De gToote vraag*. Vs 989. ZATERDAG 2 MEI. [Uitgever: L. J. VEERMAN, Heusden. Bij dit nummer wordt no. 8 van het feuilleton als bijvoegsel ver zonden. OJh VOOR Dit blad verschijnt WOENSDAG en ZATERDAG. Abonnementsprijs: per 3 maanden f 1.00. verhooging. Afzonderlijke nummers 5 cent. Advertentiën 16 regels 60 ct. Elke regel meer 10 ct. Groote letters.naar plaatsruimte. Advertentien worden tot Dinsdag- en Vrijdagmorgen ingewacht. i. Welke hervormingen zijn noodig om staat en maatschappij zoodanig in te richten, dat ieder lid zijn bescheiden deel krjjgt van de groote rijkdommen der aarde? Dat is de groote vraag, niet van heden of gisteren, maar van eeuwen her. De menschheid heeft eeuwen doorleefd, waarin het streven naar een oplossing niet of bijna niet doorschemerde, doch het is telkens weder uit de nevelen opgedoken en be- heerscht tegenwoordig alle gemoederen. We zeiden verleden week: wat hieruit groeien zal, kan niemand nog met zekerheid voorspellen. Hoogstwaarschijnlijk zal over een eeuw onze maatschappij geheel anders ingekleed zijn dan thans. Hoe, weten we niet. Het kan echter, nu in onze dagen zoo druk gesproken en geschreven wordt, geen verwondering baren, dat een vèrziener, een dichter opstaat en ons in schoone kleuren de wereld der toekomstige eeuw beschrijft. Zulk een leeft op 't oogenlik in Amerika, staat Massachuset. Hst is Edward Bellamy, die ons in een Terugblik* de maatschappij afschildert, gelijk die volgens zijn fantasie in het jaar 2000 bestaan zal. Van zijn boekske, dat, zeer opmerkelijk, in de eerste maanden ternauwernood aftrek had, werden, toen 't eenigszins bekend werd, in ruim- twee jaren meer dan 300,000 ex. in Amerika verkocht. In Engeland volgde de eene druk op den anderen en op 't oogenblik behoort het tot een der meest ge- Fzen werken onzer eeuw. We weten niet, of 't ook in onze taal reeds verschenen is, 'r, verdient dit ten volle; ook in Frankrijk n Duitschland wordt het druk verkocht. Het werk, om 't nu maar terstond te zeggen, 's een poging om de groote sociale vraag op te lossen in socialistischen zin. De schrijver echter heeft dat in zoo'n keurigen stijl ge daan, dat ieder, ook die van 't socialisme afkeerig is, het boek met graagte leest. Temeer daar deze geniale socialist voor 't eerst in alle details den socialistischen staat beschrijft. Zooals ieder weet zijn onze socialististen volkomen op de hoogte hoe een geordende maatschappij 't onderst boven te werpen. Als maar eerst de oude, vuile, verrotte boel opgeruimd is, dan komt het betere vanzelf. Met zulk een zeepbellige toekomst voor oogen zal geen verstandig mensch een hand uitsteken tot omkeering van 't bestaande. Bellamy echter doet anders. Hp beschrijft zeer nauwkeurig, hoe alles worden zal in den socialistischen staat. Zijn werk is geen poging tot opruiing, tot ge weld, 't is eenvoudig een ideaal, waarover men de schouders misschien zal ophalen, doch dat in den vorm, waarin 't gestoken is, terecht groot opzien verwekt. Liefde tot den naaste* in de tekst van 't heele boek. De schrijver gelooft in de kracht der liefde. Met zpn volle hart beantwoordt hij Kaïns vraag toestemmend en wij, de daarop niet sneen* zouden durven zeggen, kunnen dus zonder eenige vrees kennis nemen van Bel lamy's werk. Uit den overrjjken inhoud kiezen wij ter kennismaking het arbeidersvraagstuk. Vooraf ga, dat in den nieuwen staat (N.-Amerika) gelijk B. zich dien droomt, alle zaken door den staat worden gedreven. De staat is de eenige kapitalist, ook de eenige fabrikant, mpnwerker, spoorwegondernemer, enz. De vorm van dit gedeelte is een gesprek, 't welk we in onze vertaling behouden zullen. Op 't oogenblik, waarin de staat de plichten van het kapitaal overnam, waren meteen ook alle zwarigheden, verbonden aan de positie van een kapitalist, overwonnen. De rijksorganisatie van den arbeid onder ééne leiding was de volkomen oplossing van het arbeidersvraagstuk. Toen de staat de eenige ondernemer werd, werden alle burgers uit kracht van hun burgerrecht arbeiders, die naar gelang de behoeften der industrie ingedeeld werden. »Dat wil zeggen* valt hier B. zijn gast heer Dr. Leete in de rede »gij hebt dus het beginsel van algemeenen dienstplicht, gelijk men het in onze dagen opvatte, op de arbeidersvraag toegepast Juist, dat was een natuurlijk gevolg van den nieuwen toestand. Het volk was reeds vertrouwd met het denkbeeld dat de plicht van ieder burger, die niet lichamelijk on bekwaam is, dezelfde is. Toen de werkgevers nog bij duizenden geteld werden, was aan een organisatie niet te denken, omdat van overeenstemming geen sprake kon zijn. Thans spreekt het vanzelf dat ieder arbeidt naar zijn krachten. Van dwang is niets te bespeuren. Iemand, die onder de tegenwoor dige omstandigheden nog dwang behoefde, zou zich de algemeene verachting prijs ge geven zien. Het zou hem onmogelijk zijn zich te onderhouden, hij zou buitengesloten worden en tot zelfmoord gedreven worden. »Is de diensttijd in de armee een levens lange O neen, hp begint later en eindigt vroeger dan in uw tijd. Uw werkplaatsen waren met kinderen en giijsaards gevuld. Wij daarentegen wijden de periode der jeugd aan de opvoeding, die des ouderdoms aan de rust. De periode van den arbeid duurt 24 jaren, van het 21ste tot het 45ste jaar. Na zijn 45ste is de burger, gevallen van drin genden nood uitgezonderd, van den arbeid ontheven. De 15de October is bij ons de dag, waarop de 21-jarigfn aan den arbeid, de 45-jarigen tot de rust overgaan, de ge wichtigste dag van 't jaar. »Maar hoe verdeelt ge uw manschappen nu door de 200 a 300 bedrijven en hand werken?* Wij verdeelen ze niet, ieder kiest naar zijn natuurlijken aanleg en men geeft zich de grootste moeite, ieder in het vak te plaatsen, waartoe hij geschikt is. Daar ieder individu zich in den dienst slechts dan tevreden gevoelt, wanneer hij een vak naar zijn zin getroffen heeft, letten ouders en onderwijzers zeer nauwlettend op den bij zonderen aanleg der kinderen. Een voor naam deel onzer opvoeding is de studie onzer nationale industrie en al hare ver schillende takken. In uw tijd schaamde zich niemand onwetend te zijn in alle vakkin, behalve in 't zpne, heden ten dage is die onwetendheid onvereenigbaar met ons be ginsel geen vak kiezen, zonder met oordeel gekozen te hebben. Heeft een jongmensch op 't oogenblik der indiensttreding nog geen bepaalde keuze gedaan, dan wordt hij ingedeeld bij 't beroep, waar krachten van noode zijn. »Het zal dikwijls gebeuren dat het aantal vrijwilligers öf te klein öf te groot is, in aanmerking genomen de behoefte aan krachten in een bepaald vak.* Het is de taak van 't bestuur, te zorgen, dat het aanbod overeenkomstig de behoefte is. Het aantal vrijwilligers wordt nauw keurig gageslagen. Wanneer dit in eenig bedrijf de behoefte overschrijdt of niet toe reikend is, dan besluit men daaruit, dat de werkzaamheden in 't eerste geval te gemak kelijk, in het tweede te zwaar zijn. Men tracht dan het evenwicht te herstellen, door de arbeidsuren voor het zware werk in te korten, en die voor licht, aangenaam werk te verlengen. Er is op dit stuk geen regel vast te stellen. Indien het bestuur een klasse van arbeiders het werk verlicht en een andere den arbeid verzwaart, geschiedt dit slechts op het oor deel dei arbeiders zelf, zooaL het zich uit spreekt in het aantal vrijwilligers. De arbeiders regelen dus inderdaad zelf den duur van den arbeidsdag. Dit beginsel wordt streng doorgevoerd. Wanneer b.v. een bp- zonder vak zoo zwaar is dat, om vrijwilligers te bekomen, de dagtaak op 10 uren zou moeten bepaald worden, dan geschiedt dit ook. Indien zich dan nog geen vrijwilligers aanboden, zou 't werk ongedaan moeten blijven. In de werkelijkheid is een matige verkorting van den arbeidsdag reeds genoeg om de noodige vrijwilligers te krijgen. Wanneer eenige arbeid zoo groote bezwaren of gevaren, meebrengt, dat geen enkele tegemoetkoming in staat is de noodige werk krachten te bekomen, dan wordt door het bestuur dezen arbeid als bijzonder ver dienstelijk* aangeduid en ter kennis gebracht, dat zij, die er zich aan wijden, aanspraak mogen maken op den dank der natie en dit is genoeg om terstond de noodige werk krachten te bekomen. Onze jonge lieden zijn eerzuchtig en laten zulke gelegenheden niet voorbijgaan. Wanneer het geval zich voordoet, dat 't aanbod grooter is dan de vraag, dan heb ben zij de voorkeur, die in hun voorberei- dingsdienst het best voldeden. In den regel heeft elk, die in een gekozen beroep niet kan worden opgenomen, nog wel eenige neiging voor een of meer andere. Het is ieder opgelegd zijn aanleg zóó te ontwik kelen, dat hij ook voor een tweede of derde vak bekwaam is. Wanneer hij dus vroeg of laat, tengevolge der vorderingen in de industrie of van uitvindingen, voor zijn be roep onbekwaam wordt, zoo kan hij steeds nog een betrekkelijk bevredigend vak vinden. Dit beginsel van dubbele beroepskeuze is van groot gewicht in ons stelsel. Ik voeg er nog bij dat, ofschoon de aanvulling van een tekort uit vrijwilligers geschiedt, het be stuur zich het recht voorbehoudt in dringende gevallen een keuze te doen uit lieden van een ander bedrijf. JE§ tii te n 1 tin d In België zullen postzegels van 35 cen times worden ingevoerd, voor het frankeeren van expres- en van aangeteekende brieven. De schoolbataillons zijn, zooals te voor zien was, door den Parijscken gemeenteraad opgeheven. In de plaats dezer instelling komen de georganiseerde »school-spelen« en »school-iuarschen« die geregeld zullen plaats hebben. Reeds zijn daartoe maat regelen getroffen en o.a. 20.000 frs. toe gestaan ter bezoldiging der gymnastiek- onderwijzers die met de regeling dier lichaamsoefeningen zullen belast worden. Aan den lijkdienst voor Moltke werd deelgenomen door den Keizer, de Keizerin, twee Prinsen, den Koning van Saksen en andere Duitsche bondsvorsten, de ministers en het corps diplomatique. De Keizer bracht een krans mede in den trant als de zege vierende Romeinsche veldheeren verkregen. Na afloop van den lijkdienst, die in het gebouw van den generalen staf werd ge houden, is de lijkstoet rondom de Zegezuil naar het Lehrter station gegaan, vanwaar het lijk naar Kreisau is overgebracht. Yon Bismarck heeft het beter geoordeeld niet in persoon aanwezig te zijn. hij heeft een kostbaren krans gezonden en richtte aan de nabestaanden van den maarschalk het volgende telegram »Met diepe droefheid ontvang ik uwe telegrafische mededeeling van het onherstel baar verlies dat ons vaderland geleden heeft. Ik voel mij daardoor in het bijzonder smartelijk aangedaan, dewijl het mij ge geven is geweest vele jaren lang mij niet alleen te mogen verheugen in de roemvolle medewerking van den veldmaarschalk in den dienst, maar ook in zijne altijd zich gelijk blijvende minzaamheid bij de vriend schappelijke betrekking waarin ik de eer had tot hem te staan. Bismarck.* Eene belangwekkende staatkundige bij zonderheid is het, dat Moltke in eene eerst thans bekend geworden brief zich voor de opheffing van de socialisten wet verklaard heeft, als »ein humaneres praventiv-ver- fahren.* Uit Thionville meldt men, dat eenige werklieden bij het afbreken van een huis te Deutsch-Redingen een gruwzame vondst hebben gedaan. In een zij muur ingemetseld, werden de goed bewaarde lijken van twee Duitsche soldaten in volle uniform, met helm en sabel ontdekt. Naar alle waar schijnlijkheid heeft men hier met twee on- gelukkigen te doen, die in 1870 heimelijk vermoord en daarna ingemetseld zijn. De Duitsche kanonneerboot »Hyane« heeft de te Bessao, Portngeesch Guinea, waar een opstand woedt, gevestigde Duitschers aan boord genomen en zee gekozen. De opstande lingen, op 6000 man geraamd, terwijl de Portugeesche bezetting slechts 400 man sterk is, hebben de Fransche vlag geheschen. Zooals onlangs gemeld werd, heeft de Servische Skupschtina aan den ex-koning; Milan, uit erkentelijkheid wegens zijn be sluit om vrijwillig het land te verlaten, een voorschot van een millioen francs op zijne civiele lijst toegestaan. Dit bedrag werd hem bij zijn vertrek ter hand gesteld in aanwijzingen op verschillende banken, waarvan een van 600,000 francs op de Liinderbank te Weenen. Toen Milan nu deze aanwijzing ter betaling aanbood, ver klaarde de directie er 300,000 francs te zullen afhouden, in mindering van eene in 1885 door hem aangegane persoonlijke schuld van 3 millioen francs. Wel maakte hij veel tegenwerpingen, maar de directie bleef op haar stuk staan, zoodat de ver kwister eindigde met de wijste partij te kiezen en met de voorgestelde regeling ge noegen nam. Koning Milan heeft na de onaangename ondervinding, die hij bij Liinderbank op deed, Weenen verlaten en zich naar Parijs begeven. Milan beweert, dat de schulden, die hij bij de Landerbrak had uitstaan, en door deze werden verrekend bij de uitbe taling der cheque van 600,000 francs, door hem tijdens zijn koningschap werden aan gegaan en dus door de Servische regeering vereffend moesten worden, iets dat echter weinigen met hem eens zijn. Sir James Fergusson heeft in het Engelsch Lagerhuis medegedeeld, dat bij de Britsehe Regeering bericht is ontvangen, dat geen enkele Mogendheid eenige bedenking, van welken aard ook, heeft geopperd ten op zichte van de voortduring der macht, aan vorst Ferdinand als gouverneur van Oost- Rumenië verleend. Drie kolonnes Eugelsche troepen zijn Manipoor binnengeruktzij vonden de stad verlaten en geplunderd. De influenza heerscht in groote mate te Londen, vooral in het noordelijk gedeelte, en in verschillende provinciën. Verscheidene parlementsleden zijn er door aangetast. In het laatst van Juli van het vorige jaar gingen van Londen twee schepen met een sleepboot uit, en hoewel deze veel te kampen hadden met het ijs, dat in buiten gewone hoeveelheden door den wind in de Kara-zee was gevoerd, bereikten zij toch zonder ongelukken Karaul, dat 160 mijlen stroomopwaarts aan de Jenisseï ligt. Nadat zij zich daar 19 dagen hadden opgehouden, deden zij de terugreis in 26 dagen, zoodat zij in het geheel 84 dagen afwezig waren. In strijd met de meening van kapitein Wiggins, vonden zij overal vaarwater van voldoende diepte. Prof. Nordenskjöld heeft als zijn meening te kennen gegeven, dat er eenmaal een tijd zal aanbreken, waarin deze reis beschouwd zal worden als een waardig tegenhanger van den terugkeer der eerste vloot, met Indische koopwaren be laden, naar Portugal. De revolutie in Chili. Nadere be richten bevestigen dat het vlaggeschip der Congrespartij de Blanco Encalada* en de monitor »Huasca« door torpedo's in den grond zijn geboord, waarbjj 200 mannen zijn verdronken. Barros Luco, een der leiders der Congrespartij, en verscheiden andere partijleden, die zich aan boord bevonden, werden gered en gevangen genomen. De Presidentsschepen s>Lynch* en Imperial* zetten het transportschip Aconcagua* na, dat 1300 man aan boord heeft. Volgens dep conrespondent van de Times te Santi ago wordt algemeen geloofd, dat drze over winning een eind aan de revolutie zal maken. Dit Ijjkt echter niet waarschijnlijk. Naar hetgeen in de telegraphische be richten uit Chili wordt gemeld, zouden de parlementairen bereid zhn met een nieuwen staatspresident in onderhandeling te treden, mits hij zich verbindt zijne benoeming tot het presidentschap te doen bekrachtigen door een nieuw bijeen te roepen, vrij ge kozen volkscongres. Balmaceda zou voor nemens zijn naar Engeland te vertrekken. De correspondent der Daily News* te Odessa meldt, dat 800 Joodsche families te 1 Kieff, te zamen meer dan 4000 ouders en kinderen, bevel hebben ontvangen die stad te verlaten. Alleen uit het Gouvernement van j Kieff zouden 15.000 Joden worden verban- j nen. Groote troepen komen in den ellendig- sten toestand aan de Oosten rij ksche grenzen, j waar do armen ook niet hartelijk welkom worden geheeten. Dikwijls weigerden zelfs de Oostenrijksche autoriteiten aan de vluchte lingen domicilie te verleenen. De Russische polPie moet met ruwe strengheid tegen de Joden optreden. Uit Moskou worden dagelijks 100 tot 150 Joden verbannen. Op een Zon- dagnacht werd door de politie een buitenge wone razzia gehouden, waarvan het gevolg 1 was dat 690 Joden de stad verlieten. Tal van\ Israëlitische families verlaten vrijwillig het land, bevreesd voor de dingen die komen s kunnen. De ontploffing bij Rome. De Minister van Binnenlandsche Zaken heeft in de [Kamer verklaard, dat het springen van het kruitmagazijn vermoedelijk niet aan toe vallige oorzaken was te wjjten, maar dat i het onderzoek werd voortgezet. De Minister van Oorlog, die vroeger zeide, dat het onheil I door een toeval veroorzaakt moest zijn, be vestigde thans de woorden van zijn ambt genoot. De toestand van kapitein Spaccainala is gunstiger, zoodat er hoop is op zijn behoud. De syndicus van Rome heeft aan den Raad medegedeeld, dat de stad een schade ljjdt van 460.000 lire: alleen aan het abattoir, dat sterk geteisterd is, 350.000 lire. Het verlies over het geheel genomen is veel grooter dan men aanvankelijk dacht. Alleen aan buskruit is er 1.800.000 lire te loor gegaan. Een commissie van bouwkundigen heeft het omverhalen van verscheidene beschadigde huizen te Roma bevolen, ten einde hun in storting te voorkomen. Niet alleen in de wjjken, die het dichtst bij het kruitmagazijn stonden, maar ook in het centrum van Rome zijn huizen gescheurd. De Gemeente raad heeft voorloopig 12.000 lire tot onder steuning der arme slachtoffers toegestaan. Het Italiaansch-Amerikaansche conflict betreffende de lynching te New-Orleans, is nog immer hangende, de Italiaansche re geering neemt geen vrede met de door de Amerikaansche regeering aangevoerde rede den en betoogen, welke, zooals men zich zal herinneren, dan ook geen hout snijden. De Italianen vragen behalve schadeloos- stelling, te verstrekken aan de familie der O 7 slachtoffers, de arrestatie der moordenaars. Een nieuwe epidemie? Volgens de laatste mailberichten uit Canton heerschte daar een epidemie, waaraan dagelijks hon derden menschen stierven, zoodat er niet genoeg doodkisten konden gemaakt worden. De aard der ziekte was nog niet volledig bekend, maar vertoonde verschijnselen zoo wel van cholera als influenza. Men schreef deze plaag toe aan de langdurige droogte. De dynamietfabriek te Millesimo, bjj Genua, is in de lucht gevlogen. Vijf arbeid sters werden gedood en een groot aantal personen gewond. Volgens een telegram uit Aim-Bessem (Algerie), hebben de sprinkhanen zich daar vertoond in zulke hoeveelheid, dat b.v. het gansche gebied van Aumale door hen is verwoest. nmelerwaa Franco per post zonder prjjs- Wordt vervolgd mmutmmmamm

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Nieuwsblad het land van Heusden en Altena de Langstraat en de Bommelerwaard | 1891 | | pagina 1