer te deelen valt De dood van Victor Hugo, den grootsten dich ter en strijder voor do zaak van raenscholijkheid en vrijheid van de laatste helft van de negentiende eenw, hoewel geen staatkundige gebeurtenis, is toch de gewichtigste van deze dagen. Den invloed te meten, door dezen grooten geest op zijne tijd- genooten uitgeoefend, zal wel niemand vermogen. Dit is zeker dat hij bijzonder groot is geweest- De grootste vijand van kerkelijke instellingen en van oorlogen was Hugo. Nooit heeft hij de hand willen leeuen tot daden van geweld. Toen de vorige Fransche republiek werd bedreigd door do monsterachtige plannen van Bonaparte, hadden eenigo republikeinen dat ontdekt. Zij stelden aan de leden van het bewind der republiek voor, Bo naparte als hoogverrader op te lichten en dood te schieten. Victor Hugo was de man die dat wei gerde. Hij wilde part noch deel hebben aan eene daad welke de republiek moest redden ten koste van een moord. Nu, men weet het, Bonaparte slaagde er in de republiek te vermoorden. Victor Hugo zelf werd in ballingschap gezonden. Maar hij greep naar de pen, en in een verpletterend geschrift Napoléon le pot.itstelde hij al de eerloosheid van den overweldiger in het licht. Hij strooide het zaad waarvan Frankrijk thans do vruchten plukt. Te verwonderen is het niet dat aan dezen held des vredes door het Fransche volk eene nationale hulde bij zijne begrafenis zal worden gebracht. Het is treurig dat op ditzelfde oogeublik Parjjs het tooneel van bloedige worsteling is geworden. Zondagmiudag hadden namelijk do Communards zich vereenigd op het kerkhof Père La Chaise om de verjaring der «bloedige week« (de onderdruk king der Commuue) te gedenken. Er werden woeste toespraken gehouden en weldra ontstond door het ophouden van eene roode vlag eene botsing met de politie, die zoo hoog liep dat po litie en soldaten weldra mot sabel en bajonet aan vielen op de menigte welke een regen van steenen op de bewakers der orde slingerde. Natuurlijk behielden de laatsten het veld, doch er waren een aantal gekwetsten aan beide zijden en in een groot deel van Parijs is de opgewondenheid sterk. Terwijl Sibylle zich dikwijls den halven dag moe derziel alleen in de huivering-wekkende kloof van den Anio, ophield, die zij even goed kende als de zuilen gangen van het vaderlijk huis en onbevreesd door drong in de door booze geesten bewoonde grotten en holen, doorkruissen de benden der jeugdige gen darmen en roovers de heerlijke wildernissen van den nabijgelegen Catillus, 1) legden zich in de bergklooven of in het kreupelhout of de ruïnen van de oud-Ro- meinsche landhuizen in hinderlaag, sprongen te voor schijn en vielen op elkander aan, slagen leverend waarin heldendaden verricht werden. Dikwijls hoorde Sibylle het woeste gejubel dat in de diepte tot haar doordrong, maar zij gevoelde zich tevreden in hare verlatenheid, omdat ze wist dat haar Carlo er bij was. Het parlement in Engeland is gescheiden en daardoor aan bet kabinet Gladstone eenigo rust gelaten, want het werd in den laatsten tijd door de mannen der oppositie vervolgd als een hert door de honden. Het staat vast dat de positie van het Engelsche kabinet hachelijker dan ooit is nu in zijn boezem verschil is ontstaan over de verlenging der Iersche dwangwetten. Het radicale deel bestrijdt met alle macht de onbepaalde verlenging, zoodat Gladstone ook hier heeft moeten bukken en er in toestemmen dat dan voorloopig slechts voor een jaar die ver lenging gelden zou. Hoe het met de verwikkelingen tnsschen Enge land en Rusland staat, is met geen mogelijkheid te zeggen. Een feit is het dat in de vorige week de berichten weer bijster somber waren, maar of men hier met beursspeculatie te doen had, is niet uit te maken. De moeielijkheden met Rusland vinden na uur- lijk hunnen terugslag in Egypte. Het Engelsche gouvernement is nu zoover gegaan dat aan Turkije de bezetting van Egypte is aangeboden met toe zegging van ontruiming door do Engelsche troepen. Het is duidelijk dat deze houding van het En gelsche kabinet een bewijs is dat het zich zeer zwak gevoelt. Uit dit oogpunt verdient ook de aandacht dat thans een lid van het Engolsche ministerie, de hoer Roseberry, te Berliju is aange komen, met het doel om Bismarck over de Egyp tische quaestie te polsen. In het algemeen luiden de berichten over de reis van Roseberry zeer gunstig. Hij zou als een bode des vredes te Berliju zijn gekomen en als zoodanig vertrekken. Met zijn vriend graaf Her- bert Bismarck wordt hij heden (Woensdag) te 's Gravenhage verwacht. Men weet dat graaf Bis marck zijne betrekking van gezant bij het Neder- landsche hof nederlegt, omdat hij als onder-secre taris van het Duitsche Rijk, m. a. w. als de toe komstige Rijkskanselier zal optreden. Heel veel wil schijnt Bismarck van zijne Hol- landsche leerschool niet gehad te hebben. De Hol- landsche lucht moet hem bepaald niet bevallen hebben. Zij is voor een Bismarck te doorzichtig, niet dampig en zwaar genoeg. Nu het oorlogsrumoer verstomd is voor het oogen- blik (want het kan eiken dag met vernieuwd ge weld hervat wordon) is de aandacht weder meer gevestigd op de internationale tentoonstelling te Antwerpeu. Ons laud maakt er betere figuur dan men verwachten durfde. Volgens een gerucht zou in do maand Juli onze Koning met een eskader oorlogsschepen de Schelde opstoomen en daar ont vangen worden door Koning Leopold, om vervolgens do tentoonstelling te gaan bezoeken. HEUSDEN, 27 Mei. t Naar wij vernemen zal het .z.g. Vliegend paardengpel van Sanger en Baruum hier (Donder dag) a.s. eene voorstelling geven. Volgens een ge zonden publicatie, bezit dit cirque niet minder dan 150 paarden van alle rassen, gedresseerde oli fanten, kaïneelen, drommedarissen, apen enz. De kunstrijders zijn Amerikanen en Engelschen. Vóór de uitvoering zal eene groote optocht plaats hebben. t Ook in deze gemeente is men begonnen met z.g. Heemskerkjes te verkoopen zijnde kruikjes met sterkendrank gevuld, die h61/2cent worden afgeleverd. Later wordt het kruikje tegen l1^ cent weder ingewisseld. Op ééu avond werden niet minder dan 128 dier kruikjes door een win kelier gedebiteerd. Afgescheiden uog van het verkeerde gevolg dat zulke verkoop kan hebben, wijl ml ook kinderen soortgelijke kruikjes zouden kunne» koopen om gezamelijk te ledigen, is het ook uit een gezond heidsoogpunt vrij verkeerd om zulk een kruikje aan den mond te zetten, waaruit wie weet, reeds vroeger heeft gedronken. Men kan toch wel denken, dat het schoonmaken wel wat te wenschen over zal laten. t BRAKEL, 23 Mei. Heden werden door M. v. d. B. alhier, de eerste nieuwe aardappelen, zoogenaamde muisjes, gerooid. Mocht het weer eenigszins zachter worden, dan zullen er weldra meer gerooid worden. t ALMKERK, 22 Mei. Aan het verslag der spaarbank alhier over 1884 ontleenen wij het volgende De inlagen hebben bedragen 2915.96, de terugbetalingen f 388,OG1^ het kapitaal aan inbrengers verschuldigd op 31 Dec. f 11909.ÏS1/^ de waarde der bezittingen op gemeld tijdstip 13666.17. De bezittingen der bank bestonden o. a. in staatsschuldbrieven f 10879.onderhandsche obligatiën f 1800.gemeenteleeningen 800. Het reseive-fonds bedroeg op 31 Dec. 1757.031/;,. Het getal inlagen bedroeg 119, het aantal inbrengers op 31 Dec. 162. t WOUDRICHEM, 21 Mei. Gisteren-namid dag was de Wed. de M. op de plaat bij den haard in slaap gevallen. Toen zij door een der buren werd opgemerkt, hadden reeds haar kleeren vuur genomen. Spoedig werd er in geslaagd de oude weduwe van een gevaar waarmede haar leven ook bedreigd werd te t-edden t UITWIJK. De begrooting voor het dienst jaar 1885/86 van het fonds voor weduwen en weezen van onderwijzers in Noord-Brabant geeft een saldo voor te beleggen geldeu van /478,957s en sluit in ontvangst en uitgaaf met eene som van f 1803,Het fonds telt 72 leden en 17 donateurs. Aan 20 weduwen wordt uitkee- ring gedaan. Het waarborgkapitaal groot f 30,300 zal waarschijnlijk dit jaar aangroeien tot 31,000. t Dezer dagen was Hendrik van Haaften te Waardhuizen genoodzaakt zijn fokstier van de hand te doen, hoewel hij hem nog 6 weken had moeten behouden, tor verkrijging van de premie, in het vorige jaar op de landbouwten toonstelling te Almkerk behaald, aangezien deze zeer gevaarlijk werd bij den weg en er zich reeds ongelukken hadden mede voorgedaan, die geluk kig geen al te ernstige gevolgen gehad hebben. Ten einde nu in den geest der landbouwmaat- schappij Ie handelen, mocht hel hem na lang zoeken gelukken, weder in het bezit van een dergelijken fokstier te geraken, voor de som van f 138.zijnde hij, naar het oordeel van des kundigen, hierin uitnemend geslaagd, daar het beest, voor zijn leeftijd van ruim 13 maanden, van eene bijzondere maat en daarbij zeer fijn gebouwd is. Hij werd gekocht bij Gerrit Wink te Meerkerk, die hem zelf had gefokt. t DALEM. Nauwlijks was de godsdienst oefening van Zondagnamiddag 24 dezer alhier begonnen, of ze werd gestoord door het geroep van brand, die bleek uitgebroken te zijn ter hoogte van de herberg wde Ploegt. Eer men hulp kon aanbrengen, lagen twee arbeiderswo ningen met belendend schuurtje in de asch. Alleen het huisraad heeft men gedeeltelijk kun nen redden. Een der huisjes was geassureerd, het andere niet. Oorzaak onbekend. t Tot zetters der directe belastingen zijn te Vuren benoemd de heeren S. v. Willigen en J. Bijl. tGORINCHEM, 25 Mei. Aangezien in de vergadering van stemgerechtigde ingelanden van het „Groot gemeene land van Arkel* en van het „Land der zes molens^ den 19n dezer, we gens gemis van het vereischte getal stemmen geene besluiten konden genomen worden, zoo zal andermaal op Vrijdag den 29n dezer in den Doelen alhier eene vergadering gehouden worden ter behandeling der volgende onderwerpen 1. Rekening over het dienstjaar 1884. 2. Begrooling voor het dienstjaar 1885. 3. Voorstel omtrent den voor het dienstjaar 1885 te heffen omslag. 4. Overeenkomst met den Staat der Neder landen over de uitvoering van werken ten be hoeve van de Keulsche vaart. De regeering heeft afwijzend beschikt op het verzoek van den burgemeester der gemeente Made, den heer A. J. Rees, om te Breda te wonen. Herhaalde malen is hem de vergunning daartoe telkens voor één jaar verleend, op zijn betoog, dat te Made of te Drimmelen voor hem geene geschikte woning was te verkrijgen. Nu echter de burgemeester te Breda voor zich een prachtig huis heeft doen bouwen, waaruit moet worden afgeleid dat hij niet ernstig voor nemens is zich in zijne gemeente te vestigen, achtte men geene termen meer aanwezig om voormelde dispensatie langer te verleenen. Voor den 90-jarigen heer van der Wilk te Nieuwkoop was de afgeloopen week eene feest- week. Met zijne 87-jarige echtgenoote herdacht hij zijn 68-jarig huwelijk, terwijl zijn schoonzoon, de heer G. Vermeij, zijn 40-jarig huwelijk vierde en eene zijner kleindochters in den echt trad. De beide oude lieden verheugen zich nog in een uitstekend goeden welstand. Dr. H. E. C. Ten Kate Jr. is den 18 Mei 11. van Southampton vertrokken naar Paramaribo, om van daar uit een onderzoekingstocht naar de binnenlanden van Suriname te ondernemen. Te Bergen-op-Zoom heeft een kind van 2l/z jaar uit een fleschje met loog gedronken en hoe wel er dadelijk geneeskundige hulp werd inge roepen, bezweek het den volgenden dag. ln de stroo-kartonfabriek van den heer Scholten te Sappemeer is een 17-jarige arbeidster met de stroohaksel-machine in aanraking gekomen. In een oogeublik werden haar de beenen tot boven de knieën afgesneden. De ongelukkige is in het ziekenhuis te Groningen aan de gevolgen bezwe ken. In het Krabbeugat is een visschersschuit omgeslagen. Twee mannen en een jongen kwa men daarbij om. Te Rotterdam is een hout hakker uit een boom gevallen. Hij bezeerde zich ernstig. De onlangs te Alkmaar plaats ge had hebbende brand, welke het pakhuis des hee- reu Roozendaal vernielde, heeft de justitie aan leiding gegeven tot het instellen van een scherp onderzoek/ 's GRAVENHAGE, 23 Mei 1885. De Residentie is algemeen bekend als een der schoonste steden van ons land. Bijna iedereen die er een bezoek brengt is opgetogen over het vele moois en weet niet wat wel de meeste aandacht veraient pleinen, bosch, Scbeveningsche weg en boschjes,^ zee, enz. Er is echter een groot gebrek, uat als t ware al dat aanlokkelijke van den Haag te niet doet, namelijk de bijna verpestende stank die somwijlen uit open waters en riolen opstijgt. Reeds in do maand April drong de ondragelijke lucht door tot in de aangrenzende straten, en deuren noch ramen konden goed genoeg gesloten worden gehouden, om zelfs daar de woningen voor de ver pesting te behoeden. Deze toestand is niet nieuw. Reeds in het jaar 1751 werd de noodzakelijkheid ingezien om versch wator in de grachten van den Haag in te voeren, ten einde die voldoende rein te honden. Toen on later werden verschillende plannen daarvoor gemaakt, maar er kwam niets van uitvoering. Sedert is nog eene watertoevoer, die de stad tegen eene geringe vergoeding aan Delfland, genoot, afgesloten door demping van grachten werd de verhouding van de hoeveelheden water en der daarin komende vuile stoffen nog verslimmerd en de toeneming der bevolking droeg tot sterkere vervuiling bij. Vóór 25 jaar kon in de meeste der stadsgrachten nog gevischt worden en nu kunnen dier nog plant er eenigen tijd hot leven in behouden. Het zoogenaamde water is modder geworden en de dampen en gassen die daaruit Opstijgen zijn bepaald schadelijk voor de gezondheid. Vooral bij het uitbreken van de eene of andere epidemie bestaat er kans dat die in onze stad vele slachtoffers zal maken. Het is niet te verwonderen dat van alle kanten werd aangedrongen om maatregelen te nomen tot verbetering der waterverversching, als een der meest noodzakelijkste werken. Terecht werd opge merkt dat alle andere plannen, die de stoffelijke welvaart der bevolking moeten bevorderen op uit voering moesten wachten totdat de dringende kwes tie omtrent de rioleering en het ververschen der grachten en het daarmede verschaffen van zuivere lucht aan de iiiwoners geregeld was. Het gemeente bestuur kon dan ook niet langer dralen met het nemen der gevraagde maatregelen en droeg daar om in 1884 aan den Hoofdingeneur Van der Vegt het maken van een plan op. Reeds dadelijk nadat dit was ingediend, werd door velen twijfel geopperd of het wel voldeed aan de eischeu die de bestaande toestanden van '8 Gravenhage dringend vorderden, vooral omdat door uitvoering er van de belangen der badplaats Scheveningen bedreigd scheuen te worden. Een grooter bezwaar tegen gemeld plan scheen te zijn dat de heer Van der Vegt de bestaande rioleering en hare loozing op de bestaande grachten wilde behouden, te meer daar de toestand van die rio len nog al te wenschen overliet. Er bestond zelfs vrees dat het water der duinwaterleiding, waarvan de buizen door het riolennet gelegd zijn, door den stank verontreinigd zouden kunnen worden, het geen echter door den hoogen waterdruk niet mo gelijk is. Daarentegen kon het ijzer der waterlei dingbuizen door den invloed der faecaliön verteereu en hierdoor zou eene belangrijke uitstorting van water in de riolen plaats hebben, hetgeen groote moeielijkheden zou opleveren. Daarom was een ontwerp, waarbij niet tevens de verbetering van het bestaande rioolstelsel in acht was genomen, niet goed te keuren. Welke toch de gevolgen van slechte rioleering kunnen zjn, blijkt uit het volgendeIn de stad Memphis in Tennessee (Amerika) was door het gebrekkige rioolstelsel den ongunstigen toestand der gezond heid steeds toegenomen. Men telde er niet minder dan 22 perioden van besmettelijke ziekten in 50 jaar, en terwijl de stad grootendoels verlaten was, vorderde de gele koorts in 1878 niet minder dan 4000 slachtoffers, op eene bevolking, die vóór 1876 wordt opgegeven uit 40,000 inwoners te hebben bestaan. In een zeer lezenswaardig opstel in de »Stoom- post« van 17 Aug. 1884 werden de nadoelen van het plan Van der Vegt uitvoerig uiteengezet en als de eenige goede oplossing der kwestie aange geven om de bestaande rioleering te verbeteren, in aansluiting met de nieuwe van de later te bou wen wijken, en de stadsgrachten te ververschen door oppomping, ongeveer op de wijze als de heer Van der Vegt voorstelde, doch niet met loozing in zee, maar door aanvoer van water tot irrigatie, d. i. besproeiïng van duinterreinen. Door dit plan te volgen zouden tevens de hoofdbezwaren van het hoogheemraadschap van Delfland, dat het noodige water moet leveren, vervallen. Het gemeentebestuur scheen echter toch het plan van den heer Van der Vegt te willen doen uit voeren. maar werd daarin verhinderd door de woi- gering van Delfland om mede te werken, zoodat het scheen dat het met dit plan even zou gaan als met alle vorigen, dat het namelijk in de doos gestopt zou worden, toen twee gemeenteraadsleden, de heeren Van Malsen en Hora Siccama, een ge wijzigd, meer bescheiden ontwerp voor waterver versching indienden, waarbij de verbetering der bestaande riolen en irrigatie van duinterreinen waren opgenomen. Den 9n Mei 1884 konden Burgemeester en Wet houders rapport over dit plan uitbrengeu en den 20n daaraanvolgende werd hun voorstel reeds zonder hoofdelijke stemming aangenomen. Wel moest er toen nog veel onderzocht en gewijzigd worden, maar toch kwam nu de zaak in orde, want den 22n April jl. werden door het dagelijksch bestuur de noodige voorstellen voor de uitvoering aan de beslissing van den Gemeenteraad onderworpen en met bijna algemeene stemmen aangenomen. Volgens het aangenomen stolsel zal nu de verversching van het grachtwater plaats hebben door oppomping en afvloeiing, terwijl Delfland voorziet in de behoefto aan versch water. Dit stelsel zou onvolledig zijn, indien werd voortgegaan met de loozing der riolen in het grachtwater, dus moet gelijktijdig met de uitvoering van het plan ook verbetering van het rioolstelsel plaats hebben. De oppomping van het water zal geschieden door twee stoommachines. Het ververschingskanaal zal loopen langs dea ge- projecteerden stoomtramweg van de Holl. IJzeren Spoorwegmaatschappij door de duinen tot aan Zee en 540 M. lang worden. Aan de leden van den Haagschen gemeenteraad komt lof toe voor de flinke wijze waarop zij, toen eenmaal een geschikt plan aan hun oordeel werd onderworpen, hebben mede gewerkt om tot eene spoedige uitvoering te geraken. Het Dagelijksch bestuur der gemeente heeft echter m. i. geen recht om in die loftuiging te deelen daar het bij de bohaudeling van dit voor het Haagsche publiek 7 m gewichtige onderwerp niet die voortvarendheid l^^igtoond die rechtmatig ■I. Mi Will 1) Een heuvel bij Tircli. Yert. (Wordt vervolgd.) Hmwii in—«ft ii iiwSSS"'- - m

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Nieuwsblad het land van Heusden en Altena de Langstraat en de Bommelerwaard | 1885 | | pagina 2