let is verboden.
FEUILLETON.
M 542.
WOENSDAG 28 DECEMBER.
1887.
Uitgever: L. J. YEEEMAH, Heusden.
I
VOOR
Dit blad verschijnt WOENSDAG en ZATERDAG.
Abonnementsprijs: per 3 maanden f 1.00. Franco per post zonder prijs-
rarhooging. Agent voor Frankrijk: Wester en Co., 20 Rue Hérold, Parijs.
tot
Ad verten tiën
Advertentiën
Maand ag-
1G regels 60 ct. Elke regel meer 10 ct. Groote letters naar plaatsruimte,
worden tot Dinsdag- en Vrijdagmorgen
en Donderdagavond 8 uur.
ingewacht. Ingezonden stukken
Geheel oorspronkelijke Nederlandsche Romans
behooren nu eenmaal tot de zeldzaamheden.
Toch is het ons mogelijk geworden zulk een
Roman onzen lezers als premie bij den aanvang
van het jaar 1888 aan te bieden.
Wij hebben namelyk de hand gelegd op het
boeiend en aangrijpend boek
„Tweeërlei Krui s."
dat wij uitsluitend voor onze abonné's en voor
hen die zich nog op ons blad wensehen te
abonneeren, verkrijgbaar stellen voor slechts
In 't vorig No. is een advertentie met BON
geplaatst. Elk onzer abonné's heeft het recht
die te teekenen en aan ons bureau met bijvoe
ging van 40 centen in te zenden. Naar buiten
tegen inzending van een postwissel, groot
50 centen. Het boek wordt 15 Januari a.s. aan
alle inteekenaren franco afgeleverd.
- Een paar honderd jaar geleden kwam een
Italiaan, Poli genaamd, bij den Franschen koning
Lodewyk XIV, om aan dien vorst een geheim
te verkoopen. Dit geheim bestond in de uitvin
ding eener nieuwe ontplofbare stof, die sterker
werkte dan buskruit, waardoor de koning in
staat zou gesteld worden gemakkelijker zijne
vijanden ten onder te brengen. Het doet ons
vreemd aan het antwoord te vernemen, dat de
koning aan den Italiaan gaf. Niet alleen wei
gerde de vorst, het geheim te koopen, maar hij
verbood den uitvinder ten scherpste het geheim
openbaar te maken, »want,« zeide hij, »de
mensehen hebben al over zoovele middelen te
beschikken om elkander bet leven te benemen,
dat ik niet het werktuig wil zijn om het aantal
dier middelen te vergrooten.*
Wanneer dit antwoord historisch is, dan geeft
het blijken van een edelen karaktertrek bij een
vorst, die nu juist in ons land niet zoo heel
gunstig staat aangeschreven. De uitvinders van
ontploffingsstoffen, de Poli's van onze dagen,
maken goed geld van hunne geheimen, want
wie tegenwoordig in den kortst mogelijken tijd
het grootst mogelijk getal menschen naar de
andere wereld kan helpen, is de sterkste. Wij
kunnen soms moeilijk begrijpen, dat wij in een
tijd leven, die hoog opgeeft van beschaving en
humaniteit, als wij zien, dat overal de volkeren
tot de tanden toe gewapend zijn, en dat de
geringste oorzaken aanleiding kunnen geven tot
een menschenslachterij op groote schaal. Een
doodgeschoten smokkelaar op de Fransch-Duit-
sclie grenzen brengt geheel Europa in beweging,
en op een haar na staan de beide betrokken
volkeren als vijanden tegenover elkander. Pas
is de zaak tegen aller verwachting nog op vrede
lievende wijze tot een einde gekomen, of een
nieuw onweer komt uit het Oosten opdoemen.
Een zoogenoemde garnizoensverandering in het
westen van Rusland wordt voor een dreigement
tot Oostenrijk gericht, gehouden en de moge
lijkheid wordt besproken, niet of het tot een
oorlog zal komen, maar of hij dadelijk zal ko
men, dan wei in het voorjaar. Zoo is alles op
zijn qui vive, en de oorlogsbudgetten verslinden
jaar op jaar grootere gedeelten van de inkom
sten der staten en jaar op jaar worden steeds
meerdere werkkrachten aan landbouw en nijver
heid onttrokken als voor bestemde offers van
den oorlogsgod. De namen der mannen, die als
de grootste mensehenslachters bekend staan, le
ven het langst in de herinnering voort. Zij wor
den nog vermeld en besproken eeuwen na hun
dood, terwijl zij, wier werk geheele volken tot
zegen heeft gestrekt, vergeten, ten minste nauwe
lijks herdacht worden. Men geniet hetgeen zij
ons schonken, maar hunne namen leven slechts
bij enkelen in de herinnering voort.
B. v. Het bijna ten einde snellende jaar was
het vijftigste, dat de telegraaf, ongeveer zooals
zij nu is, hare intrede in de wereld maakte.
Wij allen maken er gebruik van. Zij is ons
letterlijk eene behoefte geworden; tot in de meest
verwijderde streken zijn hare draden gespannen,
en snel als de gedachte brengt zij ons de be
richten der gebeurtenissen, op duizenden uren
afstands voorgevallen, over. Zij heeft in de
vijftig jaar van haar bestaan letterlijk de we
reld veroverd. Maar vraag eens naar de namen
van hen, die in 1837 den eersten telegraaf samen
stelden. Nauwelijks is liet een menschenleeftijd
geleden en toch zijn de namen van Wheatslune
en Cooke maar aan enkelen bekend. Die enke
len zijn de ingewijden; de groote menigte vraagt
niet naar hen, stelt geen belang in hen, zij
profiteert alleen van hun genie.
Niet zoo algemeen is het bekend, dat reeds
Galilei de mogelijkheid bevroedde, dat men door
middel van een paar magneten zijne gedachten
over een zekeren afstand kon overbrengen. Hij
wist echter niet, hoe hij het moest aanleggen,
om tot een practisch resultaat te komen. Het
bleef bij hem een vermoeden. Zijn geest was
met zooveel andere .dingen bezig, dat hij zich
aan deze zaak niet wijden kon. Een Duifecher
van die dagen was gelukkiger. Zijn naam is
ons niet overgebracht, maar in een boekje, dat
in 1622 is uitgegeven, wordt over hem gespro
ken en ook over het resultaat, dat zijne be
moeiingen gehad hebben. In dit boekje dat in
het Fransch geschreven is, vindt men het vol
gende: Wij zijn in staat een groot en belang-
rijkwekkend geheim mede te deelen, hetwelk een
zekere Tuntscher aan Koning Hendrik vertoond
heeft. (Deze Koning Hendrik kan niemand anders
geweest zijn dan Hendrik IV, die in 1610 ver
moord is geworden). Hij, die Duitsclier, is door
bekwaamheid en stoutheid van geest zoover ge
komen, dat hij, dank zij de kracht van den
magneet, spreken kan met menschen, die verre
van hem verwijderd zijn. Hij begint met twee
magneten tegen elkaar te wrijven en maakt elk
van deze op eene wijzerplaat vast, op welke de
24 letters van het alphabet zijn bevestigd. Wil
nu iemand met een ander in de verte spreken,
dan draait hij de naald zóó, dat deze stil blijft
staan bij de letters der woorden, die hij over
brengen wil. De naald van de andere plaat
maakt daarop dezelfde beweging en laat op
grooten afstand zien wat de spreker zeggen wil.
(Er staat niet bij of de magneten door middel
van draden aan elkander in gemeenschap zijn).
De koning, dit werktuig in beweging ziende,
verschrikte er niet weinig van. Hij verbood ten
strengste, dat het geheim bekend zou gemaakt
worden. Hij was bang, dat er met dit middel
gemeenschap zou geoefend worden tusscken de
plaatsen, die hij belegerde en de legers zijner
vijanden daar buiten.
Meer lezen wij er niet van, maar het is dui
delijk, dat de toestel door dien Duitscher ver
zonnen, dezelfde is, die Wheatstone maakte en
welke, bekend onder den naam van wijzer-tele-
graaf, in ons land lang op de stations der
Iïollandscke spoorweg-maatschappij gebruikt was.
Het waren evenwel geen schijven met 24 letters,
maar borden, waarop links een I en rechts een
V stond, en die door verschillende combinatiën
letters moesten voorstellen. Het beginsel was
dus hetzelfde. Twee en een kwart eeuw moesten
er dus nog verloopen, eer dat oude idee Aveer
te voorschijn kwam en eene werkelijkheid werd.
Al wat vreemd was, wat in den gewonen
loop der dingen niet voorkwam, deed in vroeger
EEN NOVELLE
.1. v. DIRKINK.
8)
»Aha, Carol us von Detten!« riep hij, zich in
de handen wrijvend. »Kom binnen, je oudje en
ik spelen zes en zestig en probeeren mijn besten,
ondsten Rijnwijn. Allo, drink en klink met ons
op 't welzijn en den voorspoed van mijn jongen
erfgenaam, ba, ha, ha!«
De jonge man stond twijfelend op. Lucie
beet zich de lippen bijna ten bloede. Haar ge
laat nam zulke donkere, dreigende trekken aan,
dat Wiesjes hart van onbestemde vrees klopte.
NauAvelijks was de deur achter Karei gesloten,
óf Lucie liet zich op den stoel vallen, dien hij
ontruimd had. Hare oogen fonkelden vol haat,
hare lippen bewogen zich zonder een Avoord te
uitenhaar geheele gemoed was blijkbaar in
oproer.
Daar trad zacht de dokteres uit de kamer op
Lucie toe en klopte haar op den schouder.
»Je kunt wel een zoopje voor me klaar ma
ken, meisje,sprak ze met de tong over de
lippen strijkend. »De Aveg naar mijn kinderen
is ver en de avondlucht koel. Ik ben oud, een
Methusalem bij jou vergeleken, kleine driftkop.
»Wil u koffie of warm bier?« gaf Lucie juist
niet vriendelijk ten antwoord. De oude had zich
ondertusschen bij den haard neergezet en staarde
onafgebroken Wiesje aan. Misschien ook maakte
ze vergelijkingen tusschen de beide meisjes, die
van denzelfden stam en toch zoo geheel ver
schillend waren.
toch geen ernst, mijn schat! Warm bier zet men
iederen arbeider voor en koffie krijg ik bij een
daglooner. Bij Schulze echter hoort een glas
wijn op 't presenteerblad, vooral als er een stam
houder is gekomen, zooals hier Ze trommelde
ongeduldig met de vingers op de tafel. Lucie
bewoog zich evemvel niet van hare plaats.
»Ohu, hoe openhartig, mijn duifjezei de
oude stekelig. »Dus wordt het lieve kleine ke
reltje met zulke scheele oogen aangezien? Maar
't is geen wonderhij heeft een streep door de
rekening gehaald. Onze lieve Heer is er met
niemand slechter aan toe dan met den dikke
Schulze. Dat soort van lui weet niet Avat ze
Avillen. Komen er meisjes, dan Avillen ze een
jongen; en komt er een jongen, dan is 't hun
toch ook niet heelemaal naar den zin. Maar je
kunt tevreden zijn. De oude Schulze-Detten
koopt voor zijn Ivarel den zaagmolen in 't dorp.
Eu die heeft wat geleerdhij hoeft geen hof
te vrijen. Nu moet hij 't eerst recht toonen, of
hij u gemeend heeft of je geld en goed Maar«
voer ze voort, shaal nu een hartversterking
voor me.«
»Zoo, moeder Klewes,* riep hij met gemaakte
vroolijkheid, »hier is een kostelijke drankHij
zette de flesch en een glas voor haar op tafel
en wilde heen gaanmaar ze riep hem terug.
Beloven en houden schijnt hier twee, Schulze,
zei ze nadenkend het hoofd schuddende; bij ons
is dat niet zoo. Ik zeg: belofte maakt schuld.
IJw zalige vader heeft het Kerspel beloofd een
kupel te zullen bouAven, op zijn kosten name
lijk. Het was toen zijn zevende meisje geboren
Avas, dat, zooals al haar vroegere zusjes, acht
dagen na de geboorte stierf. »De meisjes gedijen
niet,* riep hij, »maar dat beloof ik plechtig,
als God me de volgende keer een zoon schenkt,
dan zal ik de oude school, die door mijn oom
is gesticht, in een kapel veranderen en een
geestelijke bezoldigen, die eiken Zondag gods
dienstoefening zal houden om de kranke, oude
vrouAven den verren kerkweg naar Merburg te
besparen. Zoo zwoer hij hoog en heilig. Menige
oude vrouw,ging ze voort, heeft zich op den
urenlangen weg een erge verkoudheid op den
hals gehaald. De zoon, ja, die kwam, maar de
school is nog op den huidigen dag zooals vroe
ger. Nu willen de andere boeren wel een nieuwe
school bouwen, maar eerst dan als de opvolger
van den zaligen Schulze de belofte van zijn
vader is nagekomen. En
»Ho, ho, vrouw KleAves!« lachte Schulze met
een hoogrood gezicht. »De zaak is verjaard!
Wie kan instaan voor alle oude schulden van
zijn voorouders Ik ben buitendien niet voor
nieuwigheden en heb toch al erg veel uitgaven.
De spoorweg komt, en dan moet ik Eggers hei
veld ontginnen, dat thans mijn eigendom is.
Maar drink, oude vrouw; een droppeltje doet
goed,« viel hij zich zelf in de reden, de flesch
ontkurkende. Hij hief haar hoog op en vulde
met bevende hand het glas tot de goudkleurige,
parelende wijn er over stroomde.
Jawel, de spoorweg komt; maar onrecht goed
gedijt niet en hoogmoed komt voor den val;«
bromde de oude vrouw, toen Schulze haar ver
laten had. Ze slurpte haar Avijn met een zuur
gezicht en wendde zich nu, daar men haar alleen
liet, tot Wiesje.
»Ben jij de eenige dochter van Louize Eggers
begon ze haar verhoor, dat zoo streng werd door
gezet als had ze het ambt van rechter van in
structie bekleed. Wiesje bleef haar evenwel geen
antwoord schuldig. Misschien Avas het haar aan
genaam dat ze zich bij een ander kon aansluiten
en zoo vernam vrouw Klewes meer dan ze
weten wilde.
Aan het hart van deze oude knaagde sinds
Het ontging Wiesje niet. »Wil men ,u naar
huis rijden vroeg ze.
Vrouw Klewes lachte spottend. »Dwaas kind,«
riep ze, »voor mij inspannen? Dan moet je
juist bij onze boeren komen
»Maar u kunt niet alleen gaan!* vermaande
Wiesje bezorgd.
De vrouw zag haar met groote oogen aan.
Als je een klein eindje mee wilt gaan, zal dat
me lief zijn,« mompelde ze en was verbaasd
toen het meisje zich daartoe dadelijk bereid
verklaarde.
Ondertusschen zat Lucie bij de gasten en
haar vader in de kamer, waar een uiterst vroo-
lijke stemming heerschte.
»Het geluk loopt je na, Schulzeriep de
oude Detten, zijn glas opheffend. Ze klonken
op 't nieuwe grondbezit, dewijl men op het wel
zijn van den jongen stamhouder reeds overma
tig had gedronken.
Ja, jac lachte Schulze, »ik ben wel een
geluksvogel; een dag later en de zaak was ver
speeld. Nauwelijks was de koop gesloten, of
Harmen sloot voor altijd de oogen.
>LIeeft hij geen bloedverwanten?* vroeg de
jonge Detten.
»Een nicht, die bij ons dient,* antwoordde
Lucie. »Je gaat toch naar de bruiloft van
Liesbeth Bebrens,* dus veranderde ze de rich
ting van het gesnrek. >en niet naar Merburg om
NIEUWS
Land van Hens
en Altena,
en
Bericht aan onze geachte Abonnes.
OORSPRONKF.UJKK ROMAN
DOOK
Mevrouw SILVÉ,
SflT veertig centen.
aaMan
DOOR
>Warm bier?* spotte de oude, terwijI ze Lucie
met een bestraffen den blik aankeek. »Dat is je
»Kommaudeeren laten we ons in 't geheel
niet, vrouw KleAves,« sprak ze toornig de armen
over elkander slaande. »Zonder stamhouder zou
'took wel goed gegaan zijn; even als totnu!«
onfsnapte haar.
Lucie sprong op, bloedrood van ergernis, dat
ze de oude had uitgelokt om te praten. Haastig
dekte ze de fa el. Toen ging ze naar haar vader
in de kamer en fluisterde hem iets in 't oor,
Avaarna deze met een gefronsd voorhoofd opstond,
de Avijnflesch greep en heen ging.
vijftig jaren een wurm, die den laatsten tijd
dood scheen, maar heden avond weer tot het
leven was ontwaakt. Eu hij knaagde en knaagde
thans sterker dan ooit om haar alle rust te ont
nemen. Maar de oude gewoonte zich over de
inwendige kAvaal heen te zetten, Avas te diep
bij haar ingeworteld; ze volgde haar ook thans
Aveer. »Wat gebeurd is, is gebeurd; gedane
zaken kunnen niet hals over kop veranderd wor
den^ bromde ze opstaand. Was de wijn te
sterk, of had ze om het geweten tot zwijgen te
brengen' een glas te veel gedronken Haar voe
ten konden haar nauwelijks dragen en het hoofd
was haar zwaar.