No. 420. Woensdag 14 October. 1885. DE LUCHTBALLONS. Onze Logée FEUILLETON. Uitgever: L. J. VEERMAN Heuselen. VOOR Dit blad verschijnt eiken WOENSDAG en ZATERDAG. Abonnementsprijs: per 3 maanden f 1.Franco per post zonder prijs- verhooging. Advertentiën 16 regels 60 ct. Elke regel meer 10 ct. Groote letters naar plaatsruimte Advertentiën worden ingewacht tot Maandag- en Donderdagavond 10 uur. Ingezonden stukken tot Maandag- en Donderdagavond 8 uur. Binnenlandsche ADVERTENTIEN waarvan de plaatsing driemaal wordt opgegeven worden slechts tweemaal in rekening gebracht. Bij toezending gelieve men vooral duidelijk den naam van den Uitgever op het adres te stellen. Bij uitvindingen wordt doorgaans het verschijnsel waargenomen, dat die waarvan men zeer hooge verwachtingen koesterde, betrekkelijk weinig nut voor de menschen hebben opgeleverd, terwijl daarentegen andere, die men als niet veel zaaks be schouwde, ons van onberekenbaar veel nut zijn geworden. De uitvinding van lucht ballon en stoomboot strekken daarvan ten bewijze. Toen Fulton met zijn denkbeeld voor den dag kwam om een schip voort te stuwen zonder zeilen of riemen en nog wel tegen stroom in, vond hij bij niemand gehoor en Napoleon, die anders zoo'n scherp oog had op menschen en die zoo spoedig de uitneraendste wist uit te kiezen, zelfs Napoleon wees den man af, die de regee ring met zijne hersenschimmen vervolgde. Eerst naar Engeland en toen naar Amerika gaande, slaagde de werktuigkundige, die het eerst de Panorama's in zwang bracht er eindelijk in van de Amerikaansche re geering een octrooi te verkrijgen, waarbij hem, met uitsluiting van alle anderen het recht gegeven werd, stoomschepen te doen varen op alle Noord-Amerikaansche rivieren. Zoo bouwde hij, onder bespottiug van het grootste deel van het volk in het jaar 1807 zijn eerste stoomschip, maar geldgebrek dwong hem zijn octrooi te verkoopen voor een spotprijs. Het oordeel was//zijne uitvinding heeft geene toekomst.Hoe gelukkig men zich vergiste, weten wij allen- De spoorwagen ondervond hetzelfde. België was een der eerste staten van Europa, die spoorwegen aanlegde. En wie de beschrij ving gelezen heeft van de feestelijkheden, die in België zijn gegeven, bij gelegenheid van het halve eeuwfeest van den eersten spoorweg, die zal ook gelezen hebben, hoe anders knappe lieden over deze nieuwig heid dachten, toen zij voor 50 jaar aan de orde kwam. Ruim 100 jaar is het geleden, dat et eene uitvinding gedaan werd, die de schoon ste verwachtingen opwekte en waarvan eene geheele omwenteling werd tegemoet gezien op het gebied van reizen. Wij bedoelen de uitvinding der luchtballons. In 1783 vond Montgolfier de eerste uit. Wij zullen natuurlijk geene beschrijving geven van de luchtballons- De meeste mensehen hebben ze wel eens gezien en weten, dat ze gevuld zijn met een gas, dat veel lichter is dan de dampkringslucht, zoodat het daarin moet opstijgen. Men had ze ook met ver warmde lucht. Toen Montgolfier zijn eerste proeven deed in tegenwoordigheid van het Fransche hof, was de verwondering en opge togenheid algemeen. Men verwachtte er alles van. Men was nu niet meer gebon den aan onbegaanbare wegen, aan bosschen en bergen, men ging overal overheen. Te gelijkertijd dat Montgolfier en Charlier met hunne luchtballons de menigte ver rukten, trachtte een ander Franschman, Blanchard genaamd, het geheim op te lossen om zich in de lucht te verheffen met vleu gels. Hij is niet geslaagd en tot heden is er nog niemand in geslaagd om dit doel te bereiken. In 1781 annonceerde hij reeds: vMen zal mij de lucht zien doorklieven met eene snelheid grooter dan die der raaf/' maar het is bij de bekendmaking gebleven en het vliegen moet nog komen. Na het mislukken van zijne eigene plannen, werd hij een vurig aanhanger van de luchtscheep vaart „van Montgolfier en Charlier. Bij zijn verblijf in Engeland, geraakte hij in kennis met een zekeren Doctor Jeffries en deze twee vormden de stoutste plannen. Een van die plannen hebben zij ten minste ten uitvoer gebracht, namelijk den tocht in een ballon over zee van Engeland naar Frankrijk. Zij zouden het doen op den eersten Januari 1785, maar het ongunstige weer en hevige Noorde- en Noordooste-winden, deden de reis uitstellen tot op den 7den Januari. Des namiddags te één uur stegen zij op en om vier uur kwamen zij aan de Fransche kust in het bosch van Guines neder. Duizenden hadden het waagstuk in En geland bijgewoond en duizenden waren van hunne aankomst op Fransch grondgebied getuige geweest. De Franschen, die harts tochtelijk op feestvieren verzot zijn, hebben dien honderdjarigen herinneringsdag plechtig gevierd. Op de plaats waar de koene reizi gers nederdaalden, heeft het Gemeentebe stuur van Calais een gedenksteen laten op richten. Hooge gedachten had men van deze ge beurtenis. Dichters bezongen haar. Onder eene gravure, waar de luchtballon van Blan chard was afgebeeld, las men: Denx peuples, divisés par l'empii'e dos mers, Ne font qu'un aujourd'hui, en fronchissant los airs Présage fortuné de l'nnion sincère, Qui va régner entr'eux pour le bien de la terre. De dichter zag reeds in het verschiet de beide volken tot één vereenigd. De uitkomst heeft niet aan de verwachting beantwoord. Had Blanchard zijne bewonderaars, hij had ook zijne benijders. Het was de tijd der caricaturen en spotprenten. Op een daar van wordt hij voorgesteld als een kolossale raaf met vleugels naar evenredigheid, die in zijn bek een driemaster door het luchtruim draagt. Als een persiflage op zijn kern spreuk //zoo stijgt men ten hemel,is er een caricatuur met het onderschrift: //zoo komt men uit den hemel terug. Talloos zijn sedert dien tijd de proeven, die met de luchtballons genomen zijn en die meest voor doel hadden ze bestuurbaar te maken. Want de bewegingen die men er mede kan maken, worden nog door zeer primitieve middelen bewerkstelligd rijzen door middelen van ballast uitwerpen, dalen door gas te laten ontsnappen. Toch geven zij die do luchtballons willen sturen de zaak nog niet op. De heeren Krebs en Renard te Parijs zetten ten minste altijd hunne proef nemingen nog voort. Aanvankelijk moeten zij beter geslaagd zijn dan vroeger. Zij heb ben nu eene opstijging volbracht, waarbij de ballon aan het stuur gehoorzaamde. Het idee dat men in den beginne van de toekomst van den luchtballon had, is niet verwezenlijkt. Om te reizen wordt hq niet gebruikt. Maar toch heeft men er nut van weten te trekken. Reeds in de eerste oorlogen van de Fransche republiek gebruik ten de generaals hem om de bewegingen van den vijand te bespieden. Met dat in zicht is hij later meer gebruikt In Soudan in den laatsten oorlog gebruikten de Engel- schen den ballon captif om den omtrek te verspieden. Men deed dit dan des nachts en verlichtte dan eensklaps den omtrek door middel van electrisch licht. Ook gebruikt men den ballon captif (dat is de ballon, die op eene zekere hoogte zijnde, met touwen wordt vastgehouden) om een natuurlijk pa norama te hebben. Zooals men weet, maakte onlangs een ballon captif zich zei ven vrij. Bij de belegering van Parijs onderhield men door middel van ballons de gemeenschap met de buitenwereld en menigeen o. a. Gam. betta verliet de stad en ballon. Behalve het opgenoemde wordt de ballon ook ge bruikt om waarnemingen te doen in de (13 NA AU A. BARON VON ROBERTS. VIII. Toen ik den volgenden dag naar Larmotte ging, droeg ik in eiken zijzak van mijne huisjas een der beide schildpadden. Ik herhaal nogmaals en zon het met een heiligen eed kunnen bevestigen teen ik zgne woning binnentrad, lag het niet in mijne bedoeling hem te bedriegen. Ik wilde hem slechts voor den eersten schrik besparen, ik wilde hem langzamerhand aau het gemis gewennen, dan eerst zou hij alles weten. Ik vond het mannetje weder in deu hoek van zijne fauteuil zitten, hij zat misschien nog hulpe- loozer in elkaar gedoken dan vóór zes weken. Toen ik over den drempol trad, richtte hij zijne wjjd opengespalkte oogen op mij en zijne blikken troffen mij als een slag ik sloeg mijne oogen ne der. In eene opwelling van oprecht medelijden drnkte ik zijn toegestoken handje met mijne beide handen en vroeg deelnemend: »Wel hoe gaat het u, mijn beste, waarde mijnheer Larmotte Hij vatte het beven van mijne stem als eene uiting van mijn gevoel op en de fijne schikking van zijne regelmatige gelaatsplooien werd door een nanw merkbaar glimlachje verbroken. Het verheugde hem, mij weder te zien, of gold zijne blijdschap zijne geliefde Margutta? Wij wisselden de gewone beleefdheden, spraken over koetjes en kalfjes, ik had een gevoel, alsof hij zijn ongeduld om haar terug te zien, achter allerlei ditjes en datjes wilde verbergen. Dat hield ik niet langer uit. Mijnheer* zeido ik, »gij zult wel verlangend zijn, te vernemen, hoe zij het maakt. Nu dat gaat best, heel goed maar wij hebben wat mot haar te stollen gehad. Zij was ziek geworden eu wij hebben in groote angst verkeerd Ik bleef steken. Langzaam en bevend hief hij zich uit zijne gemakkelijke houding op en vestigde zijne oogen met een inderdaad kinderachtige angst, die mij aan het gebaar van den portier herin nerde, op mijn gelaat. Het reutelende geluid in zijne borst was geheel opgehouden, hij scheen als door eene verlamming getroffen. Triomf! Triomf! Ik was gerechtvaardigd, gezui verd van alle blaam!* Ik mocht hem immers do volle waarheid niet zeggen Zijn jammerlijk bestaan, dat alleen nog door een enkel denkbeeld in wezen gehouden werd, zou het gewicht van dien slag immers niet kunnen dragen? Mocht ik hem in dezen toestand met zulk eene verpletterende tijding overvallen? Zou ik hem daardoor niet blootstellen aan hot gevaar van een plotselingen dood? »0, mijnheer, laat ik u gerust stellen riep ik uit. Het is alios weder in orde, zij is levenslus tiger dan ooit. Ik denk, dat gij over ons tevreden zult zijn. En met die woorden haalde ik de ééno schild pad, de valsche, uit mijn' zak en zette haar voor hem op de tafel. Het was, of er een zonnestraal over zijn gelaat gleed, zoo klaarden zijne trekken op, toen hij het dier voor zich zag. Met hoeveel levendigheid be woog het zich, zulk eene haast had Margutta nooit gehad. De tafel dwars over in hare geheele breedte! De arme oude man was buiten zich zei ven van blijdschap. Mot zijn' wijd uitgestrekten arm volgde hij elk der bewegingen van hot diertje, terwijl hij zijne bevende hand er als een hemel over uitspreide, alsof hij bang was, om het aan te raken. Maar eindelijk vatte hij moed, greep het spartelende schepseltje en hield het dicht voor zijn gelaat. Eene rilling, heet en koud als de koorts, door liep mij. Thans thans thans moet het be slist worden Twintig jaren lang had hij met Margutta geleefd, en zou hij zich dan nu eene andere in hare plaats in de handen laten stoppen Ik stond tegenover hem, diep voorover gebogen, geheel mijn bewustzijn samengetrokken in het ééne enkele pant, waarop mijne oogen staarden, ik beefde over mijn geheele lichaam, de adem stokte mij in de keel, het bloed vloog mij zoo krachtig naar het hoofd, dat ik vreesde te zullen vallen. Achtmaal honderduizend of nietHot dui veltje in mijn binnenste fluisterde mij toe: »Hij merkt niets van het bedrog. Do achtmaal honderd duizend zijn voor u. Grijp toe, grijp toe Er be staat geen eerlijkheid Er bestaan slechts gelegen- hedon Hoe scherp ik ook op zijne trekken lette, er scheen voor hem niet de minsto twijfel te bestaan, dat deze Margutta niet do echte zou kunnen zijn. En nu stamelde hij op roerenden toont Margutta, mijn diertje, ben je daar weer Ben je een beetje in je schik Neen, neen, neen Met oen wildon ruk sprong ik overeind. Er was iets in mij, dat zich verzette tegen mijn gedrag. En in werkelijkheid had ik mijn arm opgeheven en balde mijn' vuist tot een verpletterenden slag, als stond do duivel, die mij vervoerd had lichamelijk voor mij, en als wilde ik hom vermorzelen. »Neen, neen, neen! Ik wil niet!* riep ik uit. Do woorden ontsnapten mij, ik was mij zelf niet meer meester. Verschrikt keek hij tot mij op. Ik drukte mijne gebalde vuisten tegen mijne oogen, en te midden van den vlammenden gloed, dio mijne zinnon door liep, zag ik zes paar oogen op mij gericht. Hot waren de oogen van mijne vrouw, de oogen mijuer kinderen. Oneindig trourig met eene smartelijke vragende uitdrukking staarden zij mjj aan. Zou ik ooit weder met een rein geweten voor die oogen kunnen verschijnen nadat dit geschied was Met dat verschrikkelijke geld, dat ik door bedrog verworven bad Zouden deze blikken het niet in stomme verontwaardiging afwijzen, en met het geld mij Zouden de mijnen mij de vroegere plaats in hun hart niet weigeren? Nooit meer zou han zoet en vriendelijk »Papa, beste papa!* mij vleiend toeklinken en de lieve, volle stem van mijne brave vrouw zou mij een knellende pijniging wordenO, ons vroeger gelukOns goed, oud^ degelijk geluk Ik steunde en zonk als verpletterd op een stoel neer. »Wat scheelt er aan, mijnheer?* riep hg mg op schrillen toon toe. >0, niets, niets! Neem mij niet kwalijk dat ik zooveel drukte maak. Maar uw geld is er de schuld van. Terecht hebt gij zelf vroeger eens gezegd dat het geld geen geluk geeft, neen dat is zoo!* Hij begroep mij niet en staarde mij beangst aan. Ik ijlde op hom toe en greep zijne handBeste mijnheer, du'd het mij niet euvel, dat ik uw geld, hetwelk gij mij zes weken geleden aanbood, thans moet weigeren. Ik kan het niet meer aannemen, het gaat werkelijk niet. Het zon ons naar ziel en lichaam te gronde richten O, als gg eens wist hoeveel ellende het al heeft aangericht En dat niet eens door de tooverkracht van zpn glans en zijn klank, neen alleen door het vooruit zicht, het in de toekomst te zullen bezitten. Louter de gedachte aan uwe schatten verdreef den lach van onze lippen en den slaap uit onze oogen. Het verstoorde onzen huiselijken vrede en vergiftigde onze zielen. Zoolang ons huisgezin bestaat zgn er niet zooveel zuchten geslaakt, zooveel tranen ge» UWSBLAD Het Land van llcnsden en Altena, DE LANGSTRAAT EN DE BOHMELERWAARR

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Nieuwsblad het land van Heusden en Altena de Langstraat en de Bommelerwaard | 1885 | | pagina 1