1887. lilllL ABBEIB ADELT. vooa Uitgever: L. J. VEERMAN Heusden. BUITENLAND. Dit blad verschijnt eiken WOENSDAG Abonnementsprijs per 3 maanden f 1 erhooging. en ZATERDAG. Franco per post zonder prijs- Advertentiën 16 regels 60 ct. Elke regel meer 10 ct. Groote letters naar plaatsruimte. Advertentiën worden ingewacht tot Maandag- en Donderdagavond 10 uur. Ingezonden stukken tot Maandag- en Donderdagavond 8 uur. HilT" Binnenlandsche ADVERTENTIEN voor drie plaatsingen opgegeven worden voor slechts twee in rekening gebracht. Dij toezending gelieve men vooral duidelijk den naam van den Uitgever op het adres te stellen. //Te zwoegen en te streven //Met al de kracht des mans, z/Dat is het zout van 't leven, z/Dat vlecht den burgerkrans." Aldus de dichter Ten Kate. Met andere woorden: arbeid adelt. We weten niet wie dit gevleugeld woord in de wereld geslin gerd heeft, doch betwijfelen of iemand het den dichter verbeteren zal in een enkel woord zoo diepe beteekenis te leggen. //Le- digheid is des duivels oorkussen" is een schoone spreuk, en dat de armoede de lui heid gewisselijk inhaalt een waar spreek woord, doch deze doelen alleen op het niet doen en laten volstrekt niet doorschemeren dat de arbeid den mensch verheft, hem een zegen schenkt boven het loon, dat arbeid hem adelt. Niet altijd is de macht van den arbeid zoo hoog geschat. Integendeel is eeuwen lang arbeid beschouwd als beneden den fatsoenlijken mensch en zijn er christenen geweest, de bijbelsche uitspraak//met moeite zal de aarde vruchten voortbrengen en in 't zweet des aanschijns zal de mensch zijn brood eten" als een vloek opvattende, die zich aan dien vermeenden vloek onttrokken en 't zij door geboorte, lichaamskracht, be zittingen of wat dan ook, zich 't recht aan matigden anderen tot werken te dwingen, ten einde zelf in vadsigheid hunne dagen te slijten. De zulken noemden zich edelen, ter on derscheiding van het plebs, dat gedoemd was hen te dienen en in 't leven te houden, voor hen te strijden en te sterven. De arbeid was een slavenjuk, door de bevoorrechten opge legd, en al zal ook in dien toestand van vernedering menigeen den zegen van den arbeid hebben genoten, aan een veredeling van den mensch door arbeid durfde nie mand denken. Toch hebben reeds onze poorters en stads- luiden daarvan iets gevoeld, toen ze bevrijd van het juk der edelen, zich tegenover hen plaatsten en zelfs hunne vorsten dwongen tot mildheid in de uitoefening hunner rech ten. Niet door afkomst of erfenis, door ar beid alleen hebben ze zich tot koningen in hunne veste opgeworpen, zijn ze rijk en machtig geworden en hebben de historie verrijkt met menige schoone bladzijde. De genadeslag aan de macht van den adel door geboorte is eerst toegebracht vóór honderd jaren, toen de Fransche Revolutie alle on derdanen tot burgers verklaarde en alle be voorrechting afschafte. Wel is later de adel in zijne eer hersteld, doch de macht was voor altijd vernietigd. In zijn plaats is een andere adel gekomen, de adel door arbeid, de adel van den geest, en aan dezen behoort de toekomst. Den adel van onzen tijd hebt ge te zoeken in den handel, in de nijver heid, in de wetenschap, in alle kringen, waar gewerkt wordt en waar arbeid de eenige hefboom is om zich op te heffen. Geen uitwendige teekenen van rang sie ren deze ridders, hun kasteelen zijn studeer kamers, laboratoriën, magazijnen, fabrieken, hun wapen is beperkt tot een simpele hand- teekening, hun doel scheppen en volmaken. De arbeid adelt hen, zonder te vragen naar afkomst of bezit. Niet wat hunne voorou ders waren, is de vraag, maar wat zij doen ten nutte der menschheid. Deze adel is niet te erven, slechts door persoonlijk optreden te verwerven. Te verwerven ook voor den mindere. De arbeid is een zegen voor iederen mensch, terwijl de luiheid een vloek is. Elke bete broods, eerlijk verdiend, brengt iets van dien zegen aan. Iedere werkman, die zijn wekelijksch loon thuis brengt, gevoelt dit. z/Wel hem die geen ander dank heeft te weten dan God en eigen vlijt." Hij is een vrij man, en die vrijheid is zijn adeldom. Hij behoeft niemand naar de oogen te zien en geen dank te stamelen, die vernedert. Genadebrood smaakt bitter en valt zwaar in de maag. Het veredelt niet maar ontzenuwt. Arbeid alleen adelt den mensch tot mensch. Indien arbeid die macht heeft, doen we toch allen ons best in den adel opgenomen te worden Zeker, ieder arbeidt aan het werk hem opgelegd, doch gelijk in iedere orde zijn ook in den adeldom door arbeid graden. En trotsch als we zijn door ons da- gelijksch werk den eersten graad te beha len, zoo onverschillig zijn we veelal op te klimmen door nog iets meer te doen dan wat 't eerst voor de hand ligt. Wordt er niet geklaagd over werkeloos heid op menig gebied, waar handen te kort komen en van geen werkeloosheid sprake behoefde te zijn, indien we niet verkozen te sluimeren, de handen in den schoot te vouwen in plaats van ons te roeren en aan te pakken Het huisgezin verzorgen goed doch eischt ook het groote huisge zin der maatschappij niets van onze krach ten? Kunnen en moeten we niet medear- beiden om onze minder bevoorrechte medemenschen te helpen, te steunenmoe ten we den strijd tegen de ons volk ont sierende zonden overlaten aan enkelen en ons stilletjes terugtrekken in een eng krin getje, vergenoegd met den eersten trap van den adel Vragen Staat en Kerk niet dringend onze tegenwoordigheid? Zou de laatste ooit in den desolaten toestand gekomen zijn, indien al hare zonen op de bres gevonden waren en zouden onze vertegenwoordigers niet een hechteren steun in den rug bezitten indien wij ons de zaken van staat wat meer aan trokken Kunnen we ons verantwoorden op de be schuldiging dat zoovelen in de gemeente onverschillig blijken voor de publieke zaak en maar liefst gepasseerd worden indien er iets te arbeiden valt? En toch, ook die arbeid adelt, die vooral, omdat hij vrijwillig gedaan en niet in loon uitbetaald, wordt. Omdat hij ten nutte van 't algemeen komt en zelfopoffering eischt. Hij moge geen kronen op de borst van den maatschappelijken werkman hechten, in de borst ontsteekt hij een weldadig vuur, dat verkwikt en verwarmt, veredelt en adelt. WSBLAD Het Land van Hensden en Altena, twm i ■U'.-.ryaMfligyHy xtxzrxm s* Het sKempenland* van Hereuthals verhaalt eene daad van zelfopoffering van dr. G. J. Otten, van eene bekende Nederlandsche familie, die zich sinds eenige jaren als med. doctor in het Kempische stadje gevestigd heeft. Een 14-jarige knaap vermaakte zich aan sluis 10 der Kempische vaart aldaar met visschen ën geraakte eensklaps, men weet niet hoe, te water. Toevallig passeerde daar de heer Otten, op weg zijnde naar een zieke. Het gevaar bemerkende, waarin de jongen verkeerde, snelde hij hem te hulp, trok haastig zijn overjas uit en wierp hem den drenkeling toe, doch gleed daarbij van do steenen glooiïng van den dijk in de vaart. De knaap scheen nu reddeloos verloren en ook de heer Otten liep zeer groot gevaar zelf het slacht offer zijner menschlievendheid te worden, daar hij slechts met de grootste moeite het hoofd boven water kon houden. Dank echter eene uiterste krachtsinspanning, gelukte het hem in dien schier ouhoudbaren toestand den drenkeling met de hen gelroede tot zich te trekken. Wegens de steile glooiïng was het evenwel beiden niet mogelijk zich in de hoogte te werken, te meer nog wijl de heer Otten zich aan de ongelijke, scherpe punten van de steenen glooiïng diep de handen gewond had. Gelukkig dat de sluiswachter onmiddellijk op hun hulpgeroep kwam toegesneld en beiden naar boven trok. Do edelmoedige daad van den heer Otten verdient te meer waardeering als men weet dit hij echt genoot en vader van drie kinderen is. Te Weenen zal op 5 en 6 Juni een groot lente feest in het Prater gehouden worden, waarvoor niet alleen oen groot bloemencorso, maar ook eene parfor- cejacht wordt voorbereid. Graaf Nicolaas Esterhazy zal deze met 250 ruiters uitvoeren. Voor de par- foreejacht wordt eene pantomime, onder den titel: »Een dag in Weenen*, opgevoerd. In deze vertoo ning, waaraan meer dan 2000 personen zullen deel nemen, zal een overzicht gegeven worden van al wat op een dag in eene groote stad als Weenen op straat te zien is. Do wagens der groenteverkoopers, die naar do markt rijden, de verschillende soorten der Woener voertuigen, cab's, vigelant.en en omni bussen, hof-, staats- en andere karossen en rijtuigen van weelde, daar tusschon voetgangers en Weener straatfypen, kortom een getrouwe afbeelding van het een of ander levendig punt van de residentie zal zich voor het oog van den beschouwer omrollen. De opvolging van morgen, middag en avond is er in versneld tempo weergegeven hot origineele tafe reel sluit met een bloemencorso in miniatuur. De presidente van het feest, prinses Pauline Met- ternich, heeft naar Parijs geschreven, om een der aristocratische dilettant-gymnasten, die tot nog toe in Parijs alleen voor liefdadige doeleinden is opge treden, voor het Weener feest te winnen. Naar men verneemt wordt er bepaald op gerekend dat de aris tocratische artist (de hertog van Morny waarschijn lijk), de uitnoodiging zal aannemen. De tweede dag zal een bloemencorso van vélocipèdisten geven, waaraan 2000 personen zullen deelnemen, dan komen gymnastiekuitvoeringen en vuurwerk. Blijkens cfficiëele mededeelingen heeft de Keizer van Duitschland ter gelegenheid van zijn negentig sten verjaardag ontvangen 7481 aangetoekende brie ven, 137 gewone aangeteekende pakketten. Bij het hoofdtelegraafkantoor zijn van 21 tot 23 Maart voor den Keizer ontvangen 1543 telegrammen van geluk- wenschen, te zamen 57.159 woorden tellend. Een 19-jarige jongeling sprong van het hoogste punt van de leuning van den Brooklijubrug te New- York, duikelde tweemaal en zwom toen naar land, Te Parijs heeft een officier zich in de Invalides van kant gemaakt. Hij leed aan zware hoofdpjjuen en men vreesde voor zijn verstand. Hij zelf ook, zoo als bleek uit een brief dien hij aehterliet, luidende: »Ik wordt gek en verkies den dood boven krank zinnigheid.* Louise Michel gaf te Sèvres een conference. Zij had 2, zegge twee, toehoorders. Na een uur te heb ben gesproken, hield zij een inzameling ten behoeve van dj neutrale school, die 15 centimes opbracht. Van de 550 man van de parelvisschersvloot, die bij den orkaan op den 22n April omkwamen, waren 55 blanken, de rest Maleiers en inboorlingen uit Australië. 64 heeren, allen van don ouden adel, zullen deel nemen aan het steekspel te Florence. De costumes zullen zijn van de 13e eeuw en worden gemaakt naar teekeningen van dien tijd. Het stoomschip Benton,* gaande van Singapore naar Penang, kwam bij Formosa in botsing met een schip en zonk. 150 personen verdronken (geen Euro peanen.) Van het aanslagproces te Petersburg is meer uitgelekt dan de Russische autoriteiten aaugenaam is, want er waren strenge maatregelen genomen om de zaak zeer geheim te behandelen. In den nacht van 26 op 27 April werden de beschuldigden onder sterk gendarmerie-geleide uit de vesting- gevangenis naar de gevangenis der rechtbank ge bracht. Beide gevangenissen zjjn verboudeu met een onderaardschen gang. De gevangenen werden één voor één uit hun cellen gehaald en ieder met twee gendarmen naar de rechtzaal gebracht. De voornaamste beschuldigden ziju Generaloff en An- drojewski,beiden studenten van Kozsaksche afkomst; de apotheker uit Wilna, die het vergift leverde voor de bommen, is een Pool. De jongste van de beschuldigden jong zyu ZÜ allen is een onderwijzeresje, dat in een brief den aanslag aan kondigde. Uit de akte van beschuldiging blijkt dat er nog 13 personen in hechtenis genomen had den moeten worden, die hebben weten te ontkomen een der drie terecht staande vrouwen is de vroed vrouw, in welker woning nabij Petersburg de ge heime werkplaats voor de vervaardiging van bommen ontdekt is. De meeste beschuldigden bekenden hun voornemen om den Czaar te vermoorden. Drie hunner liepen elk met een bom de straat op en neer, waar de Czaar verwacht werd; twee aanéén zijde, één aan de overzijde der straat, vooruitgegaan door drie anderen, die hen met een zakdoek moes ten waarschuwen als het rijtuig van den Czaar naderde. De drie bommen hadden het voorkomen van boeken en waren gevuld met 51, 71 en 31 pond dynamiet en 251, 207 en 86 stukjes vergiftigd lood. Het publiek te Petersburg houdt, zich veel bezig met den afgetreden chef dor geheime politie Orschewski, ontslagen, zooals men weet, omdat hij niets van den aanslag had ontdekt. Deze generaal nu heeft een memorie aan den Czaar doen toeko men, waarin hij over den binnenlandschen toestand een vrijmoedig oordeel uitspreekt. Hoe dat oordeel in bijzonderheden is, daarover zijn verschillende lezingen in omloop, evenals over den indruk dien het stuk op den Czaar gemaakt moet hebben. Volgens sommigen was de Czaar geheel en al ont steld over de hem blijkbaar onverwacht gekomen mededeelingen aangaande de wijze, waarop zijn onderdanen geregeerd worden en den geest van verzet, die daardoor onder hen had wortel geschoten, in veel ruimer kring dan de Czaar vermoed had. Volgens anderen hadden die mededeelingen den Czaar niet verrast en had deze zich bepaald tot de opmerking, dat de ervaring der laatste jaren niet voor het tegenwoordige regeeringsstelsel pleitte.

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Nieuwsblad het land van Heusden en Altena de Langstraat en de Bommelerwaard | 1887 | | pagina 1